JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Verwerking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verwerking

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De koning

  1. In vers 14 en 15 uit Deut 1 7 lees je dat de HEERE voorschriften geeft inzake een koning voor het volk Israël. Waarom is het dan toch verkeerd dat Israël een koning wenst (1 Sam. 8: 6-7)?
  2. Waaruit blijkt (1 Sam.) dat het God is Die bepaalt welke koning er komt?
  3. Wat is er uiteindelijk de reden van dat Saul als koning verworpen wordt?
  4. Wat betekent de tekst "want de HEERE zou nu uw rijk over Israël bevestigd hebben tot in eeuwigheid (1 Sam. 1 3:1 3)"? Betekent dit dat God door Sauls daad Zijn besluit verandert?
  5. Lees 1 Sam. 15:3
    a. Waarom droeg Samuël leed om Saul
    b. Wat betekent het dat het "de HEERE berouwde"?

Opdracht

De volgende opdracht kan voor een kleine vereniging een goede avondvullende verwerking van de inleiding zijn. Maak gebruik van bijbelverklaringen, kanttekeningen en boeken die bijbelse (kern)woorden verklaren.

Na de inleiding is er direkt een plenaire bespreking. Inventariseer eerst of er vragen zijn naar aanleiding van de inleiding. Bespreek die. De inleider zet daarna enkele kernwoorden uit het leven van Samuël of Saul op een groot vel papier. Bijvoorbeeld: Roeping - Zalving - Offer - Berouw - etc. Zowel de inleider als de voorzitter hebben zich verdiept in de bijbelse achtergrond van deze woorden.

De verenigingsleden zoeken (eventueel met behulp van een concordantie) andere gedeelten of personen uit de Bijbel op, waarbij deze kernwoorden eveneens een rol spelen. Alle opmerkingen worden opgeschreven.

Aan de hand van de geïnventariseerde gegevens is er een plenaire bespreking van de kernwoorden en wordt gekeken of de woorden op verschillende plaatsen steeds dezelfde betekenis hebben.

Vragen

  1. In 1 Sam. 2: wordt het leven voor Gods Aangezicht van diverse personen beschreven
    a. Wat was de zonde van Eli's zonen?
    b. Hoe kon Samuël staande blijven? Uit welke verzen blijkt dit?
    c. Probeer aan de hand van de verzen 22 - 26 samen te vatten hoe Eli's houding naar zijn zonen was. Wat betekent dit voor de dagelijkse omgang met de Heere? Vergelijk dit met de houding van Samuël.
  2. Eli aanvaardde de straf van God: "Hij is de HEERE, Hij doe wat goed is in Zijn ogen (1 Sam. 3: 18)". Wat spreekt er uit deze belijdenis?
  3. Wat wordt er in 1 Sam. 3:19 bedoeld met "en liet niet één van al zijn woorden op de aarde vallen"?
  4. God werkt middellijk. Geef vanuit de eerste drie hoofdstukken van 1 Samuël in het kort aan op welke wijze de Heere Samuëls leven geleid heeft. Kijk hierbij vooral naar de voorbereiding op de taak die hem wachtte.

Vertel wat volgens jou de betekenis is van de onderstreepte gedeelten:

"Wanneer een mens tegen een mens zondigt, zo zullen de goden hem oordelen; maar wanneer en mens tegen de HEERE zondigt, wie zal voor hem bidden? Doch zij hoorden de stem huns vaders niet, want de Heere wilde hen doden. En de jongeling Samuël nam toe en werd groot en aangenaam beide bij den Heere en ook bij de mensen (1 Sam. 2:25 en 26)".

"...en het ganse huis Israël klaagde den HEERE achterna. Toen sprak Samuël tot het ganse huis Israels, zeggende: Indien gijlieden u met uw ganse hart tot den Heere bekeert, zo doe de vreemde goden uit het midden van u weg, ook de Astharoths; en richt uw hart tot den HEERE en dient Hem alleen, zo zal Hij u uit de hand der Filistijnen rukken (1 Sam, 7:2 en 3)".

Bijbelstudie

In de Bijbel komen we diverse lofzangen tegen. Een tweetal daarvan, de lofzang van Hanna en die van Maria hebben een bepaalde overeenkomst in opbouw. Lees zorgvuldig de Lofzang van Hanna (1 Sam. 2: 1 -10). Lees daarna de Lofzang van Maria (Luk. 1:46-55).

Maak gebruik van de kanttekeningen of een bijbelverklaring.

Opdrachten

  1. a. Welke overeenkomsten kun je vinden? Zet de overeenkomsten op een vel papier naast elkaar in twee kolommen,
    b. Bespreek de overeenkomsten. Wat valt je daarbij op?
  2. Welke eigenschappen van de Heere worden door zowel Hanna als Maria genoemd? Wat heeft dat ons te zeggen voor het persoonlijk (dank)gebed?
  3. Wat wordt er in de lofzang van Hanna bedoeld met "Hij doet ter helle nederdalen en Hij doet weder opkomen"?
  4. Wat was de reden dat Hanna een zoon wilde? Betrek bij je antwoord 1 Sam. 1:26-28.
  5. "Alzo ging die vrouw haars weegs, en zij at en haar aangezicht was haar zodanig niet meer" (1 Sam. 1:18).
    a. Wat wordt er bedoeld met "haar aangezicht was haar zodanig niet meer"?
    b. Wat is daar de diepere oorzaak van?
    c. In welke delen van de lofzang van Hanna komt dit naar voren?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1995

Mivo +16 | 24 Pagina's

Verwerking

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1995

Mivo +16 | 24 Pagina's