JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Samuël geboren en naar de tabernakel gebracht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Samuël geboren en naar de tabernakel gebracht

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Elk jaar gaat Elkana met zijn gezin naar de tabernakel om te offeren. Samen met zijn twee vrouwen, Hanna en Peninna, is hij ook nu weer in Silo. Hanna die geen kinderen heeft, gaat alleen naar de tabernakel om te bidden. Terwijl Hanna bidt, huilt ze. Ze heeft verdriet omdat ze geen kinderen heeft en ze bidt de Heere nu om een zoontje.
Eli, de priester, is ook in de tabernakel. Hij ziet Hanna en kijkt naar haar mond. Hij ziet haar lippen bewegen, maar hoort niets. Vreemd, ze bidt niet hardop, zoals alle andere mensen altijd doen. "Zou ze dronken zijn?", denkt Eli. Maar dat heeft hij mis. Hanna vertelt hem dat ze erg verdrietig is en alles aan God verteld heeft. Dan zegt Eli: "Ga heen in vrede, en de God Israëls zal uw bede geven, die gij van Hem gebeden hebt."
Een jaar later houdt Hanna een zoontje in haar armen. Waar ze zo lang om heeft gebeden, heeft ze nu van God gekregen. Ze geeft haar zoontje de naam Samuël, want dat betekent: 'van de Heere gebeden'. Een paar jaar gaat Hanna niet mee naar Silo. Ze blijft thuis om voor Samuël te zorgen. Als hij ongeveer drie of vier jaar oud is, neemt ze hem mee naar Silo. Samen met hem gaat ze naar de tabernakel waar Eli ook is. Hanna laat Samuël aan Eli zien en zegt: "Dit is mijn zoon waar ik om gebeden heb in de tabernakel. Ik heb toen aan de Heere beloofd dat ik deze zoon zal geven voor Zijn dienst." Hanna geeft Samuël aan Eli om hem te laten dienen in de tabernakel van God. Hanna en Elkana gaan weer naar huis, maar Samuël blijft in de tabernakel.

Eli heeft twee zonen, Hofni en Pinehas. Ook zij dienen in de tabernakel. Maar het zijn geen priesters die eerbied voor God hebben. Ze zijn egoïstisch. Het beste van de offers die voor God zijn, nemen zij voor zichzelf. Eli is al oud. Hij waarschuwt zijn zonen wel, maar ze luisteren niet naar hem. Eli straft ze niet, maar laat het toe. In deze omgeving leeft Samuël ook. Elke dag ziet hij de zonden van Hofni en Pinehas. Het zijn geen goede voorbeelden voor hem. Maar er staat in de Bijbel dat Samuël diende voor het aangezicht van de Heere. Hij blijft trouw aan de dienst van God, ondanks de slechte voorbeelden. Van jongs af aan bewaart God Samuël er voor dat hij niet meedoet met de 2 zonen van Eli, maar trouw blijft aan Zijn dienst.


Samuël en... jij

Samuël leeft in een wereld vol zonde en slechte voorbeelden om hem heen, maar hij blijft de Heere dienen. Al vroeg zoekt hij de Heere en al vroeg vindt hij Hem.
Ook wij leven in een even zondige wereld, De voorbeelden om ons heen zijn vaak niet om na te volgen. Wat is het soms moeilijk om niet mee te doen met de wereld. Het lijkt allemaal zo mooi en je valt zo op als je anders doet. Maar toch is alles van deze wereld van voorbijgaande aard. Samuël had echter een nieuw hart. En dat is toch nog veel mooier én het is blijvend. Daarom... zoek Gods aangezicht, want die Hem vroeg zoeken, zullen Hem vinden (Spreuken 8: 17).


Hofni en Pinehas

Elkana bracht elk jaar een dankoffer. Bij het offeren van zo'n dankoffer werd alleen het vet van het vlees voor de Heere verbrand. De schouder en de borst van het dier waren daarna voor de priesters. De familie die het offer bracht, at tijdens de offermaaltijd de rest van het vlees.
Hofni en Pinehas waren de priesters die voor het volk moesten offeren. Maar ze bemoeiden zich er niet mee. Ze wilden echter wel hun loon hebben. Daarom stuurden ze een jongen, een knecht, naar de familie die kwam offeren. Met een krauwel, een drietandige haak, sloeg hij in de vleespot en alles wat er aanzat nam hij mee voor de priesters. En dat werd niet alleen gedaan als de priesters eten nodig hadden, maar het werd gedaan bij alle mensen die kwamen offeren. Zo bestalen ze God en de mensen. En als de mensen de jongen geen toestemming gaven om het vlees te nemen, werden ze gedwongen omdat er anders geweld gebruikt zou worden. Is het een wonder dat hierdoor de priesters zelf er de oorzaak van waren dat het offeren bespottelijk gemaakt werd en dat de mensen de offerdienst gingen verachten?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 augustus 1989

Mivo +12 | 20 Pagina's

Samuël geboren en naar de tabernakel gebracht

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 augustus 1989

Mivo +12 | 20 Pagina's