JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Onbegrijpelijke Liefde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onbegrijpelijke Liefde

Hosea 1 - 3

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

1. Aanwijzingen voor het gebruik

1. Het onderwerp van deze schets laat zich het best behandelen in kombinatie met een inleiding over de profeet Amos (zie 5e schetsenbundel, blz. 67 e.v. of Zicht op het Woord, blz. 22 e.v.).

Amos en Hosea behoren beide tot de „kleine profeten"; ze zijn ook beiden tijdgenoten (zie 1-2) en zij vullen elkaar in hun prediking wonderwel aan (zie punt 3).

2. De politieke en tijdsachtergronden zijn voor Amos en Hosea vrijwel gelijk. Hiervoor mag naar de schets over Amos worden verwezen, (zie „Tijd en situatie" in deze schets).

Als Amos en Hosea kort na elkaar worden behandeld, behoeft men hier in het tweede onderwerp uiteraard (vrijwel) niet op terug te komen. Voor de duidelijkheid is misschien het volgende overzicht nuttig.

Ook verdient het aanbeveling om in de bijbelverklaringen na te gaan wat er bij Hosea 1 : 1 (de koningslijst) staat. Wat dit betreft, zie ook Veldkamp (zie literatuur), blz. 10-14. Ook de Korte Verklaring, Inleiding par. 1 is zeer duidelijk.

3. Men doet er verstandig aan iets over de algemeen-religieuze achtergronden van het volk Israël - Juda te zeggen. De oordeelsprediking van de profeet moet geschilderd worden tegen de achtergrond van de nationale zonden: het verlaten van de Heere, het dienen van andere goden (afhoereren van God!) natuurgodsdienst met verering van de baals en de astartes, „heilige" ontucht (= tempelprostitutie) en... geen „kennis" (= liefde) van en voor God (zie b.v. Hosea 4 : 6, Hosea 4 : 11-19, Hosea 6 : 9).

Uitvoerig wordt op deze zaken ingegaan in de schets „Terug naar Gods Wet") (2 Kon 22, 23) uit Salvo-schetsenbundel nr. 6 of in „Zicht op het Woord", blz. 15 e.v.).

4. Mocht nog niet eerder of al lange tijd geleden een schets over één der profeten behandeld zijn, dan verdient het aanbeveling op het verschijnsel van de profetie zélf in te gaan. Zie hiervoor de aanwijzingen en de literatuurlijst, nr. 1.

2. Beperking

Het is niet goed mogelijk Hosea 1-14 aan de orde te stellen in één onderwerp. Daarom willen we dat ook in deze schets niet doen. We beperken ons tot de eerste drie hoofdstukken van Hosea. Het boek kan in 4 delen verdeeld worden. Zie Korte Verklaring, De kleine profeten I, blz. 12 en 13.

le groep: hfst. 1 - 3

2e groep: hfst. 4 : 1 - 6 : 3

3e groep: hfst. 6 : 4 - 11

4e groep: hfst. 12 - 14

Door ons te beperken tot de eerste groep profetieën, kan de volle nadruk vallen op Hosea's huwelijk en de prediking die daarvan uitgaat.

3. Araos en hosea

Beiden hadden hun werkterrein in Israël, het Noordrijk. Amos was echter afkomstig uit Juda, zoals de meeste Schriftprofeten, maar Hosea kwam uit het Noordrijk.

Beiden moeten het oordeel aankondigen in een tijd van economische bloei. Jerobeam II staat op het hoogtepunt van zijn macht. Hun taak was zwaar, want ze hadden de schijn tegen zich.

Hosea's profetie omvat het volgende:

1. oordeelsaankondiging; het Godsgericht is aanstaande

2. spreken over een betere toekomst: De onbegrijpelijke liefde des Heeren voor een volk, dat het totaal verknoeid, verzondigd had

Oordeel en genade wisselen elkaar gedurig af, ook in Hosea 1-3. Hoe is deze verhouding in Amos? Ga eens na!

Het verschil komt in de namen al uit:

Amos = Lastdrager; de profeet van het recht.

Hosea = drager van heil, of: de Heere heeft gered ;de profeet van de liefde.

Lees echter wat Veldkamp hierover zegt (blz. 6,7): We mogen deze stelling niet verwringen tot een tegenstelling (zie gespreksvraag 1).

4. Hosea's huwelijk

Als je Hosea 1 : 2 en 3 leest, vraag je je af hoe dit mogelijk is. Er is over Hosea's huwelijk met Gomer dan ook al veel te doen geweest.

Belangrijk om te lezen is: Korte verklaring, Inleiding par. 3, blz. 13 t/m 24.

Hier worden een drietal opvattingen over dit huwelijk uiteengezet:

1. de realistische opvatting

2. de figuurlijke opvatting

3. de visionaire opvatting

Het is uiterst zinvol om op dit theoretisch aandoende punt in te gaan. Niet om een aantal theologische spitsvondigheden de revue te laten passeren, maar om te laten zien wat aan een serieus omgaan met de Schrift vast kan zitten en. . . omdat de Schrift het waard is ernstig genomen te worden.

Ad. 1. Volgens de realistische zienswijze moet Hosea op Gods bevel werkelijk een ontuchtige vrouw trouwen, om zo z'n smartelijke huwelijksweg te gaan. Volgens de vrij-realistische opvatting, in tegenstelling tot de streng realistische opvatting, kon Hosea op de normale wijze met Gomer trouwen, maar zag hij achteraf Gods bedoeling met dit mislukte huwelijk.

Ad. 2. Volgens de figuurlijke opvatting hebben we m.b.t. Hosea's huwelijk te doen met verdichte verhalen, met een symbolische strekking. Calvijn en de kanttekeningen van de Statenvertaling volgen deze lijn. Zie de kanttekening op de eerste verzen van Hosea!

Ad. 3. De visionaire opvatting houdt het midden tussen de realistische en de figuurlijke beschouwingswijze.

Het beschrevene is door Hosea werkelijk, maar dan in de geest, doorleefd. I.v.m. deze laatste beschouwing (die de Korte Verklaring aanhangt) is het zinvol blz. 15 t/m 19 van Veldkamp te lezen, die op de visionaire opvatting scherpe kritiek levert en pertinent de (streng)-realistische lijn volgt.

Bij onbevooroordeelde lezing van het bijbelgedeelte lijkt de realistische opvatting de meest aanvaardbare. (Zie ook gespreksvraag 2).

5. Gomer en Israël

We hebben ons nogal theoretisch beziggehouden met Hosea's huwelijk. Welke bedoeling had dit huwelijk, wélke funktie had dit huwelijk in Hosea's profetie?

Hiervoor moeten we alle reeds verzamelde bouwstenen bijeenvoegen.

Israël is van God afvallig geworden. Ontrouw jegens de Heere. Vreemde goden: geestelijke hoererij. Gomer: vleselijke hoererij. Hosea is vertoornd en verdrietig, maar moet haar op Gods bevel opnieuw liefhebben( zie punt 6).

Hosea's verbroken huwelijk symboliseert de verbroken verhouding tussen de Heere en Zijn volk.

Hosea's blijvende liefde voor Gomer beeldt Gods souvereine genade uit voor een schuldig Israël.

Hiermee hebben we de kern van deze drie hoofdstukken genoemd.

6. Hosea's huwelijk en de „toepassing"

We willen de hfst. 1-3 nu kort samenvatten. We gaan uit van een werkelijk huwelijk, (zie 4). Alles in Hosea's huwelijk staat in verband met zijn prediking tot Israël. Dit komt ook uit in de namen van de kinderen die geboren worden. Zie Veldkamp, blz. 20-30.

1. Het eerste kind: Jizreël.

Deze naam herinnert aan de koninklijke residentie waar Jehu het koningshuis van Achab had ten onder gebracht. Zie 2 Kon. 9 : 7 en 8; zie ook 2 Kon. 10 : 30. Als we deze verzen vergelijken met Hosea 1 : 4 wordt het raadselachtig. Daar de lofprijzing, hier een scherpe afkeuring. Zie één der verklaringen ter plaatse; heel duidelijk is Veldkamp, blz. 22-24.

2. Het tweede kind, een dochtertje.

Waarschijnlijk is Hosea de vader niet. Let eens op een fijn verschil tussen Hosea 1 : 3 en 1 : 6.

Lo-Ruchama = Geen ontferming.

3. Het derde kind, een zoon.

Lo-Ammi = Niet-Mijn volk.

Wat een ontzettende namen. De buren zullen er wel de ontgoocheling van een bedrogen echtgenoot in geproefd hebben.

De zaak ligt dieper: geen ontferming (Lo-Ruchama) voor een volk, dat Gods volk niet meer is! (Lo-Ammi).

