
advent
Er zijn nog herders die Uw komst verbeiden, gestadig wakend tot de dageraad; die ver van luide steden, in de nachten, hun kudden hoeden tot de avond laat.Er zijn nog ivijzen die zich laten leiden door hemels licht, dat vóór hen henen gaat; die om één enkle ster zich zeer verblijden en niet ...

Gij badt voor vijanden
(1) Uw goeddoen wekte bij de vijand haat. Hij wilde in Uw wondren niet geloven. Uw leven toas in nederige staat.Men zag U niet als Afgezant van Boven. Een floers was voor Uw Godlijkheid geschoven, maar nochtans schitterde Uw Majesteit, want op Uw machtwoord ...

DE TIJD
Wat is de tijd? Een handvol zand dat driftig door mijn vingers glijdt en zich bij and're zandjes vlijt, in eeuwige vergetelheid. Wat is de tijd? Een ogenblik waarin ik mij een wijle schik, een ademhaling en een snik, na 't rusteloze hart getik.Wat is de tijd? Een korte dag waarin ik ...

Naar 't heilig land
BROOD EN WATER 12. Uw trouw is elke dag zo groot! Gij strooit rondom de tenten brood, omringt ons met Uw zorgen. Uw blanke manna ligt gereed voor ieder die naar buiten treedt ia schemerende morgen.' k Zal met mijn lege gomer g ...

Naar 't heilig land
13. De Boze kon het Goede niet verdragen. Hij hoog niet onder Hoger heerschappij. Hij zon alleen op eigen welbehagen: Ik ruk mij los, dan ben ik waarlijk vrij.Toen lei hij in de hof zijn loze lagen: „Verlaat uw Schepper en gehoorzaamt mij. Mocht gij niet ete ...

Naar 't heilig land
14. DE KAMP MET AMALEK Als gieren kwamen z aangevlogen met felle spoed. En grimmig spanden zij de bogen, met helse haat in rollend' ogen, belust op bloed.De pijlen troffen, zwakken, moeden, zo onverwacht. De kind'ren in de ach ...

Naar 't heilig land
21. DE BRANDING Lang duurde 't deinen op de wijde zee. In weken was geen landstrook meer t' ontdekken. Nu zwermen langs het want de meeuwen mee. Is dat 't vooruitzicht op de laatste ree? Zij zullen nieuwe hoop in 't hart verwekken. ...

Dezelfde God
(2) Het oude bondsvolk, dat Gij hebt geleid met liefd' en macht, langs wondervolle wegen, omdat Gij Abraham hadt toegezeid: „Ik zal u stellen tot een rijke zegen" — heeft door Uw trouw de schone woon verkregen, hst land, dat rijk van melk en honing vloeit, op tijd ...

De Herder
(3) Rondom ons leven waart een zwarte drom van losgelaten godvergeten geesten, die buiten zinnen zwerven om en om en lokken ons tot baechanale feesten. zinken wij nog lager dan de beesten, die leven zoals God hen eenmaal schiep. Van de miljarden mensen gaan de mees ...

Van huis en erf vereven
(3) Eén liefdestraal, die in het hart gaat schijnen, verdonkert al wat ooit de wereld biedt — Haar voorgespiegeld schoon moet ras verdwijnen en zinkt bij 's hemels klaarheid in het niet. Het licht, dat door een kier slechts binnen ziet, ontsteekt de ziel, zodat een ...