Christus tot een voorbeeld (9): zwijgen
1 Johannes 2:1-6; Johannes 8:1-11; Jakobus 1:19-27
Die zegt dat hij in Hem blijft, die moet ook zelf alzo wandelen gelijk Hij gewandeld heeft, luidt de opdracht van Johannes (1 Joh. 2:6). De vorige keer ging het over navolgen van de Zaligmaker in het nakomen van je beloftes. Doen wat je zegt! Ik wil je nu ‘meenemen’ naar een ander thema: zwijgen. We kennen allemaal wel het spreekwoord ‘spreken is zilver, zwijgen is goud’. In bepaalde situaties is zwijgen dus beter dan spreken. Wij komen woorden van vergelijkbare strekking tegen in de brief van de apostel Jakobus. Hij schrijft: Zo dan, mijn geliefde broeders, een iegelijk mens zij ras om te horen, traag om te spreken, traag tot toorn (Jak. 1:19). De geliefde broeders, een benaming waarmee Jakobus hen vaker aanduidt, wordt gewezen goed te letten op een drietal zaken: horen, spreken en ‘boos worden’. Het ‘horen’, dat reeds ‘zwijgen’ omvat, staat voorop. Daarna volgt een aanbeveling over het spreken: wees daarin ‘traag’ ofwel: zeg niet te snel iets. Jakobus bedoelt daarmee dat we terughoudend moeten zijn in het spreken. Blijkbaar zegt een mens al snel teveel, veel teveel. Teveel over zichzelf, teveel over anderen, teveel over wat wij hebben en teveel over wat anderen missen, teveel over wat wij doen en teveel over wat anderen nalaten... Leermeester Salomo heeft er reeds vaak op gewezen dat bedachtzaamheid in het spreken een deugd is. Iemand die zijn lippen weerhoudt, is kloek verstandig (Spr. 10:19). En wie wetenschap weet, houdt zijn woorden in (Spr. 17:27; zie ook Spr. 21:3).
Terughoudendheid in het spreken sluit naadloos aan op de luisterhouding, ras om te horen. Een leerling die zijn leraar voortdurend in de rede valt, maakt immers slechte vorderingen. Het is een oude wijsheid van de rabbijnen dat God een mens heeft gemaakt met één tong, maar met twee oren opdat ze meer zullen luisteren dan spreken. De oren staan altijd gereed om onderwijs te ontvangen, maar de tong wordt omgegeven door een dubbele rij tanden en kiezen om hem in te sluiten en in te perken. Te snel, te gemakkelijk onze mening geven, kan zelfs schaden. Niet alleen mijn eigen persoon, maar ook anderen. Paulus vult aan: Uw woord zij allen tijd in aangenaamheid, met zout besprengd, opdat gij moogt weten hoe gij een iegelijk moet antwoorden (Kol. 4:6). Als het gaat om het spreken geeft de Heere Jezus ons een voorbeeld. Het is opvallend dat Hij zo vaak zweeg! Als mensen Hem probeerden te vangen op zijn woorden, zweeg hij. Weinig woorden, met zout besprengd. De hogepriester windt zich er vreselijk over op dat Jezus niet antwoordt op valse beschuldigingen. Hij gooit het eruit: Antwoordt Gij niets? (Matth. 26:62). Nee, tekent de evangelist op. Doch Jezus zweeg stil (Matth. 26: 63). Pilatus roept het verwonderd uit: Spreekt Gij tot mij niet? Weet Gij niet dat ik macht heb U te kruisigen, en macht heb U los te laten? (Joh. 19:10). En als Herodes Hem talloze vragen voorlegt, blijft het eveneens stil: doch Hij antwoordde hem niets (Luk. 23:9b). Petrus laat in zijn brief het volle licht vallen op de zwijgende Borg: Die, als Hij gescholden werd, niet wederschold, en als Hij leed, niet dreigde, maar gaf het over aan Dien Die rechtvaardiglijk oordeelt (1 Petr. 2:23). En hij houdt ons vervolgens voor om dit Voorbeeld te volgen. Besef jij ook dat je beter ‘minder’ kan zeggen dan ‘veel’? En dat je bij onrecht dat je wordt aangedaan beter kunt zwijgen dan spreken? Jawel, dat is niet gemakkelijk. Maar denk aan de zwijgende Zaligmaker!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 september 2019
Daniel | 32 Pagina's