Instructieblad voor leidinggevenden bij de MIVO +14 schets "Eerlijk duurt het langst"

In dit blad treft u aan:
- Aanwijzingen voor het gebruik van de MlVO-schets "Eerlijk duurt het langst"
- Programma-suggesties voor een avond over de schets
- Aantekeningen bij de vragen

Aanwijzingen voor het gebruik

De MIVO +14 schets "Eerlijk duurt het langst" gaat over het achtste gebod en verschijnt in de serie werkschetsen voor de oudere tieners op de vereniging.
Hoewel in eerste instantie geschreven voor deze groep, kan de schets, uiteraard met enige aanpassing, ook door -14 groepen of door gewone +12 groepen (jongeren in de leeftijd van 12 tot 16 jaar) gebruikt worden.

Het blad voor de leden bevat vrijwel alle informatie die de inleider nodig heeft. U dient de schets dus pas na de inleiding uit te delen aan de leden, om niet het gras voor de voeten van de inleider weg te maaien!

Wanneer de schetsen uitgedeeld zijn, kan met de verwerkingsvormen in de schets verder gewerkt worden. Na afloop van de avond kunnen de leden de schets mee naar huis nemen.

Aanbevolen schriftgedeelte om te lezen is Lukas 16 : 1 t/m 13. Dit gedeelte komt namelijk bij de vragen nog terug.
Aanbevolen Psalm is bijvoorbeeld Psalm 139 : 1 en 14.

Programma suggesties

Doel van de schets

Het doel van de schets is om met de jongeren in gesprek te komen over het achtste gebod. Jongeren hebben op deze leeftijd veel vragen over omgaan met geld, stelen, rentmeester zijn en dergelijke. Het is van groot belang hier voldoende aandacht aan te besteden. Immers: De jongeren zijn op zoek naar hun plaats in de maatschappij. De huidige maatschappij wordt gekenmerkt door individualisme en materialisme. Begrippen die haaks staan op wat de Heere in de Bijbel tot ons zegt. Door er met elkaar op de vereniging over te spreken, kunt u ze enige houvast geven. Vandaar deze schets. Een goede verenigingsavond toegewenst!

Mogelijkheid 1

• Opening
• Inleiding over de hele schets. U kunt hier meerdere jongeren bij betrekken. Eén lid kan bijvoorbeeld iets zeggen over "In het paradijs", terwijl een ander lid een korte inleiding houdt over "Stelen, wat is dat eigenlijk?"en een derde lid iets over "Wat wil de Heere?" Op deze wijze betrekken we meerdere jongeren bij het onderwerp.
• In groepjes bespreken van de vragen uit de schets.
Pauze
• Associatie-opdracht: Ga in gesprek met de jongeren over het achtste gebod en hoe ze dit gebod interpreteren. Maak hierbij gebruik van collagevellen waarop je bijvoorbeeld de volgende stellingen poneert:
   * Overschrijven van een werkstuk heeft niets met stelen te maken.
   * Zwart-rijden in het openbaar vervoer, wat maakt dat nou uit?
   * lk maak zelf uit wat ik doe met m'n geld.
Laat de jongeren in groepjes hun reacties persoonlijk op het vel schrijven. Laat de groepjes daarna op elkaar reageren, waarbij u indien mogelijk hierbij de antwoorden op de vragen uit de schets betrekt.
• Sluiting

Mogelijkheid 2

• Opening
• Inleiding over de hele schets.
Pauze
• Groepsbespreking aan de hand van de vragen
• Plenair bespreken van de vragen
• Sluiting

Mogelijkheid 3

• Opening
• Associatie-opdracht: Krantenknipsels, die betrekking hebben op. het thema, op een collagevel plakken. In groepjes de reacties door de jongeren erbij laten schrijven.
• Korte inleiding over de schets
• Groepsbespreking aan de hand van de vragen
Pauze
• Plenaire bespreking van de reacties op de krantenknipsels en zonodig de antwoorden op de vragen.
• Aantal psalmen zingen die betrekking hebben op het thema, zoals Psalm 62 : 7 en 8, Psalm 1 : 1 en 2 of Psalm 119 : 3 en 5.
• Sluiting

Zie voor andere verwerkingsvormen de map "Ideeënmap".

