‘Kinderen zijn leengoed’
”Bij de opvoeding van de kinderen is het heel belangrijk hoe je zelf in het leven staat.” Dat zegt Gerard Leusink, vader van zeven kinderen, in leeftijd variërend van de basisschoolleeftijd tot jongvolwassen.
Gerard en zijn vrouw Annemarie stonden ruim twintig jaar geleden voor het eerst aan het doopvont. Dat was een moment waarop het echtpaar bewust ‘ja’ zei op de vraag of ze hun kinderen wilden opvoeden in de leer die naar de Schrift is. ”De Bijbel zegt in Spreuken: ”De vreze des Heeren is het beginsel der wijsheid.” Als ouder heb je dat onmisbaar nodig in de opvoeding van de kinderen. In principe probeer je de lijn aan te houden die je ouders aanhielden bij je eigen opvoeding. Dat kun je doen uit gewoonte, maar ook omdat de Heere dat van je vraagt. Dat besef leefde bij ons wel. Je legt voor de Heere een eed af, daar heb je heel getrouw mee om te gaan.”
Verschillen
Het echtpaar poogde vanaf het begin de kinderen bij Gods Woord op te voeden. ”We proberen als ouders een voorbeeld te zijn, maar geven de doopbelofte op andere manieren praktisch vorm. Met de jonge kinderen lezen we bij het naar bed brengen een stukje uit de Bijbel en een gedeelte uit een dagboek. Geleidelijk worden de kinderen zo oud dat ze dat zelf gaan doen. Daarnaast hebben het lezen uit de kinderbijbel, de Bijbelse geschiedenis en het bespreken van wat de Bijbel leert een plaats in ons gezin. En we proberen het onderwijs op de school en zondagsschool te ondersteunen.” Gerard merkt dat er tussen het ene kind en het andere grote verschillen bestaan in de reactie op geloofsthema’s. ”Dat merk je als je iets terugvraagt over de preek. De een kan meteen de kern weergeven, de ander komt pas na drie of vier keer doorvragen met een reactie. Dat heeft overigens ook te maken met wat je vraagt. Als ouder stel je soms wel eens vragen die dogmatisch best moeilijk zijn. Al sta je er dan soms versteld van welke mooie antwoorden er dan kunnen komen, vaak van de jongste kinderen.”
Gewaarschuwd
De kinderen in het gezin Leusink staan open voor onderwijs uit de Bijbel, zegt de vader. ”Dat zie ik als een zegen van de Heere. We hebben tot nu toe geen sterke weerstand ervaren. Al zijn er ook bij ons situaties geweest, waarin we de oudere kinderen moesten waarschuwen tegen bepaalde dingen. Het is best ingrijpend als je voor het eerst moet zeggen tegen je kind: ”We hebben je gewaarschuwd.” Het dienen van de Heere is een liefdedienst, maar dat betekent niet dat je soms niet scherp moet zijn richting je kinderen.”
Gerard vindt het wel eens aangrijpend te beseffen dat hij als ouder in geestelijk opzicht niet in staat is om zijn kinderen op te voeden zoals de Heere het eist in Zijn Woord. ”Maar het is ook tot troost dat de Heere ook daar vanaf weet. Er ligt niets buiten Zijn macht.” Gerard onderstreept het belang van het besef dat kinderen ‘leengoed’ zijn. ”De Heere zorgt Zelf voor Zijn eer. Dat grijpt je wel eens aan. Je bidt of je kinderen behouden worden, maar als dat niet zo is, kun je dan de Heere daarin vrij laten?”
Gerard en Annemarie volgden verschillende leergangen van de Cursus Godsdienstonderwijs (CGO). Ze kunnen het iedere ouder aanraden. ”Je kunt kennis vergaderen uit het Woord van God en het lezen van goede boeken. Maar voor ons zijn zowel de A- en de B-cursussen als de meer op opvoeding gerichte P-cursussen van groot belang geweest. Daarin krijg je zoveel wat je kunt gebruiken in de opvoeding of met je kinderen kunt delen.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 2017
Eigenwijs | 24 Pagina's
