De eredienst
A Overzicht van de stof bij het te behandelen Bijbelgedeelte
Na de ballingschap is het volk van de Israëlieten teruggekeerd naar Jeruzalem. De poorten en muren worden herbouwd. De Israëlieten komen bij elkaar in een kerkdienst op straat. Ezra is de voorganger. Links en rechts van hem staan de Levieten. Ezra leest het boek der wet van Mozes. Hij staat op een getimmerde stoel. Het is voor het eerst dat in de Bijbel sprake is van een kansel. Ezra loofde de Heere en al het volk antwoordde: Amen. Amen. De gemeente knielt neer, buigt het hoofd en aanbidt de HEERE (vs. 7). Dan gaan de Levieten de wet uitleggen. De opdracht van de voorganger is: „Deze dag is de HEERE, uw God, heilig, bedrijft dan geen rouw, en weent niet." Als de gemeente de wet hoort, beginnen ze te huilen. De voorgangers wekken de gemeente op: „Deze dag is onze Heere heilig, zo bedroeft u niet, want de blijdschap des Heeren, die is Uw sterkte." Ze moesten ook denken aan degenen die er niet bij konden zijn. Die moesten ze ook eten en drinken geven.
B Hoe ga jij naar de kerk?
Ik ga een verhaal vertellen van 3 jongelui. Ik zal ze even voorstellen. De ene heet: Sylvia Trechter, no. 2 heet Mieke Zeef, de derde is Jan Spons.
Het is zondagmorgen. Sylvia Trechter zit in de kerk. Ze luistert niet. Ze denkt eraan dat het bijna vakantie is. Ze bedenkt allerlei plannen. Als het „Amen" klinkt, schrikt ze op uit haar gedroom. Als ze uit de kerk komt weet ze niets van de preek.
Mieke Zeef zit in de kerk. De preek gaat over de Goede Herder. Mieke vindt het wel mooi. Ze vindt het zingen fijn. Ze heeft onder de dienst ook nog wel tijd om aan andere dingen te denken. Uit de kerk komt een meisje naast haar lopen. „Mieke, wat ga jij doen in de vakantie? Ik ga naar Zwitserland." Mieke is hevig geïnteresseerd. Ze denkt niet meer aan de preek. De hele week niet meer. Daarom heet dit meisje Mieke Zeef. En zo gaat het iedere week.
Jan Spons zit in de kerk. Hij luistert goed naar de preek van de Goede Herder en het verloren schaap. 's Avonds voor hij gaat slapen leest hij het verhaal nog eens in zijn bijbeltje na. De volgende dag fietst hij met een jongen uit zijn klas naar school. Dirk is pas bij hem op school. Dirk vertelt: „Joh, de voetbalwedstrijd gister, die was spannend: Feyenoord-Madrid. Heb jij het ook gezien?" Jan zegt met een kleur: „Ik ga altijd naar de kerk als het zondag is". Dirk verbaasd: „wat is daar nou aan. Wat hoor je daar dan?" Dan vertelt Jan van de Goede Heer en het verloren schaap. Dirk had er nooit van gehoord. Als het zaterdag is denkt Jan: zou de dominee weer zo mooi preken morgen? Ik hoop van wel. (Jan lijkt op die spons. Wat hij in de kerk hoort onthoudt hij. Net als de spons die vol water komt als je hem onder water houdt. Hij vertelt ervan aan anderen. De spons wordt weer leeg).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 1975
Mivo -16 | 10 Pagina's
