JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

2. De Verbintenis van Lausanne

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

2. De Verbintenis van Lausanne

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het congres te Lausanne had als thema "Laat de aarde Zijn stem horen". Uit dit thema wordt duidelijk met welke intentie de ca. 2700 deelnemers uit meer dan 150 landen bijeenkwamen. De amerikaanse evangelist Billy Graham sprak in zijn openingstoespraak de wens uit dat het congres een bijbelse verklaring over evangelisatie zou opstellen. Men is er inderdaad in geslaagd samen een verklaring op te stellen: de Verbintenis van Lausanne. De naam geeft aan dat het om meer gaat dan een verklaring alleen, zij geeft uitdrukking aan de bereidheid zich tot iets te verbinden.

De uit 15 paragrafen bestaande Verbintenis heeft duidelijk een belijdend karakter: telkens weer lees je: "wij bevestigen", "wij geloven" en "wij belijden". Omdat het ons te ver zou voeren de inhoud helemaal weer te geven, beperken we ons tot een aantal essentiële punten in de Verbintenis:

1. De verklaring heeft oecumenisch karakter: "Wij bevestigen, dat de zichtbare eenheid van de Kerk in de waarheid door God is bedoeld. Evangelisatie roept ons ook tot eenheid, omdat eenheid ons getuigenis versterkt en onze verdeeldheid ons Evangelie der verzoening ondermijnt."

2. De verklaring is schriftgetrouw; "Wij bevestigen de goddelijke inspiratie, de betrouwbaarheid en het gezag van de Schrift, zowel van het Oude als het Nieuwe Testament in hun geheel, als het enige geschreven Woord van God, zonder fouten in al wat het verkondigt en de enige onfeilbare maatstaf van geloof en leven."

3. De verklaring belijdt nadrukkelijk de godheid van Jezus Christus: "Jezus Christus Die als enige waarlijk God en waarlijk mens was, gaf Zichzelf als de enige losprijs voor zondaren."

4. Lausanne belijdt de onmisbaarheid van het werk van de Heilige Geest: "Wij geloven in de kracht van de Heilige Geest. De Vader zond Zijn Geest om van Zijn Zoon te getuigen; zonder Zijn getuigenis is het onze tevergeefs. Zondebesef, geloof in Christus, wedergeboorte en groei in het geloof zijn alle Zijn werk."

5. In de Verbintenis wordt verder uitgesproken dat de christen niet voorbij mag gaan aan onderdrukking en uitbuiting en wordt schuld beleden "voor het feit, dat wij evangelisatie en maatschappelijke betrokkenheid als elkaar wederkerig uitsluitende zaken hebben beschouwd".

6. Voor wie de Verbintenis opmerkzaam leest is het duidelijk dat, ook al wordt de Wereldraad niet bij name genoemd, op tal van plaatsen stelling genomen wordt tegen tendenzen, die zich binnen de Wereldraad manifesteren. In Lausanne vindt een duidelijke afgrenzing plaats tegenover de Wereldraad van Kerken.

Twee voorbeelden hiervan:

a. Tegenover het syncretisme (Christus is niet alleen in het christendom maar ook in andere religies aanwezig) wordt krachtig stelling genomen: "Wij verwerpen ook als beledigend voor Christus en het Evangelie elk syncretisme en iedere dialoog, die beweert, dat Christus op gelijke wijze spreekt door alle godsdiensten en ideologieën." 

b. Het schriftgetrouwe karakter van de Verbintenis van Lausanne staat lijnrecht tegenover de wijze waarop de Schrift in Wereldraad-kringen gehanteerd wordt. Het verschil in visie op de Schrift is wel hét kernpunt in de tegenstelling tussen de evangelicals en de Wereldraad!


Zo zei men 't in Lausanne

De grootste evangelisatieconferentie, ooit gehouden, was in 1974 in Lausanne. Er kwamen 3200 christenen uit meer dan 150 landen bijeen. Zij tekenden de bekend geworden "Lausanne Verbintenis" om de noodzaak van evangelisatie te onderstrepen. Enkele passages ervan geven wij hieronder weer. 

Wij worden diep bewogen door wat God in deze tijd doet; onze tekortkomingen brengen ons tot verootmoediging en de onvoltooide taak van evangelisatie is een uitdaging voor ons. Wij geloven dat het evangelie het goede nieuws van God voor de gehele wereld is. Wij zijn vastbesloten, door Zijn genade, gehoorzaam te zijn aan de opdracht van Jezus Christus om Zijn heil aan alle mensen te verkondigen en alle volken tot Zijn discipelen te maken. Daarom verlangen wij ons geloof en ons besluit te bevestigen en ons verbond in het openbaar bekend te maken.

