het is niet waar, hè?” Waar ik eerst nog recht achter mijn bureau een mail typ, draai ik nu mijn bureaustoel een kwartslag naar de jongen toe. Ik kijk hem aan. Zijn donkere ogen staren “Juf, me aan, ietwat afwachtend. Allebei zijn handen nonchalant in z’n broekzak gestoken. ...