JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Wij en de cultuur

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wij en de cultuur

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Algemene begripsbepaling; twee aspecten

a. Cultuur is het vormende, creatieve handelen van de mens met de gegeven wereld. Deze creatieve handelingen bestrijken alle terreinen van het leven, waar om creatief handelen gevraagd wordt. Op materieel, lichamelijk en geestelijk gebied.

Enkele voorbeelden: aan de behoefte tot voedsel, onderdak, beschutting tegen natuurrampen moet voldaan worden; over de plaats van de vrouw en de man in het leven, de rechtspraak, moet gedacht worden; over bovennatuurlijke machten (religie, godsdienst), normen voor goed en kwaad, mooi en lelijk, recht en onrecht wordt een mening gevormd. De natuurlijk gegeven wereld wordt hierbij vaak gefilterd door een symbolische wereld. D.w.z. de verwachting die men van de natuurlijk gegeven wereld heeft. Hierdoor krijg je „modellen" als de waarde, het doel, de zin of het nut van iets.

Al deze werkzaamheden zijn typisch menselijk. Zij beslaan het hele levensterrein van de mens, zó, dat — met als knooppunt de mens — alle aspecten, hierboven genoemd, nauw verweven zijn.

b. Cultuur als resultaat van het vormend handelen van de mens. Als we spreken over de Griekse, Chinese of Westerse cultuur, dan bedoelen we daarmee de cultuurschatten, de nalatenschap van deze volkeren. Hier is een verschil met het onder a. genoemde aspect. Bij het vormend handelen van de mens grijpt alles in elkaar, zijn de vragen algemeen en meest dezelfde. Echter cultuur als resultaat wordt beperkt tot een bepaald volk en een bepaalde tijd. De Griekse cultuur bijvoorbeeld is als resultaat der creativiteit der Grieken wezenlijk anders dan de Chinese. De Grieken hebben een andere oplossing gegeven voor de in a. genoemde vragen, dan de Chinezen; land, aard, klimaat enz. spelen hierbij hun rol. Elke tijd heeft zijn eigen cultuur, met ook weer eigen specifieke vragen en oplossingen, die dat tijdvak typeren.

2. Na deze algemene beschouwingen wordt de vraag gesteld: Wij, die christenen willen zijn, wat doen wij hiermee, wat moeten wij ermee doen? Elk heeft met deze vragen te maken en zal een verantwoorde oplossing moeten vinden. Als Christenen hebben wij zeer kritisch te vragen naar de achtergronden, de diepste grond èn zin van de cultuur, zowel wat betreft de mens als zijn werken. Onze Bijbel zal daar een beslissend woord moeten spreken. Maar welk woord? Ja, nee, dit niet en dat wel ? En waarom ? Het is nodig dat wij bij deze vragen de Schepping centraal stellen, als creatie én eigendom van God. De Schepping omvat zowel de mens als al het andere; Gen. 1 en 2. De mens heeft in het geheel van de geschapen wereld een bijzonder mooie plaats gekregen. En een bijzonder moeilijke. De Heere heeft Zijn mens willen maken naar Zijn beeld, dat is meer dan de engelen zijn. Het betekent niet dat je zegt: Hij lijkt op God. Maar wel betekent het volgens Gen. 1:28 dat de mens een heersende taak heeft gekregen over het geschapene (ook over zichzelf!). Deze opdracht, door onze Schepper gegeven, blijft onverminderd van kracht, dwars door de zondeval heen. De mens is mens gebleven, d.w.z. verantwoordelijk voor zijn werken. Wij zullen ook geoordeeld worden naar onze werken (Rom. 2:6, Openb. 20:12, art. 37 N.G.B.). Ook blijkt de eis van God: „Doe dat en gij zult leven" (vgl. vr. 9 en 115 H.C.). Met andere woorden: God blijft van ons vragen dat wij het gegevene in de schepping dienstbaar maken aan Zijn wil (= wet). Dat is de taak van de mens tot het einde. Daarbij gaan wij steeds verder, onderzoeken meer en bereiken meer. Niet alzo het dier. Een bij maakte duizend jaar geleden op dezelfde wijze zijn raten als hij dat nu doet. De diepste zin van de cultuur is derhalve dat wij onze heerschappij over hetgene dat wij van God gekregen hebben in Zijn dienst besteden.

