JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Handleiding 4b: De Parel van grote waarde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Handleiding 4b: De Parel van grote waarde

20 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bij deze handleiding is een -10 en een +10 werkboekje beschikbaar. Klik op onderstaande link om deze in te zien.

Lezen
Mattheüs 13:1-3a, 44-46

Kerntekst
Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een koopman, die schone paarlen zoekt; dewelke, hebbende een parel van grote waarde gevonden, ging heen en verkocht al wat hij had, en kocht dezelve (Mattheüs 13:45 en 46).

Zingen
Psalm 19:5
Psalm 21:5
Gebed des Heeren:9
Psalm 145:2
Psalm 106:3
Psalm 105:2
Psalm 73:14
Psalm 36:2

Vertelschets -10

Verlangend kijkt Rick naar de advertentie van de speelgoedwinkel. Daar staat het computerspel dat hij zo graag wil hebben. Sven uit zijn klas heeft het van zijn vader en moeder gekregen. Afgelopen woensdag hebben ze het samen gespeeld. Het is echt heel gaaf. Maar… het is ook heel duur. Toen zijn moeder hem woensdagavond naar bed bracht, heeft hij eens voorzichtig gevraagd, of hij dat spel ook zou kunnen krijgen. Hij ziet nog precies de ogen van zijn moeder voor zich, toen hij dat vroeg. Nee, hij hoeft er niet op te rekenen dat hij dat krijgt. Zelfs niet voor zijn verjaardag. Veel te duur. En bovendien, Rick weet wel dat zijn vader en moeder helemaal niet willen dat hij zo vaak achter de computer zit. Bij Sven thuis is dat heel anders. Die mag veel meer. Dat zou hij ook wel willen. Dat computerspel zou hij dolgraag willen hebben. Zou hij er niet zelf voor kunnen sparen? Hij krijgt zakgeld en soms krijgt hij wel eens geld van opa en oma.
Met een zucht legt Rick het krantje weg. Kon hij dat spel maar kopen…

Herken je dit verhaal? Een vriendje of een vriendinnetje heeft iets moois wat je ook graag zou willen hebben! Of je wilt zo graag op paardrijles, of op voetbal. Je belooft je vader en moeder van alles, zodat je maar zou krijgen, waar je helemaal weg van bent.

Iedereen heeft dat wel. Grote mensen, kinderen. En als je het dan gekregen hebt, of je hebt er voor gespaard en je hebt het gekocht, dan is er weer wat anders, wat je dan weer heel graag zou willen hebben. Je bent altijd op zoek. Op zoek naar iets mooiers, iets nieuwers, iets leukers.

In de Bijbel staat een verhaal van een man die dat ook doet. De Heere Jezus vertelt over hem in een gelijkenis. Want de Heere Jezus weet, dat wij altijd op zoek zijn naar iets mooiers. Maar Hij weet ook dat, als we het dan gevonden hebben, we dan toch wéér op zoek gaan. Op zoek naar wat we dàn weer het liefste willen hebben. Want al dat mooie kan je kast wel vol maken, of je tijd, maar nooit je hart. Je hart blijft leeg. Daarom blijf je zoeken. Totdat je het allermooiste vindt dat er bestaat. De Heere Jezus wil vertellen wat dat is. Hij gaat vertellen Wíe dat is.

Daar zit de Heere Jezus. Heel veel mensen zijn naar Hem toegekomen. Ze hebben over Hem gehoord. Ze hebben gehoord over de wonderen die Hij doet. Ze hebben ook gehoord over de verhalen die Hij vertelt. En nu de Meester weer in Kapernaüm is, zijn ze naar Hem op zoek gegaan. “Hij is bij het meer, bij de vissersboten!” roept een man. Snel lopen de mensen naar de oever van het meer. Daar zien ze de Heere Jezus. Ze dringen en duwen om dicht bij Hem te kunnen zijn, zodat ze goed kunnen horen wat Hij gaat vertellen. Jezus ziet het. Even kijkt Hij om zich heen. Dichtbij liggen twee scheepjes. De vissers van wie ze zijn, zijn de netten aan het schoonspoelen. Eén scheepje is van Simon Petrus. De Heere Jezus loopt er naar toe, klimt aan boord en vraagt: “Simon, wil je een klein eindje van de kant af varen? Dan hoeven de mensen niet meer zo te dringen en dan zal Ik vanuit jouw schip gaan vertellen.” Simon Petrus doet wat de Heere Jezus vraagt. Het duurt niet lang of alle mensen op de oever zijn stil geworden en luisteren naar de Heere Jezus, Die daar zit in de vissersboot.

Verlangend kijkt de Zaligmaker naar al die mensen. Waar verlangt Hij dan naar? Dat ze zalig worden! Daarvoor is Hij gekomen. Hij ziet al die mensen, die druk zijn met hun werk, met hun zorgen, met geld verdienen. Druk met de offers die ze moeten brengen, de geboden die ze moeten houden. Ze zijn allemaal op zoek naar geluk. En nu wil Jezus hun zo graag laten zien waar ze dat geluk kunnen vinden. Het geluk dat nooit meer weggaat. Het echte geluk is immers als je de Heere lief hebt. Als je de Heere Jezus kent. Als je Hem echt vindt! Als je in Zijn Koninkrijk bent binnengegaan. Dat Koninkrijk is niet ergens in een land op aarde. Het is het Koninkrijk der hemelen! Maar dat is op de aarde. Dat is overal waar mensen, ook kinderen, de Heere Jezus als Koning dienen. Daarom gaat de Heere Jezus vertellen over dat Koninkrijk. Over dat echte geluk, over de zaligheid. Over het vinden van Koning Jezus en Zijn Koninkrijk. Hij vertelt erover aan Zijn discipelen. In gedachten is Hij bij al die mensen, die naar Hem luisterden aan de oever van het Meer van Galilea.

Het Koninkrijk der hemelen is gelijk een koopman, die schone paarlen zoekt…
Onderzoekend gaan de ogen van de koopman langs de parels, die de verkoper voor hem heeft neergelegd. Het zijn mooie parels, dat ziet hij wel. Af en toe pakt hij er een in zijn handen. Hij bewondert de mooie, zachte glans. Het zijn kostbare edelstenen. Iemand die er geen verstand van heeft, zou kunnen zeggen: “Het zijn maar gewone kralen.” Maar de koopman weet beter. Hij weet hoe moeilijk het is om parels op te duiken uit de zee. Daar zitten ze in de schelpen van de oesters. Die oesters leven op de bodem van de zee. Soms komt er een zandkorrel de schelp binnen. Die harde, scherpe korrel moet weg. Maar dat lukt niet. Dan maakt de oester er een glad, hard laagje omheen. Een laagje van glanzend parelmoer. En dat laagje wordt steeds dikker. En zo wordt de zandkorrel een kostbare parel. De koopman heeft al heel veel prachtige parels gevonden. Maar altijd is hij op zoek naar meer parels. Nog mooiere parels. Hij reist er overal voor naar toe.

Als de Heere Jezus aan de mensen denkt, die naar Hem hebben geluisterd, dan ziet Hij in gedachten mensen die ook op zoek zijn. Net als die koopman, die parels zoekt. Ze zijn op zoek naar rijkdom, naar geluk, naar blijdschap. Altijd op zoek naar meer. Ze hebben al heel veel gevonden en toch… ze zoeken altijd weer verder.

Als de Heere Jezus naar ons kijkt, ziet hij kinderen die ook op zoek zijn. Net als die koopman die parels zoekt. Op zoek, zoals Rick, naar een nieuw computerspel. Of op zoek naar goede cijfers op school. Op zoek, naar mooie kleren. Wat ziet de Heere bij jou? Waar ben jij naar op zoek? Wat zou je het liefste willen hebben? Wat staat er boven aan je verlanglijstje?
Mag dat dan niet? Zeker mag dat! Maar het is net als bij de koopman, je blijft altijd maar zoeken naar weer andere parels, naar meer parels. Je hebt nooit genoeg.

De koopman zoekt. En dan… er gaat een schok door hem heen. Daar ziet hij een parel, zo mooi, zo prachtig glanzend, zo groot! Zo‟n schitterende parel heeft hij nog nooit gezien. Hij kan er zijn ogen niet van afhouden. Zijn stem trilt als hij vraagt: “Mag ik die parel eens van dichtbij bekijken?” En als hij de parel dan van heel dichtbij bekijkt, weet hij dat hij de allermooiste parel heeft gevonden die er bestaat. Alle andere prachtige parels die hij tot nu toe heeft gevonden, ze stellen niets meer voor nu hij deze parel van grote waarde heeft gezien. Déze parel moet hij hebben. Ja, hij móét hem hebben. Deze parel is zo kostbaar! Als hij deze parel heeft, dan hoeft hij nooit meer verder op zoek.
Hij denkt na. Hoe kan ik deze parel kopen? Hij is zo kostbaar. Hoe kan ik dat betalen? Dan weet hij het. Nu ik deze allermooiste parel heb gezien, stellen al die mooie parels die ik al gevonden heb niets meer voor. Ik ga al die kleine parels verkopen. Dan kan ik die parel van grote waarde kopen.
Hij gaat naar huis en legt alle parels die hij heeft bij elkaar. Zou het genoeg zijn om die ene parel te kunnen kopen? De koopman tobt er niet over. Hij verkoopt liever alles wat hij heeft, als die kostbaarste parel straks maar van hem is.

Weet je al wat de Heere Jezus bedoelt? Die Parel, dat is Hijzelf! Je bent op zoek naar van alles. Maar als je de Heere Jezus ziet, met de ogen van je hart, dan weet je het: Hij is de Parel van grote waarde! Je ziet pas hoe klein en onbelangrijk alle andere dingen zijn, als je de Heere Jezus hebt mogen vinden! Heb jij die Parel al eens gezien? Heb je gezien hoe kostbaar Hij is?
Weet je waar je dat ziet?
Je ziet het in de stal in Bethlehem. Herders knielen neer en aanbidden Jezus. Een gewoon kindje en ook nog in een voerbak? Ja, zo lijkt het. Maar de herders weten wel beter: Zij hebben de Parel van grote waarde gevonden.
Je ziet het op Golgotha. Daar hangt Hij, de Koning van hemel en aarde, aan een kruis. Is Hij de Parel van grote waarde? Ja, juist daar! Daar hangt Hij om de straf te dragen, die wij verdienen om onze zonden. Daar glanst de Parel het allermooist. Daar zie je Zijn liefde tot zondaren het allerbest. Heb je de Heere Jezus al eens echt gezien? Dan wil je maar één ding: die Parel hebben!

Daar gaat de koopman. Hij heeft alles verkocht. En de parel gekocht. Dé parel. Armer kan hij niet worden. Hij is al zijn parels kwijt. En toch is hij rijker dan hij ooit geweest is, want hij heeft de allerkostbaarste parel van de hele wereld. Nu hoeft hij niet meer op zoek. Hij heeft alles.

Het Koninkrijk der hemelen is gelijk een koopman, die schone paarlen zoekt… En weet je wat nu het wonder is? De koopman moest de parel kópen. Maar als Koning Jezus in je hart komt wonen, dan kost dat geen geld. Hij geeft Zichzelf weg. Dat is nu genade. Het kost wel veel. Het kostte Jezus' leven. Hij betaalde Zelf de prijs.

Verlangend denkt de Zaligmaker aan de mensen die naar Hem luisterden aan de oever van het meer. Weet je waar Hij naar verlangt? Dat ze zalig worden! Dat ze zullen gaan zien, dat al hun parels onbelangrijk zijn. Dat ze door de Heilige Geest mogen gaan zien, dat Hij de Parel is van grote waarde! Dat ze al hun parels verkopen, om die allermooiste Parel te kunnen krijgen. Wil jij jouw kleine 'parels' verliezen om deze allergrootste Parel te ontvangen?

Rick zit op zijn kamertje. Het is al weken geleden dat hij het krantje van de speelgoedwinkel in zijn handen had. Hij weet niet eens meer waar het is. Waarschijnlijk allang bij het oud papier. Dat computerspel was mooi, maar hij hoeft het eigenlijk niet eens meer. Naast hem ligt zijn Bijbel. Mattheüs 13… Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een koopman, die schone paarlen zoekt. Dewelke, hebbende een parel van grote waarde gevonden, ging heen en verkocht al wat hij had en kocht dezelve. Daar heeft de juf op de club over verteld. Over de Parel van grote waarde. Hij leest de tekst opnieuw. Dan vouwt Rick zijn handen. Verlangend om díe Parel te mogen ontvangen.

Handleiding Bijbelstudie +10

Deze Bijbelstudie is bedoeld voor kinderen van tien jaar en ouder. Voor jongere kinderen is de Bijbelstudie waarschijnlijk te moeilijk. Er is voor hen een vertelschets over dit onderwerp. Deze volgt in het -10-gedeelte van deze handleiding.

Omdat Bijbelstudie met kinderen een werkvorm is in het werkmateriaal die nog niet zo vaak is gebruikt, volgen hieronder wat adviezen.

  • Begin met een korte inleiding. Enkele aandachtspunten hiervoor vind je in deze handleiding. Laat de inleiding niet langer duren dan ongeveer vijf minuten. Het gaat er nu om dat de kinderen zelf de Bijbel lezen aan de hand van de vragen.
  • Maak vervolgens groepjes, bij voorkeur niet groter dan zes kinderen. Belangrijk is dat bij ieder groepje een leidinggevende zit.
  • Lees eerst samen het Bijbelgedeelte, als dat nog niet is gedaan.
  • Vraag nu een kind om de eerste vraag voor te lezen. Als leidinggevende leid je het gesprek.

Houd hierbij rekening met de volgende dingen:

  • Betrek stille of ongeïnteresseerde kinderen erbij door een belangstellende, maar niet al te persoonlijke vraag (geen ja/nee vraag).
  • Kinderen die veel praten, waar nodig onderbreken en kort samenvatten.
  • Zijweggetjes of eigen ervaringen van kinderen mogen, mits ze verband houden met het onderwerp. Niet te lang uitweiden.
  • Laat je eigen inbreng summier, sturend en aanvullend zijn waar dat nodig is. Pas op voor teveel sturen of voorkauwen van antwoorden.
  • Wanneer een kind een antwoord geeft dat niet bevredigt, vraag dan door. Neem antwoorden altijd serieus, ook als anderen het dom vinden. Soms gebeurt het dat een kind geen serieus antwoord geeft, omdat het niet gemotiveerd is. Ga er dan wel serieus op in door een tegenvraag te stellen, zodat het kind moet nadenken over zijn of haar eigen antwoord.
  • Laat door je eigen houding merken dat we eerbiedig met de Bijbel omgaan. Wees duidelijk in het feit dat je dit ook van hen verwacht.

Punten voor een inleiding
Hieronder volgen wat punten voor een korte inleiding op deze Bijbelstudie. Uiteraard kan er ook een eigen inleiding worden gemaakt.

  • Er ligt een nieuw krantje van Bart Smit op de mat. Snel raap je het op. De nieuwste computergame is in de aanbieding: tien procent korting! Iemand uit je klas heeft hem al en heeft er enthousiast over verteld. Die moet je ook hebben! Je bladert verder in het krantje. Er staat dit keer wel heel veel moois in. Gelukkig ben je bijna jarig! Dat betekent weer een behoorlijk verlanglijstje. Of, je kunt het natuurlijk ook zelf kopen, van je eigen geld! Als dat tenminste mag van je vader en moeder…
  • Het is zondagochtend. Je zit in de kerk. Je kent de tekst wel, waar de dominee over preekt: Zoekt eerst het Koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid en alle deze dingen zullen u toegeworpen worden. Je luistert goed, want straks vraagt je vader waar de preek over ging.
  • Je ligt op bed. Je kan nog niet slapen. Je denkt aan het gesprek vanmorgen uit de kerk over de preek. Aan wat je vader vertelde over het zoeken van het Koninkrijk van God, over het zoeken van de Koning van dat Koninkrijk, de Heere Jezus. Je merkte het: voor je vader is dat het allerbelangrijkste in zijn leven. Je weet nog hoe hij keek. Blij is het goede woord niet. Met verlangen, ja, dat is het. Verlangend. In een flits zie je het krantje van Bart Smit voor je. De nieuwste computergame… waar jij verlangend naar keek. En je ziet ineens het grote verschil…
  • De Heere wil dat je Hèm zoekt! Hij wil de belangrijkste plaats in je leven hebben. Daarover vertelt de Heere Jezus verschillende gelijkenissen. Eén daarvan gaan we straks samen lezen en met elkaar bespreken. We zullen dan zien, wat de Heere Jezus met deze gelijkenis bedoelt.

Aantekeningen bij de tekst

Mattheüs 13:1-3a, 44-46
Vers 1 het huis: namelijk in Kapernaüm.
de zee: Dat is het Meer van Galilea.
Vers 2 een schip: volgens Lukas 5:3 is dat het schip van Simon Petrus.
Vers 3 gelijkenissen: beelden uit het dagelijks leven, waarmee de Heere Jezus verborgenheden van Zijn Koninkrijk wil openbaren voor de gelovigen, maar ook juist verborgen wil houden voor de ongelovigen.
Vers 45 Wederom: In Mattheüs 13 staan zeven gelijkenissen die de Heere Jezus vertelt over het Koninkrijk der hemelen.

Achtergrondinformatie

Context
De Heere Jezus gaat door Galilea. In Lukas 4 staat: Ik moet ook andere steden het Evangelie van het Koninkrijk Gods verkondigen; want daartoe ben Ik uitgezonden. En Hij predikte in de synagogen van Galilea.
Er is verzet tegen Zijn prediking van de kant van de farizeeërs (Mattheüs 12). Zij beschuldigen Jezus ervan dat Hij duivelen uitwerpt door de overste der duivelen. Jezus bestraft hen en noemt hen 'adderengebroedsels' (Mattheüs 12:34). Vervolgens vragen zij Jezus om een teken. Wie is Hij eigenlijk, om zulke woorden tegen hen te zeggen? De Meester geeft hun dan geen ander teken dan het teken van Jona de profeet.
De scharen zoeken Hem echter op. Zij willen Jezus' wonderen zien en woorden horen. Het wordt zo druk aan de oever van het Meer van Galilea, dat de schare op Hem aandringt, om het Woord van God te horen. De Heere Jezus ziet twee vissersscheepjes liggen, de vissers spoelen de netten, na een nacht op het meer. En Hij ging in een van die schepen, hetwelk van Simon was, en bad hem, dat hij een weinig van het land afstak; en nederzittende, leerde Hij de scharen uit het schip.

Mattheüs 13
In Mattheüs 13 begint de Heere Jezus met het spreken in gelijkenissen. In dit hoofdstuk staan er zeven. De stof voor gelijkenissen wordt ontleend aan algemeen bekende voorvallen in de natuur of in het dagelijks leven. Ze hebben een duidelijke plaats in het dieper onderwijs over aard en voortgang van het Koninkrijk der hemelen en niet zo zeer in de aankondiging van het Koninkrijk. De discipelen vragen aan hun Meester waarom Hij in gelijkenissen spreekt (vers 10). De Heere antwoordt: Omdat het u gegeven is, de verborgenheden van het Koninkrijk der hemelen te weten, maar dien is het niet gegeven. Want wie heeft, dien zal gegeven worden, en hij zal overvloedig hebben; maar wie niet heeft, van dien zal genomen worden, ook dat hij heeft. Daarom spreek Ik tot hen door gelijkenissen, omdat zij ziende niet zien, en horende niet horen, noch ook verstaan.
Er is namelijk een tweedeling gekomen: het volk heeft de openlijke, onverhulde prediking van de Heere Jezus niet aangenomen (hoofdstuk 12, zie hierboven). Nu gaat Jezus over op spreken in gelijkenissen: Alleen die oren hebben om te horen, zullen de betekenis van de gelijkenis verstaan. De gelijkenissen verduidelijken dus niet alleen, zij stellen ook op de proef en maken scheiding tussen de hoorders. De 'goede verstaanders' zullen er nader door onderwezen worden, voor de ongelovigen wordt het Koninkrijk nu zo gepredikt, dat zij ziende niet zien, en horende niet horen.

Betekenis van gelijkenissen
Gelijkenissen hebben altijd een kernboodschap. Jezus wil over een specifiek facet van Zijn Koninkrijk onderwijs geven. Dat betekent, dat wij niet moeten proberen alle onderdelen van het verhaal te vertalen naar het geestelijke. Niet alle lijnen zijn door te trekken en bovenal verliezen we dan de bedoeling van de gelijkenis uit het oog door ons te verliezen in details.
Zo is de kernboodschap van de gelijkenis van de parel van grote waarde de volgende: De koopman die op zoek is naar schone parels is het beeld van een mens, die in zichzelf onbevredigd, naar werkelijke waarden van het leven zoekt en misschien ook wel enkele gevonden heeft. Als zo'n zoeker echter de Gave Gods vindt, die in het Koninkrijk der hemelen is geopenbaard, namelijk Jezus Christus, zal hij al het andere graag prijsgeven om dat ene, Die Ene, te kunnen ontvangen.

Verschillende uitleg
De zoektocht naar de betekenis van deze gelijkenis levert verschillende uitleggingen op. Er zijn betrouwbare uitleggers, die in de koopman het beeld zien van de Heere Jezus Zelf. Hij zoekt schone parels. De parel van grote waarde is dan Zijn Kerk. De hemelse Koopman doet er alles voor deze parel te kunnen kopen: Hij betaalt de hoogste prijs, namelijk de prijs van Zijn bloed. We kennen ook de uitdrukking dat Gods kinderen 'als parels gehecht worden aan Jezus' middelaarskroon'.
Er zijn echter ook uitleggers die in het beeld van de koopman het beeld zien van de mens, die op zoek is naar de hogere waarden in het leven. Die verliezen echter hun waarde, als hij door genade de Parel van grote waarde mag vinden: de Heere Jezus. Dat is wat we lezen in Filippenzen 3:7, 8. Maar hetgeen mij gewin was, dat heb ik om Christus' wil schade geacht. Ja, gewisselijk, ik acht ook alle dingen schade te zijn, om de uitnemendheid der kennis van Christus Jezus, mijn Heere; om Wiens wil ik al die dingen schade gerekend heb, en acht die drek te zijn, opdat ik Christus moge gewinnen. In deze schets is gekozen voor de laatst genoemde uitleg.

De Parel van grote waarde
Als we kiezen voor deze uitleg, mogen de kinderen ook verwachten, dat we kunnen vertellen, waarom de Heere Jezus zo genoemd wordt.
Hij is de Parel van grote waarde, als Hij Zich in de eeuwigheid Borg stelt voor verloren zondaren. Hij is de Parel, als Hij komen wil in de stal van Bethlehem. Zijn glans gaat schuil achter het kleed van Zijn mensheid, nochtans zien de gelovigen rond de kribbe in Hem de beloofde Messias en aanbidden Hem. Hij is de Parel van grote waarde als Hij goeddoende het land doorgaat en het Evangelie van het Koninkrijk verkondigt. Hij is de Parel van grote waarde, als Hij kruipt in de hof van Gethsemané en de drinkbeker gaat drinken, die Zijn Vader Hem geeft, als Hij Zich gevangen geeft, Zich laat bespuwen en slaan. Hij is de Parel van grote waarde als Hij in het rechthuis van Pilatus wordt bekleed met de purperen mantel en de doornenkroon en de rietstaf Hem gegeven wordt. Hij is de Parel van grote waarde als Hij vrijwillig het kruis op Zich neemt en de toorn van God over de zonde van het ganse menselijke geslacht draagt, wegdraagt. Hij is de Parel van grote waarde als Hij uitroept: Het is volbracht.
Hij is ook de Parel van grote waarde als Hij opstaat uit het graf en de overwinning aan het licht brengt, als Hij opvaart naar de Vader en zitten mag aan Gods rechterhand. Kortom: Al wat aan Hem is, is gans begeerlijk! (Hooglied 5:16).
Het is de Heilige Geest, Wiens werk het is Christus te verheerlijken, dat we de waarde van deze Parel mogen gaan zien, waardoor we alle andere dingen schade en drek leren achten.

Parels
Een parel is een hard, rond voorwerp dat door bepaalde weekdieren (hoofdzakelijk oesters, soms slakken) wordt gemaakt, en dat opgevist wordt om als sieraad te dienen.
Parels worden verkregen door parelduikers en tegenwoordig door parelkwekers.
Ze ontstaan als reactie op binnengedrongen vreemde delen - bijvoorbeeld een zandkorrel - tussen de schelp en de mantel of zelfs in het inwendige van de mantel. De buitenhuid van de mantel, die gewoonlijk parelmoer vormt aan de binnenzijde van de schelp, omsluit echter ook binnengedrongen vreemde voorwerpen. En uit deze inkapsels ontstaat de parel. Geschat wordt dat in 1 op de 15.000 wilde oesters een parel zit.
In de natuur komen ze voor in Sri Lanka, Zuid-India, de Perzische Golf, Saoedi-Arabië, Iran en Oman. Pareloesters groeien op Tahiti en voor de kusten van Japan, Mexico, Panama en Californië.
Bijna alle parels worden tegenwoordig gekweekt (cultivéparels). Hiervoor wordt in de oester een klein korreltje parelmoer gelegd en de parel kan dan na twee jaar geoogst worden. De teelt is door de Japanner Kokichi Mikimoto ontwikkeld en in 1896 gepatenteerd.
De grootte van de parels varieert van een speldenkop tot een duivenei. De grootste tot dusver gevonden parel (naar een vroegere eigenaar Hope-parel genoemd) is vijf centimeter lang en weegt 454 karaat (ongeveer 118 gram). Deze parel wordt bewaard in het South Kensington Museum in Londen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2012

Kompas Handleiding | 19 Pagina's

Handleiding 4b: De Parel van grote waarde

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2012

Kompas Handleiding | 19 Pagina's