B Vertelschets +12

De Heere Jezus is de laatste keer voor Zijn sterven in Jeruzalem. teSf' Hij is in de tempel en leert het volk dat om hem heen staat. De vorige dag heeft Hij alle verkopers van vee de tempel uitgestuurd. Ook heeft Hij de tafels van de geldwisselaars omgekeerd. Het huis van Zijn Vader is immers geen huis van koophandel. Hier hoort eerbied te zijn inplaats van geschreeuw. Onder al de mensen die nu naar de Heere staan te luisteren zijn ook Farizeeën en overpriesters. Zij zijn

E1 kwaad op Hem. Hoe durft Hij dit alles te doen? Naar Hem willen ze niet luisteren. Nee, ze maken plannen -op Hem te doden. Maar wat is de Heere dan nog goed. Hij waarschuwt hen nog door een gelij-

D1 kenis te vertellen. Een rijke man die een huis met veel land

D4 daarbij heeft, laat op dit land een wijngaard planten. De grond wordt klaargemaakt, de druivestekken geplant en om de tuin een omheining gezet, om er voor te zorgen dat er geen rovers en dieren kunnen binnenkomen. In de tuin wordt een wijnpersbak gebouwd om de druiven te persen en een toren die dient als

E2 wachttoren. Het wordt een prachtige wijngaard waar alles aan gedaan is. Als hij klaar is gaat de rijke man niet zelf zijn wijngaard verzorgen, maar hij verhuurt hem aan enkele landlieden. Zij komen overeen dat de heer een deel van de opbrengst van de vruchten zal krijgen. De heer gaat dan zelf op reis en laat de wijngaard aan de landlieden over. Na verloop van tijd zijn de druiven rijp

Na verloop van tijd zijn de druiven rijp en de heer stuurt zijn knechten om zijn deel op te halen. Maar de landlieden hebben er helemaal geen zin in om de heer zijn deel te geven. Nee, ze pakken de knechten vast, slaan en gooien ze met stenen en doden er zelfs een paar. De heer zal nu wel kwaad zijn en de landlieden uit zijn wijngaard gooien! Haar nee, hij is zeer geduldig. Hij stuurt andere knechten, meer dan de eerste keer, om de landlieden te vermanen hun plicht te doen. Maar opnieuw zonder resultaat. Ook deze knechten worden gedood. Nu zal de heer de landlieden toch wel uit de wijngaard zetten? Nee, de heer is nog geduldig. Hij wil het nog eens proberen. Hij stuurt zijn enige geliefde zoon. Voor hem zullen ze toch wel eerbied hebben en hem de vruchten geven zo denkt de heer.

De landlieden zien de zoon al van ver aankomen en ze maken een plan. Als ze deze enige zoon doden, dan zal de erfenis, de wijngaard, voor hen zijn. Als deze zoon dan ook in de wijngaard komt en vraagt naar de huur, de vruchten, gooien ze hem buiten de wijngaard en doden hem. Ze laten hem daar onbegraven liggen.

"Wat zal nu de heer van de wijngaard doen?", vraagt de Heere Jezus. Op antwoord hoeft Hij niet lang te wachten. De boze landlieden doden en nieuwe landlieden voor zijn wijngaard zoeken die wel de huur zullen betalen, antwoorden de mensen. De overpriesters en Farizeeën weten ook het antwoord wel. toch zeggen ze niets. Ze kijken alleen met kwade gezichten want ze weten wel wat de Heere Jezus met deze gelijkenis bedoelt. Met de wijngaard bedoelt Hij het volk Israël en de Farizeeën worden met de boze wijngaardeniers vergeleken. Door de geschiedenis heen heeft de Heere Zijn knechten, Zijn profeten, gezonden. De profeten moesten het volk wijzen op de verwaarlozing van Gods dienst. Zij eisten dat het volk Israël zich zou bekeren tot God, zou wederkeren. Het volk gaat echter zijn eigen gang. En de Farizeeën die ook heen zouden moeten wijzen naar Gods dienst willen hun eigen eer niet loslaten en vervolgen de Heere Jezus daarom.

Wat zouden ze Hem nu graag grijpen en doden, want ze merken wel dat de Heere Jezus hun plannen kent. De boze wijngaardeniers-hebben de zoon gedood. En zó willen de Farizeeën de Heere Jezus doden. De Heere Jezus wil hen door de gelijkenis duidelijk maken dat ze dan de Zoon van God doden. De Heere waarschuwt hen hier nog maar ze willen niet luisteren. Ze willen niet in Hem geloven.

De Heere Jezus gaat nog verder. Hij zegt: "Farizeeën en overpriesters, jullie kennen Psalm 118 toch wel. Daar staat dat de bouwlieden van de tempel een steen als ongeschikt en onbelangrijk aan de kant gegooid hebben. En nu doen jullie net zo. Jullie verwerpen Mij. Jullie vinden Mij ongeschikt.

Maar er staat nog meer. Deze steen is de belangrijkste steen

D4 geworden. Het is de hoeksteen geworden waar verder de hele tempel op rust. Daar heeft de Heere voor gezorgd. En zo is het nu ook met Mij. Ik sterf wel maar Ik zal weer opstaan. Alleen door Mijn lijden en sterven kan het huis van God gebouwd worden. Daardoor kunnen nog zondige mensen zalig worden. En niet alleen maar Joden, nee mensen uit de hele wereld.

Twee mogelijkheden zijn er maar; ook voor jou en mij: Verachten wij de Heere Jezus, zijn wij met onszelf tevreden? Of mag je bij alle dingen die je doet weten: de hoeksteen, de Heere Jezus, is voor mij het allerbelangrijkste geworden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen