Just a little bit more
Over geld zijn we niet gauw uitgepraat. Pas sprak ik jongens die vonden dat alles wat ze deden geld moest opleveren. Verdienen! Belangrijk! Dat er ook veel gebeurt wat geen cent oplevert, is bij hen nog buiten beeld. Stel je voor dat je moeder, je vader de uren in rekening brengt voor de zorg aan jou? Absurd toch? Zo is het ook met de uren van mantelzorgers voor ouders of buren. Wat denk je van de tijd die leidinggevenden aan verenigingswerk besteden? Die uren géven ze. Geld speelt daarbij geen rol.
Geld is een ruilmiddel om er spullen of diensten voor te krijgen. Je koopt een pak melk, kleding of een fiets. Iemand verbouwt je huis en daar betaal je hem voor. Je ruilt je geld in voor iets anders.
Je kunt geld ook géven aan of voor iemand die het nodig heeft. De barmhartige Samaritaan ontfermde zich niet alleen over de ernstig gewonde man door hem te verzorgen, maar hij wilde ook de kosten van het verblijf in de ziekenboeg van de herberg betalen. Dat is de goede kant van geld.
Er is helaas ook een andere kant. Vaak is het zo dat hoe meer geld je hebt, des te moeilijker het wordt om het uit te geven. Dan ben je er niet op gericht om anderen erin te laten delen, maar om het te vermeerderen. Spreuken 30 vers 15 begint met een korte getalsspreuk: De bloedzuiger heeft twee dochters: Geef, geef! De bloedzuiger is hier het beeld van grenzeloze begeerte. Het is voor de bloedzuiger nooit genoeg. Er is altijd begeerte naar meer: “Geef, geef!” Natuurlijk, we hebben geld nodig om te kunnen leven. Er is ook niets mis met sparen voor later. Maar er is nog nooit zoveel spaargeld geweest als nu, terwijl de armoede bepaald niet minder wordt. Dat is wel mis.
In de Bijbel wordt gesproken over het geven van tienden. Het zal je verbazen hoe goed het is om in ieder geval 10% weg te geven van wat je aan geld binnenkrijgt. Verdien je veel, dan geef je veel. Je leert er iets door (geven) en je krijgt er iets voor terug (zegen). Dat geldt ook voor de 10 procent van je twee euro zakgeld. Lees Maleachi 3:7-12.
De eerste miljardair van de Verenigde Staten, John D. Rockefeller, werd gevraagd hoeveel geld er nodig is om gelukkig te maken. Rockefeller antwoordde: “Just a little bit more. Net een klein beetje méér.” De man heeft daarmee kort en bondig gezegd hoe het is: geld is nóóít genoeg om je gelukkig te maken.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 juni 2025
Daniel | 48 Pagina's