Let erop dat oordeel en genade elkaar steeds afwisselen. Zie Hosea 1 : 10-12. Na de gerichtsaankondiging tere beloften. Groot zal de dag van Jizreël zijn (vs. 11), Ammi, Ruchama! (vs. 12).

Deze afwisseling zien we ook in hfst. 2. Dit hoofdstuk zet in met een felle aanklacht van Hosea tegen zijn vrouw (vs. 1-12). Gomer is weggelopen, andere mannen achterna. Als je vers 7 en vers 12 leest, merk je dat beeld en werkelijkheid door elkaar vloeien. Hoe wordt de Heere hier getekend? De wending ten goede zien we weer in Hosea 2 : 13-22. Beelden uit de tijd van de „eerste liefde" tussen de Heere en Zijn volk worden genoemd. Welke? Zie vs. 13, vs. 14 (ga eens na, wat het dal Achor was, dat nü tot een deur der hoop worden zal!). Let ook op het „ondertrouwen" van vs. 18 en 19. De Heere kan Zijn bruid niet verstoten.

Heel mooi is tenslotte in dit hfst. de „harmonie der gebeden" uit de verzen 20 - 22. Zie hiervoor de verklaringen ter plaatse; Veldkamp blz. 55-59.

Tenslotte dringt vanuit hfst. 3 de vraag zich op, hoe bij de trouweloze vrouw het verlangen weer groeien kan naar haar wettige man? Hoe kan Hosea Gomer terugkrijgen — hoe zal God Zijn volk weer verwerven?

De vrouw uit hfst. 3 : 1 is Gomer.

Hosea moet haar kopen. Wat moet er dus met haar gebeurd zijn? Terug kopen! Wat is ontferming. Maar liefde kan ook hard zijn.

Want wat doet Hosea met zijn vrouw (zie vers 3 en 4). En wat zal er dus met het volk Israël gaan gebeuren? Vers 4 spreekt al niet meer in symbolische taal, let daarop. De ballingschap staat voor de deur!

Maar daarna zal Hosea 3 : 5 aktueel worden; het vrezende komen tot de Heere en Zijn goedheid. Veldkamp zegt hierover mooie dingen (blz, 60-64). Sluit je inleiding af met de klemmende vraag, waarmee we ook deze schets besluiten: heb je al eens gesidderd voor Gods heil?

7. Gespreksvragen

1. Hebben recht en liefde (zie punt 4) met elkaar te maken?

Sluiten ze elkaar uit of in?

Betrek hierbij de verhouding wet en evangelie in de prediking. 2. Welke argumenten pleiten vóór en tégen de realistische huwelijksopvat

2. Welke argumenten pleiten vóór en tégen de realistische huwelijksopvatting? Dezelfde vraag t.a.v. de beide andere zienswijzen.

3. Weet je andere voorbeelden dat profeten met daden hun profetieën moesten bekrachtigen?

4. Gelden de beloften die in het boek Hosea staan ook nu nog voor het volk Israël? (vgl. Rom. 9 : 25 en 26, maar ook 1 Petr. 2 : 10; beiden richten zich tot een verschillend „adres").

5. Kun je een vergelijking trekken tussen Hosea's tijd en de onze? Wat heeft Hosea's profetie ons te zeggen?

8. Literatuur

Algemeen

1. Prof. Dr. B. J. Oosterhoff, Baam zj,; Israëls profeten, hfst. 1, blz. 5-16; hfst. 3, blz. 25-42

Hosea

2. Prof, Dr. B. J. Oosterhoff, Baarn, Zj.: Israëls profeten, blz. 18-20

3. Kanttekeningen Statenvertaling

4. Dachsel of Henry ter plaatse

5. Korte Verklaring: De kleine profeten I, ter plaatse

6. Ds. H. Veldkamp, Franeker Zj.: De zoon van Beëri, blz. 5-64 7. Ds. A. K. Straatsma, Amsterdam 1949: Kent gij uw Bijbel? blz. 34 - 39

7. Ds. A. K. Straatsma, Amsterdam 1949: Kent gij uw Bijbel? blz. 34 - 39

8. Ds. Chr. W. J. Teeuwen, Kampen Zj.: Profetenspiegel, blz. 49 - 53

9. Dr. F. L. Bakker: Geschiedenis der Godsopenbaring I, par. 100, blz. 399 - 403. Kampen, 1956

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 oktober 1974

Salvo | 6 Pagina's

Onbegrijpelijke Liefde

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 oktober 1974

Salvo | 6 Pagina's