Kerstprogramma
Zingen: Psalm 150: 1
Gebed
Schriftlezing: Mattheüs 1 vers 18 - 25
Zingen:
Dit is de dag die God ons schenkt
Waaraan thans ieder Christen denkt
Hem viere wat in 't groot heelal
door Jezus is en wezen zal.
2e Schriftlezing: Lukas 2 vers 1-17
Zingen: Stille nacht, Heilige nacht.
Declamatie
Gods schone schepping werd door ons ontluisterd,
Wij hoorden naar de eerste leugenaar
Die door de slang had ingefluisterd:
"Wat God gezegd heeft, is niet waar.
Wij namen, aten....., alles werd verduisterd.
De wereld was niet vredig meer, en klaar.
Wij werden door een enge band gekluisterd.
Gevangen door de helse moordenaar.
In deze nood liet God ons horen,
Er is een weg, die tot het leven leidt.
Ik heb uit Eva's zaad een Man verkoren,
Die zal voldoen aan Mijn gerechtigheid.
Hij zal de werken van de hel verstoren
De vijand vellen, in een harde strijd.
Ik heb de wereld lief, die ligt verloren,
en in Mijn Zoon, vind gij uw zaligheid.
Orgel: Psalm 98 vers 2: Hij heeft gedacht aan Zijn genade.
Declamatie
Eens kwam uit het grote keizerpaleis
Een knecht het bericht vertellen
Gaat alle mensen nu op reis
De keizer wil u tellen
En overal van ied're kant
Trekken mensen door het land.
Ook Jozef en Maria gaan
Heel lange, lang wegen,
Ze komen steeds meer achteraan
Is alles hun nu tegen?
"Maria kom, we zijn er nu"
zegt Jozef: "k Zoek eerst een plaats voor U".
Er is geen plaats, maar in de stal
Daar kunnen ze wat rusten.
Ze liggen op een bed van hooi.
Arm? Nee het wordt opeens heel mooi !
Want in die stille, donkere nacht
Komt het Kind zolang verwacht.
Zingen: Psalm 72: 1
KERSTVERHAAL: "Keizer Augustus of Koning Jezus"
Zingen: Gebed des Heeren: 3 en 9
Declamaties
En het geschiedde in diezelfde dagen, dat er een gebod uitging van de keizer Augustus, dat de gehele wereld beschreven zou worden. Gehoorzaam aan Augustus eis, gaan ook Maria en Jozef op reis. Een lange tocht wordt afgelegd, naar de stad, door Micha reeds voorzegd: En gij, Bethlehem Efratha! zijt gij klein om te wezen onder de duizenden van Juda? Uit u zal Mij voortkomen, die een Heerser zal zijn in Israël, en Wiens uitgangen zijn van ouds, van de dagen der eeuwigheid.
Bij aankomst bleek al gauw:
Er was geen plaats voor deze man en vrouw.
Geen plaats, geen aardse woning,
Maar een kribbe voor de hemelkoning.
En het geschiedde als zij daar waren, dat haar dagen vervuld werden, dat zij baren zou. En zij baarde haar eerstgeboren Zoon, en wond Hem in doeken, en legde Hem neder in een kribbe, omdat voor hen geen plaats was in de herberg. Ons hart heeft ook geen plaats voor Hem Al horen wij zo vaak Zijn stem. Nu laat de Heere ons wéér horen: Er is een Koningskind geboren.
Blokfluit of orgel: Een licht zo groot zo schoon (Lofz. v. Simeon).
Samenspraak
Stem 1: Weet je dat keizer Augustus eigenlijk Octavianus heette? Ja, dat hij zich zelfs wel eens "de goddelijke" liet noemen: "Divus Augustus". Hij wilde God zijn.
Stem 2: Wel, dat zit alle mensen in het hart. Wij kronen onszelf ook graag tot koning, en de satan fluistert het in.
Stem 1: Ja, maar we hadden het over Augustus. En die zei: "Ik ga mijn volk tellen, want dat is van mij".
Stem 2: Dat zegt de satan ook! Hij zegt: "Jullie hebben allemaal zelf voor mij gekozen. Jullie staan op mijn lijst!"
Stem 1: Je hebt gelijk. Dat is een mooie vergelijking. En wie op de lijst van de satan staat, die kleeft aan het aardse goed. Dat zie je bij Augustus. Hij telt de mensen om belasting te kunnen heffen. Het is een dienst van geld en goud!
Stem 2: Bij de geboren Koning is het precies andersom. Hij zegt: "Ik ben gekomen om te dienen"; "Het is zaliger te geven, dan te ontvangen".
Stem 1: Inderdaad, Augustus gaf niets weg, maar verrijkte zich alleen maar, ten koste van zijn onderdanen.
Stem 2: Maar de Koning der Koningen is arm geworden voor Zijn onderdanen. Om armen rijk te maken en met goederen te vervullen.
Orgel: Psalm 72: 11: Zijn Naam moet eeuwig d' eer ontvangen
Declamatie
In opdracht van Augustus' stem
moesten Jozef en Maria naar Bethlehem.
Maar met Gods beschrijving is het anders gesteld
Zijn onderdanen zijn van eeuwigheid geteld.
Gij hebt, wijl niets Uw oog weerhoudt,
Mijn ongevormden klomp beschouwd;
Ja Gij, wiens wijsheid nimmer faalt,
Had mijn geboortestond bepaald;
Eer iets van mij begon te leven;
Was alles in Uw boek geschreven. (Psalm 139: 9)
God zal ze zelf' bevestigen en schragen,
En op Zijn rol, waar Hij de volken schrijft,
Hen tellen als in Israël ingelijfd,
En doen de naam van Sions kind'ren dragen.
(Psalm 87: 4)
Het boek des geslachts van Jezus Christus, den Zoon van David;
En Juda gewon Eares en Zara bij Thamar;
En Salmon gewon Boaz bij Rachab;
En Boaz gewon Obed bij Ruth;
En Obed gewon Jessaï;
En Jessaï gewon David;
En Jakob gewon Jozef, de man van Maria, uit welke geboren is JEZUS, gezegd CHRISTUS.
Zingen: Psalm 56: 4
Samenspraak
Stem A: Keizer Augustus beveelt hard en streng: "Komt allen en ik zal u tellen! Duizenden gaan slaafs tot hem en geven hun naam en adres op.... Vertellen wie ze zijn en wat ze hebben. Er wordt genoteerd waar ze vandaan komen en wie hun ouders zijn. Ook de namen van de kinderen worden bijgeschreven. Kom, zegt Augustus, en daarna zal ik belasting heffen.
Stem B: Ik hoor de Heere zeggen: "Mijn last is licht en Mijn juk is zacht. Komt allen tot Mij die vermoeid en belast zijt".
Stem C: Ja, en er zullen er zijn uit het Noorden, en uit het Oosten en uit het Westen en uit het Zuiden. En in het boek Openbaringen staan ze uit alle talen, tongen, volken en natiën. Ze zijn geteld.... hoofd voor hoofd.
Stem A: Daarom is de vraag zo belangrijk: Keizer Augustus of Koning Jezus. Het koninkrijk der duisternis of het koninkrijk des lichts. Er zijn twee beschrijvingen, twee vorsten en twee uitkomsten.
Stem B: De kroon van Augustus verwelkt, maar de gloriekroon van Davids grote Zoon bloeit eeuwig.
Stem C: Dat wil niet zeggen dat Christus' onderdanen het hier op aarde altijd zo gemakkelijk hebben. De Heere zegt: Ze hebben Mij vervolgd, zij zullen het u ook doen.
Stem B: Maar Christus zegt: "En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot aan de voleinding der wereld".
Stem A: Daarom geldt vandaag nog steeds deze kerstboodschap: Vreest niet, want ziet, ik verkondig u grote blijdschap, die al de volken wezen zal. Namelijk dat u heden geboren is de Zaligmaker, welke is Christus de Heere, in de stad Davids.
Zingen: Psalm 118: 13
VRIJ VERHAAL
Zingen: Ere zij God
Sluiting
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 1977
Mivo -16 | 31 Pagina's
