4. Wat zou jij doen?
Aanwijzing voor gebruik. Twee verenigingsleden kunnen dit hoofdstuk voorlezen. De één leest hetgeen Karel zegt en de ander leest de mening van Henk voor. Op deze wijze krijgen de verenigingsleden een goede indruk van de verschillende meningen. Nadat het hoofdstuk is voorgelezen, moet het gesprek in groepjes worden besproken. Dit kan gebeuren aan de hand van de gespreksvragen.
Karel, Henk en Piet zijn drie goede vrienden. Op school trekken ze veel met elkaar op en hebben ze vaak bijzonder goede gesprekken.
Karel en Henk hebben beiden een christelijke opvoeding genoten. Piet gaat bijna nooit naar de kerk. Hij is er niet bij opgevoed.
In de vakantie krijgt Piet een ongeluk en komt te overlijden. Zijn twee vrienden zijn geschokt als zij het bericht ontvangen. Bovendien krijgen ze een uitnodiging om de crematie van Piet bij te wonen.
Karel gaat naar Henk toe om met hem hierover te praten.
Karel: Henk, heb je ook een uitnodiging ontvangen om de crematie van Piet bij te wonen?
Henk: Ja, en om eerlijk te zijn vind ik het een moeilijke zaak. Piet was altijd een fijne knul. We konden altijd goed met hem praten, ook al waren we het niet altijd met elkaar eens. Toch hadden we een goede band met elkaar. Maar... om de crematie bij te wonen... daar heb ik toch wel wat moeite mee.
Karel: Dat is ook moeilijk. Ik heb er wel wat over nagedacht, maar ben er toch niet uit. Kunnen we het wel maken om weg te blijven? De ouders van Piet zien in crematie geen kwaad, misschien wel omdat ze er nog nooit over hebben nagedacht.
Henk: Jawel, maar het gaat er toch niet om wat zij er van vinden. Het gaat er toch om hoe wij er over denken? Als we er nu heengaan, geven we daarmee wel te kennen dat we cremeren een normale zaak vinden.
Karel: Dat weet ik niet. Ik denk dat de ouders van Piet het fijn zouden vinden als we aanwezig zijn. Als we wegblijven, zullen ze dat niet kunnen begrijpen.
Henk: Als dat zo is, kunnen we vooraf op condoleantiebezoek gaan en dan vertellen dat we de crematie niet zullen bijwonen. Niet omdat we geen laatste eer aan Piet willen bewijzen, maar omdat we principieel tegen crematie zijn. Je mag zijn ouders toch wel aanspreken op grond van Gods Woord?
Karel: Daar kan je dan beter een andere gelegenheid voor uitzoeken. Je kan toch niet op rouwbezoek gaan en dan de familie eens precies vertellen hoe we er over denken. Ze hebben echt wel andere dingen aan hun hoofd. Bovendien hadden we best wel eens eerder met hen over onze principes kunnen spreken...
Henk: Dat is wel waar, althans wat het laatste betreft. We hebben tegen zijn ouders nooit laten blijken dat we over een aantal zaken anders denken dan zij. Maar...
Karel: Moet je horen. Ik weet zeker, en dat klinkt misschien raar, maar als jij of ik begraven zou worden, hij wél aanwezig zou zijn. Ook bij de rouwdienst, al zou hij daar niets van begrijpen.
Henk: Dat geloof ik, maar dat wil nog niet zeggen dat je dan ook naar een crematie mag gaan. Weet je nog dat we het op catechisatie over crematie hadden? Toen heeft de dominee er toch duidelijk op gewezen dat de Heere crematie afkeurt in Zijn Woord? Zal ik dan naar een crematie-plechtigheid gaan? Ik geloof niet dat dat mag.
Karel: Daar heb je wel gelijk in, maar toch ligt het nu volgens mij anders. Het is een groot verschil of je naar een crematie-plechtigheid gaat, of dat je jezelf laat cremeren. Bezoek aan een crematie betekent toch niet dat je instemt met het feit dat er gecremeerd wordt? Mijn ouders zijn wel eens bij een huwelijksdienst, of hoe ze dat daar ook noemen, van een rooms-katholieke kollega van mijn vader geweest. Dat wil toch niet zeggen dat je het dan eens bent met de Rooms-Katholieke kerk? Volgens mij is dit net zoiets.
Henk: Ik voel aan wat je bedoelt. Misschien heb je daar wel gelijk in. Toch blijf ik het moeilijk vinden. Ik zou me niet op mijn plaats voelen als ik er heenga. Ik denk dat ik een briefje aan de familie schrijf. Volgens mij zullen ze best wel begrip hebben voor mijn standpunt.
Karel: Ja, dat is ook een mogelijkheid. Toch heb ik daar wel een beetje moeite mee. Piet z'n vriendschap heb ik altijd gewaardeerd. Het was, laten we maar eerlijk zijn, een vriendschap die veel voor ons heeft betekend. Kun je dan zomaar wegblijven?
Henk: Weet je wat we zullen doen, Karel? We komen er samen toch niet uit. Laten we eens met mijn vader en moeder er over praten. Desnoods kunnen we deze zaak ook eens aan de dominee voorleggen.
Karei: Dat is waar. Als je vader vanavond thuis is, kom ik wel even langs. Ondertussen zal ik eens gaan zoeken of er boeken in onze boekenkast staan over dit onderwerp.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1985
Mivo +16 | 24 Pagina's
