JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Hemelvaart en wederkomst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hemelvaart en wederkomst

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is veertig dagen geleden dat de Heere Jezus is opgestaan. In die veertig dagen heeft Hij Zich heel wat keren vertoond aan Zijn discipelen. Daardoor wilde Hij hen ervan overtuigen, dat Hij werkelijk was opgestaan. Bovendien heeft Hij hen het nodige onderwijs gegeven met het oog op de tijd die komen zou. De discipelen moesten immers voorbereid worden op hun taak, om het Evangelie te gaan verkondigen in de gehele wereld. Nu treffen wij de Heere Jezus met Zijn discipelen aan in Jeruzalem. Daar zullen ze net als de vele feestgangers in verband met het Paas- en Pinksterfeest een tijdelijk verblijf gevonden hebben. Misschien wel in dezelfde zaal, waarin de Heere Jezus met Zijn discipelen het laatste avondmaal had gebruikt. Na de maaltijd gaan ze Jeruzalem uit in de richting van de Olijfberg. Dat was een bekende weg voor hen. Nog maar kort geleden hadden ze hier met de Heere Jezus ook gelopen op weg naar Gethsemané. Ook nu komen ze daar langs. Er zal heel wat in de harten van de discipelen zijn omgegaan. Onderweg krijgen ze nog eens duidelijk van de Heere Jezus te horen dat ze in Jeruzalem moeten blijven en daar op de belofte van de Vader wachten. Over die belofte van de Vader had de Heere Jezus al dikwijls met hen gesproken. Het herinnert aan het Oude Testament. Daarin lezen we in Joel 2: 28 over de belofte van de Heilige Geest. Andere plaatsen, waarin de Heere Jezus over de vervulling van die beloften sprak, vinden we in Lukas 24: 48 en 49, in Johannes 14: 26 en in andere teksten. Het onderwijs van de Heere Jezus wordt door de discipelen onderbroken met de vraag of Hij nu het koninkrijk aan Israël gaat oprichten. Deze vraag van de discipelen was wel begrijpelijk. Zeker, de Heere Jezus had Zijn discipelen er meerdere malen op gewezen, dat Zijn Koninkrijk niet van deze aarde is, maar wat moesten zij zich van zo'n Koninkrijk voorstellen? Hun traditie had hen immers geleerd, dat als de Messias komen zou, Hij de troon van Zijn vader David zou beklimmen en dat Hij hen verlossen zou van de vijand, waarvan zij dachten dat het de Romeinen waren. Dan zou het Israël van weleer weer in ere hersteld worden. Dat was hun verwachtingspatroon. Toch bestraft de Heere Jezus hen niet. Liefdevol wijst Hij hen erop dat alleen de Vader in de hemel weet van de tijden en gelegenheden rondom de komst van Gods Koninkrijk. Maar zij krijgen een andere taak. Zij zullen door de kracht van de Heilige Geest getuigen mogen zijn tot aan het einde der aarde. Zij mogen getuigen van Zijn opstanding en van Zijn hemelvaart. Al pratend met elkaar zijn ze zo op de Olijfberg aangekomen. Dan heft de Heere Jezus Zijn handen op in het gebaar van de hogepriesterlijke zegen, tegelijk raken Zijn voeten los van de grond en stijgt Hij omhoog. Verbaasd en verward kijken de discipelen Hem na totdat een wolk Hem onttrekt aan hun gezicht. Terwijl ze nog omhoog staren, horen ze een stem. Twee mannen in blinkende kleding, als teken van hun hemelse heerlijkheid en zuiverheid, vertellen hen dat Jezus in de hemel is opgenomen en precies zo als zij Hem hebben zien heengaan, terug zal komen. Daar in de hemel zet de Heere Jezus Zijn werk voort.
In dit verband kunnen we het voorbeeld gebruiken van een aanvoerder van een troep soldaten. Hij heeft heel dapper gevochten. Veilig en wel heeft hij zijn mensen door de vijandelijke linies geloodst. De legerleiding besluit hem te bevorderen. Hij krijgt een plaats in het hoofdkwartier. Het lijkt of hij nu minder goed voor zijn kameraden kan zorgen maar juist in het hoofdkwartier vallen beslissingen die van groot belang voor hen zijn.
Zo is ook de Heere Jezus, nadat Hij de moeilijke opdracht die de Vader Hem gegeven had volbracht had in het hoofdkwartier, namelijk de hemel opgenomen. Hem is gegeven alle macht in de hemel en op aarde. De Heere Jezus is niet alleen Koning, maar Hij is ook Hogepriester. De hogepriester van het Oude Testament verscheen voor het aangezicht van God om verzoening te doen voor de zonden. Hij bracht offers, brandde reukwerk en deed de gebeden. Zo is de Heere Jezus nu de hemelse Hogepriester geworden voor het aangezicht van God, Zijn Vader. Hij is met Zijn offer het heiligdom binnengegaan en brengt het tot gelding voor God. Bovendien is Hij nu de Voorspraak, de Advocaat van zijn onderdanen. De Heere Jezus wil pleiten voor allen, die in hun zonden en ellenden tot Hem komen. Tenslotte is er ook nog het plaatsbereidend werk van de Heere Jezus. Hij maakt plaats voor de gelovigen in de hemel. Dat heeft Hij Zelf ook tegen Zijn discipelen gezegd: "Ik ga heen om u plaats te bereiden." Het lijkt of er bij Zijn Hemelvaart een afstand komt tussen Christus en Zijn gemeente. Maar de Heere Zelf overbrugt die afstand door Zijn Heilige Geest. Naar Zijn Godheid, Majesteit, genade en Geest wijkt Hij nimmermeer van hen. Door Zijn Geest wil de ten hemelgevaren Jezus Zijn kinderen troosten en leiden.
Eenmaal zal de Heere Jezus terug komen. Maar van die dag en ure weet niemand, zelfs de engelen niet dan alleen de Vader. In Mattheüs 24 spreekt de Heere Jezus over Zijn wederkomst en het einde van de wereld. Dat was toen Hij samen met Zijn discipelen de tempel had verlaten en in de richting van Bethanië wandelde. Op de Olijfberg zittend, met het gezicht op de stad en tempel, vertelde Hij hun dat er niet een steen op de andere zou blijven liggen maar dat de stad en tempel verwoest zouden worden. De Heere Jezus bedoelde met de toekomst waarover Hij sprak allereerst die van Jeruzalem en het Joodse volk. Maar daarnaast dacht Hij ook aan veel latere tijden vol moeite en zorg. Tijden waarin de mensen zouden horen van oorlogen, hongersnoden en aardbevingen. Tijden waarin de mensen elkaar zouden vervolgen en de liefde van velen zou verkouden. "Maar eerst", sprak de Heere Jezus, "zal het Evangelie verkondigd moeten worden over deze gehele wereld en dan zal Ik wederkomen." Daarom ook vermaant de Heere Jezus Zijn discipelen en ook ons vandaag om vooral waakzaam te zijn. Waakzaam in die zin van elk moment gereed zijn, bereid om Hem te ontvangen. Zo waakt dan!!! Daar gaat het om, waken, wakker zijn, bereid zijn. Nu! Wanneer Hij komt, weten we niet, maar wel weten we dat Hij komt. En dat moet ons leven bepalen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 maart 1989

Mivo +12 | 20 Pagina's

Hemelvaart en wederkomst

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 maart 1989

Mivo +12 | 20 Pagina's