Goed nieuws

"Evangelisatie betekent: het goede nieuws verspreiden dat Jezus Christus voor onze zonden stierf en naar de Schriften uit de doden opstond en dat Hij nu als de heersende Koning de vergeving der zonden en de bevrijdende gave van de Heilige Geest aanbiedt aan allen die zich bekeren en geloven. Voor evangelisatie is onze aanwezigheid als christenen in de wereld onontbeerlijk evenals de vorm van dialoog die, door een meelevend luisteren, het begrijpen van de ander tot doel heeft.

Maar evangelisatie zelf is naar haar aard de verkondiging van de historische, bijbelse Christus als Heiland en Heer, met als doel, de mensen te bewegen persoonlijk tot Hem te komen en zo met God verzoend te worden. Wie de uitnodiging van het evangelie uitspreekt, mag de kosten van het discipelschap niet verzwijgen. Nog steeds roept Jezus allen, die Hem willen volgen, op zichzelf te verloochenen, hun kruis op zich te nemen en zich met zijn nieuwe gemeenschap te identificeren. Onder de gevolgen van de evangelieverkondiging zullen dan ook gevonden moeten worden: gehoorzaamheid aan Jezus Christus, zich voegen in Zijn Kerk en verantwoordelijke dienst in de wereld."

Dienstbetoon

"Daar de mens naar het beeld van God geschapen is, bezit iedereen, ongeacht zijn ras, religie, kleur, cultuur, klasse, zijn geslacht of leeftijd een met de geboorte gegeven waardigheid. Daarom moet hij niet uitgebuit, maar gerespecteerd en gediend worden. Ook ten aanzien hiervan belijden wij dat wij dit vaak over het hoofd zagen en dat wij soms evangelisatie en maatschappelijke verantwoordelijkheid als aan elkaar tegengesteld hebben gezien. Ofschoon verzoening tussen mensen niet hetzelfde is als verzoening met God; sociale actie geen evangelisatie is en politieke bevrijding geen verlossing is, spreken we toch uit dat evangelisatie en maatschappelijke en politieke betrokkenheid beide deel zijn van onze christelijke verantwoordelijkheid. Beide zijn noodzakelijke uitingen van onze leer over God en de mens, van onze liefde tot de naaste en onze gehoorzaamheid aan Jezus Christus. De boodschap van het heil omvat tevens een boodschap van oordeel over iedere vorm van vervreemding, onderdrukking en discriminatie. We moeten niet schromen, kwaadaardigheid en onrecht aan de kaak te stellen, waar dat ook voorkomt."


 

Uit bovenstaande weergave van de inhoud van "Lausanne" krijgen we een positief beeld. Toch zijn er ook kritische kanttekeningen bij deze Verbintenis te plaatsen. Onze kritiek richt zich enerzijds op het feit dat een aantal essentiële zaken niet vermeld wordt. Anderzijds roepen hier en daar bepaalde formuleringen vragen op. Hieronder zetten we een aantal van deze zaken op een rijtje.

1. Allereerst valt op dat een verwijzing naar de doop ontbreekt. Over de doop werd onder de evangelicals, die in Lausanne bijeen waren, verschillend gedacht. Voorstanders van de kinderdoop en voorstanders van de volwassendoop (bijv. baptisten) hebben dit kontroversiële punt laten rusten.

2. De institutionele kant van de kerk komt niet aan de orde. Zo ontbreekt in de Verbintenis ook een duidelijke gereformeerde ambtsleer. Wel wordt er gesproken over "predikanten" en "gemeenteleden", maar de benaming "ouderlingen" en "diakenen" ontbreekt echter.


Wat betreft de institutionele kant van de kerk kunnen de volgende vormen van kerkregering worden onderscheiden:

a. het eratiaanse stelsel, genoemd naar Eratus (1524-1583). Het gezag in de kerk berust bij de staat. De staat oefent de tucht uit in de kerk, stelt de ambten aan en stelt de leer en liturgie vast. 

b. het episcopaalse stelsel, ontstaan in de tijd van de vroeg-christelijke kerk. In dit stelsel ziet men de bisschoppen als de opvolgers der apostelen. Christus heeft de regering van de kerk aan bisschoppen en prelaten gegeven. 

c. de rooms-katholieke hiërarchie (het papale stelsel). De paus is Christus' stedehouder op aarde. Hij is de opvolger van Petrus, de  bisschop van de kerk. Het volk heeft geen enkele stem in de kerk. De geestelijken regeren de leken.

d. het presbyteriaal-synodale stelsel. Christus is het Hoofd van de kerk. Hij regeert in de kerk door Zijn Woord en wetten. De ambtsdragers zijn door Hem - middels de gemeente - verkoren en met gezag bekleed. Zij hebben een dienende macht. De macht van de ambtsdragers komt van Christus en niet van de staat of van de leden der kerk (zie Matth. 6:18; Matth. 10:1 en Ef. 4:11 en 12). 


3. Opvallend is ook, dat in de Verbintenis, die toch een duidelijk belijdend karakter heeft, gezwegen wordt over Gods verkiezing. Is het feit, dat God in Christus verkiest tot zaligheid, niet een bemoediging voor allen die zich bezighouden met zending en evangelisatie? Bovendien zou door de leer van Gods verkiezing in de Verbintenis op te nemen beter zijn uitgekomen, dat het zaligworden van mensen niet afhangt van menselijke ijver en inspanning. God Zélf nam het initiatief tot verlossing van zondaren en voert dit uit, waarbij Hij mensen gebruiken wil. (Zie verder: onze houding tegenover de evangelicals: punt 2 onder kritische opmerkingen).


16. Van de eeuwige verkiezing Gods 

Wij geloven dat, het gehele geslacht van Adam door de zonde des eersten mensen in verderfenis en ondergang zijnde, God Zichzelf zodanig bewezen heeft als Hij is, te weten: barmhartig en rechtvaardig. Barmhartig: doordien Hij uit deze verderfenis trekt en verlost degenen die Hij In Zijn eeuwigen en onveranderlijken raad, uit enkel goedertierenheid, uitverkoren heeft In Jezus Christus, onzen Heere, zonder enige aanmerking hunner werken. Rechtvaardig: doordien Hij de anderen Iaat in hun val en verderf, waar zij zichzelf in  geworpen hebben.


4. In paragraaf 8 van de Verbintenis wordt God gedankt "voor alle organisaties die werkzaam zijn op het terrein van de bijbelvertaling, theologische opleiding, massacommunicatie, christelijke lektuur, evangelisatie, zending, kerkvernieuwing en andere gespecialiseerde onderwerpen". Vooral na de Tweede Wereldoorlog ontstond er een veelheid van organisaties, die zich met evangelisatie bezighouden. Te denken valt hierbij aan Youth for Christ, Campus Crusade, Navigators, Internationale Bijbelbond, Teen Challenge, Evangelische Omroep, Operatie Mobilisatie, enz. enz. De evangelicals in Lausanne dankten God voor al deze organisaties. Is het waar dat we dankbaar moeten zijn voor alle organisaties die zich met evangelisatie bezighouden gelet op de inhoud van hun boodschap en de wijze waarop deze gebracht wordt?

5. Is het niet te optimistisch gesteld als er in paragraaf 9 wordt gezegd dat er op het ogenblik in vele delen van de wereld een ontvankelijkheid is als nooit tevoren voor de Heere Jezus Christus? Suggereert dit niet dat de mens open zou staan voor het Evangelie en de twintigste-eeuwse mens meer dan ooit?

6. Symptomatisch voor het geestelijk klimaat is bijvoorbeeld deze uitspraak: "Evangeliseren betekent het verspreiden van de blijde boodschap, dat Jezus Christus stierf voor onze zonden en werd opgewekt van de doden naar de Schriften en dat Hij nu als heersend Vorst de vergeving der zonden en de bevrijdende gave van de Geest aanbiedt aan allen, die zich bekeren en geloven." Hier kunnen we beslist niet mee instemmen! Immers, wie worden er bedoeld met "onze" als er gesproken wordt over "Christus stierf voor onze zonden"? En is het waar dat de mens zich eerst moet bekeren en geloven, alvorens vergeving van zonden en de bevrijdende gave van de Geest aangeboden wordt?

 

Na Lausanne

De conferentie te Lausanne kreeg een vervolg in Pattaya (Thailand). Van 16-27 juni 1980 hebben meer dan 800 vertegenwoordigers uit evangelische en reformatorische kring zich hier gebogen over vraagstukken rond zending en evangelisatie. Het thema van het Pattaya-beraad luidde: "hoe zullen zij horen?". Ongeveer tweederde van de wereldbevolking van 4,5 miljard verkeert niet (of onvoldoende) in de gelegenheid het Evangelie te horen. In Pattaya ging het om de vraag hóe deze miljarden te bereiken met "het goede nieuws van Christus". De conferentie hield zich bezig met vragen als: Hoe bereik je nominale christenen (nominaal = slechts in naam), hoe benaderen we de bevolking van grote steden, hoe benaderen we moslims met het christelijk getuigenis? Pattaya stelde nadrukkelijk dat er in het zendings- en evangelisatiewerk aandacht moet zijn voor de gehele mens en voor de gehele wereld. Niet alleen voor de redding van de ziel maar ook voor de maatschappelijke noden van mensen dient men oog te hebben. Het eerstgenoemde is wel het belangrijkste: "van alle tragische noden van de mensheid is er niet één groter dan hun vervreemding van hun Schepper...".

In 1982 kwam de evangelische beweging bijeen te Grand Rapids (VS). Het onderwerp van de daar gehouden conferentie was: "De relatie tussen evangelisatie en sociale verantwoordelijkeid". In Pattaya bestond overeenstemming over het feit dat de kerk niet alleen aandacht moet hebben voor de nood van de ziel, maar ook voor de sociale noden, waarin mensen aangetroffen kunnen worden. Over de vraag wélke plaats die maatschappelijke verantwoordelijkheid van de kerk dient in te nemen naast het zendingswerk was men het niet eens. Volgens sommige in Grand Rapids aanwezige evangelicals behoorde de kerk gelijke aandacht te besteden aan de geestelijke en de maatschappelijke noden waarin mensen zich bevinden. Van voorrang van een van beide was volgens hen ook in de Schrift geen sprake. Anderen zagen het verbeteren van maatschappelijke toestanden als een gevolg van zending en evangelisatie. Door de komst van het Evangelie zal ook de samenleving verbeterd worden. Weer anderen zagen het lenigen van maatschappelijk noden (bijv. het verdrijven van honger) als voorbereiding voor zending en evangelisatie. Tenslotte waren er evangelicals die ontkenden dat de kérk maatschappelijke verantwoordelijkheid draagt, deze geldt wel voor individuele christenen die ieder op hun eigen plaats maatschappelijk onrecht dienen tegen te gaan.

Tijdens de conferentie traden diepgaande tegenstellingen over dit onderwerp aan de dag. Zo betoogde de amerikaanse Ronald J. Sider dat de evangelieverkondiging "niet kan worden losgezien van de kritiek op politieke, maatschappelijke en ekonomische strukturen". Een heel ander geluid kwam van de zijde van een andere amerikaanse missioloog Arthur Johnson. Hij stelde dat de kerk haar identiteit verliest als ze zich te veel gaat richten op de verandering van politieke en sociale strukturen. Ondanks het feit dat over bepaalde zaken duidelijk verschillend gedacht werd, slaagde men erin tot een gemeenschappelijke verklaring te komen. 

Deze verklaring stelt dat evangelicals in de laatste decennia veel gedaan hebben aan het lenigen van maatschapelijke noden, maar daarbij soms onvoldoende oog hadden voor de onrechtvaardige verhoudingen die daaraan ten grondslag liggen. Naar aanleiding van het meningsverschil over de vraag of de kerk dan wel alleen individuele christenen maatschappelijke verantwoordelijkheid dragen merkt de verklaring op dat de kerk volgens de Bijbel een profetische taak heeft. Als er onmiskenbaar sprake is van onrecht waar de Bijbel duidelijk over spreekt, dan mag de kerk daar niet over zwijgen. Voorzichtigheid is geboden als het kwesties betreft waarover door christenen verschillend wordt gedacht en als men nog niet precies weet wat de mening van de Schrift daarover is. Verder stelt men dat het vaak van de situatie afhangt wat voorrang heeft: de evangelieverkondiging of de maatschappelijke hulpverlening. Beide horen bij elkaar en mogen niet van elkaar gescheiden worden. Wel herhaalt men wat in de Thailand-verklaring (1980) werd uitgesproken, namelijk "dat de grootste nood van de mens bestaat in zijn vervreemding van de Schepper en de invreselijke realiteit van de eeuwige dood voor hen die weigeren zich te bekeren en te geloven".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 april 1984

Mivo +16 | 32 Pagina's

2. De Verbintenis van Lausanne

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 april 1984

Mivo +16 | 32 Pagina's