Leidingblad bij Treffer Tijdsbesteding

Dit leidinggevendenblad is bestemd voor leidinggevenden aan +12 en +14-groepen. Het geeft informatie voor het werken met het ledenblad Treffer.

In dit blad treft u aan:
- aanwijzingen voor het gebruik van de Treffer over tijdsbesteding
- programmasuggesties
- toelichting op de vragen

Aanwijzingen voor het gebruik

Bijgaand ontvangt u een Treffer over het thema ‘tijdsbesteding’. Het is erg goed voor tieners om eens wat uitvoeriger stil te staan bij de manier waarop zij hun (vrije) tijd invullen. Juist tieners kunnen soms leven zonder veel na te denken over waarom ze de dingen doen zoals ze ze doen. Groepsmentaliteit en verwachtingen van anderen kunnen daarbij een belangrijke rol spelen. Toch is ook een jongere in eerste instantie zélf verantwoordelijk voor de manier waarop hij zijn (vrije) tijd invult.
Daarbij is er voor jongeren in 2008 een heel scala aan manieren om hun vrije tijd in te vullen. Niet alle mogelijkheden zijn daarbij toe te juichen, een aantal druist zelfs regelrecht in tegen Gods Woord. Deze Treffer wil, wat dit punt betreft, aansporen tot een christelijk leven.
Daarnaast kunnen er veel vragen leven over hoe een christelijk leven er uit hoort te zien. Vanzelfsprekend is dat geen leven dat uitsluitend uit bidden en Bijbellezen bestaat. Maar waarom eigenlijk niet? En hoe dan wel? Ook dit soort vragen zullen aan de orde komen in deze Treffer.

In deze Treffer treft u de volgende werkvormen aan:
Gespreksvragen blz. 6 en 7
Alternatieve werkvormen blz. 4 en 5, 6 en 7
Bijbelstudie (voor de +14-groepen) blz. 10 en 11

Lezen:
r zijn genoeg gedeelten in het Woord van God die, direct of indirect, gaan over de manier waarop wij onze tijd besteden. Hieronder volgt een mogelijke keuze.
- 1 Korinthe 10 : 23-33 (over de christelijke vrijheid met de oproep om alles wat we doen, te doen ter ere Gods)
- Daniël 6 : 1-14 (over de manier waarop Daniël stille tijd hield; zie ook de Bijbelstudie op pagina 10 en 11)
- Mattheüs 6 : 19-34 (één ding is bovenal nodig)
- Mattheüs 8 : 19-22 (over het onvoorwaardelijk volgen van de Heere Jezus)

Zingen: Psalm 4 : 2 en 4, Psalm 23, Psalm 71 : 4, 5, 12, 17.

Programmasuggesties

Doel van de schets
Het doel van deze Treffer valt uiteen in drie onderdelen:
1. Jongeren bewust maken dat het zinvol is om over de wijze van je tijdsbesteding na te denken.
2. Jongeren ervan overtuigen dat niet iedere vorm van tijdsbesteding gelijk is.
3. Jongeren stimuleren om een goede, dat wil zeggen bijbels verantwoorde, wijze van tijdsbesteding na te streven.

Idee voor de +12-groepen
- Opening.
- Korte, interactieve introductie. Schets bijvoorbeeld een aansprekende en herkenbare wijze waarop een jongere zijn vrije zaterdag kan doorbrengen. Inventariseer bijvoorbeeld wie er allemaal een bijbaantje heeft. Werken de jongeren voor een speciaal doel of niet? Waar gaat het geld weer aan op?
- Inleiding door een leidinggevende over een aantal facetten van vrijetijdsbesteding n.a.v. deze Treffer.
- Pauze.
- Beantwoord in groepen de verschillende vragen en doe de opdrachten uit de Treffer.
- Plenaire bespreking van de vragen
- Sluiting.