Tip van de avond: Vraag aan één of twee jongeren of ze iets willen (laten) bakken voor in de pauze. Het lijkt een klein detail, maar het vergroot zeker de gezelligheid op de vereniging. Ook vergroot het de betrokkenheid van de jongeren.

Toelichting op de gespreksvragen:

Kader over Psalm 119

Hier worden verschillende woorden gebruikt voor het woord wet, zoals getuigenissen, geboden, bevelen, inzettingen. Een mooie gelegenheid ook om met de jongeren door te spreken over bijvoorbeeld het negende vers. Alleen door het leven naar Zijn Woord kunnen we immers ons pad zuiver houden.

Kader over Lukas 16

1. Een rentmeester is iemand die geld en goederen beheert, die niet aan hemzelf toebehoren. Dit kan voor een kortere of langere periode zijn.
2. We zijn rentmeester over ons lichaam, als een tempel van de Heilige Geest. Daarnaast zijn we ook rentmeester over alles wat we denken te hebben. Niets is van ons, alles is van de Heere. Eenmaal zullen we aan de Heere moeten verantwoorden wat we met ons leven en met onze goederen gedaan hebben.
3. In vraag en antwoord 111 van de Heidelbergse Catechismus staat wat de Heere van ons vraagt. Het nut van onze naaste bevorderen, met hem omgaan zoals ik wil dat met mij wordt omgegaan en trouw mijn werk doen, zodat ik de naaste in nood kan helpen. Dit staat haaks op wat ons anno 2000 in de maatschappij wordt geleerd. Waar de jongeren elke dag mee worden geconfronteerd is een omgeving waarin alles voor mezelf hebben en houden centraal staat. Hier ligt een duidelijk spanningsveld.
4. We hebben onze tijd als geschenk gekregen. Daarvan stelen we zoveel voor onszelf. Eerst dit, dan dat, dan weer wat anders en uiteindelijk de rest aan God geven.

Kader over de woorden van Agur

1. Agur heeft genoeg aan het deel dat de Heere aan hem heeft toebetrouwd. Meer hoeft hij niet te hebben. Zie hiervoor ook het interview met ds. A. Vermeij in de Daniël van 21 januari 2000.
2. Agur is er bang voor, dat hij als hij veel bezit heeft en vol is van het gebruik hiervan, de Heere niet meer nodig heeft.
3. Hij vindt het ergst, dat hij daardoor in opstand zou komen tegen de Heere of de Naam van de Heere zou misbruiken in vals eedzweren.

Kader over Bart Handjegauw

1. Het gefingeerde verhaal over Bart Handjegauw is een schokkend relaas. Wat als een klein vergrijp begon, het leeghalen van de snoepjespot, eindigde in harde criminaliteit. Toch is er ook voor Bart een weg terug. Onder goede begeleiding is er ook voor hem een mogelijkheid om terug te keren tot een normaal leven. Dit geldt ook voor jongeren die zich aan een kleinere of grotere misdaad hebben schuldig gemaakt. Vooral is het daarin belangrijk dat ze met liefde worden opgevangen. Wijs de jongeren er ook op dat de Heere al onze misdaden, ook een ogenschijnlijk klein vergrijp, wil vergeven.
2. We kunnen ons afvragen of dit de oplossing geweest zou zijn. Op zich kan een strakke wetgeving voorkomen dat er ongewenste criminaliteit ontstaat. Toch ligt de oorzaak dieper. In een land, waar wordt afgerekend met normen en waarden, zoals door de Heere in Zijn Woord aangegeven, zal de criminaliteit groeien. Als het belang van het gezin, als hoeksteen van de maatschappij, meer en meer wordt onderschat, is normloosheid bij jongeren een logisch gevolg.

Het gezegde "Gestolen goed gedijt niet..." betekent dat iets wat niet eerlijk verkregen is, daar zal men ook geen plezier van hebben.

Kader over zwart werken

Marion: De werkgever van Marion is verantwoordelijk voor het opgeven aan de fiscus van bij hem in dienst zijnde werknemers. Dit neemt niet weg dat ook de werknemer hierin haar verantwoordelijkheid heeft. Zij zal haar inkomen moeten opgeven aan de belasting voor haar werknemersaandeel.
Govert: We moeten ons inkomen opgeven aan de belasting. Hiervan kunnen we een duidelijk voorbeeld lezen in de Bijbel. De Heere Jezus geeft in Lukas 20 : 20-26 het antwoord op de vraag. Ook in Mattheüs 22 : 15-22 kunnen we dezelfde geschiedenis vinden. Verder kunnen we hierbij aanhalen Romeinen 13 : 1-7 wat gaat over de overheid als Gods dienares.
Ellen: De reactie van Ellen is begrijpelijk, ledereen is verplicht om belasting te betalen. Het blijft natuurlijk het belangrijkste hoe we zelf staan ten opzichte van het achtste gebod. We zijn snel geneigd om naar anderen te wijzen, terwijl we daarbij onszelf vergeten.

Kader met opmerkingen

Spieken: We maken hierbij op een oneerlijke wijze gebruik van de kennis van een ander, om onze eigen cijfers te verbeteren. Dit is ook stelen.
Overschrijven van een werkstuk: Als we een werkstuk van iemand anders overschrijven, krijgen we een cijfer van een docent op basis van andermans prestaties. De jongeren zullen niet graag tegen de docent vertellen, dat het werkstuk is overgeschreven. Dit geeft al aan, dat ze zelf geen zuiver gevoel bij de situatie hebben. Zie hierbij ook 1 Thessalonicenzen 4 : 6.
Bovengenoemde zaken komen regelmatig voor in het voortgezet onderwijs en zijn daarom heel herkenbaar voor de jongeren. Ze zijn dan ook goed te gebruiken om als stelling neer te zetten, waarop de jongeren vervolgens kunnen reageren. Na het behandelen van de schets kunt u er dan op terug komen. Het kunnen stellingen zijn, waartegen door de jongeren behoorlijk stelling wordt genomen! Zorg daarom dat u zich hierop goed voorbereidt.
Lenen en niet terugbrengen: Als we iets lenen en niet terugbrengen, dan eigenen we iets ons toe, wat niet aan ons toebehoord. Zie hiervoor ook Lukas 3 : 14. Eigenlijk ontvreemden we iets van een ander met bedrog.
Kopiëren van een, onder auteursrechten uitgegeven, cd: Als er auteursrechten op een cd zitten, dan is die cd niet vrij overdraagbaar. We moeten dan toestemming van de auteur hebben, om de cd, of een gedeelte ervan, te mogen kopiëren.

Kader bij "Het geld over de balk"

1. Deze uitspraak van de Heere Jezus staat in de geschiedenis van de rijke jongeling. Deze jongeman had veel van de geboden van de Heere gehouden. Hij had alleen zijn hart gezet op zijn geld. De Heere Jezus haalt hier een bekend spreekwoord onder de Joden aan, waarmee zij de onmogelijkheid van een bepaalde zaak aangeven. Geld kan een mens, ook een jongere, volledig in haar macht hebben. Geld maakt echter niet gelukkig. Jongeren en ouderen kunnen met deze tekst worstelen. In Zacharia 8 : 6 staat dat datgene wat wonderlijk is voor de mensen, niet wonderlijk is in de ogen van de Heere. Bij Hem is alles mogelijk.
2. We blijven niet altijd op deze wereld, en als het goed is, zijn we bezig met de dingen van Gods Koninkrijk. Wanneer in ons hart de wereld en alles wat begeerlijk lijkt, voorbij gaat en we de wil van God doen, dan blijven we tot in eeuwigheid. Zie hiervoor ook Hebreeën 11 : 10 en 16. Dit gaat over Abraham, die het hemelse Jeruzalem verwachtte met haar straten van goud. Waar God eeuwig wordt grootgemaakt. Is dat ook de begeerte van ons en de jongeren?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen