JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

4. De aktualiteit van het zesde gebod

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

4. De aktualiteit van het zesde gebod

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het gebeurde in een achterbuurt van een grote stad. Kleine kinderen speelden op straat. Opeens was er een relletje op de hoek van de straat. Enkele opgeschoten jongens waren met elkaar aan het vechten na het drinken van enkele glazen bier. De oorzaak was een beledigende opmerking geweest. Al gauw kwam er een mes aan te pas. De politie werd te hulp geroepen, maar toen deze kwam lag één van de vechters intussen al met verwondingen in het ziekenhuis. De kinderen praatten er nog even opgewonden over, maar gingen toch snel weer op in hun spel. Zo heel erg bijzonder was deze gebeurtenis nu ook weer niet.

Na een kwartiertje stelt één van hen voor om iets te gaan "halen" bij de supermarkt. Hij had trek in wat eten. En bij die supermarkt kon je het heel makkelijk meenemen. Ze hadden je daar toch niet zo gauw in de gaten. Als ze gesnapt werden dan wist hij wel een goeie smoes te bedenken. Dat had hem al vaker uit de brand geholpen. Tja, als je nou niet zoveel geld hebt, als al die andere mensen, dan moetje toch wat. Van z'n moeder kreeg hij tenslotte ook niet veel en die had genoeg aan d'r eigen zorgen en d'r eigen bezigheden. Ze zal die avond wel weer één of andere vriend op bezoek krijgen en dan moet hij ook maar weer zien wat hij zelf moet gaan doen. Zo gaat het leven tenslotte.

"Aan deze wijk kun je zien wat er gebeurt als mensen de Tien Geboden veriaten", aldus een van de evangelisten. die er het Evangelie brengt. In deze wijk zijn de Tien Geboden geen regel meer voor het handelen van de mensen. Een ieder doet waar hij of zij zin in heeft of men volgt het groepsgedrag van de wijk.

Maar is het in onze samenleving veel anders? Wellicht dat men z'n hoofd schudt bij het lezen van een vechtpartij in de krant. Dat zoiets toch zomaar kan gebeuren. Stelen en liegen, moord en doodslag zijn aan de orde van de dag. Toch is het in heel onze samenleving het geval dat de geboden niet meer geëerbiedigd worden. De Tien Geboden zijn niet meer bepalend voor de regels in de samenleving. God liefhebben boven alles is niet het hoogste doel: Zijn Naam wordt misbruikt en Zijn dag ontheiligd Wat de tweede tafel van de wet betreft: ouders hoeven niet gehoorzaamd te worden, er wordt veel valse getuigenis gegeven, er is veel ontucht en liegen en stelen is ook niet zo erg. Alleen het zesde gebod lijkt van kracht te zijn. Gij zult niet doodslaan. Toch kunnen hier ook kanttekeningen bij geplaatst worden. Abortus en euthanasie worden wettelijk toegestaan. Lange tijd werden tijdens de bespreking van het zesde gebod abortus en euthanasie niet genoemd. Zo vanzelfsprekend ging men er vanuit dat beide zaken niet geoorloofd waren. Maar veel veroordelers van deze praktijken zijn in enkele jaren tijds veranderd in felle voorstanders. De omstandigheden krijgen een steeds zwaarder gewicht bij de beslissing. Verder worden de definities van "menselijk leven" veranderd: in plaats van het spreken over menselijk leven vanaf de bevruchting heeft men het over "een klompje cellen". Bij euthanasie zien we eigenlijk precies hetzelfde gebeuren: de omstandigheden spelen een steeds grotere roi. Dit geldt zowel voor euthanasie waarbij de omstanders het verzoek ingediend hebben, als voor het geval de betrokkene er zelf om gevraagd heeft. Het modewoord "zelfbeschikking" is belangrijker dan Gods gebod.

Over de onderwerpen abortus en euthanasie is heel wat geschreven. Vandaar dat er in deze schets niet verder op wordt ingegegaan. Wil je hier meer over weten, raadpleeg dan de literatuurlijst.

In dit hoofdstuk zal het gaan over zelfdoding, zelfverdediging, doodstraf, dood door schuld en oorlog.

Zelfdoding

Het zesde gebod geldt niet alleen onze naaste maar ook onszelf. We mogen niet de hand aan onszelf slaan. We beschikken niet over ons eigen leven zoals vandaag de dag beweerd wordt. Het is God, Die het leven geeft en het is God, Die het leven neemt. "Mijn God, Gij hebt mij doen geboren worden op de tijd en het uur door U bestemd... En als nu mijn tijd gekomen is, dat ik uit dit leven tot U moet gaan: Uw wil geschiede" (Guido de Bres).

Als we het over zelfbeschikking hebben dan lijkt er overlap te zijn tussen euthanasie en zelfmoord. Meestal wordt zelfmoord gebruikt voor het beëindigen van het leven zelf en euthanasie voor het verkorten van het levenseinde.

In de Bijbel worden verschillende voorbeelden gegeven van mensen, die zichzelf van het leven beroofd hebben. Saul liet zich in zijn zwaard vallen, evenals zijn wapendrager, en ook Achitofel, koning Zimri en Judas hebben zich van het leven beroofd. Al deze voorbeelden worden veroordeeld als men het totale leven van deze mensen erbij betrekt.

Wie denkt er in dit verband niet aan Simson? Toch ligt het bij Simson anders. Deze offert zichzelf op zodat de Filistijnen, als vijanden van Gods volk, getroffen worden. Het gaat bij Simson niet om beëindiging van het eigen moeilijke leven. Het gaat Simson er ook niet om dat hij niet in de handen van de vijanden wil komen. Simson offerde zichzelf op om daarmee Gods vijanden te doden. Daarom wordt Simson in Hebr. 11 bij de geloofshelden genoemd. Het komt voor dat men zichzelf en

Het komt voor dat men zichzelf en vaak ook anderen doodt om niet in handen te vallen van de vijand. Zo liet Van Speyk zijn kruitschip exploderen tijdens de Belgische omwenteling in 1831. Over zulke gevallen is geen eenduidige mening. Brakel heeft het echter duidelijk veroordeeld (zie hfdst. 3).

In de geschiedenis van de kerk wordt zelfmoord altijd duidelijk veroordeeld. Hoewel er weieens meningsverschil kon zijn over bepaalde gevallen. Ambrosius keurde het goed als vrouwen zichzelf van het leven beroofden om schending van hun kuisheid te voorkomen. Augustinus keurde dit echter af met het argument dat niet de ontering van het lichaam gevreesd moet worden, maar de bevlekking van de ziel. Enkele concilies bepaalden dat zelfmoordenaars niet kerkelijk begraven mochten worden. Ze werden beschouwd als mensen die tegen de natuur handelden.

Bovendien kwamen ze hun plichten ten opzichte van de gemeenschap niet na en zondigden ze tegen God. Het waren lafaards die de moed niet opbrachten hun leed te dragen.

Zelfmoord is een vreselijke zonde. Men mag het leven van de naaste niet aantasten omdat deze naar Gods beeld geschapen is, maar dat geldt net zo goed voor het eigen leven. Ook dat is geschapen naar Gods beeld.

In de Bijbel wordt er één zonde genoemd waarvoor geen vergeving is, namelijk de zonde tegen de Heilige Geest. De vraag wordt wel eens gesteld: is zelfdoding ook zonde tegen de Heilige Geest ? Het antwoord op deze vraag kunnen we niet in Gods Woord vinden. Nergens in de Bijbel staat dat zelfdoding een zonde tegen de Heilige Geest is. Daarom hebben verschillende bekende theologen, waaronder Calvijn, niet de konklusie durven trekken dat zelfmoord zonder meer betekende, dat iemand voor eeuwig verloren was. Wilhelmus a Brakel en Bunyan deden dit echter wel. Reeds in het vorige hoofdstuk hebben we gelezen dat Brakel zelfmoord als een hoofdzonde noemt.

In de Catechismusverklaring van ds. Smytegelt, komt het voor dat deze predikant zich aansluit bij Brakel en Bunyan. Hij noemt de gedachte om zelfmoord te plegen verzoekingen van de duivel. "Maar' . zo zegt Smytegelt "wij hebben in Gods Woord, voor zover wij weten, nooit gelezen dat één der uitverkorenen dat gedaan heeft; wij hebben wel gelezen, dat zij ertoe verzocht werden, maar God heeft het altijd belet". Smytegelt wijst dan op de stokbewaarder in Hand. 16. Theodorus van der Groe, een latere tijdgenoot van Smytegelt, ziet het iets anders. Hij zegt: "Zelfmoordenaars gaan meest allen naar het eeuwige verderf". Van der Groe zegt niet dat allen verloren gaan, maar bijna allen.

Het is Voetius die vrij veel aandacht heeft geschonken aan dit onderwerp. Voetius beseft dat zelfmoord voor kan komen in een zeer depressieve toestand, in een vlaag van verstandsverbijstering. In dergelijke gevallen is de 'vrijwilligheid' maar zeer betrekkelijk.

Voetius gaat in op het feit dat zelfmoord nogal eens gezien wordt als zonde tegen de Heilige Geest welke onvergeeflijk is. Hij wijst erop dat het bij de zonde tegen de Heilige Geest, gaat om de lastering van de Heilige Geest. De zelfmoord, hoe gruwelijk en zondig ook, en hoezeer een niet te onderschatten kwaad, waarin cle duivel zijn hand heeft, behoort niettemin tot de zonden waarvoor vergeving mogelijk is. Was dat niet zo, dan zouden ook allen verloren gaan, die een poging tot zelfmoord ooit hebben ondernomen, een poging die mislukte. Voetius noemt dit een 'innerlijke zelfmoord'.

Ook al blijven er veel vragen rond dit onderwerp over, een ding is duidelijk: het blijft voor ons mensen onmogelijk hierover een oordeel te geven. Mensen kunnen oordelen en veroordelen, maar dat komt hen niet toe. Het is God Zelf Die oordeelt.

De motieven waarom mensen zichzelf doden kunnen verschillend zijn. Veel pogingen tot zelfdoding zijn eigenlijk schreeuwen om hulp in volstrekte eenzaamheid. Psychische nood of geestesziekte (denk aan ernstige depressie en psychosen) kunnen de oorzaak ervan zijn dat iemand zich van het leven beroofd. Men kan beweren dat degene zondigt tegen de gemeenschap, maar het omgekeerde is ook mogelijk: een gemeenschap laat haar leden om wat voor reden vallen. Men vindt er geen geborgenheid meer. Het individualisme neemt toe en de mensen hebben steeds minder oog voor de ander in nood.

Ondanks begrip voor het lijden van de zelfdoder, blijft zelfdoding duidelijk een zonde tegen het zesde gebod. Zelfdoding mag nooit gerechtvaardigd worden. De kerk moet de boodschap blijven verkondigen dat zelfdoding niet geoorloofd is, tegen alle betogen in die op grond van het zelfbeschikkingsrecht euthanasie en zelfdoding geoorloofd achten, zo schrijft prof. Douma. De schrijver voegt er dan aan toe dat zelfdoding ook niet hoeft omdat God ons leven bepaalt. Hij voert ons leven naar een doel. Dat is de boodschap voor allen in psychische nood en voor hen die hun leven als zinloos ervaren.

Zelfverdediging

In hoofdstuk twee hebben we al gezien dat niet alle doodslag onder het zesde gebod valt. Denk bijvoorbeeld aan de doodstraf die de over heid kan opleggen. De Bijbel geeft een voorbeeld waarin iemand niet schuldig is aan bloedschuld als hij iemand doodt. Deze situatie staat beschreven in Ex. 22: 2 en 3. Het gaat daar om het verdedigen van eigen leven en bezit. Als er 's nachts een dief binnenkomt en men slaat hem zodanig uit zelfverdediging dat de persoon sterft, dan is men niet schuldig aan doodslag. Anders wordt het wanneer "de zon over hem opgegaan is". Dan is men meer in de gelegenheid om te zien wat men doet en eventueel kan men makkelijker hulp inschakelen. Alles moet gedaan worden om bloedvergieten te voorkomen.

Doodstraf

"Wie iemand slaat, dat hij sterft, die zal zekerlijk gedood worden" (Ex. 21: 12). Als straf op het doden moet de moordenaar zelf ook gestraft worden. Het is duidelijk dat in de Bijbel de doodstraf bij het strafrecht in Israël hoort. De doodstraf komt regelmatig voor. Doodslag is niet de enige zonde waarop de doodstraf volgt. Men wordt ook gedood bij afgoderij, schending van de sabbat, rebellie tegen de ouders, homosexuele levenspraktijk, overspel, enz. De doodstraf wordt ingesteld als straf op de zonde. Tegelijk moet het aan het volk Israël laten zien hoe erg de zonden zijn, opdat zij niet in dezelfde zonden zullen vervallen. Het dient dan als bescherming. Zo wordt het menselijk leven beschermd tegen vernietiging als de doodslager gedood wordt. De Heidelbergse Catechismus noemt dit het weren van de doodslag door het zwaard (H.C. antw. 105). De overheid krijgt het zwaard ter voorkoming van doodslag. Het dient als rem op het uitleven van de zonden. In vroegere tijden was er de bloedwraak. De familie van de persoon die gedood werd, mocht de doodslager doden als straf op zijn zonde. Toch kon dit niet zomaar gebeuren. Het moest wel duidelijk zijn dat de doodslag opzettelijk gebeurd was. Om dit te kunnen bepalen moest er meer dan één getuige zijn (Num. 35: 30). Bovendien werd er een speciale "raad" gevormd. Ook de de oudsten van de stad moest bijeenkomen (Deut. 19: 12 en Num. 35: 12). Er moest dus nauwgezet onderzoek verricht worden naar de intentie van de doodslag. Dit ter voorkoming van het uitleven van wraakgevoelens ten opzichte van de doodslager. Was er iemand die per ongeluk een ander gedood had dan kon hij vluchten voor de bloedwreker naar een vrijstad (Hebron, Bezer. Sichem, Kedes. Ramoth en Golan). Daar moest hij blijven tot de dood van de hogepriester. Het is een beeld van de vrijheid, die door de dood van de Hogepriester wordt geschonken aan ter dood veroordeelde zondaren. Een vrijstad was nodig: het laat de ernst van doodslag zien. Een vrijstad was tevens een bescherming: bij het per ongeluk doden van iemand hoefde men niet te vrezen voor de bloedwraak van de familie. In ons land is de doodstraf sinds

In ons land is de doodstraf sinds 1870 afgeschaft. Andere straffen, zoals gevangenisstraffen, zijn ervoor in de plaats gekomen. Toch vond de doodstraf wel plaats, onder andere bij oorlogsmisdadigers. Bij ongeveer tien procent van het aantal uitgesproken vonnissen is de doodstraf voltrokken. Dat waren ruim veertig mensen. In de grondwet staat sinds 1983 dat de doodstraf niet meer opgelegd mag worden. Je kunt je afvragen waarom veel mensen in vredestijd tegen doodstraf zijn van bijvoorbeeld moordenaars, maar bij oorlogsmisdadigers de straf wel willen toepassen.

Oorlog

Als de overheid het zwaard draagt, dan betekent dat dat zij de misdaad in haar land moet straffen, maar ook dat zij zich moet verdedigen tegen de vijand. Niet elke oorlog is echter gerechtvaardigd. In Deut. 20 staan zogenaamde oorlogswetten, die laten zien dat er beperkingen zijn. Brakel heeft het over een "wettige" oorlog. Er wordt wel gesproken over "rechtvaardige oorlog". Oorlog en bloedvergieten mogen niet als normaal beschouwd worden, al komt het wel voor in de Bijbel. Het is en blijft de vraag welke midde

Het is en blijft de vraag welke middelen men kan en mag gebruiken in oorlogssituaties of ter voorkoming van oorlog. Men kan hierbij denken aan het gebruik van atoomwapens, die totale vernietiging kunnen veroorzaken.

Dood door schuld

Het zesde gebod strekt zich heel ver uit. Men kan schuldig zijn aan doodslag door onzorgvuldig te zijn. Er worden zelfs mensen gedood doordat men zich niet voorzichtig gedraagt. De Bijbel geeft hier enkele voorbeelden van. Iemand met een dak-terras moet er een hek op bouwen zodat er niemand af kan vallen. Is men nalatig geweest, en er valt iemand af, dan is men schuldig.

Telkens moet men rekening houden met de gevolgen van z'n gedrag. Mensen kunnen gemakkelijk gevaar oplopen door hun eigen of andermans gedrag. Roekeloos rijden is hier een voorbeeld van. Het niet naleven van verkeersregels valt hier onder. Bij sneeuw en ijzel moet men de straat goed schoonhouden. Losse dakpannen moet men vastzetten; bouwsteigers moeten stevig zijn; bij weersomstandigheden waarbij de wegen slecht begaanbaar zijn, moet men niet alles aandurven en bijvoorbeeld toch gaan rijden hoewel er voor gewaarschuwd wordt. Ook de gezondheid mag genoemd worden. Men moet er voorzichtig mee omgaan. Sommige sporten zijn gevaarlijk en men speelt dan met de gezondheid of zelfs met het eigen leven. Shows, zoals elastiekspringen, geven zeer veel mensen wel sensatie, maar er gebeuren veel ongelukken mee. Men zet zijn leven op het spel. Hetzelfde geldt voor shows met bijvoorbeeld vliegtuigen waarmee gevaarlijke stunten uitgehaald worden. Verslavingen schaden de gezondheid. Van roken is bekend dat het schadelijk is en toch vinden nog veel mensen het normaal. Jaarlijks kost het heel wat doden. Alkohol- en drugsverslaafden breken hun gezondheid af. Door onzorgvuldig met het lichaam om te gaan kan men allerlei ziektes oplopen; denk bijvoorbeeld aan aids. Verkeerd eetgedrag verhoogt het risico op bepaalde ziektes. Gebruiksaanwijzingen van apparaten moeten gelezen worden. Men kan de lijst met voorbeelden nog veel langer maken. Maar het zal duidelijk zijn dat men geroepen is het leven te beschermen en dat men alles moet doen om beschadiging ervan te voorkomen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

Mivo +16 | 24 Pagina's

4. De aktualiteit van het zesde gebod

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

Mivo +16 | 24 Pagina's