De bezetene van Gadara
Klotsend slaan de golven tegen het scheepje dat op weg is naar de overzijde van het meer. Het is het scheepje van de Heere Jezus en Zijn discipelen. Daar, aan de overzijde van de zee van Tiberias moeten ze zijn. Waarom gaan ze daar naar toe? De discipelen weten het niet. Hun Meester heeft hen er niets van gezegd. Toch weten ze dat Hij nooit iets doet zonder een bepaald doel, al is het voor één persoon... De discipelen weten wel dat aan de overzijde de streek Gadara ligt. Ook ligt daar een dorpje. Zou hun Meester daar naar toe gaan? Hoe dichter ze bij de oever komen, hoe duidelijker het wordt dat de Heere niet naar het dorpje zelf wil. De koers is gericht op een plek naast het dorp. Een ruige onherbergzame streek. Zonder aarzelen geeft de Heere Jezus het punt aan waar ze aan wal zullen gaan. Christus gaat recht op Zijn doel af! Als de discipelen uit het bootje stappen, kijken ze afwachtend om zich heen wat hun Meester nu van plan is. Ze zien alleen maar rotsgraven. Zou hier iemand wonen? Dan schrikken zij. Er verschijnt uit één van die graven een man. Bijna geen kleren heeft hij aan en vreemde kreten uit hij. De discipelen merken het direct, deze man is bezeten.
De discipelen hadden het nooit verwacht, maar juist deze man die niet meer in het dorp woont, die door de mensen verstoten is, juist deze man had God op het oog!
Samen praten over de weg van de Heere
1. De Heere gaat juist voor die ene man helemaal naar de overkant van meer.
a. Waarom mag je niet zeggen: "Dat is ook jammer van de kostbare tijd"?
b. Waarom zouden de discipelen het niet altijd eens zijn geweest met wat de Heere Jezus deed?
c. Ook in onze tijd gaat de Heere soms een wonderlijke weg om iemand te bekeren. Geef eens een voorbeeld.
d. Vaak komt dan de gedachte op: "God had het toch ook anders kunnen doen?" Mogen wij die vraag stellen?
2. God regeert over alle dingen.
a. Hoe staat dat in vraag 27 van de Heidelbergse Catechismus?
b. Noem een voorbeeld uit de Bijbel waaruit dat duidelijk blijkt.
c. Welke troost ligt er in de goddelijke zorg voor de gelovigen?
3. God had die bezetene op het oog. Van eeuwigheid al. God heeft van eeuwigheid besloten wie er zalig zullen worden.
a. Hoe wordt dit wel genoemd?
b. Hoe moeten we de verkiezing opvatten? Als iets positiefs of als iets negatiefs? Waarom?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1997
Mivo +12 | 24 Pagina's
