JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

3 Zuid Afrika

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

3 Zuid Afrika

20 minuten leestijd Arcering uitzetten

De thuislanden

Het thuislandenbeleid in zuid-afrika

De thuislandengedachte is in 1913 in de grondwet vastgelegd. Een thuisland is een gebied in Zuid-Afrika waar bepaalde bantoestammen oorspronkelijk vandaan komen. In 1913 werd bepaald hoeveel grond er béschikbaar kwam als permanent woongebied voor de bantoestammen. In 1936 werd de hoeveelheid toegewezen grond verdubbeld tot ongeveer 17 miljoen hektare. De regering van Zuid- Afrika wees de beschikbare grond aan.

Op het ogenblik zijn er zeven thuislanden, waarvan er vier al een zelfstandig beleid voeren en drie nog afhankelijk zijn van de Zuid-Afrikaanse regering.

De vier zelfstandige thuislanden worden alleen door Zuid-Afrika als zodanig erkend. De rest van de wereld erkent deze gebieden niet als zelfstandige landen. Ieder thuisland heeft zelfbestuur. Dit houdt in: een eigen regering en een president. Binnen de thuislanden gelden stamverbanden. Aan het hoofd van een familie staat een chief. Over een aantal families wordt een hoofdman gesteld en over een bepaald gebied in het thuisland krijgt een koning zeggenschap. De belangrijkste koning (kgosi) van het land wordt gekozen tot president. De opvolging gaat van vader op zoon.

Het zuidafrikaanse beleid is er op gericht zoveel mogelijk de bewoners weer in hun oorspronkelijke gebied te krijgen.

Velen worden daarom'gedwongen te verhuizen. Degenen die in de blanke gebieden wonen en werken moeten een pasje bij zich dragen Wanneer ze geen werk meer hebben, kan dit pasje niet worden verlengd en worden ze geacht terug te keren naar hun "thuis"-gebied Regelmatig worden deze pasjes door de zuidafrikaanse politie gekontroleerd. iemand die geen geldig verblijfspasje heeft, wordt zondermeer opgepakt en voor geruime tijd opgesloten.

Een ander middel om de trek naar de.thuislanden te bevorderen is het bouwen van industriegebieden op de grens van deze gebieden. Later moet die industrie dan in het land zelf gevestigd worden. Degenen die hier een bedrijf willen starten, ontvangen van de zuidafrikaanse regering subsidie.

Wat is de praktijk echter? De mannen, die in de thuislanden wonen, geven er de voorkeur aan in de grote steden te gaan werken, omdat ze daar meer verdienen dan in hun thuisland. De gezinnen blijven dan in de thuislanden, terwijl de mannen ongeveer twee keer per jaar thuiskomen. Dit verschijnsel wordt trekarbeid genoemd. De gevolgen met name op zedelijk gebied zijn ingrijpend. Opvallend is bijvoorbeeld het grote aantal buitenechtelijke kinderen.

De praktijk leert dat ook de thuislandenpolitiek geen oplossing is voor een harmonieuze samenleving van de verschillende bevolkingsgroepen in Zuid-Afrika. Dit mag ens echter niet verhinderen om hulp te verlenen waar nood is.

Bophuthatswana

Gelukspan ligt in het thuisland Bophutshatswana, het gebied waar de Tswana's wonen. Bophuthatswana betekent: dat wat de Tswana's samenbindt. Bophuthatswana is verdeeld in zeven afzonderlijke gebieden, die wel 400 kilometer van elkaar verwijderd liggen. De hoofdstad is Mmabatho (moeder van de mensen) dat ongeveer 50 kilometer van Gelukspan ligt. Het gebied waarin Gelukspan ligt, wordt Ditsobotla genoemd. De andere zes gebieden zijn: Thaba- Nchu, Taung, Kuruman, Moreteletse I en II en Kuruman.

Bophuthatswana heeft een eigen vlag. Het land heeft geen eigen muntstelsel. Ook zijn er geen officiële grensovergangen met Zuid- Afrika.

