HET VERHAAL VAN DE COVER: Opeens is oorlog dichtbij
Ze maakte een fragmentje oorlog mee. In Israël, als student van de Guido-klas die halsoverkop terug moest naar Nederland. Een reis die Marianne nooit meer vergeet.
Hoe kwam de oorlog in Israël dichtbij voor jou?
“Donderdag 5 oktober vertrokken we met onze groep naar Israël. Vrijdag hadden we een vol programma. We bezochten veel mooie plekken, zoals bijvoorbeeld de Klaagmuur. Die zaterdagmorgen zaten we rustig te ontbijten in het klooster dat diende als hotel. Plotseling klonk het luchtalarm. Zo snel als we konden, vluchtten we naar de gang die we gebruikten als schuilkelder. Daar zit je dan, met dikke muren om je heen. Ineens is oorlog heel dichtbij.”
Hoe voelde dat?
“Je beseft niet wat er aan de hand is. Op het nieuws las ik dat we blijkbaar niet veilig waren. Ik kreeg allemaal appjes van familie. Om me heen zag ik klasgenoten heftig reageren. Maar ik zat daar en voelde niet dat het zo eng en gevaarlijk was. Je denkt wel vooruit: “Hoelang zit ik hier nog? Straks zitten we hier twee weken.” Het voelde heel raar.”
Welk moment was het heftigst?
“Dat was een paar dagen later, op het vliegveld. De reis ernaartoe was al onveilig. Iedereen zat gespannen in de auto. Op het vliegveld waren sommigen hun koffers aan het labelen. Anderen hadden die al ingeleverd, of stonden in de rij. Een paar meiden waren bij de wc’s. Toen klonk ineens een stem door de intercom. Niemand kon het verstaan en iedereen raakte in paniek. ‘Lay down!’ schreeuwden mensen met gele helmen. We gingen maar gewoon op de grond liggen. Ook al wisten we niet wat er aan de hand was.
En toen?
“Er was grote chaos. De meiden bij de wc’s renden terug. Het leek wel uren te duren voordat we weer op mochten staan. Iedereen vroeg zich af wat er was gebeurd. Pas later begrepen we dat er een raket was afgevuurd.
We moesten verder, de hal door. Er werd gecontroleerd of we niets gevaarlijks bij ons hadden. Toen wachtten we op het vliegtuig. Het cirkelde eerst nog door de lucht, omdat het niet veilig was om te landen. Toen we het land uit waren, waren we ontzettend blij. Iedereen begon weer te praten.”
Terug naar het klooster: wat deed je daar?
“Zaterdag en zondag zaten we er vast. We deden Bijbelstudies, zongen veel en mochten een katholieke dienst bijwonen. Ook ontmoetten we een groep met CHEstudenten. Zaterdagmiddag mochten we zelfs heerlijk eten bij iemand die een feest had klaargezet, maar waar de mensen die uitgenodigd waren, niet konden komen. Verder deden we spelletjes en kletsten we met elkaar. We hadden hierdoor een hechte band als groep.”
En nu? Maakt dit je extra betrokken op de oorlog?
“Zeker. In het begin keek ik elke ochtend naar het nieuws. Nu is dat wel wat minder. Toch ben je nieuwsgierig, omdat je weet hoe het daar is. Je hoort ook over plaatsen waar je bent geweest.”
Eén van je reisgenoten zei in het vliegtuig: “Ik heb tijdens deze reis voor het eerst in mijn leven God ervaren.” Hoe was dat bij jou?
“Maandagochtend werden we dringend verzocht uit Jeruzalem te vertrekken. Nog geen uur erna ging het luchtalarm af. We waren dus net op tijd naar Tiberias gevlucht. Ook op het vliegveld was het gevaarlijk. Er had zoveel kunnen gebeuren, maar we kwamen veilig aan. Ik vind het bijzonder hoe God ons heeft gespaard en bewaard.”
• Naam: Marianne Hooghwerff
• Leeftijd: 15
• Woonplaats: Klaaswaal
• School: zit in 4-vwo op het Wartburg College (locatie Guido de Brès)
• Hobby’s: houdt van bakken en afspreken met vriendinnen
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 mei 2024
Daniel | 44 Pagina's