Meditatie
Voor gebruik bij de opening en sluiting van de verenigingsavond
"De laatste vijand, die teniet gedaan wordt, is de dood" 1 Kor. 15:26
Opening
De dood is een vijand. Hoeveel tranen heeft hij al doen vloeien. Hij berooft ons van het liefste dat wij hebben en slaat wonden die niet te helen zijn. Hij breekt ons levensgeluk aan stukken en verwoest onze levensvreugde. Het is een wrede vijand, die niemand ontziet. Jong en oud wordt door hem geveld. Altijd door bedreigt hij ons, want elk ogenblik kan hij toeslaan. Ja, niets is zekerder dan de dood en niets onzekerder dan het leven. Wij allen zijn op weg naar het graf. Wij leven in een stervende wereld en dragen een sterfelijk lichaam om, waarin de kiemen van de dood reeds werkzaam zijn.
Wij kunnen trachten de dood weg te dringen uit onze gedachten, het zal ons niet baten. Wij krijgen er eens mee te maken. Ja, de dood is een vijand, die ons het rijkste ontrukt, namelijk het leven. Dat is wel het bitterste wat de dood ons kan aandoen, want wij hebben het leven lief. Zeker, er zijn er, die door schrikkelijke ellende de dood verkiezen boven het leven; toch kan de dood nooit een vriend genoemd worden. Hij is een vijand van onze persoon, van ons gezin, van het menselijk geslacht en zelfs van Gods kerk, want hij spaart ook Gods knechten en kinderen niet. Zo brengt hij des Heeren kerk zware verliezen toe. Want al is het sterven voor Gods kinderen winst, zij laten hier een ledige plaats na...
Sluiting
Christus moet als Koning heersen, totdat Hij al de vijanden onder Zijn voeten zal gelegd hebben. En de laatste vijand, die door Hem teniet gedaan zal worden, is de dood. De dood is de allerlaatste vijand, waarmee Christus zal afrekenen.
Hij heeft afgerekend met vijand nummer één, de zonde, en met vijand nummer twee, de satan, en met vijand nummer drie, de wereld. En uiteindelijk zal Hij afrekenen met de dood. Die bewaart Hij voor het laatst. Straks bij de wederkomst, dan is het met de dood voor eeuwig gebeurd. Dan zullen de graven geopend worden en zelfs de zee zal haar doden weergeven. Dan zal er zijn een nieuwe hemel, en een nieuwe aarde, waarop geen dood, geen rouw noch gekrijt meer zal zijn.
Welk een zalige toekomst wacht Gods kerk, voor wie de zonde de dood werd en die leerde hongeren naar de gerechtigheid van Christus, die redt van het graf. Zij zullen uit hun vlees God aanschouwen en hun ogen zullen Hem zien en niet een vreemde. En hebben zij hier het beeld des aardsen gedragen, straks zullen zij het beeld des Hemelsen dragen. Dan zullen zij naar lichaam en ziel weer beantwoorden aan het doel, waartoe God hen formeerde, namelijk om des Heeren lof te vertellen, eeuwig en altoos.
Meditatie, overgenomen uit "De Saambinder", 55e jaargang, nr. 32.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1985
Mivo +16 | 24 Pagina's