Idee voor de +14-groepen
- Opening
- Een of meerdere jongeren houden een korte inleiding over tijdsbesteding in het algemeen en meer specifiek over hún manier van (vrije)tijdsbesteding, n.a.v. deze Treffer.
- Eventueel een korte tweede inleiding door een leidinggevende, waarin hij het relaas van de jongere(n) betrekt.
- Pauze.
- Doe in groepen de bijbelstudie (blz. 10 en 11).
- Bespreek de vragen van de bijbelstudie in groepen. Er mag discussie zijn!
- Sluiting.

Toelichting op de vragen en opdrachten

Bladzijde 4 en 5
Opdracht
Selecteer een dag van de week die het meest ‘gemiddeld’ is; die dus als model kan staan voor álle dagen. Vul voor die dag onderstaand schema zo nauwkeurig mogelijk in. Je mag meer dingen opschrijven bij hetzelfde uur, bijvoorbeeld bidden en bijbellezen.

Hoe laat is het?      Wat doe je?                                                  Heb je er zelf voor kunnen kiezen?
07.00 – 08.00
08.00 – 09.00
09.00 – 10.00
10.00 – 11.00
11.00 – 12.00
12.00 – 13.00
13.00 – 14.00
14.00 – 15.00
15.00 – 16.00
16.00 – 17.00
17.00 – 18.00
18.00 – 19.00
19.00 – 20.00
20.00 – 21.00
21.00 – 22.00

Vragen
1. Waar besteed je, nu je het overzicht hebt ingevuld, de meeste tijd aan?
2. Waar zou je je tijdsbesteding willen of moeten veranderen? Waarom?

Toelichting:
Bij de opdracht: Het kan aardig zijn om de resultaten van de hele groep te tonen. Maak daarvoor bovenstaande tabel op bijvoorbeeld een schoolbord of groot vel papier. Noteer per uur bijvoorbeeld de top-drie van meest voorkomende bezigheden en turf die. Je krijgt dan een aardig overzicht waar de groep zich als geheel mee bezighoudt. Ook inzichtgevend: inventariseer activiteiten die direct op de Heere en Zijn dienst gericht zijn (bidden, Bijbellezen) en bereken hoeveel procent van de totale tijd die in beslag nemen. Dat kan een goede kapstok bieden voor een gesprek.
Bij vraag 1: Ook deze vraag kan een opening zijn voor een breder gesprek. We hebben het allemaal druk, maar kunnen we soms niet andere keuzes maken? Vaak zal dit wel degelijk het geval zijn.
Bij vraag 2: Als jongeren aangeven iets te willen of moeten veranderen in hun tijdsbesteding, dringt de impliciete vraag waarom zij dit dan niet doen, zich nadrukkelijk op. Laat de klem daarvan gerust voelen. Waar een wil is, is wel degelijk een weg. Wie ’s morgens, als hij fit is, de tijd neemt voor bijbellezing en gebed, kan dat de hele dag met zich meenemen. Het is een bijzondere zegen dat wij Gods Woord bezitten. Wat een verantwoordelijkheid hebben we het dan ook om te lezen!

Bladzijde 6 en 7

Opdracht
a. Hieronder staat een rijtje met activiteiten. Waaraan besteed jij de meeste tijd? Geef die activiteit het cijfer 1. Nummer zo door tot en met de laatste activiteit. Probeer het zo eerlijk mogelijk te doen! Je mag eventueel niet-genoemde activiteiten toevoegen.
Persoonlijke verzorging
Bijbel lezen
Boek lezen
Eten
Bidden
Naar de kerk gaan
MSN’en/hyven
Games spelen
Strips lezen
Sms’en
Bij vrienden zijn
Sporten
Surfen op internet
Muziek maken of luisteren
………………
………………
………………

b. Wat zou de hoogste prioriteit in je leven moeten hebben, denk je? Zet nu opnieuw cijfers achter de activiteiten, maar dan volgens hoe je denkt dat het zou moeten zijn.
c. Bij welke activiteiten zie de grootste verschillen? Probeer te verklaren hoe dat komt.

Toelichting:
Deze opdracht heeft wat weg van de opdracht op bladzijde 4 en 5. Het grote verschil is dat hier niet zozeer uitkomt wat de jongeren concreet doen, maar veel meer wat ze zelf belangrijk vinden om te doen. Daar kunnen flinke verschillen tussen zitten! Ook bij deze opdracht kan het aardig zijn om de resultaten van de hele groep te laten zien. Schrijf in dat geval de meest genoemde (of alle) activiteiten uit de rij op een groot vel papier en turf de uitkomsten. In verband met de tijd en met de gedeeltelijke overeenkomst met de eerder opdracht, is het niet aan te raden om beide opdrachten plenair uit te voeren.
De bijgevoegde vragen b en c kunnen aanleiding geven tot een verdiepend gesprek over de uitkomsten. N.a.v. b kan plenair hetzelfde worden gedaan als hierboven genoemd: turf ook nu weer de uitkomsten en ga in op de verschillen. Het voordeel van deze werkwijze is dat een leidinggevende niet direct hoeft te zeggen wat jongeren anders zouden moeten doen (wat belerend over kan komen), maar dat de jongeren gaandeweg zelf hun conclusies trekken.

Vraag: waarom zou deze predikant zo aandringen op een goede tijdsbesteding?

Toelichting: de adviezen over het omgaan met tijd zijn afkomstig van de puriteinse predikant Edwards. De predikant leefde met het sterke besef dat ons leven hier op aarde slechts een reis naar de eeuwigheid is. Wie kan de ernst daarvan beseffen? De punten die beschreven worden, komen uit het boekje ‘tijd is kostbaar’ van ds. Edwards. Het betreffende boekje is te downloaden via Internet, maar ook te bestellen bij Den Hertog.

Bladzijde 8 en 9

Deze bladzijden bieden veel aanknopingspunten voor gesprekken met tieners. Alle tijd is genadetijd. Welke consequenties heeft dat voor onze omgang met het lezen uit de Bijbel? En alle andere dingen die we doen?
Het is aan te bevelen om het te lezen gedeelte uit 1 Korinthe 10 samen te lezen en te bespreken.

Bladzijde 10 en 11

Lees Daniël 6 :1-14 (maar je mag het hoofdstuk ook tot het eind lezen).

Vragen
1. Let vooral op vers 11. Omschrijf in je eigen woorden hoe de stille tijd van Daniël eruitzag.
2. Daniël deed belijdenis voor zijn God, staat in vers 11, terwijl we in het hele boek niet één zonde van Daniël beschreven vinden. Kun jij dat verklaren?
3. Daniël wordt in de leeuwenkuil gegooid, maar hem overkomt niets. Zou dat met zijn stille tijd te maken hebben? Hoe dan?

Toelichting:
Bij vraag 1: Daniël maakte op vaste tijden tijd vrij voor zijn Heere en God. Dat kan heel behulpzaam zijn, juist voor jongeren die vaak toch niet overlopen van structuur. Wanneer je de Heere op vaste tijden zoekt, wordt die tijd niet zo snel ingevuld met andere dingen. Het is daarbij de vraag of de tijd vlak voor het slapen gaan, moe van de dag, wel de beste tijd is.
Een mogelijkheid kan zijn om eerder op de avond, of ’s morgens vroeg, een vast moment in te bouwen. Die tijd hoeft de stille tijd voor het slapen gaan niet op te heffen, maar kan wel zorgen voor een stuk persoonlijke verdieping.
Wat ook opvalt bij Daniël: hij schaamt zich niet voor zijn stille tijd: niet voor bidt hij elke dag voor zijn open raam. Iedereen mag blijkbaar weten dat hij op die gezette tijden in afzondering is met zijn God. Dat geldt nu evenzeer: waarom zouden we ons schamen voor het feit dat we Hem zoeken en Hem nodig hebben?

Bij vraag 2: Het feit dat er geen zonden van Daniël beschreven staan, hoeft allerminst te betekenen dat ze er niet wáren. Daarnaast geldt vaak dat zonden die anderen niet of nauwelijks opmerken (verkeerde gedachten en woorden) juist vaak extra zwaar gaan wegen op momenten dat je dicht bij God mag leven. Ten derde is het goed om erop te wijzen dat “belijdenis doen” een veel bredere strekking heeft dan alleen belijdenis doen van zonden. Een geloofsbelijdenis bijvoorbeeld heeft mede het doel God te verheerlijken: een onmisbaar onderdeel van het gebed

Bij vraag 3: Het was niet de verdienste van Daniël dat hem niets overkwam in de leeuwenkuil, maar God hoorde hem wel. Hij wil graag dat Zijn kinderen dicht bij Hem zijn, zoals ook een aardse vader graag wil dat zijn kinderen niet weglopen en de band met hem goed en zuiver houden. In die weg ligt er ongetwijfeld een verband tussen de stille tijd van Daniël en het ingrijpen van God. Tegelijkertijd moeten we de Heere in deze dingen wél vrijlaten.

Opdracht

Lees onderstaande opsomming aandachtig door. Vraag van elk begrip af of het een plaats krijgt in jouw gebed. Waarom wel of niet?

Zonden belijden – De Heere eren en aanbidden – vragen om bekering en een heilig leven voor de Heere – voorleggen van dagelijkse problemen – dankzeggen voor alle zegeningen – luisteren naar Gods stem

Toelichting:
Het is goed om jongeren erop te wijzen dat gebed veel meer is dan het voorleggen van een verlanglijstje. In de praktijk zal het geregeld zo zijn dat jongeren (en ouderen) in hun gebed hun wensen en noden voorleggen en het daarbij laten. De Bijbel trekt het gebed echter veel breder: het is de omgang tussen een mens en God, in al zijn facetten. Iedere jongere mag zich dan ook wel afvragen waarom een bepaald onderdeel tot nog toe geen plaats kreeg in zijn gebed. Overigens pretendeert deze lijst niet volledig te zijn. Wellicht zijn in een plenair gesprek nog aanvullingen te noemen.

Vragen
4. Is het nodig om te bidden als God toch al weet wat wij nodig hebben? Waarom?
5. a. Zoek op: Numeri 7:89. Is bidden eenrichtingsverkeer? Met andere woorden: Spreken wij alleen tot God of spreekt Hij ook?
b. Spreekt God weleens tot jou in het gebed? Hoe?
6. Zoek op: Jakobus 4:3. Waarom worden onze gebeden niet altijd verhoord?

Toelichting:
Bij vraag 4: Ja, het is nodig om te bidden, ook al weet God al lang wat wij Hem willen vragen. Hij wil er om gebeden zijn, blijkt uit het Woord. Hij heeft ons gemaakt als mens, zoals we zijn, met de mogelijkheid om via het gebed met Hem te spreken. Maken we daar geen gebruik van omdat Hij toch al alles van ons weet, dan negeren we een deel van de manier waarop Hij ons heeft gemaakt. Daarnaast, en dat is nog belangrijker, is het gebed een levensbehoefte voor een kind van God. Niet meer mogen bidden zou een enorme straf betekenen.

Bij vraag 5: God spreekt wel degelijk ook tot mensen in het gebed. Sommige dingen worden in het geloof aangeduid als ‘teer’; dat geldt zeker ook voor dit onderwerp. Het is goed om opmerkzaam te zijn op Zijn stem. Maar hóe kunnen wij die horen? Degene die Zijn stem hebben verstaan, zullen het weten. Toch kunnen we daar niet mee volstaan. Het is nodig hier zo duidelijk mogelijk te zijn.
De stem van de Heere kan zich manifesteren in een tekstgedeelte uit de Bijbel dat met kracht tot ons komt, maar óók in het gebed zelf, bijvoorbeeld door een opmerkelijke vrede die in het hart ervaren wordt. Zijn wij echter wel stil genoeg om te kunnen horen wat Hij tot ons zegt?
De bij b genoemde vraag is heel persoonlijk en is in de eerste plaats bedoeld om de jongere na te laten denken over de vraag of hij hier in zijn eigen leven iets van herkent. Misschien echter kan het ook leiden tot een bespreking in bredere kring.
Wat zou het mooi zijn als iemand iets kan vertellen over hoe de Heere hem of haar antwoord heeft gegeven! Juist zulke dingen kunnen immers jongeren tot jaloersheid verwekken, meer dan een hele omhaal van woorden kan.

Bij vraag 6: Onze gebeden worden niet altijd verhoord omdat wij soms kwalijk bidden. Dat kan het geval zijn als we bidden voor iets dat niet goed is. Dat kan soms duidelijk voor ons zijn, soms ook niet. In elk geval mogen we erop vertrouwen dat de Heere weet wat goed voor ons is. De Statenvertalers noemen bij deze tekst nog een manier waarop kwalijk gebeden kan worden: als we dat doen met een nijdig hart.

Vraag
7. a. Hoe lees jij de Bijbel? Iedere keer het vervolg van de keer daarvoor, zoek je per keer wat op of sla je de Bijbel willekeurig open?
b. Wat zou de beste manier zijn?

Toelichting:
De manier waarop jongeren de Bijbel lezen, kan heel verschillend zijn. Wat geregeld voorkomt, is dat een jongere snel nog even wat leest op de plaats waar de Bijbel openvalt. De vraag is of dat een goede manier van lezen is. Het kan zonder meer gezegend worden, maar het gevaar van willekeur is levensgroot.
Een andere manier is iets opzoeken waar je op dat moment behoefte aan hebt, bijvoorbeeld een troostrijk gedeelte als je somber bent.
De Bijbel biedt immers een schat van troostrijke woorden. Die manier van lezen is niet verkeerd: de Schrift kan op die manier aansluiten bij wat er in het hart leeft en kracht doen in de ziel. Maar het is wel goed er op beducht te zijn dat daardoor de Bijbel weleens ‘dun’ zou kunnen worden. De Schrift wil in zijn geheel gelezen en verstaan worden; dat gebeurt in het algemeen niet wanneer alleen gedeeltes gelezen worden die voor dat moment een functie moeten hebben.
Dat wordt voorkomen door iedere keer een vervolggedeelte te lezen, maar het gevaar daarvan is weer dat het een sleur kan worden.
Een vierde manier is om te lezen wat een dagboekje aangeeft, wat in de praktijk vaak zal gebeuren. Dat levert vaak een evenwichtige Schriftlezing op. Ook hierin schuilt echter een gevaar: niet zelden wordt het dagboekgedeelte van groter belang dan het Schriftgedeelte.
Dan schiet een dagboek aan zijn doel voorbij. Een jongere (en netzomin een oudere) moet niet afhankelijk worden van het dagboek: de Bijbel zelf is het waard de boventoon te voeren. Wat de beste manier is, zal per persoon verschillend zijn. Ieder zal daar zelf een afweging in moeten maken. Daarbij is het natuurlijk ook mogelijk om verschillende manieren te gebruiken bij de verschillende tijden per dag waarop je in de Bijbel leest.

Hieronder volgen enkele tips om verder te lezen over het specifieke thema “stille tijd” en “bidden”.

- Matthew Henry, Aanwijzingen voor de dagelijkse omgang met God
- Ds. C.G. Vreugdenhil, Als je bidt
- Prof. dr. O. Hallesby, Het gebed
- Ds. F. Bakker, Gebedsgestalten
- Andrew Gray, Bestuur en aansporing tot waarneming van de plicht van het gebed
- Ds. C.J. Meeuse (Jakobus Koelman), Verborgen omgang
- Jongeren en het gebed, JBGG

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen