JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

“Alsdan zal de Koning zeggen”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

“Alsdan zal de Koning zeggen”

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een paar jaar geleden, op een vrijgezellenfeestje, kregen we een rondleiding door de prachtige binnenstad van Utrecht. Een gids gaf enthousiast uitleg over de geschiedenis van de oude gebouwen. We kwamen ook langs een voormalig armenhuis. Het geld om dit huis te kunnen bouwen, vertelde de gids, kwam bij gelovige volksgenoten vandaan. Net zoals het geld voor eten, kleding en verder onderhoud. Goede werken gaven een beloning, geloofden de mensen. En na je dood geld nalaten aan de armen, zou de tijd in het vagevuur verkorten.

De Reformatie kwam. De Bijbel kon gelezen worden in onze eigen taal. Het bijgeloof verdween en de mensen mochten leren: Want uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof; en dat niet uit u, het is Gods gave;. Maar een historicus schrijft dat er na de Reformatie geleidelijk aan minder geld naar de armen ging. Wij, christenen van nu, geven in verhouding met andere Nederlanders weliswaar veel geld aan goede doelen, maar echt het allermeest aan onszelf. En wie geeft zijn nalatenschap nog aan de armen?

In Mattheus 25: 34-40 vertelt de Heere Jezus hoe het zal gaan als Hij de mensen oordelen zal. Alsdan zal de Koning zeggen tot degenen, die tot Zijn rechterhand zijn: Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! Beërft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld. Want Ik ben hongerig geweest, en gij hebt Mij te eten gegeven; Ik ben dorstig geweest, en gij hebt Mij te drinken gegeven; Ik was een vreemdeling, en gij hebt Mij geherbergd. Ik was naakt, en gij hebt Mij gekleed; Ik ben krank geweest, en gij hebt Mij bezocht; Ik was in de gevangenis, en gij zijt tot Mij gekomen. Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden, zeggende: Heere! Wanneer hebben wij U hongerig gezien, en gespijzigd, of dorstig, en te drinken gegeven? En wanneer hebben wij U een vreemdeling gezien, en geherbergd, of naakt en gekleed? En wanneer hebben wij U krank gezien, of in de gevangenis, en zijn tot U gekomen? En de Koning zal antwoorden en tot hen zeggen: Voorwaar zeg Ik u! Voor zoveel gij dit één van deze Mijn minste broeders gedaan hebt, zo hebt gij dat Mij gedaan.

We zijn gezegend met de Reformatie! We hoeven onze angst voor het vagevuur niet af te kopen door geld te geven aan de armen. Maar als we belijden dat we volgelingen van Jezus Christus zijn, moeten we wel Zijn woorden gehoorzamen. In woord én daad!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 augustus 2024

Daniel | 36 Pagina's

“Alsdan zal de Koning zeggen”

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 augustus 2024

Daniel | 36 Pagina's