De jongeling te Naïn
Vertelschets
Zingen:
Psalm 25 : 8
Psalm 30 :8
Psalm 89 : 19
Psalm 103 : 7, 8 en 9
Psalm 138 :4
Lezen Lukas 7 : 11-17
Kerntekst
'En Hij ging toe, en raakte de baar aan; (de dragers nu stonden stil) en Hij zeide: Jongeling, Ik zeg u, sta op!' (Lukas 7 : 14)
Kijk, daar op de weg vanuit Kapernaüm loopt een groep mensen. Het is de Heere Jezus met Zijn discipelen. Ook zijn er nog heel veel andere mensen die Hem volgen. Ze hebben gehoord en gezien wat Hij heeft gedaan. Na dat wonder met de dienstknecht van de hoofdman zijn ze nieuwsgierig geworden.
De Heere Jezus trekt met zijn volgelingen door het Galilese berglandschap. Aan het einde van de dag zijn ze dicht bij het stadje Naïn. Ze klimmen vanuit het dal de heuvel op. Zo komen ze steeds dichter bij Naïn.
Uit de poort van Naïn komt ook een grote groep mensen. Bijna vooraan lopen vier mannen. Ze dragen een baar. Daarop ligt een jongen. Voor de baar loopt een vrouw. Ze huilt. Iedereen weet het in Naïn. Deze vrouw heeft geen man meer en heeft nu ook nog haar zoon verloren. Familie en buren volgen de dragers van de baar. Andere mensen staan stil te wachten als de stoet voorbij trekt. Er is veel medeleven met deze vrouw.
Wat een verschil tussen die twee groepen! Bij de ene groep loopt de Heere Jezus voorop. Hij is de Levensvorst. Ja, Hij is het leven Zelf. Daar is blijdschap. Bij de andere groep is geen blijdschap. Daar is verdriet. Daar is de dood. Daar heeft de koning der verschrikking de leiding.
De Heere Jezus komt met zijn discipelen steeds dichter bij die andere groep mensen. Hij, de Levensvorst ziet een huilende vrouw voor de baar van haar dode zoon. Hij, als de Alwetende weet van het verdriet van deze vrouw. Het verdriet omdat ze geen man meer heeft en nu ook het verdriet over haar enige zoon. Als hij dat ziet wordt hij innerlijk met ontferming bewogen. Met een hart vol van medelijden kijkt Hij naar deze moeder. Jezus voelt het verdriet. En zonder dat Hem iets wordt gevraagd staat Hij stil en zegt: "Ween niet". De mensen die het horen kijken elkaar aan. Niet huilen? Als je geen man meer hebt? Als je bij de baar loopt van je enige zoon? Als je alleen achterblijft en niemand hebt die voor je zorgt?
De Heere Jezus loopt naar de baar waarop de jongen ligt. Hij raakt met Zijn hand de baar aan. De dragers stoppen verbaasd. De mensen dringen naar voren om alles goed te kunnen zien. De vermoeide volgelingen van Jezus stoppen ook. Toch niet voor niets Jezus gevolgd? Wat zou er nu toch gaan gebeuren?
Als iedereen stil staat zegt de Heere Jezus tegen de jongen op de baan "Jongeling, Ik zeg u, sta op!" De mensen houden hun adem in. Dit is nog nooit gebeurd. Iemand die spreekt tegen een dode. Maar hun verbazing wordt nog groter als ze zien wat er gebeurt. Want kijk eens...! De jongen gaat zitten en begint te praten. De moeder en de anderen die rondom de baar staan, horen het. Het is de stem van de jongen zelf. De Heere Jezus helpt de jongen van de baar af en geeft hem aan zijn moeder terug. "Ween niet" zei Hij tegen haar. Begrijp je nu waarom Hij dat zegt? Het zijn niet alleen woorden, maar de Heere Jezus neemt ook echt het verdriet weg. Zo wil Hij ook jou helpen. Misschien heb je wel eens verdriet gehad om het sterven van iemand waarvan je veel hield. De Heere Jezus zag je verdriet. Hij geeft niet meer terug, maar Hij is wel nabij!
Wat een wonder! Niemand die vraagt of de Heere Jezus wil stoppen. Toch stopt Hij. Niemand die vraagt om het levend maken van een dode. Toch doet Hij het. De hoofdman van Kapernaüm kwam zelf met de vraag om genezing van zijn dienstknecht. Hier laat de Heere Jezus Zijn macht zien, ongevraagd! Weet je dat dit wonder voor jou van grote betekenis is? Ook vandaag wil de Heere Jezus aan mensen die Hem niet kennen een wonder doen. Heeft Hij ook al bij jou stilgestaan? Heeft Hij Zijn macht in jouw leven ook laten zien? Zijn macht is nog net zo groot als toen. Een dode werd levend! Die zelfde macht heeft Hij ook nu nog om je te verlossen van de zonde. Zelfs als je de zonde niet voelt. Hij wil je een nieuw leven geven, zodat je niet de duivel maar God lief hebt en op Hem alleen vertrouwt.
Wat een wonder! De mensen zijn er stil van. Ze kijken vol ontzag naar de Heere Jezus. "Een groot Profeet is onder ons opgestaan, en God heeft Zijn volk bezocht" zeggen ze tegen elkaar. De mensen die Jezus al langere tijd volgen zijn ook verwonderd. Ze hebben al veel gezien. Zieken zijn door Hem genezen. Boze geesten moesten vluchten. Maar dit ... hebben ze nog nooit gezien.
Wat is God genadig dat Hij Zijn volk bezoekt. Geen bezoek door een profeet maar een bezoek door DE Profeet. De Heere Jezus. Hij wilde op deze aarde komen om te lijden en sterven. Hij stond op als Overwinnaar van de dood. Daarom alleen kunnen zondaren (jij en ik), die de dood verdienen, voor altijd leven. Vraag of de HEERE ook jou dat leven geeft. Hij heeft alle macht in de hemel en op aarde!
Na het wonder van de Heere Jezus gaat de menigte weer uiteen. De één terug naar Naïn, de ander volgt Jezus. Het wonder houden ze niet voor zichzelf. Ze vertellen aan iedereen over een profeet die onverwacht een jongen uit de dood opgewekt heeft.
Als de Heere Jezus wederkomt op de wolken zullen alle mensen opgewekt worden. Net zoals de jongen uit Naïn. Maar wat een verschil zal er dan zijn. Mensen die nooit verdriet hebben gehad over hun zonden tegen God, zullen dan altijd verdriet en pijn hebben. De mensen die de Heere Jezus hebben gevolgd in hun leven, mogen dan op de nieuwe aarde leven zonder verdriet, zonder ziekte, zonder nood en zonder de dood. Dan zullen ze altijd bij de HEERE zijn. Jij ook?
Ter inleiding
A1 weer een nieuw nummer van MIVO. Hebt u het vorige nummer al gebruikt of is de club nog niet begonnen?
Aan de hand van deze uitgave kunt u bij twee thema's stilstaan: het eerste gebod en de ontmoeting van de Heere Jezus met de jongeling buiten het plaatsje Naïn.
In de schets over het eerste gebod komt de Heere naar voren in Zijn overweldigende heiligheid.
God laat niet met zich spotten!
In de tweede schets wordt zichtbaar dat God in Zijn Zoon zondaren wil ontmoeten en in Zijn liefde wekt uit de dood tot het leven. "Jongeling, Ik zeg u: sta op!".
Zo mogen kinderen op de club vanuit Gods Woord in aanraking worden gebracht met een God Die groot en heilig is, maar Zich in Christus tegelijk diep neerbuigt naar verloren kinderen.
De redactie
Aantekeningen bij de tekst
Vers 11: velen van Zijn discipelen: die Jezus min of meer permanent volgen
Vers 12: een eniggeboren zoon: de droefheid over de dood van een eniggeboren zoon is spreekwoordelijk groot in de Heilige Schrift. De rouw is dubbel zo groot als het dan ook nog de enige zoon van een weduwe is. 2
Vers 12: zij was weduwe: De positie van een weduwe in Israël is zeer moeilijk, omdat velen zich niet hielden aan de geboden die God had gegeven tot bescherming van de weduwen.
Vers 13: werd innerlijk met ontferming over haar bewogen: Hij heeft diep medelijden met haar. tekst
Vers 13: de HEERE haar ziende: volgens oosterse gewoonte gingen de bloedverwanten niet zoals bij ons achter de dode, maar voor hem uit.
Vers 14: en raakte de baar aan: een wenk voor de dragers om stil te blijven staan.
Vers 15: Hij gaf hem aan zijn moeder: daaruit valt op te maken dat het nog een kleine jongen is.
Vers 16: vreze beving hen allen: voor de Persoon van Jezus, Die laat zien dat Hij macht heeft over de dood.
Vers 16: een groot Profeet is onder ons opgestaan: 'een' profeet zoals Elia en Elisa. Zij eren Jezus niet als 'de' voorzegde Profeet, als de beloofde Messias.
Achtergrondinformatie
Naïn (vers 11)
Aan de bouwvallen van Naïn is te zien dat het eens een stad was met muren en poorten. Het ligt op de noordelijke helling van de kleine Hermon. Vanuit Kapernaüm is het ongeveer 50 kilometer naar Naïn.
