Handleiding 4a: Joas

Toelichting op het thema
Dit jaar wordt in Kompas het thema ‘Kinderen in de Bijbel’ behandeld. Het thema van dit verhaal is ‘God houdt Zijn verbond’. Hij bewaart Joas, de laatste nakomeling uit het huis van David. God houdt getrouw Zijn Woord.

Doel van de vertelling
In deze vertelling geven we de kinderen vooral mee dat God getrouw Zijn belofte houdt. De satan doet veel aanvallen op de verbondslijn, maar God houdt Zijn belofte. Hij heeft immers beloofd dat eens uit Davids huis de Zaligmaker geboren zou worden.

Introductie van het thema voor de kinderen
Besteed in het gebed aan het begin van de avond aandacht aan vervolgde christenen.
Voer een gesprek met de kinderen over christenvervolging.
Stel de volgende vragen:
- Weet je een land waar christenen vervolgd worden? (bv. Noord-Korea, landen in het Midden-Oosten)
- Krijgt de regering het voor elkaar om het christendom daar uit te roeien? (Nee; hoewel er soms veel mensen op de vlucht slaan of de kerk in het geheim samen moet komen, kan een regering het niet verhinderen dat Gods Koninkrijk wordt gebouwd).
- Hoe komt het dat het christendom niet uitgeroeid kan worden? (De Heere zorgt dat er steeds mensen zijn die Hem willen dienen. Hij houdt Zijn verbond).
Leg uit dat het eigenlijk het werk van satan is om de kerk te vervolgen. Hij probeert christenen zoveel mogelijk te verdrukken. Dat heeft hij altijd al gedaan. Eerst heeft hij geprobeerd ervoor te zorgen dat Jezus niet geboren kon worden. Nu verdrukt hij Jezus’ volgelingen.

Vandaag gaan we luisteren naar een verhaal waarin je hoort hoe de duivel probeert te bereiken dat Jezus niet geboren kon worden.

Zingen
Psalm 25:2
Psalm 105:5, 6 en 24
Psalm 140:1
Psalm 141:1, 2, 9 en 10
Psalm 143:10
Uit liedbundel ‘Tot Zijn eer’: God is getrouw, Zijn plannen falen niet
Lied ‘Kleine Joas’ uit bundel ‘Herders van Israël’ (www.prozamusica.nl)

Lezen
2 Kronieken 23:1-11
De geschiedenis van de kroning van Joas staat beschreven in 2 Koningen 11:1-21 en 2 Kronieken 22:10-23.

Kerntekst
En die ganse gemeente maakte een verbond in het huis Gods met den koning; en hij zeide tot hen: Zie, de zoon des konings zal koning zijn, gelijk als de HEERE van de zonen van David gesproken heeft (2 Kronieken 23:3).

Vertelling

Verschrikt kijkt prinses Joséba de knecht aan. “Is dat écht waar?”
“Ja mevrouw, Athalia wil alle prinsen uit het koningshuis van David laten doden! Ze zegt dat zij vanaf nu koningin is over Juda!”
Joséba kan het eigenlijk niet geloven. Nog maar zo kort geleden is koning Ahazia gestorven. En wil nu Athalia, Ahazia’s moeder, koningin worden? Ja, ze weet wel dat Athalia een goddeloze vrouw is. Ze is de dochter van Achab en Izebel, die vroeger koning en koningin waren in Israël. Zij hadden ervoor gezorgd dat veel mensen Baäl gingen dienen. Athalia had haar afgodsbeelden meegenomen naar Jeruzalem; ze wilde de Heere niet dienen.
Langzaam begint Joséba het te begrijpen. Athalia wil koningin zijn over het land. En ze wil er zeker van zijn dat er nooit een prins uit het huis van David zal komen, die zélf koning wil zijn. Daarom laat ze alle prinsen doden!
Joséba wordt bang. Hoe zal het nu verder gaan? Zullen Davids nakomelingen nu uitgeroeid worden? De Heere heeft toch gezegd dat er steeds een zoon uit de familie van David koning zal zijn over het land? Hij heeft het toch beloofd? En wat de Heere belooft, dat doet Hij toch?

Opeens weet ze wat ze moet doen. Het is levensgevaarlijk, maar het moet! Joséba begrijpt dat de Heere haar nu roept om één van de prinsen te redden.
Snel gaat ze naar de kamer in het paleis, waar de kleine Joas is, samen met zijn voedster, de vrouw die hem voor hem zorgt. Daar is de het prinsje, de jongste zoon van koning Ahazia. Hij is nog maar een jaar oud.
“Kom mee!” beveelt Joséba. De voedster staat op en volgt Joséba. Ze neemt Joas mee. “Ik verberg jullie in een slaapkamer; daar zal niemand jullie zoeken. Verstop je daar. Als we het prinsje veilig uit het paleis kunnen krijgen, kom ik jullie halen.”

