Zalig niets te weten
Nee, dit is geen oproep tot dommigheid. Dát is niet zalig, echt niet. De titel van dit stukje is een verwijzing naar de bekende versregel van oudvader Jodocus van Lodenstein: “Zalig, zalig niets te wezen in ons eigen oog voor God”. Dat gaat over ophouden met je zelfhandhaving. Dus ook met je weten, je narekenen van God, je kennis en je kunde.
Mag ik eens een paar vragen stellen? Waren de scheppingsdagen uit Genesis 1 allemaal dagen van exact vierentwintig uur? At de leeuw voor de zondeval gras? Zwom de walvis met zijn mond dicht door de wereldzee? Heeft God de zondeval gewild? Heeft Hij toegelaten dat de dinosauriërs uitstierven bij de zondvloed? Hoe verhouden zich Gods soevereiniteit en onze menselijke verantwoordelijkheid? Hoe zal het zijn in de hemel? Zullen daar ook dieren zijn? Zullen daar kinderen en ouderen zijn? Misschien zeg je: de meeste van die vragen, daar heb ik best een antwoord op. Wellicht vind je het zelfs gevaarlijk om er géén antwoord op te hebben. Een zwaktebod. Neem nou die eerste, over de scheppingsdagen. Juist bij alle discussie die daar over bestaat in het licht van het agressieve evolutionisme van vandaag de dag. Ik hoor je al zeggen: “Als we dát loslaten, dan zijn we weg… dan rafelen we zo de hele Bijbel uit elkaar…”
Is dat zo? Ik weet het niet. Echt niet. Op al die vragen die ik opwierp, weet ik het antwoord niet. Ik heb er natuurlijk wel gedachten over, maar durf het met de Bijbel in de hand niet stellig te zeggen. Eerlijk gezegd vind ik dat we soms veel te stellig zijn. Terug maar weer even naar die vragen over de schepping: hebben we ons niet juist door het evolutionisme tot veel meer stelligheid laten uitdagen dan Augustinus, Calvijn of onze geloofsbelijdenis ooit hadden? Alsof we erbij waren!
Wist je dat de Heere Jezus in Zijn onderwijs meer vragen heeft gesteld dan antwoorden gegeven?
In Job 38 zet de Heere, sprekend uit een onweer (hoe is dát trouwens geweest?), Job op zijn plek. Dat doet Hij door een hele serie vragen, juist over de schepping en de werking van de natuur. Vragen waarop Job geen antwoord heeft, maar de Heere wel. Wist je trouwens dat ook de Heere Jezus in Zijn onderwijs veel meer vragen heeft gesteld dan antwoorden gegeven? Iemand rekende het na en kwam op 307 tegen 3!
In onze verstandelijke cultuur zijn we zo trots op onze denkkracht. In ons Bijbellezen weten we dan eigenlijk al precies hoe alles er staat en hoe het is bedoeld. Kunnen we dan nog met vrucht Gods Woord bestuderen en leerjongere zijn? Zou het niet zaliger zijn om wat minder te weten en wat meer te vragen? Om wat minder antwoorden te hebben en wat meer te vertrouwen? Om te worden als een kind? Ik vraag maar…
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 februari 2020
Daniel | 32 Pagina's