
De Zaaier
De zaaier zaait met gulle hand zijn zaden over heel zijn land. Hij werkt op hoop van zegen. Niet ieder zaadje geeft zijn vrucht. De landman is er voor beducht, als 't valt op harde wegen.Door vogels wordt het opgepikt, door doornen wordt 't gewas verstikt. De zaden gaan verloren. Het goede ...

Verrezen
Nu was de laatste hoop vergaan: Hij moest de wrede kruisdood sterven. Wij hoorden fel de spijkers slaan. De nacht op Golgotha vin ...

De tijd
Wat is de tijd? Een handvol zand, dat driftig door mijn vingers glijdt en zich bij andre zandjes vlijt, van eeuwige vergetelheid.Wat is de tijd? Een ogenblik, waarin ik mij een wijle schik, een ademhaling en een snik, na 't rusteloze hartgetik.Wat is de tijd? Een korte dag, waarin i ...

De Nederlandse Geloofsbelijdenis
Ik ben geboren in het hoofd en hartvan hem, die tot de eer zijns Gods wou leven;die met een ganzeveer mij heeft geschrevenin donk're tijden, gruwzaam en verward.Tot troost voor duizenden in rouw en smart ...

Herfst
De wind beroert de blaren der abelen en zilver glimmert in het zonnelicht. De zachte harpen vangen aan te spelen een hooggestemd en woordeloos gedicht. En als de vingers langs de snaren strelen, zo speels en teer als bij een slapend wicht, wrikt toch het zilver los aan ranke stelen, totdat het zi ...

De vrouwen naar het graf
De vrouwen wachtten op de dag. Zij waakten in de lange nachten. Zij zwegen en een stil geklag steeg op als zij aan Jezus dachten.Zij hoorden nog het hoongelach van vijanden die Hem verachtten. De vrouwen wachtten op de dag en waakten in de lange nachten.Wat boze vijandschap vermag! ...

Zomermorgen
De zon had d' ijle nevelen verdreven; de struiken stonden, 't lover uitgespreid, verrukt te zien naar zoveel heerlijkheid. De morgenwind deed nauw de blaadjes beven.Zo moest de morgen zijn van 't prille leven, toen God uit niets de wereld had bereid, de eerste tikken klonken van de tijd, e ...

Alleen genade
Ons zondig hart herbergt de boze zaden van opstand, hoogmoed, ongerechtigheid. Wij gaan met eigen wil en zin te rade en zijn tot onderwerping niet bereid. Wij weten dat Gij rein van ogen zijt en dat Gij 't kwade nimmer kunt aanschouwen, maar telkens raken wij de weg weer kwijt, omdat wij i ...

Najaar
Najaar Nu valt het lover langzaam naar beneden. De zomerglansen zijn voorgoed vergaan. Straks zien wij elke boom ontredderd staan, het volle bos, een voorportaal van Eden.Het najaar nadert nu met snelle schreden. De stormen zullen weer de landen slaan; zij werpen neer wat hindert op hun ba ...

Op reis
Wij worden meegevoerd in snelle treinen, ons kaartje geldt steeds voor een enk'le reis Wat wij pa, sseren langs de lange lijnen vernevelt in het verre vage grijs.Wij worden meegevoerd tot elke prijs en al wat komt moet vluchtig weer verdwijnen en ieder maakt zijn reis op eigen wijs, totdat ...