Dit betekent voor ons wedergeboorte, vernieuwing en geheiligd te worden in Christus (zond. 23 H.C.). Cultuur in deze zin moet tot stand gebracht worden op de manier van goede werken, die voortkomen uit het geloof (vr. 90 en 91 H.C.). Dit is de voorwaarde die wij ons moeten stellen, omdat God dit van ons vraagt. Nu werkt dit dieper door. God wordt weer erkend en gezien als Schepper en de wereld (het geschapene, ondanks de zonde erin) wordt als Zijn schepping aanvaard. In Gods Naam, door de kracht van het geloof dat de wereld overwint (Ef. 6:10 e.v.), zullen wij dat moeten. Want dan weten wij dat Christus Koning is over alles: Hem is alle macht gegeven in hemel en op aarde. Dat moet ons bezielen om te durven leven temidden van het zondige in de wereld. Zijn Koninkrijk is het waarvoor wij werken, zij het als onnutte dienstknechten. Het Koningschap van Christus op alle terreinen van het leven dwingt ons Hem hierin te volgen.

Wij mogen het ons dus niet te gemakkelijk maken. Niet ons onttrekken en afzijdig houden door de cultuur te ontvluchten. Zeker niet met de gedachte: Als ik me er niet mee bemoei, dan kan ik ook niet verkeerd doen. Dit is reeds verkeerd doen; dit is schuld ten opzichte van je naaste en miskenning van de Schepping. Wij moeten durven leven uit de overtuiging van de waarde van dit, ons leven.

Nu blijft de vraag naar het afvallige, het zondige in en van de cultuur. Wij moeten echter niet vergeten dat de zonde de wereld nog niet uit is. Het is hier alles ten dele. Toch kunnen we zien dat God de afvallige cultuur wil (de) gebruiken in Zijn plan met ons en Zijn Koninkrijk. We mogen echter de zaak niet omdraaien en zeggen: God kan met een kromme stok een rechte slag toebrengen, dus vooruit maar. De eis blijft, het goede te doen!

Onze houding ten opzichte van de cultuur zal dus positief critisch moeten zijn. In nauwe gebondenheid aan het Woord (de voedingsbron voor het geloof) van God, Die de cultuur, zoals Hij die wil, weer mogelijk maakt in de verlossing door Christus. Deze is de hele schepping omvattend, in de mens. Daarom moeten wij blijven beseffen dat alles tijdelijk, begrensd is (1 Cor. 7:31). En dat wij in tenten wonen, tot wij in de Nieuwe Stad gehuisvest zullen zijn. Daar volgen onze werken met ons (Openb. 13:14 en 21:24 en 26).

Vragen

1. Moet de kerk zich met de cultuur bemoeien (voorzover zij zelf geen cultuurgoed is, maar vergadering der gelovigen) ? Moet de kerk de cultuur mondig verklaren, d.w.z. los van de invloed der kerk, maar zó dat zij haar leden zelf hun verantwoordelijkheid in deze bijbrengt?

Heeft de kerk een schuld als wij het misbruik van b.v. T.V., film, het menselijk lichaam, het geld, zien?

Zijn kerkelijke uitspraken over T.V. enz. dan fout?

2. Welke betekenis heeft de christelijke vrijheid (1 Cor 6:12 e.v.) in het aanvaarden van cultuuruitingen? (Aanvaarden kan ook verwerpen betekenen!) Kunst is één ervan.

Welke betekenis heeft de dankbaarheid (1 Thess 5:15) in dit verband ?

3. In hoeverre moeten wij christenen (= getuige zijn in, voorbeeld geven aan, antwoord geven en reageren op de wereld rondom je) de wereld leren kennen?

Bijv. in boeken die van de geest van deze tijd getuigen, maar toch een levensuiting zijn, waar wij mee te maken hebben, (Wolkers, Blaman o.a.) films (Bergman, Godard), muziek (Pepping, Beatles, Jazz,) enz. enz.? Zoeken deze mensen het ontbrekende in dit leven (liefde, God) doordat zij het leven door en door kennen, en het als schuld ervaren dat het zo is, hunsondanks ?

4. Wat wil herkerstening zeggen op dit moment? Wat moet er gebracht worden onder de heerschappij van God ? Hoe zou je dat doen ?

5. Wat is de betekenis van het christendom geweest voor de cultuur ?

Literatuur:

Christelijke Encyclopedie onder Cultuur

Rookmaker : Kunst en Amusement.

Goedhard : Christendom en Cultuur.

Kuiper : Het Calvinisme, zes Stone-lezingen.

Calvijn : Institutie, hoofdstuk over de chr. vrijheid.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1969

Salvo | 236 Pagina's

Wij en de cultuur

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1969

Salvo | 236 Pagina's