En men noemt Zijn Naam Vredevorst
Kerntekst Jes. 9: 5a en c: Want een Kind is ons geboren een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij is op Zijn schouder, en men noemt Zijn Naam ... Vredevorst.
En God zag al wat Hij gemaakt had en ziet het was zeer goed! Dat lezen we in het eerste hoofdstuk van de Bijbel. Het was zeer goed! Als de zon haar stralen laat schijnen over de aarde, ademt die aarde vrede. Als het nacht wordt, dan is er geen onrust en angst. De dieren leven in vrede met elkaar. Adam en Eva genieten van de rijkdom van het Paradijs. Ze genieten van de aanwezigheid van de Heere, als ze de wind horen ruisen. Alles is volmaakt. Alles is goed. Niets is er dat de vrede verstoort. Vrede, ja die is er. Een diepe volmaakte vrede met God en met alles wat Hij gemaakt heeft. Maar het blijft niet zo. Adam en Eva willen meer. "Als God zijn", fluistert de stem van de slang: eigen baas zijn, zelf heersen, zelf de macht in handen hebben. En het gif doet z'n werk. Adam en Eva eten van de verboden vruchten. Als God zijn ...
Maar wat een ontgoocheling. Waar is nu die heerlijke vrede, die heerlijke omgang met de Heere? Angst en onrust is in hun hart gekomen. We wilden zijn net als Hij is. En daardoor zijn we nu Zijn vijanden geworden. Er is een breuk tussen de Heere en ons geslagen. Het is geen vrede meer. Het is oorlog! En God zal zijn vijanden zoeken en doden. En dat is onze eigen schuld. We wilden als God zijn! En daarom zullen we moeten sterven. Ben jij er al aan ontdekt dat je een vijand van God bent? En dat je ook sterven moet? En dat door je eigen schuld? Heb jij al gemerkt dat er geen vrede in je hart is? Dat het niet goed is tussen God en je ziel?
Maar wat een wonder. Toen de wereld er nog niet was, toen de mens er nog niet was, was God er alleen. En de Heere had een heerlijk plan. Zijn Naam zou verheerlijkt worden. Hij zou een aarde scheppen, met daarop mensen die met Hem in vrede zouden leven, die Hem zouden dienen. Maar de Heere wist dat die mens toch tegen Hem in opstand zou komen. Zou dan Zijn plan mislukken? O nee, een nog veel heerlijker plan heeft God gemaakt. Als die mens in dwaasheid tegen Hem in opstand zal komen, dan zal Hij hem toch nog opzoeken. Dan zal Hij Zich toch nog gaan ontfermen. Wil die mens Zijn vijand zijn en in oorlog met Hem leven? Dan zal Hij hem de vrede brengen. Wil die mens Hem niet dienen? Dan zal Hij daar Zelf voor zorgen! Maar hoe kan dat toch?
"Adam waar zijt gij?"
De Heere zoekt Zijn vijand op. Adam kom maar tevoorschijn. De Heere weet alles van je. Hij weet van de hoogmoed die in je hart geslopen is. Hij weet van je opstand. Hij weet ook van de onvrede die nu in je hart is. Hij weet dat je het verbond met Hem moedwillig verbroken hebt. En nu komt de Heere toch nog. Hij zoekt Adam op. Adam, dwaze mens, je hebt het verzondigd. Maar luister: Ik wil je Mijn vrede geven.
Hoe kan dat? Kan Adam het nog goed maken? Kunnen wij het nog goed maken? O nee, absoluut niet. Maar de Heere Zelf zal het doen. Hij zal Zijn Zoon zenden. Die zal de opstand verbreken. Die zal de breuk herstellen. Die zal de schuld van die opstand gaan verzoenen voor al Zijn kinderen. Die zal de vrede Zelf gaan verwerven en Hij zal die vrede gaan schenken aan vijanden! Adam, jij wilde koning zijn, maar kijk eens wat er van terecht gekomen is. Nu zal de Heere Zijn Zoon geven en Hij zal Koning zijn. Koning om al Zijn vijanden te doden? Ja dat ook! Maar voor vijanden die door genade voor die Koning gaan buigen, zal Hij een Koning zijn die vrede schenkt. Een Vredevorst. DE Vredevorst. Hoe kan dat toch? O, eigenlijk is het onmogelijk, maar het is een plan dat bij de Heere Zelf vandaan komt en daarom kan het toch! Door Die Vredevorst kan het toch nog goedkomen tussen de Heere en een zondaar, tussen de Heere en jou.
