Petrus en Cornelius
De hoofdman Cornelius behoort niet tot het Joodse volk. Cornelius is een Romein. Toen hij voor zijn werk als officier naar Palestina moest, heeft hij heeft de God van de Joden, de enige en ware God, leren kennen en lief gekregen. En niet alleen hijzelf, ook heel zijn familie dient God. Zelfs onder zijn soldaten zijn er verschillenden die de Heere vrezen. Cornelius straalt in zijn leven blijkbaar iets uit. Zijn dagelijkse omgang met God maakt de mensen in zijn omgeving jaloers. In zijn leven klinkt de oproep: 'Wie heeft lust de Heer' te vrezen?'
Praten over christen-zijn
• Cornelius was officier in het Romeinse leger. Denk je dat het voor hem gemakkelijk was om christen te zijn?
• Lees zondag 12 van de Heidelbergse Catechismus, vraag 32.
a. In het antwoord op vraag 32 worden drie belangrijke kenmerken van een christen genoemd. Welke?
b. Als wij echt christen zijn, dan wordt dat ook in ons leven zichtbaar. Op welke wijze? (denk aan het antwoord dat je bij 'a' gegeven hebt).
Intro
Voor Zijn hemelvaart geeft de Heere Jezus de opdracht om het Evangelie aan alle volken bekend te maken. Ook de heidenen moeten horen van de mogelijkheid om zalig te worden. Voor de Joden is dat in het begin best wel moeilijk. Zij zijn immers Gods volk, apart gezet temidden van de andere volken. Ook Petrus begrijpt het nog niet allemaal. De Heere Zelf maakt hem duidelijk dat het onderscheid tussen Jood en heiden is weggevallen en dat het Evangelie ook voor de heidenen is.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 maart 1999
Mivo +12 | 24 Pagina's
