JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Smytegelt als......boeteprediker

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Smytegelt als......boeteprediker

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Smytegelt behoort tot de beweging die we "De Nadere Reformatie" noemen. Samen met predikanten als Teelinck, a Brakel, Udemans, Hellenbroek, Immens, Van Lodenstein, Koelman en anderen probeert hij de beginselen van de Reformatie doorwerking te laten hebben in het dagelijks leven. Zonder schroom wijst Smytegelt de zonden van zijn hoorders aan. Toen hij vijfentwintig jaar in Middelburg stond, zei hij in zijn gedachtenispreek:

"We hebben wel gezien die zo weerspannig waren, die, als wij onverwachts kwamen prediken, wanneer zij een ander meenden te zullen horen, op het zien van ons weer uit de kerk gingen. Ja, wij hebben er wel gezien, die zeiden: ik hoor niemand meer ongaarne, hij heeft hier veel te lang gestaan. Menigeen zei: ik wil hem zelf niet horen, noch toelaten dat de mijnen hem horen. En dat vertellen zij nog als een heldenstuk. Hebt ge geen lust om ons te horen? Hoort onze medebroeders; wij wensen u daar van harte zegen onder".

Over de opvoeding van de kinderen zegt hij in een catechismuspreek over zondag 39:

"Gij zegt wel dat uw kinderen voeding en dekking hebben, maar soms zo weinig dat zij genade mogen ontvangen. Gij zorgt dat ze een stuk brood hebben, maar niet dat ze een kruim genade ontvangen. Als de kinderen tot hun verstand komen, dan wordt er gezegd: voor een goede verdienste moet ook gezorgd worden, maar er moet ook gezorgd worden dat ze uit- en inwendig worden opgekweekt voor God. . . Verbittert uw kinderen niet door steeds te zeggen dat alles wat ze doen, verkeerd is. Geef hun vooral niet een slecht voorbeeld. . . Neem hen mee naar Gods huis".

Sterk dringt Smytegelt aan om de zondag als de dag des Heeren te besteden:

"Laat ons ook 's zondags na de kerk in ons huis onder onze huisgenoten stil bidden en danken, overdenken en herkauwen 't geen wij gehoord hebben. Dan niet uitrijden gaan, lopen of wandelen op singel en wandelplaatsen buiten, geen tuinen gaan bezien of andere vermaken nemen. Maar hoe gaat het nu? Plezier maken, wandelen. De sabbat en rustdag is een visitedag geworden. Men houdt niet van preken; 't Is een smuldag. De dronkaard zit bij zijn drank, 't is een versnipperde dag. Men kan niet opstaan 's morgens. Komt men nog in de kerk, men heeft juist overdadig gegeten, 't is een pretdag. Een uitgaansdag. Koets en paarden moeten rollen. De jachten en schepen moeten varen."

In 1702 willen de Middelburgse regenten een nieuwe belasting invoeren. Zij vragen hiervoor de steun van ds. Smytegelt. In een boetepreek spreekt hij de regenten aan:

"Gij regenten, zo gij de stadsmiddelen werkelijk oneerlijk hebt verwaarloosd, moet gij worden vervolgd en bestraft."

De mensen in de kerk hoorden zo de boetepreek tot de hoge heren uit Smytegelts mond. Maar hij richt zich niet alleen tegen de regenten. Aan het eind van de dienst weigert hij de gemeente te zegenen: "Hoe zou ik een volk dat tegen zijn wettige overheid wederspannig is, de zegen kunnen geven?" Zonder de zegen te geven, verlaat hij de preekstoel. Diep onder de indruk blijft de gemeente in de kerk zitten. Het volk weigert de kerk te verlaten. Hun predikant wordt teruggeroepen uit de kerkeraadskamer. Dan spreekt ds. Smytegelt voor de berouwhebbenden alsnog de zegen uit.


Om over te praten

1. Op deze bladzijden staan enkele uitspraken uit preken van ds. Smytegelt. Probeer eens in eigen woorden te zeggen wat er staat. Hebben die uitspraken voor onze tijd ook nog iets te zeggen?
2. Wanneer en hoe moeten dominees de zonden van onze tijd aanwijzen?


Smytegelt en de overheid

Toen Smytegelt nog maar net in Goes stond, werd de stad belegerd door de Prins van Oranje. Burgemeesters wilden zelf rentmeesters over de stad benoemen in plaats van dit aan de baljuw, de afgevaardigde van de Prins, over te laten. Tijdens de belegering kwam het volk in opstand tegen de stadsoverheid. Vanaf het bordes van het gemeentehuis sprak Smytegelt de oproerige menigte toe. Hij had zoveel gezag onder het volk, dat hij het oproer wist te bezweren. Nadat de rechten van de Prins waren hersteld, werden de burgemeesters verbannen.  Ondanks dat Smytegelt een aanhanger van de Prins was, bracht hij toch pastorale bezoeken aan de burgemeesters.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 1988

Mivo +12 | 24 Pagina's

Smytegelt als......boeteprediker

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 1988

Mivo +12 | 24 Pagina's