De jaren gaan voorbij en worden eeuwen. Maar dan opeens klinken die woorden weer. De heerlijke woorden van de Vredevorst. Hoor hoe Jesaja van Hem profeteert want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven en de heerschappij is op Zijn schouder en men noemt Zijn Naam Wonderlijk, Raad, Sterke God, Vader der eeuwigheid, Vredevorst! Het volk dat in duisternis wandelt zal een groot licht zien. De Verlosser zal komen. Hij zal de toorn van God tegen de zonde gaan dragen en zo zal Hij de vrede verwerven. Hij zal de straf gaan dragen en zo voor al Zijn kinderen de vrede aanbrengen. Hoor Jesaja het eens uitroepen: een Kind is ons geboren! Alsof het al gebeurd is. Zo zeker is het dat het gebeuren zal! Hij zal als Koning heersen, als Vredekoning. In Jesaja's stem klinkt het verlangen door. Hij weet het: vrede met God, dat is het allergrootste dat een mens kan ontvangen. Dat betekent immers dat er niets meer ligt tussen God en een zondaar, dat alle schuld verzoend is, dat de verhouding weer hersteld is, dat alles goed is.
Is dat ook jouw verlangen? Dat het weer goed mag zijn tussen de Heere en je ziel? Dat het vrede mag zijn? En dan niet zomaar dat je doet alsof er niets aan de hand is maar een vrede die werkelijk verdiend is, waar niets aan ontbreekt. Knaagt de onvrede van het onverzoend zijn met de Heere aan je hart? Moet je zeggen: rust noch vrede wordt gevonden om mijn zonden? Dan wijst Jesaja je de weg: de Vredevorst komt.
Weer zijn vele jaren voorbij gegaan.
In het land Kanaän zijn de Romeinen de baas. Over de gehele wereld heerst de Pax Romana, de Romeinse vrede. Maar is het werkelijk vrede? Ach nee, het is een vrede die afgedwongen is met wapengeweld. Het is een vrede die rust op onderdrukking. Keizer Augustus, de Verhevene, de Vorst van de Romeinse vrede, leeft in zijn weelderig paleis in Rome. Maar voor de werkelijke vredevorst is geen plaats. Toch zal Hij komen. Want de Pax Romana zal eindigen, maar de Pax Christi, de vrede van Christus, zal geen einde hebben.
Zie daar, in die stille stal, daar ligt Hij, het geschenk van God, aan een wereld verloren in schuld. Neergelegd in een kribbe, omdat er voor Hem geen plaats was in de herberg. Dat is nu de langbeloofde Verlosser, de Vredevorst. Hij is het die Die Vrede zal gaan verwerven. Hij zal de lange weg gaan tot aan het kruis. Hij zal bespot worden, geslagen en uitgescholden. Men zal Hem koning noemen, ja, dat wel, maar dan spottend.' "Wees gegroet, gij koning der Joden". En toch, juist zo, dwars door dat lijden heen, zal Hij triomferen, zal Hij toch de Vredevorst blijken te zijn. Hij zal het zeggen: "Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u, niet gelijk de wereld hem geeft, geef Ik hem u". Hij zal arme zondaren bemoedigen.' "Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat gij in Mij vrede hebt. In de wereld zult gij verdrukking hebben, maar hebt goede moed, Ik heb de wereld overwonnen.
Hoor je dat? Dat Hij de Koning is, Die overwinnen zal? Dat Hij de Vredevorst is? Dat is nu dit Kind. Twijfel je daar nog aan?
Jozef en Maria twijfelden niet. In hun harten is zo'n diepe verwondering. Zij konden niet meer tot God komen, want door de zonde waren zij immers zelf bij Hem vandaan gegaan? Maar nu komt God tot hén. Met Zijn vrede. Ze kunnen het niet begrijpen dat de Heere naar hen wilde omzien. Ze kunnen het niet begrijpen dat Hij hen de vrede wil geven. En toch heeft de Heere het gedaan. Hier ligt Hij, de Vredevorst, Die met Zijn vrede hun harten vervult.
Ken jij die vrede? Ken jij die Vredevorst? Of leef je nog altijd in vijandschap met de Heere? Buig toch voor Hem. Hij wil je Zijn vrede geven. Vraag of Hij ook jouw opstand verbreken wil. Of Hij ook in jouw hart regeren wil als Vredevorst. Is er in jouw hart geen plaats voor Hem? Hij wil Zelf plaats maken. Door Zijn Woord en Zijn Heilige Geest. Dat deed de Heere toen ook.
Kijk maar, wie komen daar zo haastig aanlopen? Het zijn herders. Ze hebben de boodschap van de engel gehoord: de Zaligmaker is geboren! Ze hebben het lied gehoord: Ere zij God in de hoogste hemelen, vrede op aarde in de mensen een welbehagen. Ze hebben het gevoeld: die vrede waarvan de engelen zongen, is niet de bevrijding van de Romeinen, maar die heeft te maken met de Zaligmaker! In hun hart is plaats gekomen voor die Vredevorst. Er is verlangen gekomen, naar die vrede waarvan ze in die nacht gehoord hebben. Vrede door de Zaligmaker, dat is vrede met God!
Ontroerd buigen ze een ogenblik later bij de kribbe neer. Daar ligt Hij, de Vredevorst. Het kan niet anders, want een diepe blijdschap vervult hun ziel bij het zien van dit Kind. O wat een wonder. Zij, verloren zondaren, hebben de Vredevorst gevonden. Of eigenlijk is het andersom: deze Koning heeft hen gevonden. Op de terugweg nemen ze het lied van de engelen over. En nu klinkt het toch nog veel mooier. De engelen zongen van vrede voor anderen. Deze herders zingen vanuit de vrede voor hun eigen schuldig hart.
Ken je dat lied? Heb je dat van de Heere geleerd? Door Zijn genade? Ben je onderdaan geworden van deze Vredevorst?
Eens zal Zijn Koninkrijk voltooid zijn. Dan zal de vrede volkomen zijn. Dan zal de wolf met het lam verkeren en de luipaard bij de geitebok, het kalf samen met de jonge leeuw en al het vee, en een klein jongetje zal ze drijven. Dan zal men nergens meer leed doen, noch verderven. Dat zal het Koninkrijk zijn van de Vredevorst.
Je ziet er nog weinig van wil je zeggen? Dat klopt. Nog is er oorlog, verdriet, rouw en pijn. Nog bloedt deze wereld en nog lijkt het alsof dit vrederijk nooit zal aanbreken. Maar laat je niet ontmoedigen door wapens en atoombommen, door raketten en oorlogsdreiging. Dwars door alles heen zal de Heere Zijn doel bereiken. Hij, de Vredevorst, heeft de wereld overwonnen. Hoor je bij Hem! Heb je Hem door genade al leren kennen?
De vrede van deze wereld is geen echte vrede. Alleen de vrede die dit Kind in de kribbe verdiend heeft door Zijn lijden en sterven, dat is de ware vrede. Smeek de Heere of Hij ook jou die vrede in je hart wil schenken. Men noemt Zijn Naam Vredevorst. Mag je door genade achter zeggen: "Hij is voor mij ook de Vredevorst geworden?" Dan is dat het grootste wonder!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 november 1987
Mivo +12 | 24 Pagina's