Inkomsten

In het gebied rond Gelukspan wordt vooral veel mais, hier mielies genoemd, verbouwd. De afgelopen drie jaar is de oogst mislukt door de droogte. Door de misoogsten zijn er haast geen inkomsten, waardoor er nu veel armoede geleden wordt. De regering van Zuid-Afrika geeft nu pas enige droogte-hulp. Het landschap is vlak en uitgestrekt. Oorspronkelijk was hier bosveld. Sinds de onafhankelijkheid in 1977 wordt er veel land in kuituur gebracht.

De regentijd is in de zomer, d.w.z. de nederlandse periode van oktober tot en met maart.

Financieel gezien moet Bophuthatswana zichzelf bedruipen. De belangrijkste bronnen van inkomsten zijn de landbouw (mais, pinda's en zonnebloemen) en de mijnen

De helft van de Tswana's woont in Bophuthatswana, de rest in Zuid-Afrika

In Bophuthatswana is nog te weinig werkgelegenheid. Hierdoor trekken veel mannen naar Zuid-Afrika om daar in de mijnen te gaan werken.

Veel gezinnen missen hun vader daarom het grootste gedeelte van het jaar.

Tradities

De Tswana's zijn al lang geleden met de westerse beschaving in kontakt gekomen en hebben daarom niet meer zulke sterke stamtradities. Veel gebruiken zijn dan ook gemengd. Zo zal een tswana meisje een bruidsjapon hebben als ze trouwt, terwijl de bruidegom nog wel de bruidschat of lobola betaald heeft aan zijn schoonvader.

Een baby ontvangt meestal een paar dagen na de geboorte zijn naam.

Die naam slaat op de omstandigheden waaronder het kindje geboren is, bijv. mapula - moeder van de regen, als een meisje in de regentijd geboren is.

Nu in deze tijd van droogte wordt er weer veel aan de badimo of vooroudergeesten geofferd. In een gat in dë grond wordt vlees en bier gedaan voor de badimo.

Als een vrouw een baby gehad heeft, mag ze de eerste drie maanden niet uit haar huis komen.

De vergaderingen van de dorpsoudsten vinden nog steeds plaats in de kgotla, een door takkebossen omheinde ruimte waarin de mannen zitten. Als er iemand is overleden in de regentijd, mogen zijn persoonlijke bezittingen pas na de regentijd uit huis gehaald worden.

Toch zie je dat steeds meer tradities vooral door de jeugd losgelaten worden.

Onderhijs

Er is geen leerplicht voor kinderen.

Een kind wat met zijn zesde jaar al op school zit is bevoorrecht. Vaak is er geen geld voor de school. De leerlingen moeten alles zelf kopen: boeken, schriften, pennen en schooluniform. Wat zie je als je op zo'n school komt?

Hele grote klassen, vooral in de lagere klassen zijn vaak 50- b0 kinderen per leerkracht. Er zijn niet genoeg schoolbanken, de laagste klassen zitten gewoon op de grond, lesmateriaal is er niet.

Namens de jeugd van de Ger. Gem. zijn in het distrikt Disobotla op 50 scholen 3000 Bijbels uitgedeeld aan de leerlingen in de hoogste klassen. Het is een voorrecht om in zulke armoedige omstandigheden op de troost te mogen wijzen die de Heere door Zijn Woord wil geven en de kinderen ook zelf een Bijbel te mogen geven.

Begrijpelijk dat er nog veel analfabetisme is, vooral onder de oudere mensen.

Qeluhspan ziekenhuis

Algemeen

Het Gelukspan Ziekenhuis is gesticht door de N.G. (Nederduits Gereformeerde) kerk van Zuid Afrika. In 1950 kreeg deze kerk een stuk grond van bijna 70 hectare om een zendingspost te beginnen. Er ontstond een nieuwe kerk in dit gebied, de N.G.- kerk in Afrika (zwarte N.G.- kerk).

Al snel werd gezien dat naast de verkondiging van het evangelie ook hulp op andere terreinen geboden moest worden.

Toen de zending met deze .nood gekonfronteerd werd, is er besloten om een kliniek te bouwen waar zieken onderzocht en behandeld konden worden. Er werden twee zusters in dienst genomen voor dit werk. Een huisarts uit Sannieshof bezocht de kliniek later om de zusters te helpen. Zo groeide er langzaam maar zeker een klein ziekenhuis op de vlakten van West-Transvaal, ver weg van elk dorp. De dichtst bijzijnde dorpen waren Mefaking, Lichtenburg en Sannieshof (allemaal ongeveer 60 km van het ziekenhuis).

In 1977, met het onafhankelijk worden van Bophuthatswana, werd het ziekenhuis door de regering overgenomen. Nu is het een regeringsziekenhuis .

De pastorie, de kerk en veel van het oudere personeel herinneren echter nog sterk aan de tijd toen Gelukspan een zendingsziekenhuis was.

Werkt het ziekenhuis net zo als een hollands ziekenhuis? Hollandse ziekenhuizen zijn meestal veel kleiner, hebben veel meer dokters en specialisten en beschikken meestal over moderne apparaten om de patiënten te onderzoeken en te behandelen. En in Holland is het meestal zo dat je pas naar het ziekenhuis gaat als de huisdokter zegt dat het nodig is, of als de wijkzuster je thuis niet meer kan verzorgen.

Dat is in Zuid-Afrika' heel anders. Er zijn in dit soort gebieden geen huisdokters (wel in grotere dorpen zoals Mefaking en Lichtenburg). Het ziekenhuis heeft dan ook als taak om in een zo goed mogelijke gezondheidszorg te voorzien voor alle mensen die in dit gebied wonen.

Van jong tot oud, onafhankelijk wat ze hebben. Dat is niet zo makkelijk als je weet dat de mensen in meer dan 40 verschillende dorpen wonen- Sommigen dichtbij het ziekenhuis. Anderen ver weg zonder goede transportverbindingen naar Gelukspan.

Zoals overal op de wereld, komen er allerlei verschillende ziekten voor. Sommige niet zo ernstig en meestal zonder levensgevaar. Maar er is ook een hele groep van ziekten die vaak wel een ernstig verloop hebben en tot de dood leiden of als de patiënt het overleeft restgevolgen achterlaten, zoals bijvoorbeeld verlamming na een hersenbloeding.

Een van de belangrijkste ontwikkelingen in het ziekenhuis in de afgelopen jaren is dat er plannen en programma's ontwikkeld zijn om vooral deze ernstige ziekten te voorkomen of vroeg op te sporen en dan te behandelen, voordat er onherstelbare schade in het lichaam veroorzaakt is. Daarbij moeten we aan de volgende ziekten denken:

* ondervoeding. Dit was tot 1980 de belangrijkste oorzaak voor sterven van kleine kinderen. Er zijn veel verschillende redenen waarom kleine kinderen ondervoed raken, bijv. voortdurend diarree, verkeerd of te weinig eten, gebrekkige verzorging.

* diarree. Door het warme klimaat bederft eten snel en kunnen kleine

kinderen en baby's makkelijk uitdrogen en binnen een of twee dagen sterven door diarree als ze niet genoeg drinken.

* mazelen. Dit is hier een gevaarlijke kinderziekte.

* longontsteking. Komt het meest voor in de winter, wanneer het koud is.

* tuberculose- Meestal in de longen maar kan ook hersenbeschadiging en verlamming veroorzaken.

* hoge bloeddruk. Dat leidt tot allerlei komplikaties zoals hersenbloeding en beschadiging van hart en nieren.

* te vroeg geboren baby's sterven vaak als ze erg klein zijn. Mazelen, een ziekte die in het verleden veel kinderlevens eistte, komt niet meer voor. Ook is het nu een grote uitzondering als er een kind sterft ten gevolge van tuberkulose. Door de betere medische behandeling kunnen handicaps voorkomen worden, bijvoorbeeld hersenbeschadiging bij patiënten met stuipen.

Uit het voorafgaande zal duidelijk zijn, dat er zo heel wat aan preventie van chronische ziekten en handicaps wordt gedaan.

Dat houdt natuurlijk niet in dat ze er niet meer zijn. Integendeel, door onvoldoende medsiche zorg in het verleden zijn er nu enorm veel zwaar gehandicapte mensen. En ook nu komen er nog steeds bij. Niet alle handicaps zijn te voorkomen, kijk maar in Nederland.

Behalve aandacht voor het zieke lichaam geven, wordt geprobeerd om de mensen ook op andere gebieden te helpen. Er zijn veel mensen die bij het ziekenhuis om hulp komen voor grote sociale en maatschappelijke nood. De maatschappelijk werkers proberen mensen te helpen met bijv. het vinden van werk, betalen van schoolgeld, krijgen van pensioen, oplossen van huwelijksproblemen en het geven van advies op allerlei gebied. Op 't ogenblik is er een speciaal projekt om de nood en armoede tengevolge van de droogte te verlichten. Alle gezinnen zonder inkomsten krijgen voor een aantal maanden eten.

Een apart team probeert om een zo goed mogelijke geestelijke verzorging voor de patiënten te regelen. Verschillende mensen, blank en zwart, zijn hierbij betrokken.

Ziekenhuis

De zending van de Ger. Gem. en het Gelukspanziekenhuis werken in hetzelfde gebied. De bijbelschool van de zending staat in Mareetsane, wat op 15 km afstand van het ziekenhuis ligt. Wat betreft het zendingswerk wordt veel samen met de zendingsmensen gewerkt. In 1982 is er op het terrein van het ziekenhuis een bijbelkiosk

In 1982 is er op het terrein van het ziekenhuis een bijbelkiosk gebouwd. Behalve verschillende ziekenhuiswerkers, zijn ook zendeling Commelin en een evangelist uit Mareetsane bestuursleden van deze bijbelkiosk.

Er is een grote behoefte aan christelijke lektuur, vooral nu er steeds meer mensen leren lezen, is het ook erg belangrijk om te zorgen dat er Bijbels en christelijke boeken te koop zijn. Het ziekenhuis geeft een goede gelegenheid om het evangelie te verkondigen: de patiënten hebben alle tijd en omdat ze ziek zijn willen ze graag over de Bijbel horen.

Deze gelegenheid wordt aangegrepen om bij de medische zorg ook geestelijke zorg te geven.

Wat wordt er gedaan voor de patiënten?

* Elke dag wordt er door de patiënten en zusters op elke zaal een morgenopening gehouden.

* Elke dag gaat de tswana-vrouw die in de boekwinkel staat een uur naar de zalen om daar voor de patiënten een korte meditatie (tswana) op een kassettebandje te draaien. In twee weken bezoekt ze zo al de 1100 patiënten.

* Drie keer per week wordt er op verschillende plaatsen in het ziekenhuis een bijbelse diaserie met een kassettebandje gedraaid, ook in het tswana.

* Elke donderdag komt er een evangelist van Mareetsane naar de bijbelkiosk en daar houdt hij met de patiënten eerst een bijbelstudie, daarna legt hij een gedeelte van de Heidelbergse Catechismus uit.

* De patiënten kunnen een schriftelijke bijbelkursus maken. Als ze hem inleveren ontvangen ze een Bijbel. De Bijbels voor dit doel zijn geschonken door het Deputaatschap Bijbelverspreiding.

* Elke zondag wordt er op de verschillende zalen zondagsschool gehouden met de kinderen.

* Elke zondagmorgen wordt er een dienst gehouden in het kerkje op het ziekenhuisterrein.

Dit kerkje is van de N.G.- kerk omdat Gelukspan vroeger een N.G.- zendingsziekenhuis was. Veel patiënten bezoeken deze diensten.

* Elke twee weken komt zendeling Commelin in het ziekenhuis voor de patienten op zondagmiddag preken.

* Een keer per maand wordt er zondagsavonds op de zalen gezongen, een meditatie gehouden en gebeden met de patiënten.

* Onder het ziekenhuispersoneel is een groep werkers die zelf ook elke week de patiënten bezoeken, pamfletten uitdelen en met hen over de Bijbel spreken.

De werkers zijn dankbaar voor de geopende deur voor het evangelie, ook In Gelukspan. De opdracht is er om aan alle wateren te zaaien, en daarbij te bidden of de Heilige Geest het Zelf wil zegenen. De Heere heeft beloofd Zijn volk te hebben onder alle stammen, talen, naitën en volken dus ook onder de tswana's.

Het personeel

De enorme variatie van ziektebeelden maakt de verzorging erg moeilijk. Iedere afwijking vereist specifieke deskundigheid in verzorging. Het is niet makkelijk om elk kind tot z'n recht te laten'komen. En er is niemand echt deskundig op één van deze gebieden.

De zusters en ziekenverzorgsters, die er werken, hebben alleen een algemene opleiding genoten. Bovendien hebben ze niet voor dit werk gekozen, maar zijn er geplaatst door de regering. Er zijn er ook veel te weinig.

Op een zaal met meer dan 40 kinderen hebben er nooit meer dan vier tegelijk dienst, soms zelfs maar twee (zoals 's middags), of één (vanad 's a- vonds zeven uur). De dokters en fysiotherapeuten (sinds 1984 is er een fysiotherapeutenechtpaar) ,hebben geen ervaring in dit werk. Ook de sociaal werkster is niet opgeleid voor dit werk.

Deze kleine groep mensen heeft dan de verantwoordelijkheid voor een inrichting met meer dan 300 mensen die zo geheel verschillende behoeften hebben. Op allerlei gebied is men bezig verbeteringen aan te brengen in de zorg voor deze mensen.

Liefde en aandacht zijn de eerste levensbehoeften die iedereen nodig heeft. Alle werkers moeten en kunnen dit geven, ongeacht hun specifieke taak en deskundigheid.

Hiervoor zijn al veel aktiviteiten georganiseerd.

En in dit kader is het plan opgevat een kinderboerderij op te zetten.

Be herberg

Wat is"de herberg"?

In het Gelukspanziekenhuis zijn, net als in een Nederlandse ziekenhuis, verschillende afdelingen. "De Herberg" is altijd een afdeling geweest waar alle chronische

"De Herberg" is altijd een afdeling geweest waar alle chronische zieken en geha'Üicapten heen konden. Vaak komt er een telefoontje van het dichtstbijzijnde station, dat er een opname voor de Herberg is en of die opgehaald kan worden. Als dat gedaan wordt, is de begeleider vaak al vertrokken, en zit er een gehandicapte, die soms in aanmerking komt voor opname, maar vaak ook niet. De mensen worden vaak gestuurd omdat ze gehandicapt zijn, maar er wordt niet gekeken of die mate van gehandicapt-zijn, wel opname nodig maakt (bijv. iemand die alleen een spastische hand had). Terugsturen gaat dan niet omdat er geen huisadres is 'vermeld in de begeleidende brief.

Zo is de Herberg een inrichting geworden voor + 250 patiënten, volwassenen en kinderen, allen in min of meerdere mate gehandicapt .

De voornaamste handicaps zijn:

- mensen met spastische armen en/of benen, vaak halfzijdig veriarad ;

- hydrocephalus (waterhoofd);

- microcephalus (te kleine schedel);

- verlammingen door verschillende oorzaken, grote groepen door poliomyelitus, tuberkulose van de wervelkolom en hersenbloedingen.

Een deel van deze mensen is mentaal goed, maar een groot deel is zwakbegaafd of nog erger, verstandelijk gehandicapt. Verder is er een grote groep die verstandelijk gehandicapt is, maar lichamelijk goed (bijv. mongooltjes).

Een gedeelte van de volwassen patiënten gaat iedere dag naar de therapie, waar o.a. dekens worden gebreid, kussens geborduurd, stoelen gevlochten, schoenen gerepareerd, plantenhangers van makramé gevlochten en getuinierd.

Eén groep is nog vergeten, dat zijn de bejaarden, die in de rondavels naast de Herberg wonen. Ze kunnen zichzelf redelijk zelfstandig verzorgen en krijgen kleding, voedsel en eventuele medicijnen van het ziekenhuis. Sommigen bezoeken de therapie, anderen zijn bezig in hun zelfaangelegde groentetuin. En altijd bereid tot een praatje.

De kinderen in de herberg

De meeste kinderen worden op vrij jonge leeftijd in de Herberg opgenomen en groeien daar in groepsverband op, zonder de speciale aandacht en warmte van een gezinsleven. Door het personeelstekort is er lang niet altijd tijd om de kinderen, naast de intensieve verzorging, ook de nodige aandacht te geven. Zó opgroeien is kil, en probeer de juiste gevoelswaarde van dit woord te proeven, in dit warme land.

Gelukkig hebben de kinderen elkaar en zijn ze ons daarmee soms tot een voorbeeld.

Ze zijn elkaar tot een hand en een voet, ook letterlijk. De meeste kinderen worden niet door ouders of familie bezocht. De reis is lang en-duur of soms is de belangstelling voor het kind weggeëbt.

Sommigen worden één of twee keer per jaar bezocht of mogen een poosje thuiskomen.

Op de in september 1984 gehouden familiedag, mocht een aantal patiënten hun familie ontmoeten en samen met hen een feestelijk programma meemaken.

Het_interieur van de her berg

De Herberg bestaat uit een lange gang met aan de linkerkant negen grote zalen. Aan de andere kant ligt het schooltje, het kantoor en de keuken. Ook is er een groot zwembad. Op iedere zaal vind je zo'n 40 bedden, nachtkastjes en wat platen aan de muur. Met onze hollandse ogen bezien, vinden we de zalen kaal en onzellig. Graag zou men ze wat gezelliger maken, meer leefbaar, maar middelen daarvoor zijn nog beperkt, zodat dit een plan voor de toekomst is.

Welke handicaps hebben de kinderen in de herberg?

Onder de kinderen vind je verschillende handicaps. Enkele typen Herbergkinderen zijn:

- de bedkinderen, die alleen maar liggen en kijken

- de kinderen die zich in en om de zalen vermaken, maar te zwak zijn voor de speelgroep

- de oudere kinderen, die de therapie bezoeken

- de kinderen met een kleine ontwikkelingsstoornis, die de speelgroep bezoeken.

Veel van hen zijn daarbij ook lichamelijk gehandicapt. In een bed op de meisjeszaal ligt Zodra; een zwaar gehandicapt meisje. Door haar spasticiteit is Zodra bijv. niet in staat zich om te draaien of te gaan zitten, ook kan ze niet praten. Haar leven in de Herberg bestaat uit kijken en wachten.

* wachten om verschoond te worden

* wachten om gevoed te worden

* wachten om even aangeraakt te worden

* wachten op een vriendelijk woord.

Haar verstandelijke vermogens zijn zeer beperkt. Toch ervaart zij het gemis aan de nodige aandacht, omdat er zoveel zijn zoals zij, die zoveel verzorging nodig hebben. In haar bed ligt een gebreid popje en vaak houden de felle kleuren haar aandacht gevangen .

Op de jongenszaal zien we Tsêpo, een klein jongetje, dat niet kan lopen en behalve wat klanken, ook niet kan praten. Als je tegen hem praat, reageert hij meteen en komt al schuivend naar je toe. Hij vermaakt zich buiten met wat steentjes en stokjes. Haar het fijnste is toch wel om mee naar het zwembad te gaan.

Iedere morgen om acht uur kom je Lebogang tegen. Lebogang kan z'n benen niet gebruiken en heeft een achterstand in zijn ontwikkeling. Hij is vijf jaar, heeft door zijn handicap beperkingen, maar ook mogelijkheden. Daar maakt hij gebruik van op de therapie.

Hij zit op een karretje, dat uit een houten plank bestaat met daaronder vier kleine wieltjes. Hij duwt zichzelf voort met z'n handen over de grond en komt zo toch goed vooruit. Hij geniet van het werk, dat hij op de therapie doet, nl. het werken in de tuin. Bedden maken, zaaien en planten, overal helpt hij aan mee. De groente- en bloemenplantjes worden verkocht aan de mensen rond het ziekenhuis, die er hun eigen tuin mee vullen. Lebogang doet nuttig werk en je nuttig voelen ondanks je handicap, is heel wat waard.

En dan zijn daar ook nog Bajabulile, Kokosi en Puseletsa. Dit zijn de betere kinderen van de Herberg. Zij kunnen lopen, maar komen achter. Eigenlijk kunnen zij ook thuis wonen, maar vaak is er alleen een moeder thuis, die buitenshuis moet werken om het gezin te kunnen onderhouden. Er is dan geen goede opvang voor deze kinderen.

Het_schooltje

De betere kinderen bezoeken dagelijks de speelgroep van 10.00 tot 15.30 uur. Je kunt de speelgroep vergelijken met een kleuterschool, al varieert de leeftijd van 6 tot 15 jaar.

Het aksent ligt op de zelfredzaamheid. Ook al ben je gehandicapt, toch kun je leren om jezelf te wassen, netjes aan te kleden, naar het toilet te gaan en netjes te eten.

Er wordt van alles gedaan, zoals zingen, uit de Bijbel vertellen, spelletjes, puzzelen, tekenen, klei, speelwerkbladen enz. De eerste aanblik van deze groep met 23 gehandicapte kinderen is niet zo prettig.

Je ziet kinderen met veel verschillende handicaps bij elkaar. Maar als je een poosje met ze optrekt, dan merk je dat het gelukkig nog gewone kinderen zijn, even ondeugend als alle andere kinderen en bijna altijd vrolijk.

Als over de Bijbel gepraat wordt mag ook gewezen worden op hoe het zal zijn als de Heere Jezus terugkomt.

Dan kunnen de lammen lopen, de blinden zien en alle geschonden lichamen zullen volmaakt zijn.

Be kinderboerderij

De kinderboerderij: voor wie?

Het projekt "de kinderboerderij" is heel geschikt voor alle patiënten. De boerderij zal vlakbij de Herberg een plaats krijgen, zodat ook de bedkinderen er mee naar toe genomen kunnen worden.

De "betere" patiënten zullen een taak krijgen bij de verzorging ervan.

Al ruim jaar is men bezig met het houden van dieren in de tuin van het personeel, met de gedachte eerst zelf het één en ander over hun verzorging te leren en ze later aan de Herberg te geven.

Nu is het dan zover, dat het plan werkelijkheid kan worden, dankzij de kinderklubs.

Eenden, ganzen, kalkoenen, kippen en konijnen zijn al gekocht of gekregen. Ook wordt een lammetje met de fles groot gebracht, zodat hij mak wordt en een echt speelkameraadje voor de kinderen kan zijn. Waar de kinderen nu al heel erg van genieten, is een ritje met de ponywagen, die voor de Herberg is aangeschaft.

Ook wil men- nog andere dieren aanschaffen zoals herten en ander wild, die op wildplaatsen en bij de boerderij te krijgen zijn. Eerst moet het personeel met laatstgenoemde dieren nog zelf de nodige ervaring opdoen.

Het bedrag dat de kinderklubs voor dit projekt willen geven, zal bestemd worden voor de verdere aankoop van dieren en een groot gedeelte van het geld zal nodig zijn voor de aanschaf van een omheining, hokken en afdakjes. Van dit alles kan een leuk geheel gemaakt worden.

De kinderboerderij zal een belangrijke plaats in gaan nemen in het leven van de Herbergbewoners, zowel klein als groot!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

Mivo -16 | 69 Pagina's

3 Zuid Afrika

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

Mivo -16 | 69 Pagina's