John Bunyan
Staatkundige gegevens
Tijdens de regering van Hendrik VIII (1509-1547) rees er verschil van mening tussen de koning en de paus. De paus wilde namelijk de koning geen toestemming geven om van zijn vrouw te scheiden en te trouwen met een hofdame (Anna Boleyn). Daarom brak de koning met de paus en liet zichzelf tot hoofd van de Engelse (Anglicaanse) kerk aanstellen. De kerken werden van pracht en praal beroofd. Beelden, relikwieën en aflaathandel werd verboden. Protestanten en roomsen werden vervolgd. Dit veranderde onder zijn opvolger Eduard IV (1547-1553). Deze koning bevorderde het protestantisme.
De doorvoering van de hervormingen werd echter gestuit door koningin Mary Tudor (1554-1558). Zij was getrouwd met Philips II. Veel protestanten werden vermoord.
Van 1558-1603 regeerde de protestantse Elisabeth. Zij herstelde de Anglicaanse kerk in ere. Daardoor werd ze gehaat door de roomsen. Bovendien wilden de puriteinen (nauwgezette protestanten) zich niet bij haar voegen. Deze laatste groep had onder andere bezwaar tegen het officiële dienstboek "Book of Common Prayer" waarin de eredienst nauwkeurig beschreven werd.
Tijdens Elisabeths opvolgers, Jacobus I (1603-1625) en Karei I (1625-1649), nam de strijd tussen puriteinen en de Anglicaanse kerk in hevigheid toe. Jacobus I vervaardigde zelfs het "Book of Sports" waarin de spelen en vermakelijkheden, die volgens hem op zondag beoefend mochten worden, opgesomd werden. Dit was gericht tegen de strenge zondagsviering van de puriteinen. Op deze manier ontstond binnen het Engelse volk een tegenstelling tussen de koning, met de door hem gesteunde Anglicaanse kerk, en de puriteinen met het parlement als vertegenwoordiger. Toen het parlement in 1629 een wijziging die Karel I in de kerkorde wilde hebben, weigerde goed te keuren, werd het ontbonden. Er ontstond een burgeroorlog onder leiding van Cromwell. Deze versloeg Karel I en liet hem terechtstellen. Zo werd Engeland een republiek (1644-1660). Deze tijd was er een van rust voor de puriteinen.
In 1660 kwam daar een einde aan toen Karel II koning werd. Hij maakte het de puriteinen steeds moeilijker.
Kerkelijke gegevens
Anglicanen
De Anglicaanse kerk toont veel overeenkomst met de Rooms-Katholieke Kerk (aanwezigheid van altaren, beelden, kruisen, priestergewaden). Ook in de liturgie is dit merkbaar. De leer heeft een wat calvinistischer stempel: geen transsubstantiatieleer, de grond van zaligheid is alleen de verdienste van Christus en goede werken zijn niet verdienstelijk.
Puriteinen
De puriteinen wilden de kerk zuiveren van alle roomse dwaling. Denk hierbij bijvoorbeeld aan tegenstand tegen het "Book of Common Prayer" (het dienstboek voor de eredienst in de kerk), verzet tegen de uitgebreide liturgie die hierin werd voorgeschreven en de weerstand tegen het bisschoppelijk stelsel. Men stond een reine, echt-evangelische levenswandel voor. Ook hield men zich aan een strenge zondagsheiliging en meed men alle weelde. Tot de puriteinen behoorden zowel calvinisten als baptisten.
Baptisten
Bunyan behoorde bij de baptisten. Zelf rept hij in zijn levensbeschrijving "Overvloeiende genade voor de grootste der zondaren" niet over zijn herdoop. In veel boeken wordt daar echter wel van uitgegaan. Bunyan sloot zich aan bij een Free Church. Deze "Vrije Gemeente" stond tegenover de Strict Baptists (Nauwgezette Baptisten). De kenmerken van een Free Church waren: geloof in Christus en heiligheid van het leven. Men stond een onafhankelijke, vrije gemeente voor. Ook als je een wat afwijkende mening over de doop had, kon je lid worden van de Free Church; dit in tegenstelling tot de Strict Baptists.
Hoewel Bunyan baptist was, vond hij dat de volwassendoop te sterk benadrukt werd. Zijn kinderen heeft hij in de Anglicaanse kerk laten dopen en in zijn prediking liet hij nauwelijks merken dat hij baptist was.
Overzicht van het leven van Bunyan
1. Bunyan wordt in november 1628 in Elstow (Zuid-Engeland) geboren. Zijn vader is ketellapper. Dit beroep staat ongunstig bekend.
2. Bunyan gaat naar de Latijnse school ondanks het geringe beroep van zijn vader. Hij leert net genoeg om te kunnen lezen en schrijven.
3. Al jong heeft hij allerlei dromen over de dood, hel en het oordeel. Toch leidt hij een goddeloos leven en staat hij bekend als een vloeker. Waarschijnlijk is de uitdrukking "vloeken als een ketellapper" aan zijn leven ontleend. Verschillende keren wordt hij wonderlijk bewaard. Twee keer valt hij in de rivier. Een andere keer trekt hij in een overmoedige bui een adder de giftanden uit.
4. Bunyan komt in dienst bij het parlementsleger. Daar wordt hij wonderlijk bewaard.
5. Hij trouwt met een arm meisje (haar naam is niet bekend). In zijn levensbeschrijving zegt hij: "Hoewel we armer waren dan arm (we hadden helemaal geen huisraad, geen schotel, geen lepel, niets) bracht zij twee boeken mee, (...): "Het voetpad van de eenvoudige naar de hemel" en "De praktijk der godzaligheid". Hij begint onder haar invloed vaker naar de kerk te gaan, maar laat het spelen (bijvoorbeeld pinkelen) en klokluiden niet. Hierin wordt hij overigens maar al te zeer gestimuleerd door het "Book of Sports". Dit "Book of Sports" had Karel I in 1633 namelijk laten herdrukken. De predikanten worden gedwongen de bepalingen hiervan vanaf de kansel bekend te maken. Sport en spel op zondag worden hierdoor aangemoedigd.
6. Een preek van ds. Hall over zondagsontheiliging maakt hem onrustig, maar zet hem niet stil. Bij het pinkelspel "schoot er plotseling een stem uit de hemel in mijn ziel en zei: "Wilt gij uw zonden loslaten en naar de hemel gaan, of uw zonden vasthouden en naar de hel gaan? (...) ik keek omhoog naar de hemel. Het was alsof ik met de ogen van mijn verstand de Heere Jezus op mij neer had zien kijken, zeer hevig ontstemd over mij." (G.O. par. 22) Dit pinkelspel staat bekend als katknuppelen. Het was een spel waarbij een stukje hout - het zogenaamde pinkelhoutje - met een slaghout omhoog werd gewipt en daarna zo ver mogelijk werd weggeslagen. In het Engels staat het spel bekend als "tipcat" of "cat". Vandaar misschien de vertaling "katknuppelen". Het pinkelen wordt wel beschouwd als de voorloper van "cricket".
7. Na zijn bekering wordt hij eerst diaken en vervolgens predikant in de Free Church.
8. In 1658 sterft zijn vrouw. In 1659 hertrouwt hij met de veel jongere Elisabeth. Na de vier kinderen die hij al had (Mary (blind), Elizabeth, John (later ketellapper) en Thomas (later predikant)) krijgt hij nog twee kinderen (Sara en Jozef). Zijn beide vrouwen zijn lid van de staatskerk gebleven. Ze zijn hem wel tot grote steun geweest bij zijn (geestelijke) strijd.
9. In 1660 wordt hij gevangen gezet. Gevangenen moesten zelf in hun onderhoud voorzien. Vandaar dat hij veters maakt en die laat verkopen door zijn blinde dochter Mary. Ook schreef hij een aantal boeken. In 1668 sterft Mary.
Waarschijnlijk heeft de regering niet goed geweten wat ze met Bunyan aan moest. In eerste instantie was hij veroordeeld tot verbanning. Dat dit niet gebeurd is, komt waarschijnlijk omdat men bang was dat het volk dan in opstand zou komen. Bunyan was namelijk een bekend en "gevierd" prediker bij het gewone volk. Toen hij eens op zondag in Londen preekte, had hij drieduizend mensen onder zijn gehoor. Op een door-de-weekse wintermorgen waren er om zeven uur twaalfhonderd mensen. Zelfs de bekende dr. John Owen, een vooraanstaand presbyteriaan, ging bij hem naar de kerk. Hij had zijn eigen geleerdheid willen inruilen voor de preekgave van die ketellapper, zo zei hij eens tegen koning Karel II. Eigenlijk kan Bunyan gezien worden als een "nationaal symbool" in de strijd voor de godsdienstvrijheid. Men kon Bunyan echter ook niet loslaten, want dan zou hij gaan preken, waardoor hij een strengere straf zou moeten krijgen. Hierdoor zou het gevaar van opstand weer groter worden. Vandaar dat men hem maar door gevangenschap het zwijgen heeft willen opleggen.
