JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

De hervorming in Frankrijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De hervorming in Frankrijk

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mede door de verspreiding van Luthers geschriften won in Frankrijk de hervorming snel terrein. Tot in de hoogste kringen werden aanhangers gevonden van de "nieuwe leer". Zo hielp Margaretha van Navarre, de zuster van de franse koning, de hervorming te bevorderen!

Maar helaas koos de koning uit politieke overwegingen partij tegen de snel groeiende hervorming in zijn land. Evenals keizer Karel V, onze landsheer in die dagen, was ook Frans I beducht voor verdeeldheid in eigen land. In zijn visie was kerkelijke eenheid een eerste voorwaarde voor de politieke eenheid van zijn land.

In 1525 liet hij de inquisitie toe te Parijs en in 1529 werd het eerste doodvonnis voltrokken. Steeds systematischer werd de vervolging opgezet: zo kwamen er speciale rechtbanken om "ketters" te berechten. En in 1545 trokken zelfs gewapende machten op om de dorpen waar veel aanhangers van de "nieuwe leer" leefden, te verwoesten.

 

Invloed Calvijn

Het was in deze jaren dat Johannes Calvijn tijdens zijn studieverblijf te Parijs tot bekering kwam. Hoewel hij door de toenemende vervolging zijn vaderland moest verlaten en in Genève zijn levensbestemming vond, bleef hij toch grote invloed behouden op de gereformeerde kerk in Frankrijk. Vanuit Genève, dat een bolwerk werd van de gereformeerde leer, vonden Calvijns geschriften hun weg naar zijn vaderland. Zo droeg hij het voorwoord van zijn "Institutie" op aan de franse koning! Veel predikanten die aan zijn Academie waren opgeleid, mochten later hun werk verrichten in Frankrijk.

Hoewel ook de nieuwe franse koning Hendrik II (1547-'59) een fel bestrijder was van de hervorming, ontstonden toch overal gemeenten van "hugenoten" naar het voorbeeld van Genève. En in 1559 kon er zelfs in het diepste geheim een synode bijeen komen te Parijs. Hier werden twee geschriften aangenomen: de "Confessie Gallican", dat als officieel belijdenisgeschrift werd aanvaard en de "Discipline ecclésiastique" waarin de kerkinrichting en tucht werden geregeld. Ook hier bespeuren we weer heel duidelijk de invloed van Johannes Calvijn.

 

In politiek vaarwater

Sinds ongeveer 1560 gingen de franse calvinisten zichzelf "hugenoten" noemen. Hoewel de herkomst niet zeker is, nemen velen aan dat het hier gaat om de franse verbastering van het duitse woord "eidgenossen", wat eedgenoten of samengezworenen betekent. Bovendien duidt deze naam aan dat het hier om mensen ging die eventueel bereid waren om voor hun geloof naar de wapens te grijpen.

Ondanks felle vervolgingen waren de hugenoten toch in alle kringen van de maatschappij te vinden. Ook vooraanstaande personen, als bijvoorbeeld de admiraal Caspar de Coligny, gingen tot het calvinisme over. Begrijpelijk dat de hugenoten veel steun hadden van hun hooggeplaatste geloofsgenoten die aan het hof hun zaak bepleitten. Toen echter het belangrijke adellijke geslacht De Bourbon de zijde van de hugenoten koos, kwamen de hugenoten daarmee in politiek vaarwater terecht.

Het fanatiek rooms-katholieke geslacht De Guise streefde er namelijk naar om De Bourbons aan de kant te schuiven om zo hun invloed op de koning te vergroten. De Bourbons wensten natuurlijk hun macht en invloed aan het hof te bewaren en kwamen heftig in het geweer. Zo kwamen de hugenoten aan de zijde van de Bourbons terecht in een jarenlang durende reeks van hugenotenoorlogen tegen de rooms-katholieken onder de leiding van De Guises. Mede door de bezielende leiding van admiraal De Coligny wisten de hugenoten tenslotte een vrij gunstige vrede te verkrijgen. In 1570 werd deze vrede gesloten te Saint-Germain. De hugenoten kregen het recht van vrije godsdienstoefening, behalve in Parijs, en mochten in een viertal steden troepen legeren om in tijden van gevaar veiligheid te zoeken. Deze vrijsteden waren: La Rochelle, Montauban, Cognac en La Charité. De vrede leek zo verzekerd en de leider der hugenoten, Caspar de Coligny, werd zelfs één van de belangrijkste raadgevers van de koning.

 


Hoofdmomenten hervorming in Frankrijk

1517 Begin openbare optreden Luther. Veel van zijn geschriften verschijnen in Frankrijk.

1523 Nieuwe Testament in het Frans vertaald.

1525 Inquisitie toegelaten te Parijs. Toenemende geloofsvervolging.

1529 Eerste doodvonnis voltrokken te Parijs. 

1533 Bekering van Johannes Calvijn. 

1534 Calvijn moet Parijs ontvluchten.

1536 Eerste druk van Calvijns "Institutie"; opgedragen aan de franse koning Frans I. Begin van Calvijns werkzaamheden te Genève.

1545 Optreden tegen de Waldenzen.

1559 Synode gereformeerde kerk te Parijs:

— geloofsbelijdenis

— kerkorde


 

De Bartholomeüsnacht

Om de verzoening tussen de strijdende partijen nog meer zichtbaar te maken en te bekrachtigen, zou er een huwelijk plaats vinden.

De jonge hugenotenleider Hendrik van Bourbon zou trouwen met de zuster van de koning, Margaretha van Valois. Ter ere van deze bruiloft werden veel hooggeplaatste hugenoten uitgenodigd naar Parijs te komen. De sluwe moeder van de koning, Catherina de Medici, vond echter dat de invloed van de hugenoten te groot werd en beraamde een plan om zich van hen te ontdoen. In de verschrikkelijke Bartholomeüsnacht van 23 op 24 augustus 1572 werd de zorgvuldig beraamde massamoord uitgevoerd. Ook admiraal De Coligny werd omgebracht. De volgende dag gaf de koning opdracht om ook in andere delen van het land de hugenoten uit te roeien. Men schat dat in deze dagen na de "bloedbruiloft" tussen de 25.000 en de 100.000 hugenoten zijn vermoord. Toen de paus het hoorde, liet hij uit dankbaarheid een plechtig Te Deum zingen! 

Overal grepen de verbitterde hugenoten opnieuw naar de wapens. Onder leiding van Hendrik van Bourbon ontbrandt een nieuwe hugenotenoorlog. In 1589 wordt de koning vermoord en daarmee is het oude koningshuis uitgestorven. Hendrik van Bourbon is dan de meest aangewezen opvolger! Omdat de roomse partij hem niet wil erkennen, volgen er nog vier jaren van strijd. Om een einde aan de burgeroorlog te maken en de macht te krijgen over het hele land besluit Hendrik van Bourbon om over te gaan tot de rooms-katholieke kerk. Volgens de overlevering zou hij gezegd hebben: "Paris vaut bien une messe" (Parijs is wel een mis waard). Zo kwam er een einde aan de hugenotenoorlogen.

 


De paus draagt een mis op uit dankbaarheid

Ook in het buitenland reageerden de katholieken verheugd. Van de Spaanse koning Filips II wordt gezegd, dat het nieuws van het bloedbad hem voor de eerste en laatste keer in zijn leven aan het lachen maakte. De paus verklaarde, dat het bericht hem meer genoegen deed dan vijftig overwinningen op de (mohammedaanse) Turken. Op 8 september droeg hij in Rome een mis uit dankbaarheid op 'voor de grote gunst die God had verleend! In deze mis kwam het volgende gebed voor:

'Almachtige God die zich keert tegen de hoogmoedigen en genade verleent aan de nederigen, wij betuigen U onze hoogste lof, omdat U uit zorg voor het geloof van Uw dienaren hun een schitterende overwinning hebt geschonken op de trouweloze tegenstanders van de katholieke bevolking. Wij smeken U nederig hiermee voort te gaan. In de naam van Christus, willig ons gebed in.'


 

Het edict van Nantes (1598)

Zo was de hugenotenleider Hendrik van Bourbon rooms-katholiek koning van Frankrijk geworden onder de naam: Hendrik IV. Toch vergat hij zijn vroegere geloofsgenoten niet, want op 13 april 1598 vaardigde hij het "Edict van Nantes" uit.

"Om geen aanleiding tot onrust en twist tussen onze onderdanen te laten voortbestaan, hebben wij toegestaan en veroorloven wij aan de aanhangers van de Gereformeerde religie in alle steden en plaatsen van ons koninkrijk ... te leven en te wonen, zonder dat daar naar hen wordt gezocht of ze worden bemoeilijkt, lastig gevallen en gedwongen iets tegen hun geweten te doen.

Wij beloven de aanhangers van genoemde religie de uitoefening daarvan nu en voortaan in alle steden en plaatsen onder onze macht, waar deze uitoefening plaats had in het jaar 1596 en in het jaar 1597 tot het eind van de maand augustus.

Wij verbieden aan al onze onderdanen ... door geweld of overreding kinderen van aanhangers van genoemde religie tegen de wil hunner ouders weg te halen en ze in de rooms-katholieke leer te laten dopen of vormen.

Wij bevelen dat geen onderscheid gemaakt worde met het oog op de genoemde religie wat betreft het toelaten van scholieren aan universteiten, in colleges en op scholen; evenzo waar sprake is van opname van zieken en armen in hospitalen en gasthuizen, of van publieke ondersteuning. Alle ambten en waardigheden in de staat mogen door de Gereformeerden worden bekleed."

Hoewel het rooms-katholicisme dus staatsgodsdienst bleef, werd toch in bijna honderd artikelen aan de hugenoten een verregaande vrijheid van godsdienst en burgerlijke gelijkheid met de rooms-katholieken gegarandeerd. Overal waar hun godsdienst al werd uitgeoefend, ze bezaten toen 951 kerken, mochten ze blijven en op beperkte schaal werd het wel toegestaan om ook elders te prediken.

Wel bepaalde het edict dat op plaatsen waar de katholieke eredienst verhinderd was geweest, deze hersteld moest worden.

Verder kwamen er bijzondere kamers in een aantal gerechtshoven om voortaan de geschillen tussen katholieken en protestanten te beslechten. Erg belangrijk was natuurlijk dat voortaan alle ambten voor de hugenoten openstonden. Een unieke situatie in het Europa van de zestiende eeuw, waar overal elders aanhangers van de "nieuwe leer" te vuur en te zwaard werden vervolgd.

Bovendien ontvingen de hugenoten, in een aantal geheime artikelen die aan het edict waren toegevoegd, als waarborg het recht een aantal steden te versterken en een leger onder de wapenen te houden. Meer dan tweehonderd grote en kleine plaatsen, waaronder zeventig verdedigbare en sommige sterke als La Rochelle, Montpellier en Saumur, werden protestantse vrijplaatsen!

Hoewel er onder de regering van Hendrik IV kleine wrijvingen waren over het Edict van Nantes, heeft het in die periode toch gewerkt en betekende het een zegen voor de hugenoten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 1985

Mivo +16 | 24 Pagina's

De hervorming in Frankrijk

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 1985

Mivo +16 | 24 Pagina's