Roeping
Waar moeten we aan denken bij roeping? Laten we bij de Bijbel blijven en luisteren naar personen die door God geroepen zijn. Ze kunnen je vertellen over hun roeping. Daarom kiezen we hun voorbeelden voor het Bijbelrooster. Het gaat over: de roeping van Abram, Mozes, Samuël, Jesaja en Jeremia. De eerste week lees je over de roeping van personen uit het Oude Testament. De tweede week lees je voorbeelden van de roeping uit het Nieuwe Testament. Daar roept Jezus mannen om vissers van mensen te zijn. Hij roept met kracht: ‘Volg Mij’ en ze volgen Jezus. Allemaal. Je leest ook welke plaatsen Jezus aanwees als werkveld voor Zijn volgelingen, die Hij riep en uitzond met de woorden: Gaat dan heen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in de Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes; lerende hen onderhouden alles wat Ik u geboden heb.
Mei
26 De Heere roept Abram
Gen. 12:1-9 Ps. 105:3
Wat betekent voor Abram de goddelijke roeping?
Met welke Bijbelse woorden lees je het antwoord?
27 Roeping van Mozes
Ex. 3:1-12 Ps. 68:17
De Heere roept Mozes met een hoorbare stem en onder zichtbare tekenen.
Hoe roept God nu tot een ambt?
28 De roeping van Samuël
1 Sam. 3:1-11 Ps. 62:8
Wanneer begreep Samuël dat het de Heere was, Die hem riep?
Wat kun je van de luisterhouding van Samuël leren?
29 Boodschap van God
1 Sam. 3:12-21 Ps. 99:5
Welke boodschap sprak God tot de jonge Samuël?
Waarom niet tot de oude Eli?
30 God roept Jesaja
Jes. 6 Ps. 103:11
Hoe roept God Jesaja tot profeet?
Wat gebeurde er eerst vóór Jesaja zei: ‘Zie, hier ben ik, zend mij heen?
31 De roeping van Jeremia
Jer. 1:1-10 Ps. 86:6
Welke bezwaren noemde de jonge Jeremia toen God hem riep?
Wat sprak God toen en wat belooft Hij nu aan jonge mensen die Hij roept om in Zijn Koninkrijk te dienen?
Juni
01 Geroepen om te preken
Jona 3 Ps. 138:2
Was Jona direct gehoorzaam aan de opdracht die hij van God kreeg?
Vertel iets over de les voor Jona, voor het volk Israël en voor ons.
02 Vissers van mensen
Matt. 4:18-22 Ps. 102:16
Waarom riep Jezus deze mannen met de woorden: ‘vissers der mensen’?
Waarom worden dominees nu nog zo genoemd?
03 Volg Mij
Mark. 2:13-17 Ps. 51:7
Hoe kwam het dat Levi direct luisterde naar Jezus’ woord?
Denk over: ‘volgen’ als het over dominees van nú gaat.
04 Bid dan toch!
Matt. 9:35-38 Ps. 118:12
Bidden voor nieuwe dominees is belangrijk, maar tot Wie dan?
Praat over die speciale naam: ‘de Heere van de oogst’.
05 Uitzending
Matt. 10:1-15 Ps. 79:7
Naar welke mensen worden de twaalf discipelen door Jezus gezonden?
Hoe noem je ‘uitzending’ van een dominee, nú?
06 Nieuw werkveld
Matt. 28:16-20 Ps. 8:9
Waarom staat er deze keer ‘nieuw werkveld’ boven?
Hoe noem je dominees van nú, die naar ‘alle volken’ gaan?
07 God kent het hart
Hand. 1:15-26 Ps. 139:14
Op welke manier wordt Matthias gekozen?
Gebeurt het nog wel eens op kerkelijke vergaderingen dat het lot geworpen wordt en waarom?
08 Gewillig
Hand. 9:1-19 Ps. 17:3
Hoe wordt een onwillige Saulus een gewillige Paulus?
Wordt iedere dominee zó geroepen of ook wel anders?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 mei 2024
Daniel | 40 Pagina's