Amos' leven
In het bijbelboek Amos wordt op slechts twee plaatsen over de persoon Amos gesproken (Amos 1:1 en 7:14). Amos kwam uit Thekoa, een plaatsje ongeveer 10 kilometer ten zuiden van Jeruzalem, dichtbij Bethlehem. Hij is veeherder, een woord dat in 2 Koningen 3:4 vertaald wordt met "veehandelaar". Nog beter benadert men de betekenis van het oorspronkelijke woord als men vertaalt: "veebezitter". Behalve dat Amos vee bezat, kweekte hij ook moerbeivijgen. Zijn moerbeivijgenbomen waren waarschijnlijk in de buurt van Jericho te vinden, want bij Thekoa was de grond hiervoor te schraal.
De Heere kan ieder in Zijn dienst gebruiken die Hij daarvoor bekwaam maakt. Dat blijkt bij Amos. Hij wordt "van achter de kudde" genomen (Amos 7:15) en krijgt bevel te gaan profeteren.
Zijn eenvoudige afkomst betekent niet dat hij geen wijsheid bezat. Uit zijn boek blijkt dat Amos dichterlijke gaven gekregen had en dat hij zijn gedachten op grootse wijze onder woorden kon brengen. De Heilige Geest inspireerde hem, gebruikmakend van de hem gegeven talenten.
Dat hij vertrouwd was met het leven op het land blijkt uit de vele beelden die "uit het leven" gegrepen worden (Amos 3:3-5; 4:1 en 2; 5:19; 6:12 e.a.).
Amos was dus afkomstig uit het rijk van Juda. Zijn profetische werkzaamheid had echter, evenals die van zijn tijdgenoot Hosea, betrekking op het Tienstammenrijk of het Noordrijk. Een enkele maal wordt ook Juda door hem aangesproken (Amos 2:4 en 6:1). Amos moet, op Gods bevel, Israël het oordeel aan gaan zeggen. Vanuit Juda wordt hij geplaatst in Bethel en Samaria om het volk op de zonden te wijzen.
Amos - zijn naam betekent 'lastdrager" - krijgt van Godswege deze last op zijn schouders. Dat het een last is geweest, blijkt uit het gebed dat hij voor zijn volk doet (Amos 7:2 en 5).
De zonde die het meest op de voorgrond treedt, is het feit dat de armen en sociaal-zwakken door de rijken en machtigen onderdrukt worden. De armen worden veracht en mishandeld en verkocht voor de kleinste zaken (Amos 2:6). Hij verwijt de machthebbers dat zij hun paleizen vullen met de opbrengst van het door hen gepleegde onrecht en geweld (Amos 3:10 en 5:11). Scherp bestraft hij de vrouwen die hun mannen stimuleren in het kwade (Amos 4:1). Hij laakt de handelswijze van de rechters, omdat zij de armen geen recht doen. Maar ook in godsdienstig opzicht heeft Amos zijn volk heel wat te verwijten. Hun godsdienst in Dan en Bethel is een overtreden tegen de Heere. Zij brengen hun offers alleen om er zelf beter van te worden: God is dan immers verplicht hen te zegenen!
Het is niet verwonderlijk dat zijn prediking tegenstand oproept. Deze tegenstand gaat zo ver dat zijn boodschap op een gegeven ogenblik niet langer wordt geduld. Het is de priester van Bethel, Amazia, die ingrijpt (Amos 7:10-17). Als Amos profeteert dat God tegen Jerobeams huis zal opstaan (Amos 7:9) wordt hij door Amazia beschuldigd van hoogverraad. Hij wordt het land uitgejaagd en krijgt van Amazia nog een sarcastische raad mee: "Ga maar naar je eigen land, vertel daar je praatjes maar, eet daar maar profetenbrood".
Amos reageert hierop door Amazia te wijzen op het feit dat hij helemaal geen broodprofeet is. Hij treedt op in opdracht van God. Die heeft hem tot profeet geroepen en wie zou dan niet profeteren? (Amos 3:8) Amos laat het niet bij deze "verdediging". Hij brengt Gods Woord ook in alle scherpte. Hij verkondigt Amazia dat bij het naderend onheil deze priester met zijn huis het ergste getroffen zal worden. Bovendien "zal Israël voorzeker uit zijn land weggevoerd worden". Toch mag Amos, na alle gerichtsaankondigingen, zijn boek eindigen met een belofte. De Heere zal een overblijfsel behouden en het koninkrijk van David herstellen. Het is de belofte van de Messias, Die Zijn rijk zal bouwen. De onderdanen van Hem zullen niet alleen Joden zijn, ook heidenen zullen onder Zijn heerschappij komen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1990
Mivo +16 | 24 Pagina's