Tijdstip begrafenis (vers 11)
De begrafenis heeft in Israël plaats op de sterfdag voor zonsondergang.
Begraafplaats (vers 11)
De meeste mensen werden buiten de stad begraven. Uitzonderingen waren koningen en andere belangrijke personen.
Voorbeeld 1 Koningen 2 : 10: "En David ontsliep met zijn vaderen, en werd begraven in de stad Davids".
Gestorven kind (vers 12)
Deze jongen heeft de HEER E gevreesd en is naar de hemel gegaan. Uit de hel komen geen doden meer terug in dit leven. De dood maakt onherroepelijk een einde aan de genadetijd. Jezus wekt alleen de Zijnen op ten leven.
"Dit is de wil des Vaders, Die Mij gezonden heeft, dat al wat Hij Mij gegeven heeft, Ik daaruit niet verlieze, maar hetzelve opwekke ten uitersten dage" (Joh. 6 : 39).
Opwekking van de doden (vers 14)
In het Oude Testament lezen we dat Elia en Elisa beiden een kind opwekken uit de dood. Het verschil tussen de dodenopwekking van deze profeten en die van de Heere Jezus is dat zij de HEERE erom moeten bidden, Jezus niet. Jezus beschikt Zelf over die macht.
"Jezus is God, Die de doden levend maakt en roept de dingen die niet zijn, alsof zij waren". (Romeinen 4 : 17)
Hoe werd iemand begraven? (vers 14)
Kisten werden zelden gebruikt en als ze werden gebruikt, waren ze open. Meestal werd het lichaam in doeken gewikkeld en op een open baar gedragen. Vergelijking met andere opwekkingen van de Heere Jezus De Heere Jezus heeft naast de opwekking van de jongeling te Naïn nog twee andere mensen opgewekt. Het dochtertje van Jaïrus en Lazarus.
De jongeling te Naïn was een eniggeboren zoon. Het dochtertje van Jaïms was de enige dochter in het gezin en Lazarus de enige zoon in het gezin.
Altijd richtte Christus het woord rechtstreeks tot de dode.
Jongeling te Naïn: Jongeling!
Dochtertje van Jaïrus: Dochtertje!
Lazarus: Lazarus!
Het verschil was de tijd. Het dochtertje van Jaïrus lag nog op bed. De zoon van de weduwe werd naar het graf gebracht. Lazarus was al vier dagen in het graf geweest.
Aanwijzingen voor gebruik van deze schets
U moet er rekening mee houden dat het verhaal in de schets kort is. Er is bijvoorbeeld tijd over voor een quiz of voor het samen zingen. Denk ook aan kinderen die kortere of langere tijd geleden betrokken waren bij een sterfgeval in familie of vriendenkring. In het ledenboekje staan enkele kadertjes met daarin vragen voor de kinderen. Om over nadenken. Misschien kunt u daarop wijzen en gelegenheid geven er vragen over te stellen.
Antwoorden
Weet je het nog?
1. Kapernaüm
2. Hij genas een dienstknecht van een hoofdman
3. Zijn discipelen en mensen die Zijn wonderen gezien hebben of daarvan hebben gehoord.
4. Naïn
5. Over een weduwe die haar enige zoon naar het graf brengt.
6. U moet niet huilen.
7. Jongeling ik zeg u : "Sta op".
8. Hij geeft hem aan zijn moeder terug.
9. Een groot profeet is onder ons opgestaan en God heeft Zijn volk bezocht.
Om over te praten
1. a. de dood
b. de gerechtigheid
c. De Heere Jezus heeft er voor gezorgd dat door Zijn opstanding zondaren recht ten opzichte van God kunnen staan. Als wij de gerechtigheid van Jezus ontvangen is er niets meer tussen ons en God. De zonden zijn vergeven.
d. Daardoor mogen Gods kinderen zeker weten dat ze ook eens zullen opstaan en met ziel en lichaam bij Hem in de hemel mogen zijn.
2. a. Verschillen:
De jongen werd op dezelfde dag begraven.
Er waren klaagvrouwen aanwezig.
De baar werd gedragen.
De mensen lopen achter de baar aan.
De jongen lag waarschijnlijk niet in een kist.
Overeenkomsten:
De jongen werd begraven.
Er was veel belangstelling en meeleven.
3. a. Lazarus
b. En de HEERE , haar ziende, werd innerlijk met ontferming over haar bewogen.
4. De Heere Jezus heeft Zelf de macht over leven en dood. De profeten deden alles door de kracht van God. Zelf hadden ze niets.
Oplossing puzzels:
Geheimschrift: Jongeling, Ik zeg u, sta op!
Letterraadsel: Jezus is de Levensvorst
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 oktober 2001
Mivo -12 | 31 Pagina's