Jehovah's Getuigen
Inleiding
Het is zondagmorgen. Jos heeft net koffie op en het loopt al tegen etenstijd als de bel gaat. Wie belt er nu op zondag aan? In een flits herinnert hij zich dat hij bij het thuiskomen uit de kerk Jehovah's getuigen door de wijk zag lopen. Daar zul je ze hebben! Vlug bedenkt hij wat hij zal doen. Laten bellen... iemand anders open laten doen... zelf open doen... wat moet hij zeggen als het inderdaad Jehovah's getuigen zijn?
Jos besluit zelf open te doen. "Goedemorgen, wij komen om met u te praten over de Bijbel. Zoals u misschien weet, is de Bijbel een belangrijk boek. Het vertelt ons over God en over hoe wij gelukkig kunnen worden. Hebt u een Bijbel? En leest u er wel eens in?" Snel zegt Jos: "Ja, en ik ga ook naar de kerk. Maar ik heb nu geen tijd. We gaan zo eten. Dag!". Zo vlug als hij nog fatsoenlijk vindt doet hij de deur weer dicht.
Een herkenbare situatie, Jehovah's getuigen aan de deur. Wat moet je doen? Mag je eigenlijk wel met hen praten? Het zijn immers mensen die een dwaalleer brengen! De gedachte aan een gesprek geeft misschien een onzeker gevoel: weet ik wel iets terug te zeggen? En als zij je een "Wachttoren" proberen aan te smeren? Koop je die, dan loop je grote kans dat ze snel nog eens komen. Maar is het anderzijds niet laf om te zeggen: "Ik heb geen tijd"? Zo kom je er gemakkelijk vanaf - dat wel. Maar is dat goed - Bijbels gezien?
Kortom: vragen te over. Goed om er eens bij stil te staan. Goed om zo voor jezelf een antwoord te vinden op de vraag: Hoe zou ik het de volgende keer kunnen doen?
Inhoud van de schets:
1. Houding ten opzichte van Jehovah's getuigen
2. Geschiedenis van de organisatie
3. Wat leren de Jehovah's getuigen?
4. Armageddon
5. Hoe kom je erbij?!
Foto-verantwoording: de afbeeldingen en kaders op de pagina's 1, 6, 8, 9, 17, 19 en 20 zijn afkomstig uit materiaal van de Jehovah's Getuigen.
De verenigingsavond
Jehovah's Getuigen
• Opening
• Inleiding over "Jehovah's Getuigen" - n.a.v. hfdst 2 - 4
• Pauze
• Verwerking - zie: vragen op pag. 22
• Plenaire afronding
• Sluiting
Jij en de Jehovah's Getuigen
• Opening
• Korte inleiding over "Jehovah's Getuigen" - n.a.v. hfdst. 2 en 3
• Inleiding over "Jij en de Jehovah's Getuigen" - n.a.v. hfdst. 1 en 3
• Pauze
• Vragen en opdrachten
- pag. 22 'Aan de deur'
- pag. 23 Opdracht
• Plenaire afronding - opdracht
• Sluiting - Lezen NGB artikel 28 en/of eerste gedeelte van artikel 29
N.B. Als je in een inleiding hoofdstuk 4 verder uit wilt diepen, gebruik dan de JBGG-uitgave "Jongeren en de Wederkomst".
1. Houding ten opzichte van Jehovah's getuigen
Is het belangrijk om na te denken over de juiste benadering van leden van het Wachttorengenootschap? Het hangt er maar vanaf hoe je het bekijkt. Als je niet overrompeld wilt worden aan de deur, moet het antwoord 'ja' zijn, of je moet er geen problemen mee hebben de getuigen af te schepen met een smoes.
Regelmatig komen er immers Jehovah's getuigen aan de deur, en het is wel erg moeilijk om op zo'n moment een houding aan te nemen die nog verantwoord is ook. Wat zijn zoal de meningen over de juiste houding ten opzichte van Jehovah's getuigen?
Vermijd serieus contact
Het is mogelijk serieus contact met Jehovah's getuigen af te wijzen. Argumenten daarvoor worden bijvoorbeeld ontleend aan 2 Joh.: 10 en 11: "Indien iemand tot ulieden komt en deze leer niet brengt, ontvangt hem niet in huis, en zegt tot hem niet: Zijt gegroet, want die tot hem zegt: Zijt gegroet, die heeft gemeenschap aan zijn boze werken". De redenering is ongeveer als volgt. De gemeente tot wie Johannes zich richt heeft nog niet te maken met ketters. En omdat ze in de branding van de tijd staat, acht Johannes het raadzaam om een radicale houding aan te nemen: Laat je op geen enkele wijze in met dwaalgeesten!
De situatie van nu is vergelijkbaar met de situatie van toen. De christelijke gemeente wordt gezift als de tarwe. Daarom is het beter om contact met dwaalgeesten te vermijden. Zegt tot hen niet: "Weest gegroet". Dat betekende indertijd in de Oosterse wereld: Neemt hen niet op in uw huis, nodig hen niet aan uw maaltijden, stel u niet open voor hun denkbeelden.
Voor deze tijd houdt dit in dat men niet serieus moet ingaan op wat Jehovah's getuigen te vertellen hebben. Men meent dat de Bijbel op deze plaats een open houding veroordeelt en een radicale, afwijzende houding vraagt. Anders is er sprake van gemeenschap aan hun boze werken!
Een andere mening
Anderen menen dat de woorden uit 2 Joh.: 10 en 11 betrekking hebben op het gastvrij onthaal van rondreizende predikers zoals Paulus. Dergelijke herbergzaamheid moet men niet aan dwaalleraars bewijzen, anders zou men meehelpen aan de verbreiding van hun dwaalleer. Het betekent echter niet dat wij geen Jehovah's getuigen te woord zouden mogen staan. Er zijn immers ook teksten te noemen als Spreuken 24 : 11: "Red degenen, die ter dood gegrepen zijn; want zij wankelen ter doding, zo gij u onthoudt", en 1 Petrus 3 : 15: "...zijt altijd bereid tot verantwoording aan een iegelijk, die u rekenschap afeist van de hoop, die in u is, met zachtmoedigheid en vreze".
Het is bekend van een ex-Jehovah's getuige dat hij getroffen werd door het getuigenis van een christen aan de deur. Hij was inmiddels steeds meer aan het twijfelen geraakt over de waarheid van de leer van het Wachttorengenootschap. Genoemd getuigenis was één van de middelen waardoor hij teruggebracht werd van zijn verkeerde overtuiging.
Jehovah's getuigen moeten immers ook van het Evangelie horen? Niet het prediken aan de deuren maakt mensen zalig (zoals Jehovah's getuigen menen), maar "die in Mij (Jezus) gelooft, heeft het eeuwige leven" (Joh. 6 : 47).
Als wij als christenen zo overtuigd zijn van de waarheid van wat we geloven, zouden wij dan niet veel meer bezig moeten zijn met het waarschuwen van anderen, en dus ook van Jehovah's getuigen?
"Een iegelijk dan, die Mij belijden zal voor de mensen, dien zal Ik ook belijden voor Mijn Vader, Die in de hemelen is. Maar zo wie Mij verloochend zal hebben voor de mensen, dien zal Ik ook verloochenen voor Mijn Vader, Die in de hemelen is" (Matth. 10 : 32, 33).
Grenzen
Ook als je het gesprek wel aangaat: er zijn wel grenzen. Die zijn bijvoorbeeld aangegeven in Titus 3 : 10 en 11: "Verwerp een ketters mens na de eerste en tweede vermaning, wetende, dat de zodanige verkeerd is en zondigt, zijnde bij zichzelven veroordeeld". Dat betekent dus dat wij het gesprek met Jehovah's getuigen moeten beëindigen als zij niet willen luisteren na een herhaalde uiteenzetting van de bijbelse leer. Je mag in het gesprek met Jehovah's getuigen immers ook iets zeggen over hoe jij denkt. In een gesprek wordt er als het goed is mèt elkaar gesproken en niet tégen elkaar. Dan mag jij ook de ruimte vragen aan een Jehovah's getuige om jouw standpunten te verwoorden. Als het kan ook over 'de hoop die in je is'. Dat wil zeggen: de hoop op het eeuwige leven door het geloof in Jezus Christus, gewerkt door de Heilige Geest.
2. Geschiedenis van de organisatie
Sinds 1931 luidt de officiële naam van de organisatie "Jehovah's getuigen", naar Jesaja 43 : 12: "Gij (zijt) mijn getuigen, is de uitspraak van Jehovah, en ik ben God." (Nieuwe Wereld-vertaling, 1992)
Doel
In 1931 werd ook een resolutie aangenomen, die aangaf: "Als Jehovah's getuigen is ons enkel en eenig doel volkomen gehoorzaam te zijn aan zijne geboden; om bekend te maken dat hij de enige ware en Almachtige God is; dat zijn Woord waarheid is en dat zijn naam alle eer en heerlijkheid toekomt; dat Christus Gods Koning is, dien hij op zijn troon van gezag heeft geplaatst; dat zijn koninkrijk nu gekomen is, en dat wij nu in gehoorzaamheid aan de geboden des Heeren dit goede nieuws moeten bekend maken...".
Activiteiten
Het centrum van de enorme organisatie bevindt zich in Brooklyn, New York.
Daar werken ongeveer 3000 mensen voor wat zakgeld, kost en inwoning in de grote drukkerijen en kantoren. Het zogenaamde Besturend Lichaam heeft de supervisie over het geheel. Het wordt daarin bijgestaan door verschillende bijkantoorcomité's, die zich bezighouden met onderwijs, uitgeven en dergelijke. Er zijn zone-opzieners die toezicht houden op het werk in drie tot zes landen. Verder zijn er districtsopzieners die verschillende kringen controleren. Een kring bestaat uit negen tot achttien gemeenten. Over een kring is dan weer een kringdienaar gesteld.
De gemeenten zelf vormen de kleinste kern van activiteiten. De gemeente komt samen in de Koninkrijkszaal, onder leiding van de gemeentedienaar. In de Koninkrijkszaal is bijna elke avond van de week wel iets te doen, zoals studie van de Wachttoren (zie verderop), training voor het verkondigerswerk, en dienstsamenkomsten. Zelfs kleine kinderen en baby's worden avond aan avond meegenomen. Dat zou er een bewijs van zijn dat de zaak van Jehovah de hoogste prioriteit krijgt, en dat moet ook, volgens Jehovah's getuigen.
Er zijn ook getuigen die zendeling worden, of speciale of gewone pionier. Dat zijn mensen die (bijna) hun hele leven wijden aan het verkondigerswerk.
Als hoogtepunten worden gezien de regionale, nationale of internationale congressen. Zij worden georganiseerd voor internationale lof aan Jehovah, of worden gezien als gelegenheden voor geregelde geestelijke verkwikking.
Voor de buitenwacht moeten zij het bewijs vormen van ware broederschap. Vaste onderdelen van deze congressen zijn lezingen, gebed en het zingen van liederen.
Alle activiteiten worden genoteerd in een jaarboek, waarin precies de groei van al het werk wordt bijgehouden. Daarbij hoort ook een verslag van de uitgaven die dat jaar het licht zagen. Twee tijdschriften nemen daarbij een belangrijke plaats in, namelijk de "Wachttoren" en "Ontwaakt!".
De Wachttoren is een tijdschrift dat beweert de wereldgebeurtenissen in het oog te houden die de vervulling vormen van bijbelse profetieën. Het tijdschrift "troost alle mensen met het goede nieuws dat Gods koninkrijk binnenkort alle onderdrukkers van de mensheid zal vernietigen en de aarde in een paradijs zal veranderen". Het bevat ook "Wachttorenstudies": besprekingen van een bepaald Bijbelgedeelte.
Ontwaakt! "is een tijdschrift voor het hele gezin. Het laat zien hoe u het hoofd kunt bieden aan de problemen van deze tijd". Het wijst op de diepere betekenis achter de huidige gebeurtenissen. Het belangrijkste is echter, volgens de schrijvers, dat dit tijdschrift vertrouwen opbouwt in de belofte van de Schepper dat Hij een nieuwe wereld van vrede en zekerheid tot stand zal brengen die het huidige goddeloze, wetteloze samenstel van dingen binnenkort zal vervangen.
Financiering
Bovengenoemde tijdschriften worden aan de deuren aangeboden. De gemeenteleden moeten voor dat doel elke maand een vast aantal tijdschriften afnemen en contant betalen. Raken zij deze niet kwijt aan de deur, of geven zij ze weg zonder er geld voor te durven vragen, dan is het verlies dus voor hen. Van de mensen aan de deur kan een vrijwillige bijdrage gevraagd worden, maar vaak gebeurt dat niet.
In eigen uitgaven van Jehovah's getuigen wordt steeds herhaald: alle bijdragen zijn vrijwillig. Er wordt ook niet gecollecteerd in de samenkomsten. Er is alleen een potje voor vrijwillige bijdragen beschikbaar. Wel wordt in de samenkomsten verteld waar geld voor nodig is en hoeveel.
Urenverantwoording
Van elk gemeentelid wordt op een kaart bijgehouden wat hij precies in dienst van Jehovah doet. Voor dat doel moet hij zelf elke week op een formulier invullen hoeveel uren hij gemaakt heeft in de velddienst met het verkondigerswerk, hoeveel boeken en tijdschriften hij verkocht heeft, hoeveel nabezoeken hij heeft afgelegd bij geïnteresseerden, en dergelijke. De gemeentedienaar kan zo precies nagaan wat ieder in de gemeente doet en of de gemeente als geheel beter, gelijk of minder presteert dan de periode ervoor. En als de kringdienaar periodiek een bezoek aan de gemeente aflegt, heeft ook hij nauwkeurig inzicht in het reilen en zeilen van de gemeente. Zo kan hij zien of de gemeente eventueel een aansporing nodig heeft, bijvoorbeeld om niet te verslappen in de dienst aan Jehovah.
De oprichter
Charles Taze Russell (1852-1916), geboren in Pennsylvanië in Amerika, was de oprichter van de organisatie van Jehovah's getuigen en de eerste president van het Wachttorengenootschap. In zijn jeugd raakte hij vertrouwd met het gedachtengoed van enkele protestantse groeperingen. Hij kreeg echter steeds meer moeite met de leer van de hel als plaats van eeuwige pijniging voor onboetvaardige mensen. Daarom zocht hij zijn heil bij andere religieuze groepen, die deze dingen anders zagen. Van deze groepen heeft hij het speculeren over het einde der tijden 'geërfd'. Hij had voor veel zaken belangstelling, zoals bijvoorbeeld voor de piramidologie (een zogenaamde wetenschap die ervan uitgaat dat de bijbelse profetieën en Gods beloften in de geometrie van piramides vallen af te lezen). Hij liet zich na zijn dood zelfs begraven onder een speciaal voor hem gebouwde piramide!
Russell begon een tijdschrift uit te geven, "Zion's Watch Tower and Herald of Christ's presence", de voorloper van de huidige "Wachttoren". In 1881 werd "Zion's Watch Tower Tract Society" opgericht, waarvan Russell enkele jaren later president werd. Russell beweerde dat mensen zijn boeken moesten lezen om de Bijbel goed te kunnen begrijpen. Hij stelde zijn geschriften boven de Bijbel, en dat terwijl hij niet eens de grondtalen Grieks en Hebreeuws beheerste. Overigens heeft hij dat laatste ooit met een eed ontkend!
Russell heeft meerdere pogingen gedaan om te voorspellen in welk jaar de wederkomst plaats zou hebben. De centrale gedachte in zijn boek "Plan Gods met de mensheid" is dat in 1914 het duizendjarig rijk begint. Geen van de voorspellingen is uitgekomen. Later heeft het Wachttorengenootschap noodgedwongen afstand genomen van zijn denkbeelden en ze zelfs als demonisch bestempeld. Rutherford, de opvolger van Russell, had er trouwens al voor gezorgd dat allerlei occulte symbolen werden uitgebannen. Overigens zijn ook de ideeën van Rutherford niet allemaal overeind gebleven in de officiële leer.
Opvolgers
Ongeveer 25 jaar lang, namelijk van 1917 tot 1942, was Rutherford president. Onder zijn invloed ontstond de gedachte dat het Wachttorengenootschap (dus niet Russell) het kanaal van God is dat de juiste uitleg van de Bijbel bevat. De gevolgen daarvan zijn nu nog merkbaar: de Bijbel leest men via de "Wachttoren", zelfstandig onderzoek van de Bijbel is niet gewenst, en het ontwikkelen van een kritische geest wordt afgeraden, omdat dan je vreugde af zal nemen - alleen eenheid geeft vreugde.
Rutherford zelf duldde als persoon al geen tegenspraak, en voerde allerlei veranderingen in die bestuur en controle van bovenaf inhielden. Tijdens zijn 'bewind' hadden enkele scheuringen plaats.
Na Rutherford's dood werd Knorr de nieuwe president. Hij besteedde met name veel aandacht aan onderwijs en training. De huidige gemeente-avonden in de Koninkrijkszalen, die tot doel hebben gemeenteleden te trainen in het verkondigerswerk, zijn een erfenis van Knorr.
Crisis - 1980
In 1977 werd de 84 jaar oude Franz de opvolger van Knorr. Drie jaar later deed zich een crisis voor. Vijf leden van de zogenaamde Bethel-familie in het hoofdkwartier te Brooklyn (New York) werden verwijderd. Achter deze mensen zat een veel grotere oppositiebeweging. De twist ging over het verstaan van de Bijbel, en met name over de verwachtingen ten aanzien van Armageddon (zie hoofdstuk 4). De vijf leden hielden de gewone getuigen voor: Richt u naar de Bijbel en niet naar de Wachttoren.
In 1985 werden de doopvragen voor de Heilige Doop aan volwassenen herzien. (Door de Doop wordt iemand daadwerkelijk een getuige van Jehovah.) Tot dan toe kon, blijkens de vragen, een individuele getuige door de Heilige Geest worden geleid. Sinds 1985 schijnt het zo te zijn dat het Wachttorengenootschap als organisatie door de Heilige Geest wordt geleid. De getuigen moeten zich door het genootschap laten leiden.
De president van de Jehovah's getuigen staat aan het hoofd van het Besturend Lichaam. In 1990 werd dat gezelschap uitgebreid van zeven naar twaalf personen. Al deze mensen waren al oud. Zij bepalen met elkaar het wel en wee van de getuigen. Dit wordt door hen een "theocratische regeling" genoemd.
De huidige president is Milton G. Henschel. Hij is Franz opgevolgd nadat deze in december 1992 op 99- jarige leeftijd overleed.
Hoewel dit overzicht van de geschiedenis van de jehovah's getuigen opgezet is aan de hand van de verschillende presidenten die het Wachttorengenootschap gekend heeft, is het volgens een eigen uitgave uit 1993 niet zo dat het hier gaat om een beweging rond een bepaalde leider. "De Christus is de leider, het Hoofd van de georganiseerde getuigen van Jehovah" (Jeh.Get. p. 117). Op de vraag of dat werkelijk zo is, wordt verderop in deze schets ingegaan.
In gesprek...
In de voorafgaande tekst is kort iets over de Jehovah's getuigen gezegd. Het volgende hoofdstuk beschrijft enkele kernpunten uit hun leer. De +21 Bijbelkring van de Gereformeerde Gemeente van Middelburg-Centrum noemt in een brochure een aantal tips voor een gesprek met Jehovah's Getuigen, die we hier in grote lijnen overnemen:
- Ga een gesprek niet aan vanuit jezelf, maar bidt God om hulp en wijsheid.
- Ga niet direkt in op hun vragen, je kunt dan snel in een bepaalde richting geduwd worden.
- Zeg hen dat, wat jou betreft, een gesprek alleen zin heeft:
1. Als ze ook naar jou willen luisteren, er dus echt een gesprek is.
2. Als jij ook onderwerpen mag aanreiken.
3. Als dat wat ter sprake komt gebaseerd is op de Bijbel en niet op menselijke redenering.
4. Als er een betrouwbare Bijbelvertaling wordt gebruikt.
5. Als het gesprek beperkt van tijd is. Spreek vooraf een tijd af waarop je wilt stoppen.
- Pak je Bijbel en enkele aandachtspunten erbij. Dit vraagt natuurlijk om een voorbereiding op een mogelijk gesprek met Jehovah's getuigen.
- Vertel welk onderwerp je graag zou bespreken.
- Zeg in het kort wat volgens jou hun denkbeelden hierover zijn. (Bijv. "Klopt het dat u de Heere Jezus niet ziet als de almachtige God, Eén met de Vader?")
- Kies een duidelijke Bijbeltekst om jouw en hun opvattingen te vergelijken. Spreek af dat je beiden alleen Bijbelse argumenten gebruikt en dat je niet gaat redeneren.
- Accepteer geen lectuur van hen; zeker niet tegen betaling.
- Wees vriendelijk, maar beslist in het vasthouden aan Gods heilig en onfeilbaar Woord!
3. Wat leren Jehova's getuigen?
Jehovah's getuigen gebruiken een eigen Bijbelvertaling, namelijk de Nieuwe Wereldvertaling, Telkens wordt deze vertaling herzien, omdat het licht der waarheid in de loop van de geschiedenis steeds meer op zou gaan.
Dit argument dient ook om vroeger gemaakte fouten goed te praten en om het uitblijven van voorspelde gebeurtenissen aannemelijk te maken. De manier waarop jehovah's getuigen met de Bijbel omgaan, wordt gekenmerkt door fundamentalisme. Dat wil zeggen: de Bijbel lezen en bestuderen zonder oog voor de samenhang van de teksten, voor de eigen stijl en bedoeling van de Bijbelschrijvers, voor de tijd van ontstaan van een bepaald Bijbelboek, voor de historische achtergrond, enz. Bijbelteksten worden dan gemakkelijk uit hun verband gerukt. Zo wordt het begrijpelijk hoe jehovah's getuigen ertoe kunnen komen om bijvoorbeeld het getal 144.000 in het boek Openbaring letterlijk te nemen.
Bij het omgaan met de Bijbel stellen zij het verstand, het logisch denken, voorop. Het is niet voor niets dat Johannes 1 : 1 in de Nieuwe Wereldvertaling als volgt is weergegeven: "In het begin was het Woord en het Woord was bij God, en het Woord was een god". Met het Woord wordt in de Bijbel de Heere Jezus aangeduid. Door nu te vertalen: het Woord was een god, willen de Jehovah's getuigen deze tekst laten zeggen dat Jezus niet zelf God was. Want de belijdenis van de Drieëenheid is voor hen een dwaasheid.
Het is goed om deze dingen te weten, want bijvoorbeeld in een gesprek aan de deur kan het taalgebruik heel bijbels aandoen, terwijl aan de bedoeling van de Bijbel geen recht wordt gedaan.
De leer
Ten diepste staat of valt alles met de kern van het Christendom: het geloof in Christus en Die gekruist. Maar wat houdt dat in?
Enkele belangrijke 'geloofsovertuigingen' (zoals zij dat zelf noemen) van de Jehovah's getuigen worden hier genoemd en vervolgens van commentaar voorzien. Meer argumenten en bewijsteksten tegen hun leer zijn bijvoorbeeld te vinden in de Heidelbergse Catechismus, de Nederlandse Geloofsbelijdenis, Calvijns Institutie en de Gereformeerde Dogmatiek van ds. G. H. Kersten.
De persoon van Christus
Jezus was het eerste schepsel, dat door God geschapen is. Voor Hij ais mens werd geboren, leefde Hij in de hemel. Hij is de grootste mens die ooit geleefd heeft. Hij was wel Gods Zoon, maar dan alleen zoals Adam Gods zoon genoemd wordt (in het geslachtsregister van Jezus, Lukas 3 : 38). Hij is niet Zelf God.
Christus was een voorbeeldige getuige van Jehovah, Die Zich met Zijn doop in de Jordaan heeft toegewijd aan God. Toen is Hij aangenomen als Gods geestelijke zoon. Daarna is Hij met Zijn verkondigerswerk begonnen. Hij heeft door woord en daad laten zien hoe God het leven op aarde bedoeld had en hoe het weer zal worden op de nieuwe aarde. Jezus' leven was zonder zonde, en aan het einde daarvan is Hij als martelaar gestorven. Hij was de volmaakte Mens die de boodschap van Gods Koninkrijk bracht en daarvoor Zijn leven gaf. Hij is de Middelaar. Hij heeft het mogelijk gemaakt dat de gevolgen van de zonde worden uitgewist, namelijk de onvolmaaktheid en de sterfelijkheid van de mens. Op de nieuwe aarde zal er weer een paradijselijk leven zijn. Na Zijn sterven leeft Jezus als een geest verder; Hij is dus niet werkelijk lichamelijk opgestaan. Het geloof in Jezus bewaart voor de vernietiging en maakt eeuwig leven op de nieuwe aarde mogelijk. Getuigen van Jehovah moeten nu in gehoorzaamheid aan Hem de mensen waarschuwen voor Armageddon. Dat is hun behoud.
Wij belijden echter dat Jezus wel Zelf God was.
Zie Joh. 1 : 1:
"In den beginne was het Woord" - dat duidt volgens ons op eeuwig bestaan.
"Het Woord was bij God" - dat wijst op persoonlijk bestaan.
"Het Woord was God" - dat toont Zijn Godheid.
"Dit was in den beginne bij God" - dat slaat op eeuwig Zoonschap.
"Alle dingen zijn door hetzelve gemaakt" - dat laat Zijn scheppingsmacht zien.
Toen Jezus alle dingen schiep, was Hij er natuurlijk Zelf al. Zie o.a. Hebr. 7 : 3, over het eeuwigdurende priesterschap van Melchizedek: "Zonder vader, zonder moeder, zonder geslachtsrekening, noch beginsel der dagen, noch einde des levens hebbende; maar de Zoon van God gelijk geworden zijnde, blijft hij een priester in eeuwigheid".
Hebr. 1 is een mooi hoofdstuk om, met gebruik van de kanttekeningen van de Statenvertaling, hierbij te lezen. Boven dat hoofdstuk staat: 'Christus overtreft de engelen'.
Wij belijden ook dat Jezus als Borg de straf op de zonde gedragen heeft. Hij leed en stierf plaatsvervangend, dus in de plaats van mensen die deze straf eigenlijk hadden moeten krijgen. Daarom is Hij mens geworden. Zie bijvoorbeeld Filipp. 2 : 7: "Maar heeft Zichzelven vernietigd, de gestaltenis eens dienstknechts aangenomen hebbende, en is de mensen gelijk geworden". Dat Hij ook God bleef, is te vinden in Rom. 9 : 5: "Welker (namelijk van de Israëlieten) zijn de vaders, en uit welke Christus is, zoveel het vlees aangaat, Dewelke is God boven allen te prijzen in der eeuwigheid. Amen".
Tevens heeft Christus de Wet vervuld voor allen die zaligmakend in Hem geloven. Zij kunnen zelf de Wet van God niet houden, maar Jezus heeft het voor hen gedaan. En zo is het mogelijk dat zondaren in de juiste verhouding tot God komen te staan. Zo worden ze verlost, niet alleen van de gevolgen van de zonde, - dat ook -, maar ook van de schuld van de zonde en van de zonde zelf!
De Heilige Geest
De Heilige Geest is geen God en geen persoon, maar een kracht. (Daarom wordt hij aangeduid als heilige geest, met een kleine letter 'g'.) Immers, Johannes de Doper zei, dat de Heere Jezus met de Heilige Geest zou dopen, net zoals Hij met water gedoopt had. Water is geen persoon, dus is de Heilige Geest ook geen persoon. Ook kunnen mensen niet vervuld worden met een persoon.
Maar wij belijden met de belijdenis van Nicea dat wij ook geloven "in de Heilige Geest, die Heere is en levend maakt, die van de Vader en de Zoon uitgaat, die te zamen met de Vader en de Zoon aangebeden en verheerlijkt wordt, die gesproken heeft door de Profeten."
De Heilige Geest is ook God, zoals bijvoorbeeld blijkt uit 1 Kor. 3 : 16: "Weet gij niet, dat gij Gods tempel zijt, en de Geest Gods in ulieden woont?"; en uit 1 Joh. 5 : 7: "Want drie zijn er, Die getuigen in de hemel, de Vader, het Woord en de Heilige Geest; en deze Drie zijn één". Daarom mag en moet Hij ook aangebeden worden, want dat is alleen voorbehouden aan God (Openb. 22 : 8, 9).
De Heilige Geest is ook een Persoon, want de Heere Jezus spreekt over Hem als Iemand Die Zijn taak zal overnemen: "En Ik zal de Vader bidden, en Hij zal u een andere Trooster geven" (Joh. 14 : 16). Verder wordt er op verschillende manieren over de Heilige Geest gesproken, waaruit blijkt dat Hij een persoon is: Hij spreekt, verkondigt, roept, en overtuigt van zonde, gerechtigheid en oordeel. In Efeze 4 : 30 wordt gesproken over het bedroeven van de Heilige Geest. Dat kan ook alleen maar gelden voor een persoon. De Heilige Geest is dus God, Hij is een persoon, en Hij is eeuwig (samen met de Vader en de Zoon), volgens Hebr. 9 : 14: "Hoeveel te meer zal het bloed van Christus, Die door de eeuwige Geest Zichzelven Gode onstraffelijk opgeofferd heeft, uw geweten reinigen van dode werken, om de levende God te dienen?".
De Drie-eenheid
Het woord 'drie-eenheid' of 'drie-enig' komt nergens in de Bijbel voor; het is dus onbijbels en het is ook onlogisch - zie de rekensom! Het is dé dwaling van de christenheid dat ze dit belijdt.
Maar wij geloven in God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest.
- Wij zien Ze in de Bijbel samen aan het werk bij de schepping. Gen. 1 : 1: God schiep de hemel en de aarde. Vers 2: en de Geest van God zweefde of broedde op de wateren. Vers 3: En God sprak. Volgens Hebr. 11 : 3 is de wereld door het woord van God toebereid. En o.a. uit Joh. 1 : 1-3 (...en het Woord was God...) weten we dat het de Zoon was Die sprak.
- In Jesaja 48 : 16 is een Oudtestamentische heenwijzing te vinden: "Nadert gijlieden tot Mij, hoort dit: Ik heb van de beginne niet in het verborgene gesproken, maar van die tijd af, dat het geschied is, ben Ik daar; en nu, de Heere HEERE, en Zijn Geest heeft Mij gezonden".
- In Lukas 3 : 21 en 22 staat dat de Heilige Geest op Jezus neerdaalde nadat Deze gedoopt was door Johannes, en dat God de Vader sprak: "Gij zijt Mijn geliefde Zoon, in U heb Ik Mijn welbehagen!". Hier worden Ze dus ook alle drie genoemd.
- In de zendingsopdracht worden Vader, Zoon en Heilige Geest in één adem genoemd: "Gaat dan heen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in de Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geestes".
- Tenslotte vinden wij de Drieheid (zie geloofsvorm van Athanasius) in de zegenbede uit 2 Kor. 13 : 13: "De genade van de Heere Jezus Christus, en de liefde van God, en de gemeenschap des Heiligen Geestes, zij met u allen. Amen."
De mens
"Zelfs in deze wereld vol problemen kunt u geluk vinden door nauwkeurige Bijbelkennis omtrent God, zijn koninkrijk en zijn schitterende voornemen met de mensheid" (Wachttoren, 1 maart 1996).
De mens is uit zichzelf in staat om iets goeds te doen. Hij kan Gods goedkeuring verwerven, hij kan gehoorzaam zijn aan Gods wet. Daarom wordt iedereen aangespoord daartoe zijn uiterste best te doen. Men kan uit vrije keuze God gaan dienen. Daardoor kan hij het eeuwige, paradijselijke leven op aarde verwerven, zoals dat weer mogelijk gemaakt is door het loskoopoffer (term van Jeh. get.) van Christus.
Dit is een wel zeer optimistische visie op de mens. De visie van de Bijbel is anders! Onze wil is zo grondig bedorven dat wij alleen nog maar het kwade willen. De Bijbel tekent de mens als zondaar, als opstandeling tegen God en Zijn genade.
Teksten om dit te bewijzen zijn onder andere te vinden in Mark. 7 : 21-23: "Want van binnen uit het hart der mensen komen voort kwade gedachten, overspelen, hoererijen, doodslagen,... Al deze boze dingen komen voort van binnen, en ontreinigen de mens"; en Rom. 3 : 10-12: "Gelijk geschreven is: Er is niemand rechtvaardig, ook niet één; er is niemand, die verstandig is, er is niemand, die God zoekt. Allen zijn zij afgeweken, te zamen zijn zij onnut geworden; er is niemand, die goed doet, er is ook niet tot één toe".
Hel en onsterfelijkheid
"Bij de dood sterft de ziel zelf (...). De doden zijn zich van niets bewust (...). De hel (sjeool, hades) is het gemeenschappelijke graf van de mensheid" (Jeh.Get., p. 145). Dit is terug te vinden in Ezech. 18 : 4: "De ziel die zondigt, die zal sterven". Dus de ongehoorzame mensen worden vernietigd en houden volledig op te bestaan.
Hier is een voorbeeld van de simpele manier van Bijbeluitleg. Alsof we er met de letterlijke uitleg van één of meer teksten zouden zijn! Wij moeten immers Schrift met Schrift vergelijken, zoals wij dat noemen. Met 'ziel' wordt in het OT meestal de hele persoon bedoeld. Ook aan het dier wordt een ziel toegeschreven. 'Ziel' betekent dan: 'levend wezen'. In het NT wordt 'ziel' wel gebruikt in tegenstelling tot het lichaam: "Vrees niet voor degenen die het lichaam doden, en de ziel niet kunnen doden" (Matth. 10 : 28).
Volgens de Bijbel komen de zielen van de ongelovigen in de hel: Luk. 16 : 23: "En de rijke stierf ook en werd begraven. En als hij in de hel zijn ogen ophief, zijnde in de pijn ...".
Openb. 21 : 8: "...en ongelovigen ...is hun deel in de poel die brandt van vuur en sulfer...".
De hemel en het paradijs op aarde
Een 'kleine kudde', van slechts 144.000 uitverkorenen, gaat naar de hemel. Dit zijn degenen die wedergeboren worden als geestelijke zonen van God (Joh. 3 : 3). Zij zullen samen met Christus vanuit de hemel regeren over de grote schare op de nieuwe aarde. Die grote schare zal bestaan uit de rest van de mensen die Gods goedkeuring hebben: Jehovah's getuigen die getrouw geweest zijn in het gehoorzamen aan God. Zij zullen eeuwig op aarde leven (Ps. 37 : 29). In overeenstemming met Gods oorspronkelijke voornemen zal de gehele aarde een paradijs worden (Gen. 1 : 27, 28). Ziekte, alle soorten van gebreken en de dood zelf zullen tot het verleden gaan behoren (Openb. 21 : 3, 4).
Gods Woord zegt echter: "Die in Mij gelooft, heeft het eeuwige leven" (Joh. 6 : 47). Dus alleen zij die in Christus geloven, maar ook zij allen, zullen het eeuwige leven ontvangen. Zij zullen niet onderverdeeld worden in een aardse klasse en een hemelse klasse. Allen zullen hemelse heerlijkheid ontvangen. Hoe dat precies zal zijn, is nog verborgen.
Jehovah's getuigen moeten geestelijk in goede conditie blijven, zodat Jezus, wanneer hij als Oordeelsvoltrekker komt, tevens hun Bevrijder zal blijken te zijn.
In deze tijd van het einde moeten zij als 'waakzame christenen' aan anderen het 'goede nieuws van het koninkrijk' verkondigen. Zij waarschuwen dat Christus weldra zal komen en het oordeel zal voltrekken aan dit goddeloze samenstel van dingen (Matth. 24). Op deze manier helpen zij anderen voor 'bevrijding' in aanmerking te komen.
4. Armageddon
Jehovah's getuigen wijden een groot deel van hun tijd aan de 'verkondiging van Gods koninkrijk'. Zij doen dat om daarmee een plaats op de nieuwe aarde te bemachtigen. Hun boodschap luidt: Het einde van alle tijden is nabij! Zij waarschuwen voor de 'vernietiging' die alle ongehoorzame mensen zal overkomen in Armageddon.
Armageddon, of Harmageddon, betekent letterlijk: berg van Megiddo. Ten tijde van het Oude Testament hebben daarveel oorlogen plaatsgevonden. In Openb. 16 is het een beeld voor het grote eindgericht dat aan de wederkomst van Jezus vooraf zal gaan. Alleen zij die getrouw geweest zijn aan lehovah zullen de grote slag van Armageddon overleven.
Dan breekt het duizendjarig vrederijk aan. Precies 144.000 uitverkorenen zullen dan als koningen met Christus regeren vanuit de hemel. Voor de 'grote schare' is eeuwig leven weggelegd op de vernieuwde aarde. Wanneer dit eindgericht zal plaatsvinden? Jehovah's getuigen hebben al heel wat jaartallen genoemd, hoewel Jezus heel duidelijk heeft gezegd: "Van die dag en die ure weet niemand, noch de engelen, die in de hemel zijn, noch de Zoon, dan de Vader" (Mark.13:32).
1874
De eerste president van de Jehovah's getuigen, Russell, kondigde aan dat Jezus zou wederkeren in 1 874. Toen dat niet gebeurde verkondigde hij: 1874 is het begin van de vestiging van het Koninkrijk Gods in de hemel; dat Koninkrijk zal zich spoedig openbaren op aarde.
1878
Tijdens Zijn rondwandeling op aarde heeft Jezus ongeveer 3,5 jaar gepredikt. Zo zal de openbaring van het Koninkrijk Gods ook 3,5 jaar na Jezus' tweede komst zijn, namelijk in 1878.
1914
In dit veelbewogen jaar begon de Eerste Wereldoorlog. Dat was wat anders dan de wederkomst van Christus. Nu wordt door Jehovah's getuigen beweerd dat Jezus in 1914 onzichtbaar naar de aarde zou zijn teruggekeerd. Sindsdien is er sprake van het einde der tijden. Aan het einde daarvan zal de vernietiging plaatshebben van het goddeloze samenstel der dingen.
1918
Op dezelfde wijze als 1878 werd berekend, namelijk 3,5 jaar na 1874, kwam men aan 1918, nl. 3,5 jaar na 1914.
1925
Dit jaar is aangewezen door de tweede president van de Jehovah's getuigen, Rutherford. Toen dit jaar echter voorbij was zonder dat de wederkomst had plaatsgevonden, verkondigde hij dat het einde zou komen op een tijdstip alleen aan God bekend.
1975
Ook dit jaar is genoemd als het beginjaar van het vrederijk.
1985
Als 1914 het jaar is van de vestiging van het Koninkrijk Gods in de hemel, is 1985, zeventig jaar later, het einde van de wereld, volgens Matth. 24 : 34: "Dit geslacht zal geenszins voorbijgaan totdat al deze dingen zullen geschied zijn". Of misschien duurt een generatie wel 80 jaar, waarbij niet op een jaar gekeken wordt... Dit zou moeten betekenen dat er anno 1996 nog mensen, geboren in 1914, in leven zijn die Armageddon tijdens hun leven zullen meemaken. Dan moet het einde dus wel erg dichtbij zijn. "Binnenkort", zo heet het nu (zie Wachttoren en Ontwaakt!).
Omdat alle voorspellingen onjuist gebleken zijn waagt men zich inmiddels niet meer aan het noemen van een jaartal. Wel staat nog overeind dat wij sinds 1914 in de tijd van het einde leven. En gezien de tekenen der tijden kan de wederkomst niet veraf meer zijn. Aangezien de voorspellingen vanaf het begin een kenmerk zijn geweest van de sekte der Jehovah's getuigen, pleit dit alles niet voor de geloofwaardigheid van hun leer. Zij beweren zich te beroepen op de Bijbel als de hoogste autoriteit, maar het lijkt erop dat de menselijke fantasie de boventoon voert, Jehovah's getuigen beroepen zich echter op Spreuken 4 : 18: "Het pad van de rechtvaardigen is als het glanzende licht, dat steeds helderder wordt tot de dag stevig bevestigd wordt" (Nieuwe Wereldvert.). God geeft steeds meer inzicht, tot uiteindelijk alles helder geopenbaard zal zijn, zo menen zij.
Ter illustratie: hoe komt men aan het jaartal 1914?
Zedekia, de laatste koning van Juda, werd weggevoerd in ballingschap in 606 voor Christus. (Dat moet volgens Bijbelgeleerden 587 zijn.) Dit is het begin van de 'tijden der heidenen'. De tijden der heidenen omvatten zeven tijden volgens Daniël 4; 3,5 tijd duurt 1260 dagen (volgens Openb. 12); dus zeven tijden duren 2520 dagen. God geeft voor elke dag een jaar (Ezech. 4). 2520 jaar, gerekend vanaf 606 v. Chr.
1914 voorzien
„Het was .. . in 606 v.Chr. dat Gods koninkrijk eindigde, de diadeem werd verwijderd en de gehele aarde aan de heidenen werd overgegeven. De 2520 jaar vanaf 606 v.Chr. zullen in 1914 n.Chr . . . . eindigen." " - The Three Worlds, uitgegeven in 1877, blz. 83.
„Het bijbelse bewijs is duidelijk en krachtig dat de 'tijden der heidenen' een periode van 2520 jaar beslaan, vanaf het jaar 606 v.Chr. tot en met 1914 n.Chr. " - Studies in the Scriptures ( 1889), Deel II, blz. 79, door C. T. Russell.
Charles Taze Russell en degenen die samen met hem de bijbel onderzochten, beseften al tientallen jaren voordien dat 1914 het einde van de tijden der heidenen, of de bestemde tijden der natiën, zou kenmerken (Lukas 21 : 24). Hoewel zij in die vroege dagen niet ten volle begrepen wat dit zou inhouden, waren zij ervan overtuigd dat 1914 een bijzonder belangrijk jaartal in de wereldgeschiedenis zou worden, en zij hadden het bij het rechte eind, getuige dit kranteartikel:
„Het uitbreken van de verschrikkelijke oorlog in Europa heeft een buitengewone profetie in vervulling doen gaan. De afgelopen vijfentwintig jaar hebben de 'Internationale Bijbelonderzoekers', beter bekend als 'Millennial Dawners', de wereld via predikers en door middel van de pers bekendgemaakt dat de Dag der Gramschap waarover in de bijbel wordt geprofeteerd, in 1914 zou aanbreken. 'Ziet uit naar 1914!', is de roep geweest van de honderden reizende evangelisten." - The World, een Newyorkse krant, 30 augustus 1914.
* Door goddelijke voorzienigheid geleid, hadden die Bijbelonderzoekers niet beseft dat er tussen „v.Chr." en „n.Chr." geen jaar nul is. Later, toen op grond van verder onderzoek bleek dat het nodig was het jaartal 606 v.Chr. in 607 v.G.T. te veranderen, werd ook het jaar nul geëlimineerd, zodat de voorspelling van „1914 n.Chr. " als juist gehandhaafd kon worden.
— Zie „De Waarheid Zal U Vrijmaken", in het Engels uitgegeven door de Watch Tower Society in 1943 (in het Nederlands in 1947), blz. 239.
5. Hoe kom je erbij?!
De organisatie van Jehovah's getuigen wordt over het algemeen beschouwd als een sekte, Meestal heeft dit woord een negatieve of kritische bijklank. Het is moeilijk om een sluitende definitie te geven, maar om de gedachten te bepalen kunnen de volgende algemene kenmerken van sekten genoemd worden. Van elk kenmerk zal nagegaan worden of het ook voor Jehovah's getuigen geldt.
- Sekteleden groeperen zich vaak rond een bepaalde leider. Het woord 'sekte' komt van het Latijnse 'sequi', dat 'volgen' betekent.
De organisatie van Jehovah's getuigen is ontstaan rond Russell en vervolgens diepgaand beïnvloed door diens opvolger, Rutherford. Desondanks ontkennen jehovah's getuigen dat zij een leider volgen. Naar eigen Zeggen volgen zij alleen jezus.