De knechten van Athalia doen hun vreselijke werk... Eén voor één worden alle prinsen gedood.
Maar Joas vinden ze niet.
Ze merken het niet, als Joséba het jongetje uit het paleis haalt...
Ze merken het niet, dat hij naar de tempel wordt gebracht…
Ze merken niet dat Joséba hem in één van de kamers bij het tempelplein verstopt...
Joséba gelooft vast dat het prinsje daar veilig is. Veilig, omdat God beloofd heeft dat steeds een zoon uit het huis van David koning zal zijn. Veilig omdat God altijd Zijn belofte houdt. Veilig omdat God beloofd heeft dat eens de gróte Zoon van David zal komen, Die de Zaligmaker zal zijn. ‘God zal Zijn waarheid nimmer krenken, maar eeuwig Zijn verbond gedenken’.

Zes jaar lang zorgt Joséba samen met hogepriester Jojada voor Joas. Dan is de tijd gekomen dat de Heere zal laten zien dat Hij regeert. De tijd van Joas’ kroning breekt aan.
In het geheim roept Jojada de oversten van de paleiswachters bij zich. Ook de leiders van een aantal groepen Levieten en de oudsten van de belangrijkste families uit Juda roept hij bij zich. Het zijn allemaal mensen die eigenlijk niets van koningin Athalia moeten hebben. Ze verlangen allemaal terug naar de tijd toen er nog een zoon van David op de troon zat.
Als ze allemaal gekomen zijn, begint Jojada te spreken. “We moeten volledig geheim houden wat we hier gaan bespreken. Met uw hulp wil ik het koningshuis van David herstellen!”
De mannen kijken elkaar verbaasd aan. “Maar Jojada,” zo spreekt één van de mannen, “dat kan toch niet? Athalia heeft toch alle prinsen uit het huis van David laten doden?”
“Nee hoor,” zegt Jojada, “Athalia denkt dat ze alle prinsen heeft laten doden, maar dat is niet zo. Eén prins, Joas, is in leven gebleven. Hij is al die jaren verborgen gehouden. Ik zal hem u laten zien. En ik zal u ook vertellen wat mijn plan is!”
De mannen zijn totaal verrast.
Jojada vertelt verder. “Als het sabbat is, zullen er mensen uit Juda naar de tempel komen. Ik denk dat het dan een goed moment is om Joas tot koning te zalven. Maar voor we dat gaan doen, wil ik voor het aangezicht van de Heere een verbond met u sluiten. Zweer bij de Naam van de Heere dat u trouw zult zijn aan Joas en dat u alles zult doen om hem koning te maken.”
Alle mannen leggen de eed af. Dan laat Jojada Joas binnenkomen. Daar is de jonge prins Joas. Hij is zeven jaar oud. Er is toch nog een prins uit het huis van David overgebleven! Wat is de Heere goed geweest! Hij heeft woord gehouden. Hij houdt Zijn verbond.
Nu legt Jojada zijn plannen verder uit. “Op de sabbat moeten alle paleiswachters naar het tempelplein komen. U houdt uw wapens in uw hand en u vormt een dichte rij om de koning heen. En als iemand probeert door de rij heen te komen, dan moet u hem neerslaan. Alle Levieten moeten ook naar de tempel komen. Ook zij moeten rond de koning gaan staan.”

Als het sabbat is, gebeurt alles precies zoals Jojada heeft gezegd. Alle paleiswachters en Levieten stellen zich op het tempelplein op. Iedereen kijkt verwonderd toe. Wat is hier aan de hand?
Dan brengt Jojada de jonge Joas naar het tempelplein. Het wordt stil... Iedereen kan zien hoe Jojada de kroon neemt en de wet van de Heere. Want elke koning is verplicht om zich aan Gods wet te houden! Dan tilt Jojada de kroon op en zet hem op het hoofd van Joas. Hij legt een koninklijk kleed over Joas’ schouders. Hij neemt ook een kruikje met heilige zalfolie en giet het leeg boven Joas’ hoofd. Dan klinkt luid zijn stem: “Ik zalf u tot koning over Juda!”
Op dat moment beginnen de paleiswachters en de Levieten te juichen. “Leve de koning!” roepen ze. En het volk doet mee. “Leve de koning!”
Jojada dankt de Heere. “Geloofd zij de HEERE!” Hij geeft Juda weer een koning uit de familie van David. Daar staat Joas. Jaren was hij verstopt. En nu al die mensen om hem heen en dan koning…? Hoe moet dat gaan? Hoe zou jij dat doen? Met de Heere kan je zo’n moeilijke taak tóch aan.

In het paleis kijkt koningin Athalia verbaasd op. Wat hoort ze toch? Wat is dat voor een gejuich op het tempelplein? Daar moet ze meer van weten! Ze verlaat het paleis. Dan komt ze op het tempelplein en kijkt naar de tempel. Even is ze ademloos stil. Dan begrijpt ze het. Daar, bij de pilaar voor de ingang van de tempel, staat een jonge koning! En hij wordt heel goed bewaakt! Haar plannen zijn mislukt. Ze dacht dat ze alle prinsen had laten doden, maar één is ontkomen. En die hebben ze koning gemaakt in haar plaats!
“Verraad!” roept ze uit! “Verraad!” Ze wil snel terugvluchten naar het paleis, maar ze is al te laat. “Grijp haar!” beveelt Jojada. En dood haar in het paleis!
Athalia wordt bang. Is er niemand die haar helpt? Nee. Er is niemand. Ze wordt meegenomen naar het paleis en daar wordt ze gedood.
Jojada neemt Joas mee naar het paleis, naar zijn troon. Buiten juicht het volk. Er is weer een koning uit de familie van David! De HEERE heeft laten zien dat Hij groter is dan de goden van Athalia. Hij houdt zijn verbond!
De mensen van Juda gaan met elkaar naar de tempel van Baäl. Ze vernielen de beelden en breken de tempel helemaal af. Vanaf nu moet alleen de Heere gediend worden.

Joas zit op de troon in het paleis. Hij regeert het land, ook al is hij nog maar zeven jaar oud. De hogepriester Jojada helpt hem daarbij. Joas doet wat goed is in de ogen van de Heere en hij zorgt dat er ook geld komt om de tempel op te knappen.
Maar als Jojada sterft, gaat het mis... Een aantal oudsten van het volk wil graag weer de afgoden dienen. Joas vindt het goed. Dan keert de afgodendienst weer terug in Juda.

Jij kent vast ook mensen die de Heere dienen. Ze proberen je op de juiste weg te brengen en ze bidden voor je. Maar dat alleen is niet genoeg. Het is zo nodig dat je zélf de Heere leert dienen. Als je dat niet geleerd hebt, dan kun je niet op tegen de verleiding van de zonde, net als Joas.
Toch vergeet de Heere het volk van Juda niet. Hij had beloofd dat eens de Zaligmaker geboren zou worden, uit de familie van David. God houdt Zijn verbond. Hij doet wat Hij belooft.

Na het verhaal
Kom terug op het gesprek dat je vóór de vertelling met de kinderen hebt gehad.
Stel vragen als:
Hoe merkte je in het verhaal dat de duivel probeerde het werk van God te verhinderen?
- Hij probeerde alle prinsen te laten doden. Dan zou er geen koning uit Davids familie meer op de troon komen; dan zou Jezus niet meer uit die familie geboren kunnen worden.
- Hij verleidde Joas tot zonde, toen Jojada gestorven was. De mensen gingen de afgoden weer dienen en niet de Heere.
Hoe merk je in onze tijd dat de duivel probeert het werk van God te verhinderen?
Voorbeelden:
- Christenvervolging
- Iets dichter bij de kinderen: afleidende gedachten onder het bijbelverhaal, zuigkracht van media (filmpjes en spelletjes die niet goed zijn of waar je teveel tijd aan geeft), je laten verlangen naar andere dingen dan naar de Heere.

Achtergrondinformatie bij het Bijbelgedeelte voor leidinggevenden

De koninklijke familie
Zie hiervoor ook het origineel.

Athalia:
- Dochter van Achab en Izebel van het Tienstammenrijk
- Weduwe van koning Joram van het Tweestammenrijk
- Moeder van Ahazia, koning van het Tweestammenrijk
- Oma van Joas
Joram
- Getrouwd met Athalia
- Vader van Ahazia
Ahazia
- Zoon van koning Joram
- Halfbroer of broer van Joséba
- Gedood door Jehu van het Tienstammenrijk
- Vader van Joas
Joséba
- Dochter van Joram van het Tweestammenrijk
- Halfzus of zus van Joram
- Getrouwd met hogepriester Jojada
- Tante van Joas
Joas
- Zoon van Ahazia, neef van Joséba, kleinzoon van Athalia
- Zijn moeder heette Zibja

Kamers in de tempel
Rond de tempel in Jeruzalem waren verschillende kamers gebouwd. Ze werden gebruikt om spullen op te bergen die in de tempel werden gebruikt, of ook wel voor de priesters om er te overnachten. Joas is een aantal jaren in zo’n kamertje verborgen geweest.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen