4. Thelogie en dogmatische inzichten
"Het stelsel der waarheid, dat in de Schrift is geopenbaard, is niet maar een eenvoudige rechte lijn, maar er zijn er twee; en niemand zal ooit een juiste beschouwing hebben van het Evangelie, zolang hij niet beide lijnen tegelijk in het oog kan vatten. Ik lees b.v. in een boek van de Bijbel: "De Geest en de bruid zeggen: Kom! En die het hoort, zegge: Kom. En die dorst heeft, kome; en die wil, neme het water des levens om niet." Maar in een ander deel van hetzelfde door de Heilige Geest ingegeven Woord wordt mij geleerd, dat het "niet is desgenen die wil, noch desgenen die loopt, maar des ontfermenden Gods....".
Het zijn twee lijnen, die bijna gelijklopend zijn, zozeer, dat het menselijk verstand dat ze het verst volgt, toch niet ontdekt, dat zij samenkomen; maar zij komen samen; zij zullen elkaar ontmoeten in de eeuwigheid voor de troon Gods, vanwaar alle waarheid voortkomt" (Prins der predikers, pag. 99, 100).
Dit is een van de uitspraken van Spurgeon die iets zeggen over zijn dogmatische inzichten.
Spurgeon heeft hieraan zelf geen boek gewijd.
Hoe hij dacht over belangrijke leerstukken moeten we opmaken uit zijn preken en geschriften.
Voor Spurgeon lagen theologie en prediking in eikaars verlengde. Dat wil zeggen dat hij een leerstellige prediking voorstond.
Voor iedere hoorder moesten zaken als roeping, wedergeboorte en verkiezing duidelijk worden uitgelegd, zodat 'geloof' en 'geloven' woorden zouden zijn met inhoud.
De volgende kernpunten zijn in Spurgeon's preken terug te vinden.
Kernpunten prediking
* Christus staat centraal.
* De verdorvenheid van de mens: In religieuze zin is de mens onmachtig om iets goeds te doen, ook om boetvaardig te zijn.
* De roeping: De 'uitwendige' roeping komt tot iedereen. Als God de Heilige Geest ook 'inwendig' roept, is de roeping unweerstaan baar en herscheppend.
* De uitverkiezing: Deze is alleen vanuit liet geloof te verstaan.
* De verzoening: Er is geen . ilgemene verzoening. Het Evangelie moei wel aan allen worden verkondigd, maar de toepassing ervan is beperkt tot de uitverkore nen en is het werk van de Heilige Geest.
* De souvereiniteit van God.
* De voldoening: Er is alleen verzoening door voldoening, name lijk door liet werk van Christus.
* De rechtvaardiging: Dit gebeurt alleen uit genade, door toepas sing van Christus' gerechtigheid. Die gerechtigheid wordt door het geloof aangenomen.
* De heiliging: Deze bestaat ten diepste in het gelijkvormig worden aan Christus.
* De volharding: Als troost voor de gelovigen.
Bevinding
Preekte Spurgeon niet voor Gods volk? Daarover worden door verschillende mensen verschillende dingen gezegd (zie ook de inleiding). In een Terdege-artikel uit 1984 schrijft Ds. J. van der Haar (Hervormd):
"Waar Spurgeon ophoudt, daar gaat Philpot verder. En dat slaat en ziet vooral op de bevindelijke zijde der waarheid, dus op het werk van de Heilige Geest in Gods kinderen". In datzelfde artikel komt ook Ds. P. den Butter (Chr. Geref.) aan het woord: "...hij preekte een volkomen Zaligmaker voor verloren zondaren.
Daarbij had Spurgeon oog zowel voor de Christus voor ons als voor de Christus in ons: voor verwerving en toepassing van het heil". En Ds C. Harinck zegl 'ik zou Spurgeon's prediking als Bijbels willen typeren. Verder vertoont zijn prediking ver
Verder vertoont zijn prediking verwantschap mei de Calvinisten en Puriteinen en zeker niet met de Remonstranten Zijn spreken over het geloof (bijv in "Rondom de enge poort") is soms wat oppervlakkig en zou de indruk kunnen geven, dat geloven en verstandelijk aannemen van Gods waarheid hetzelfde is. Daartegenover benadrukt hij wel degelijk het werk van de Heilige Geest en preekt hij soms diep ontdekkend.'
Tenslotte kan gewezen worden op een prekenbundel als "De wonderen van de Heiland". Duidelijk wijst Spurgeon hierin aan welke verschillende wegen God gaat met zijn kinderen.
Calvinisme
Spurgeon noemt zichzelf een waar Calvinist (Prins der predikers, pag. 234). Dit betekent bij hem vooral dat de eer van God boven alles en iedereen gaat. De zaligheid van zondaren is alleen aan God te danken. De mens is totaal onmachtig.
Spurgeon zag zichzelf tussen Hypercalvinisme en Arminianisme in staan. Zowel het Hypercalvinisme als het Arminianisme maakten zich - naar zijn oordeel - schuldig aan een ongeoorloofde rationalisering van het Woord van God. Dat wil zeggen dat ze de Bijbelse waarheid verstandelijk probeerden te beredeneren.
Immers, het Arminianisme stelde, dat de zondaar bevolen wordt om te geloven, en dat hij daarom daartoe in staat moet zijn; en het Hypercalvinisme stelde dat de zondaar niet in staat was om te geloven, en dat hij daarom daartoe niet bevolen kon worden. Op grond van de Heilige Schrift hield Spurgeon staande, dat de mens ten volle verantwoordelijk is het Evangelie te geloven en dat hij daartoe, vanwege zijn zonde, geheel en al onbekwaam is. Dat is niet te doorgronden met het menselijk verstand
Gezien het bovenstaande berust het op onkunde wanneer men de indruk heeft dat Spurgeon een Arminiaan (of Remonstrant) is. Het is wel zo dat die indruk gemakkelijk kan ontstaan wanneer iemand alleen bepaalde preken of boekjes van Spurgeon leest. Wat dit betreft ligt het probleem vooral in de korte, populaire boekjes van Spurgeon, waarin hij zijn gedachtengang niet voldoende uitwerkt. Boeken als "Het lied der liederen" en "De wonderen van de Heiland" zijn meer evenwichtig. Spurgeon preekte vaak 'eenzijdig' als zijn tekst daartoe aanleiding gaf. Zo legde hij de volle nadruk op de verantwoordelijkheid van de mens, als de tekst bijvoorbeeld was: "Werkt niet om de spijs die vergaat, maar om de spijs die blijft tot het eeuwige leven" (Joh. 6: 27). Maar als de tekst meer over de souvereiniteit van God sprak, deed Spurgeon dat ook.
Er zijn echter ook kanttekeningen te plaatsen bij het 'Calvinisme van Spurgeon. Eén ervan noemen we hier en dat is zijn leer over de verkiezing. Hij wees de leer van de verwerping af als onbijbels, en verafschuwde ze, omdat deze leer volgens hem helemaal niet voortvloeit uit de leer van de verkiezing. Hij wilde voorkomen dat mensen een vertekend beeld zouden hebben van de souvereiniteit (= vrijmacht) van God, en zei dat het eigen schuld is als iemand verloren gaat, en dat voor de behoudenis van een zondaar alleen aan God alle eer toekomt.
Maar de zijde die Spurgeon kiest in de strijd in de Unie van Baptisten, toont duidelijk dat Spurgeon een aanhanger van de vrije genade is en niet van de vrije wil. Daar gaan we nu op in.
De Down-Grade twist
In de laatste jaren van zijn leven ging Spurgeon steeds meer inzien dat voor de Reformatorische leer van Gods vrije genade voor zondaren hoe langer hoe minder plaats gelaten werd in het Engelse kerkelijke en godsdienstige leven. De invloed van het Modernisme (zie kader) was tastbaar en de kringen waar men al sinds jaar en dag het Arminianisme aanvaard had, hadden tegen deze invloed van het Modernisme geen weerstand
Onder de titel Down Grade" ging ds. R. Shindler in het blad 'The Sword and Trowel" (het zwaard en de troffel), waarvan Spurgeon eindredacteur was, in op de oorzaken van de neergang van de non-conformistische kerken (de kerken buiten de Staatskerk dus) in de 18e eeuw.
De prediking van de non-conformisten werd minder ernstig en eenvoudig. Geleerdheid en schitterende voordracht werden hoger aangeslagen dan godzaligheid, rechtzinnigheid en evangelische bewogenheid. Spurgeon verbond hieraan de waarschuwing dat genoemde neergang een les moest zijn voor het heden, omdat ook de ontwikkelingen binnen de Baptist Union, waar de gemeente van Spurgeon bij hoorde, reden gaven tot zorg. In een later nummer van "The Sword and Trowel", in datzelfde jaar, schrijft Spurgeon onder andere het volgende. "De verzoening wordt verworpen, de inspiratie van de Schrift wordt bespottelijk gemaakt, de Heilige Geest wordt verlaagd tot een kracht, de straf op de zonde wordt veranderd in een fictie (= denkbeeld dat niet op de werkelijkheid berust), de opstanding in een mythe, en toch verwachten deze vijanden van ons geloof van ons dat wij hen broeders noemen, en in bondgenootschap met hen blijven. In het kielzog van leerstellige leugens komt een natuurlijk verval van geestelijk leven, tot uiting komend in een behoefte aan bedenkelijke vormen van vermaak en een lusteloosheid om stichtelijke samenkomsten bij te wonen."
Binnen de Baptist Union drong Spurgeon aan op het aannemen van een belijdenis. Dan konden afwijkende leringen uit de unie gebannen worden. Toen er echter niets konkreets gebeurde, bedankte Spurgeon onverwacht als lid Dit veroorzaakte grote opschudding in het bestuur. Er werd alsnog een belijdenis opgesteld, maar die was te vaag en bevatte geen tuchtmaatregelen. Daarom was de belijdenis v<><>x Spurgec)n orïaanvaardbaar. Wel wilde Spurgeon voor de Baptist
Wel wilde Spurgeon voor de Baptist Union volstaan met een belijdenis waarin de geschilpunten tussen Arminianen en Calvinisten niet werden genoemd.
De gemeente van Spurgeon volgde hem in zijn afscheiding. Helaas heeft Spurgeon niet steeds even taktvol gehandeld. Het was beter geweest als hij een officiële aan klacht had ingediend. Wat zijn afscheiding betreft: Spurgeon stond op het standpunt dat wie zich met predikanten die het Evangelie van verzoening door voldoening niet prediken in één kerkverband bevindt, mede schuldig staat aan de door hen geleerde dwaling.
Wat de zaak waarom het ging betreft: drs. P. de Vries schrijft in een artikel dat de ontwikkelingen in de Engelse kerken na zijn sterven wel duidelijk gemaakt hebben dat Spurgeon's beoordeling van de kerkelijke situatie volkomen juist was.
Opmerkelijk is dat juist Arminiaans gezinde tijdgenoten kritisch stonden tegenover elke belijdenis. Met deze anti-leerstellige houding baanden zij de weg voor de moderne theologie, waarin het geloof van elke konkrete inhoud ontdaan wordt.
Tenslotte is het opvallend dat Spurgeon in deze twist met name van gereformeerde belijders in de Anglicaanse kerk veel bijval kreeg, meer dan uit de kringen van de baptisten. Al deelden de gereformeerde christenen ("Evangelischen" genoemd, zie hoofdstuk 1. niette verwarren met "Arminianen" of "Remonstranten") binnen de Anglicaanse kerk Spurgeon's visie op de kerk niet, zij herkenden in zijn strijd wel hun eigen worsteling. Zo had Spurgeon goede kontakten met de rechtzinnige Anglicaanse bisschop J.C. Ryle
Een goede kant aan de zaak is in ieder geval geweest dat sommigen, met name predikanten, die al een eind mee waren gegaan in de neerwaartse beweging, daarvan terugkeerden, wakker geschud door de alarmkreten van Spurgeon.
Modernisme
Het Modernisme is een ontwikkeling binnen de kerken in de 19e eeuw met betrekking tot de woordelijke inspiratie van de Bijbel. Onder invloed van de Verlichting (18e eeuw) kregen steeds meer mensen moeite met de wonderen in de Bijbel, met de Godheid van Christus en met de opstanding. Allerlei bovennatuurlijke zaken werden niet meer geaccepteerd. Belangrijke Goddelijke waarheden werden steeds meer afgezwakt en in overeenstemming gebracht met het menselijk verstand. Er kwam ruimte voor Schriftkritiek, en daarmee werd het absolute gezag van de Heilige Schrift ontkend. Op de kansels in de Staatskerk in Engeland was ten tijde van Spurgeon welsprekendheid belangrijk, maar de boodschap ontbrak.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 maart 1992
Mivo +16 | 28 Pagina's