- Sekten beweren de volle geloofswaarheid te bezitten, Dat brengt met zich mee dat zij ontkennen een sekte te zijn.
Dit geldt ook voor Jehovah's getuigen, zij zijn van mening dat alleen de manier die zij voorstaan om God te dienen mensen hoop kan geven op eeuwig leven in het paradijs op de vernieuwde aarde.
- Zij leggen de nadruk op een bepaal de deelwaarheid. Dal kenmerkt hen als een opzichzelf staande groep. Dit kan ook van Jehovah's getuigen gezegd worden. Hun leer is kenmerkend voor de organisatie. De nadruk ligt op de boodschap van het einde der tijden. Volgens Jehovah's getuigen kan men de slag bij Armageddon overleven als men zich aansluit bij hun organisatie en meehelpt om in gehoorzaamheid aan Jehovah ook anderen te waarschuwen dat het einde der tijden nabij is. Als groep zijn zij heel duidelijk afgescheiden van hun omgeving.
- Er is sprake van forse kritiek op de kerk, of de religie waaruit de sekte voortgekomen is. Men ervaart geen smart over de breuk met de kerk en verlangt niet naar eenheid.
Ter illustratie een citaat uit een uitgave van het Wachttorengenootschap, waarin hun visie op de Reformatie beschreven wordt:
"De Reformatie heeft beslist enkele goede dingen bewerkstelligd, in het bijzonder de vertaling van de Bijbel in de talen van het gewone volk.(...) Toch luidde de Reformatie geen terugkeer in tot de ware aanbidding en zuivere leerstellingen. Waarom niet? De afval had een diepgaande invloed gehad en was helemaal tot de grondslagen van de christenheid doorgedrongen. Dus al onttrokken verscheidene protestantse groepen zich aan de pauselijke autoriteit van Rome, toch namen ze enkele van de fundamentele gebreken van de Rooms-Katholieke Kerk mee, kenmerken die het gevolg waren van het verlaten van het ware christendom. Zo vertoonde het bestuur van de protestantse kerken weliswaar enkele variaties maar bleef de fundamentele indeling van de kerk in een heersende klasse van geestelijken en een onderworpen lekendom voortbestaan. Ook werden onschriftuurlijke leerstellingen als de Drie eenheid, de onsterfelijke ziel en eeuwige pijniging na de dood behouden. En net als in het geval van de roomse kerk bleven de protestantse kerken een deel van de wereld, nauw betrokken bij de politieke stelsels en de bevoorrechte heersende klassen" (Jeh.Get. p. 39, 40).
Hersenspoeling
Het grote gevaar van sekten is dat zij mensen beroven van de vrijheid van denken. Mensen worden als het ware gevangen in een systeem, waar zij op eigen kracht niet of nauwelijks meer uit kunnen komen. Wat dat betreft zijn er overeenkomsten met verslaving aan drank en drugs. De beïnvloeding waar zulke mensen het slachtoffer van worden gaat zo diep, dat er gesproken moet worden van hersenspoeling.
Er zijn vijf kenmerken van hersenspoeling te noemen die min of meer terug te vinden zijn bij de organisatie van Jehovah's getuigen. Men leze bijvoorbeeld het boek "De Jehovah's getuigen aangeklaagd".
1) Overspoelen met liefde. Als iemand belangstelling toont voor de leer van de Jehovah's getuigen, wordt er veel speciale aandacht aan hem of haar besteed. Hij of zij krijgt regelmatig bezoek aan huis, en wordt met welwillendheid en voorkomend behandeld. Als men een keer een Koninkrijkszaal bezoekt, wordt door veel gemeenteleden een praatje aangeknoopt. Als iemand echter zover is dat hij zich aangesloten heeft bij de organisatie, vermindert de speciale belangstelling vaak. Het gebeurt wel dat er sprake is van wedijver tussen de gemeenteleden in plaats van een onderlinge band.
2) Overspoelen met informatie. Men krijgt in korte tijd zeer veel informatie over de leer van de Jehovah's getuigen te verwerken. Tegelijkertijd heeft men door het volle programma weinig tijd om zich te bezinnen op het gehoorde en op wat men gelezen heeft. Men raakt ook gemakkelijk onder de indruk van de hoeveelheid geciteerde Bijbelteksten. Alles bij elkaar is het nieuwe overweldigend, en het gevaar bestaat dat men erin meegaat.
3) Brengen in een isolement. Een voorbeeld hiervan is het advies om geen andere lectuur te lezen dan die van het Wachttorengenootschap en te breken met "niet-gelovigen".
4) Weinig slapen. (Door het vele werk; en het gevolg van alles is:)
5) Stil zetten van het denken. Dit alles gebeurt niet per se bewust of met kwade opzet, maar het gebeurt wel!
Kwetsbaar
Hoe komt iemand erbij om lid te worden van een sekte, zoals die van Jehovah's getuigen? Je zult je toch wel drie keer bedenken voor je jezelf op zo'n manier van je vrijheid laat beroven?
Vaak zijn het jongeren met jeugdproblemen die worden aangesproken, met name als ze in onzekerheid verkeren over zaken die met religie te maken hebben. Het kunnen ook ouderen in een overgangsfase zijn die zich aangetrokken voelen. Zij denken in een sekte een nieuwe zin voor hun bestaan te vinden. Er is vaak sprake van een behoefte aan gezag, aan een vaderfiguur om zich mee te identificeren. Idealistische mensen lopen meer risico door hun neiging houvast te zoeken aan een bepaald ideaal. Sekten lijken dat houvast te bieden: zij bewandelen simpele wegen en geven 'duidelijke' antwoorden. Toch hoeft dat allemaal niet het geval te zijn; ook voor nuchtere mensen die enig inzicht in deze problematiek hebben schijnt het beter te zijn zich niet te lang bij een sekte op te houden. Ongemerkt kan de ervaring ontstaan dat men gaat 'zweven', figuurlijk gesproken. Hoe het ook zij: het lidmaatschap van een sekte is niet zonder gevaar.
Wat Jehovah's getuigen betreft zijn er allerlei kwalijke gevolgen bekend die mensen hebben ondervonden van hun lidmaatschap. Er zijn huwelijken door kapot gegaan, mensen zijn ervan overspannen geraakt, ze hebben bijna al hun geld verteerd, ze zijn hun familie en vrienden kwijtgeraakt, of hun gezin is erdoor uit elkaar gevallen.
Het grootste gevaar is echter dat mensen misleid worden ten aanzien van de weg tot behoud. Jezus heeft gezegd: "Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij" (Joh. 14 : 6). Genade betekent voor |ehovah's getuigen dat God ons op grond van het werk van Christus de mogelijkheid geeft om aan de vernietiging te ontkomen en een plaats op de nieuwe aarde te verwerven. Zij leren dat wij behouden kunnen worden door nauwkeurig op te volgen wat Jezus zegt. Dat is ten diepste de weg van de zelfverlossing.
Het ware geluk hangt echter niet af van onze prestatie of verdienste, maar van het volbrachte werk van Christus alleen. Hij heeft ten eerste de straf op de zonde gedragen en zo de schuld van de zonde weggenomen. Ten tweede heeft Hij de Wet van God volkomen gehouden, en zo gerechtigheid verworven. En ten derde heeft Hij de hemelse heerlijkheid verdiend. Aan dit alles kunnen zondige mensen deel krijgen door het ware geloof. Zie HC vr.61:
"Waarom zegt gij, dat gij alleen door het geloof rechtvaardig zijt? Antw.: Niet, dat ik vanwege de waardigheid mijns geloofs Code aangenaam ben; maar daarom, dat alleen de genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid van Christus mijn gerechtigheid voor Cod is, en dat ik die niet anders dan alleen door het geloof aannemen en mij toeëigenen kan".
Blijf tijdschriften verspreiden!
De maanden april en mei 1995 hebben een bijzonder succesvolle veldtocht voor de verspreiding
van Koninkrijksnieuws no. 34 te zien gegeven. In die twee maanden vond er ook een opmerkelijke verspreiding van De Wachttoren en Ontwaakt plaats. Een broeder in Tsjechië bijvoorbeeld bericht
dat hij in april 250 exemplaren van het Koninkrijksnieuws-traktaat en 750 tijdschriften heeft verspreid. In Guadeloupe werd zaterdag 15 april als een speciale tijdschriftendag gekozen. Bijna iedere verkondiger in het land had op die dag een aandeel aan de bediening! Slowakije had in april een nieuw hoogtepunt in de tijdschriftenverspreiding. Uit veel andere landen kwamen soortgelijke berichten.
Dus waarom niet april en mei 1996 tot bijzondere maanden voor tijdschriftenverspreiding gemaakt?
De gemeenten kunnen speciale tijdschriftendagen organiseren. Individuele broeders en zusters kunnen in de hulppioniersdienst gaan. Op deze en andere manieren kan de tijdschriftenverspreiding worden aangemoedigd, en de in Koninkrijksnieuws no. 34 bekendgemaakte belangrijke boodschap zal verder verbreid worden. Dan zal Jehovah, zoals vorig jaar het geval was, de ijverige geest die wij aan de dag leggen, beslist zegenen. — 2 Timotheös 4:22.
Literatuur
Josy Doyon, Herders zonder erbarmen; tien jaren Jehovah's getuige; verslag van een dwaaltocht. Baam, 1975.
J.G. Fijnvandraat, Jehovah's getuige, mag ik ook iets zeggen? 3e druk, Vaassen; Medema 1987.
Sipke van der Land, De hersenspoelers; over de gevaren van sekten en kuiten. Kok, Kampen 1981.
H.J. Spier, De Jehovah's getuigen en de Bijbel. Kok, Kampen 1961.
Ds. H. Veldhuizen, In gesprek met Jehovah's getuigen. Groen, Leiden 1993.
Ds. H. Veldhuizen, in: Sekten en Stromingen. Reformatie reeks; Kok, Kampen z.j.
A. P. Wisse, De Jehovah's getuigen aangeklaagd; een onthullend verhaal. Kok, Kampen, 3e druk 1983.
Uitgaven van het Wachttorengenootschap
De Openbaring; Haar grootse climax is nabij! 1988 Watch Tower Bible and
Tract Society of Pennsylvania, Brooklyn, New York, U.S.A.
Leven- Hoe is het ontstaan? Door evolutie of door schepping? 1985,
Brooklyn, New York, U.S.A.
(In deze beide studieboeken staan onder aan elke bladzijde studievragen
afgedrukt.)
Jehovah's Getuigen: Verkondigers van Gods Koninkrijk. 1993 Watch Tower
Bible and Tract Society of Pennsylvania, Brooklyn, New York, U.S.A
Gespreksvragen
Aan de deur...
1. Wat moet je doen, wanneer de Jehovah's Getuigen aan de deur komen?
2. Welk gevaar loop je als je een Jehovah's Getuige probeert te overtuigen van je eigen visie?
Hoe zou je toch jouw visie kunnen verwoorden?
3. Wat vind je van het idee om Jehovah's Getuigen te verwijzen naar een ambtsdrager?
Waarom zou je dit wel/niet doen?
4. Uit welke teksten uit de Bijbel blijkt dat het onze opdracht is om te getuigen? Wat betekent dat voor je houding thuis, op school en op je werk?
Hoe moet je je dan opstellen naar Jehovah's Getuigen?
Sekte
1. Noem enkele wezenlijke verschillen tussen kerk en sekte.
2. Noem eens enkele sektarische trekken van de Jehovah's Getuigen. Bespreek waarom ze sektarisch zijn.
3. Kunnen we zeggen dat de bijbelkennis, evangelisatie en ijver van de Jehovah's Getuigen ons ten voorbeeld zijn? Bespreek enkele positieve en negatieve kanten.
4. Waaruit zou hun voortdurende activiteit en evangelisatiedrang te verklaren zijn?
5. De Jehovah's Getuigen spreken nog wel eens verwijtend over de kerk. Ze zeggen dan:
a. dat de kerkmensen hun Bijbel slecht kennen.
b. dat de christelijke kerk dwaalt rond het leerstuk van de Drieëenheid van God en dus geen recht zicht heeft op Wie God is en hoe Hij Zich geopenbaard heeft in het Woord.
c. dat de kerk met de satan meewerkt door zich met politiek en allerlei andere 'wereldse' aangelegenheden te bemoeien.
Wat vind je van deze verwijten?
6. Een sekte wordt wel eens de 'onbetaalde rekening van de kerk' genoemd. In hoeverre geldt dit voor de Jehovah's Getuigen?
Stellingen
- Liefdeloos neerzien op de kerk door kerkmensen is sektarisch!
- Jehovah's Getvigen stellen dat zij de Bijbelse waarheden recht zien. Daarom is het logisch dat zij evangeliseren.
- Jehovah's Getvigen brengen een dwaalleer. Je kunt ze daarom < tekst weggevallen >
Opdracht
Bespreek de volgende situatie:
Jij bent alleen thuis. Je doet net je jas aan, als er aan de deur gebeld wordt. Je doet open en er staan twee Jehovah's Getuigen. De oudste begroet je vriendelijk en zegt: "Nou, we zijn precies op tijd, als we iets later bij u aangebeld zouden hebben, stonden we voor een gesloten deur. Mogen we u iets vragen? Heeft u deze week ook in de krant gelezen dat...". En er volgt een heel verhaal.
1. Verdeel de vereniging in groepjes van vijf.
2. leder verenigingslid schrijft voor zichzelf op hoe hij of zij denkt te reageren. Met andere woorden: wat zou jij zeggen en doen? Daarnaast schrijft iedereen kort op waarom dat gemakkelijk of juist moeilijk is. Bespreek dit met elkaar.
3. Als groepje werken jullie vervolgens de volgende opdracht uit.
a. Probeer met elkaar op een rijtje te zetten wat je wel of niet moet doen. Motiveer dit.
b. Maak samen een lijstje met aantekeningen om bij de hand te houden als Jehovah's Getuigen aanbellen.
4. Plenair wordt allereerst geïnventariseerd waar je allemaal tegenaan kunt lopen bij een bezoek van Jehovah's Getuigen. Schrijf deze knelpunten op. Vervolgens wordt er in de grote groep gekeken hoe je daarmee kunt omgaan. Betrek daarbij het lijstje met aantekeningen dat in de kleine groepjes is gemaakt.
Belangrijk
Bespreek hoe je op een positieve manier Jehovah's Getuigen te woord kunt staan. Vaak wordt het als lastig ervaren als zij aan de deur komen en staan vooral jongeren met een mond vol tanden. Dit is echt niet nodig als je iets weet over de organisatie en leer van de Jehovah's Getuigen. Het is ook geen schande als je als jongere geen gesprek aan wilt of kunt gaan. Je mag je er echter niet te gemakkelijk en onbeleefd van afmaken. Daarom is het goed om vooraf te weten wat jij kunt en wilt als Jehovah's Getuigen aanbellen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 1996
Mivo +16 | 24 Pagina's