10. In 1672 geeft Karel II vrijheid van godsdienst. Bunyan krijgt toestemming om buiten de officiële staatskerk te preken.
11. In 1675 worden alle vergunningen weer ingetrokken en wordt Bunyan opnieuw gevangen gezet. Hij wordt in één der slechtste gevangenissen ondergebracht. In het halve jaar dat hij gevangen zit, schrijft hij zijn beroemde werk "De Christenreis".
12. Op 31 augustus 1688 overlijdt hij. Bij zijn poging om een vader met een zoon te verzoenen (wat lukte), wordt hij op de reis naar Londen door een regenbui overvallen. Een korte ziekte volgt, waarna hij, twee dagreizen van zijn gezin verwijderd, sterft.
De persoon en prediking van John Bunyan
We moeten ons John Bunyan voorstellen als een lange, sterk gebeende man. Hij was niet zwaarlijvig, had levendige ogen, een snor en rossig haar. Na veel strijd is in het hart van Bunyan het licht opgegaan. Veel van die persoonlijke strijd vinden we terug in zijn boek "De Christenreis". Om dit boek goed te kunnen plaatsen, is het zinvol om Bunyans levensbeschrijving ernaast te lezen (Genade overvloeiende voor de grootste der zondaren). Over zijn roeping tot predikant schrijft Bunyan zelf: "Enkelen van de bekwaamsten onder de heiligen bij ons - ik bedoel de bekwaamsten in oordeel en heilige wandel - vonden dat God mij waardig geacht had om iets te verstaan van Zijn wil, zoals Hij die in Zijn Woord geopenbaard heeft, en dat Hij mij in zekere mate het vermogen had geschonken om wat ik zag onder woorden te brengen, tot stichting van anderen" (G.O., par. 265).
Zijn prediking uit de beginperiode beschrijft hij als volgt: "Ik predikte wat ik voelde, wat ik zeer pijnlijk voelde, dat waaronder mijn arme ziel radeloos zuchtte en beefde" (par. 276). "Ik was echt als iemand, die van de doden tot hen gezonden werd. Geketend predikte ik tot hen, die geketend waren, en in mijn eigen geweten droeg ik het vuur, waarvoor mijn woorden hen zeiden op hun hoede te zijn" (par. 277).
Gedurende twee jaar preekte hij zo. Daarna kwam er een zekere vrede en vertroosting door Christus in zijn hart, zodat hij in zijn prediking Christus meer ging voorstellen in Zijn ambten en weldaden voor de wereld.
Daarna leidde God hem in in de vereniging met Christus. Ook dat was merkbaar in zijn prediking. Werkelijk de Schrift verstaan, betekent voor hem de wet ervaren te hebben in al zijn bedreigingen en het evangelie te kennen als troost voor een aangevochten geweten. Het doormaken van deze drie fasen besloeg ongeveer vijf jaar.
De boeken van John Bunyan
Bunyan bezat de gave om de ervaring van het geestelijk leven als realiteit in het dagelijks bestaan te tekenen. Dit wordt met name zichtbaar in zijn levensbeschrijving: Genade Overvloeiende voor de grootste der zondaren.
De Christenreis is eigenlijk een vertaling van zijn levensbeschrijving. In zijn autobiografie had Bunyan geleerd zichzelf de geestelijke dingen goed te realiseren en op een begrijpelijke manier ook voor anderen te beschrijven. Nu ging hij de goddelijke zaken weer overbrengen in allegorieën. Toen hij in de gevangenis aan dit boek werkte, had hij alleen een Bijbel, de Concordantie en het Martelarenboek bij de hand.
Als waardevolle aanvulling op de Christenreis verscheen in 1684 De Christinnereis. In dit boek wordt veel op nederigheid gewezen. Bovendien krijgen sacramenten, kerkelijk leven en zielszorg meer de aandacht. Er wordt minder van felle strijd gesproken.
Een tegenhanger van de Christenreis is het boek Leven en sterven van de heer Kwaad.
In het boek De heilige Oorlog (1682) wordt de ziel van de mens beschreven als een stad. De wettige Heer van die stad, El-Schaddai, laat Zijn Zoon Immanuël alle moeite doen om de gevallen mensenziel weer terug te brengen van het verderf.
Tenslotte heeft Bunyan ook gedichten geschreven voor kinderen. "Boek voor jongens en meisjes" of "Tijdelijke dingen vergeestelijkt"
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 1996
Mivo +12 | 28 Pagina's