Op slot
Ik sta voor een slaapkamerdeur; die van Diederik. Ik voel aan de deurklink: op slot. Hij moet het zelf hebben gedaan. Getuige de sleutel aan de binnenzijde. Het enige geluid dat ik door de deur heen kan horen is het geluid van een rustige ademhaling. Slaapt hij? Wat een contrast met het telefoontje dat ik eerder kreeg. “Kun je misschien vanavond langskomen?” Duidelijk crisis; een woede-uitbarsting. De veiligheid van ouders en de andere kinderen is in het geding. En dat alleen omdat pa en ma bedachten dat het goed zou zijn als de laptop vanavond uit zou blijven. Geen Wi-Fi, geen schermtijd, niet voor Diederik.
Een jongere, in zijn eigen kamer, veilig opgeborgen. Veilig opgeborgen? Een jongere, kind van zijn ouders, op een afgesloten kamer is toch niet normaal? Twee soorten jongeren kom je er tegen: Jongeren die gewoon even alleen willen zijn. Teveel prikkels wanneer de kamerdeur opengaat en moeder komt even een gestreken blouse in de kast leggen. Of wanneer broertje of zusje binnen stuitert en een aantal kinderlijke vragen op ze afstuurt. De jongere heeft er even geen behoefte aan, je hebt even genoeg aan jezelf. Toch raad ik in die gevallen aan: Houd de deur open, maar maak op een andere manier duidelijk dat je bezoek eventjes niet duldt. Dat je bezig bent of rust nodig hebt. Niets mis mee. Huisgenoten (vaak ouders) geven duidelijk aan wat ze van je verwachten; jij komt ook op een leeftijd dat je aan kunt geven wat je van hen verwacht. Zonder slot op de deur, radicaal afgesloten van contact.
Er zijn ook andere gesloten deuren. Deuren waar achter grote problemen schuilgaan. Waar (als ik eenmaal binnengelaten word) jongeren zitten die van een totaal andere categorie zijn. Gameverslaafd, internetverslaafd, verslaafd aan de vlucht in de media. Beneden spreek ik hun pa en ma, hun ogen spreken boekdelen. Hoe lang al? Anderhalf jaar? Witte gezichten, vierkante ogen, amper eten, slechte conditie. De enige emotie die vaak nog gezien wordt is de emotie ‘boos’ wanneer de Wi-Fi eraf gehaald wordt door de ouders. Maar wat schuilt er achter een wit gezicht, een vierkant oog? Ogen zijn de spiegel van de ziel, dus er zou wat uit af te lezen moeten zijn. Ja, soms wel! Verdrietige ogen, missende ogen, ‘ga weg, kom niet dichterbij’-ogen, ‘ik begrijp de wereld zo slecht’-ogen, ‘laat mij mijn eigen gang maar gaan’-ogen. En soms ook: ‘eindelijk hulp!’-ogen, ‘ik moet hier mee stoppen’-ogen, ‘bijzonder dat er iemand om mij geeft’-ogen.
Daar doe ik het voor. Ik kom voor die jongere, die, meestal pas na wéken of maanden, toegeeft: “Het is toch goed dat er doorgezet is, nu heb ik weer zin in andere dingen in het leven. Mijn computer of smartphone is een duf apparaat dat mij de echte vreugde niet kan geven”. De achtergronden van deze jongeren zijn misschien heel verschillend, maar de uitweg heeft vaak wel iets gemeenschappelijks: ze vinden hun vreugde in het contact met nieuwe of hernieuwde vriendschappen, hobby, bijbaantje, ze krijgt weer kleur op haar gezicht… De deur hoeft niet meer op slot. De sleutel is er nog, maar niet meer nodig om te vluchten.
Voor ieder die nog ‘op slot’ zit: Stap eruit, erken het gevaar van verslaving, erken dat je het niet alleen kunt, ga voor je leven. En bovenal: Zoek het Leven!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 mei 2020
Daniel | 32 Pagina's