JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Jozef, de zoon van David

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jozef, de zoon van David

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jozef

In het gebeuren rond de geboorte van de Heere Jezus is Jozef een stille figuur. Hij blijft op de achtergrond, maar hij heeft wel degelijk een duidelijke functie in Gods heilsplan. Een aantal dingen wordt van hem in de Bijbel vermeld.

Zijn voorgeslacht 

Jozefs naam komt voor in de twee geslachtsregisters van de Heere Jezus, in Mattheüs 1: 16 en in Lukas 3: 23. In Lukas 3 wordt Jozef de zoon van Heli genoemd. De kanttekeningen verklaren daarbij, dat Jozef zo genoemd werd, omdat hij Maria, de dochter van Heli tot zijn vrouw genomen had. Op deze manier werd ook Ruth de dochter van Naomi genoemd, terwijl zij haar schoondochter was. Het geslachtsregister in Lukas loopt dan via Maria. Voor de Joden is het echter gebruikelijker dat het register loopt via de mannelijke lijn. In beide registers wordt duidelijk dat Jozef niet de natuurlijke vader van de Heere Jezus is. Waarom wordt dan door Mattheüs toch Jozefs geslachtslijst gegeven? 
Ten eerste, omdat de Heere Jezus door de wet als de zoon van Maria's man, Jozef, werd beschouwd en behandeld. Toch liggen hier misschien nog diepere motieven verscholen. Uit de manier waarop Jezus aan Jozef geschonken werd, wordt duidelijk hoe Jezus het zaad van Abraham en de zoon van David zou zijn, namelijk niet alleen in natuurlijke zin, maar ook in de weg van het wonder dat van Gods kant komt. Jozef is, als Christus geboren wordt, de vertegenwoordiger van Davids huis. Hij is de man van Maria die de Heere Jezus dus naar menselijke berekening "had moeten" gewinnen. Maar op het beslissende ogenblik wordt Jozef, dit is Davids huis en Abrahams geslacht, uitgeschakeld. Die kunnen de Messias niet voortbrengen. Christus moet aan Abraham en David in de volle zin van het woord gegeven worden, buiten de natuurlijke ontwikkeling of medewerking van Davids geslacht om. Jozefs stamboom is dus wel degelijk bedoeld als Jezus' stamboom. Maar Jezus' inplanting in en aansluiting aan Davids geslacht brengt niet Jozef, maar de Heere God Zélf tot stand. Het geslacht van David krijgt pas zijn rijke volheid met de geboorte van de Heere Jezus. Vanwege Hem heeft dit geslacht zo'n grote betekenis. Jozef wordt "zoon Davids" genoemd. Maar alleen door Christus, dé Zoon Davids mag Jozef dat zijn, in de diepste zin van het woord.

Hij was rechtvaardig 

In Mattheüs 1: 19 wordt Jozef rechtvaardig genoemd. Dit woord staat hier heel duidelijk in verband met de rest van de tekst. Hij was godvrezend en wetsgetrouw. Het wordt hier genoemd, omdat hij als wetsgetrouw Israëliet Maria niet tot zijn vrouw durfde te nemen. (Naar de wet van Mozes was het verboden met een vrouw te trouwen die geen maagd meer was (behalve weduwen). Zo lang de engel nog niet met de boodschap bij Jozef was geweest, kon hij niets anders denken dan dat Maria een andere man bekend had en haar maagdom kwijt was.) Echter het rechtvaardig zijn van Jozef blijkt niet alleen in het verband van de tekst. We zien zijn godsvreze in heel zijn levenshouding. Hoe onmiddellijk en onvoorwaardelijk gehoorzaamt hij aan het woord van de Heere, als Zijn boodschap tot vier keer toe in een droom tot hem komt. Gehoorzaam aan het woord van de engel, neemt hij Maria tot zijn vrouw, nog voor de Heere Jezus geboren wordt. Gewillig neemt hij op zich, de laster die ook ongetwijfeld hem ten deel zal zijn gevallen, samen met Maria te dragen. En wat een eerbied voor het door God gewerkte wonder straalt er uit de woorden in Mattheüs 1: 25: En bekende haar niet, totdat zij deze haar eerstgeboren Zoon gebaard had. Jozef eerbiedigde de heiligheid van wat in Maria ontvangen was.

Hij was timmerman

In Mattheüs 13: 55 wordt er van de Heere Jezus gezegd: Is Deze niet de Zoon van de timmerman? Hieruit weten we dus, dat Jozef timmerman is geweest. Dergelijk handwerk was in Israël niet veracht, maar het duidde ook niet op grote welstand. Dat blijkt ook uit het offer der reiniging dat Jozef en Maria brengen, veertig dagen na de geboorte van de Heere Jezus. Ze brengen het offer der armen: twee duiven. Jozef heeft waarschijnlijk aan Jezus hetzelfde vak geleerd, in Markus 6: 3 wordt de Heere Jezus Zelf ook timmerman genoemd.

Hij woonde in Nazareth

Dit blijkt het duidelijkst in Lukas 2: 4: Jozef ging ook op van Galilea, uit de stad Nazareth. In Mattheüs 2: 23 lezen we dat Jozef zich na de terugkeer uit Egypte in Nazareth vestigt. Ook dit wijst op slechts geringe welstand. Nazareth was een onbeduidend stadje in het "Galilea der heidenen". Zoals Zoon van Jozef - wordt Jezus Nazarener genoemd. Er wordt door verklaarders een verband gelegd met het woord "spruit" zoals genoemd in Jesaja 11: 1 en het woord Nazarener. De grondtaal geeft volgens hen hiertoe aanleiding. Zo wordt letterlijk een profetie vervuld, als Jezus Nazarener wordt genoemd. Maar dat Jezus bekend zal worden als "Jezus, de zoon van Jozef, uit Nazareth" heeft ook alles te maken met de voorzeggingen van de profeten, dat Jezus veracht zal zijn en miskend.

De beschrijving

Het voert te ver om uitvoerig in te gaan op de beschrijving op bevel van keizer Augustus. Voor Jozef betekende het in ieder geval dat hij naar Bethlehem moest gaan, omdat hij uit het huis en geslacht van David was. Er zijn heel wat veronderstellingen in dit verband. Er zijn verklaarders die denken dat Jozef in Bethlehem geboren is, maar later naar Nazareth is verhuisd. Anderen menen, dat Jozef wellicht nog een aandeel had in enig erfgoed in Bethlehem. Hoe het ook zij, Jozef vertrekt naar de stad van zijn voorvader en neemt Maria mee. Het is zeer waarschijnlijk dat Maria voor deze inschrijving niet mee hoéfde te gaan. We krijgen van Jozef echter een beeld van een man verantwoordelijk weet en die deze verantwoordelijkheid ook op zich neemt (zie boven). Hij zal Maria in haar omstandigheden dan ook niet alleen hebben willen achterlaten. Bovendien weten we in ieder geval van Maria, dat zij bij de Schrift heeft geleefd, gezien de aanhalingen in haar lofzang uit de woorden van Hanna, Samuëls moeder. Het is dan ook niet onwaarschijnlijk dat ze geweten hebben dat de Schrift zegt, dat Davids beloofde Zoon uit Bethlehem moest komen. Hebben zij hierin Gods hand gezien en zijn ze ook daarom samen naar Bethlehem gegaan? Het zou heel goed kunnen. Hoe het ook zij, het bevel van keizer Augustus wordt door de Heere ingeschakeld in Zijn heerlijk heilsplan. De Schrift wordt vervuld.

Egypte

Op bevel van de engel vluchtten Jozef en Maria met het Kind naar Egypte. Wat kwamen de geschenken die de Wijzen uit het Oosten hadden meegebracht nu goed van pas. Zij kwamen niet in Egypte als bedelaars, maar konden in hun onderhoud voorzien. Beter gezegd, de Heere heeft zo op een wonderlijke manier in hun onderhoud voorzien. Er woonden veel Joden in Egypte, vooral in Alexandrië. Daar werden de Joden begunstigd door de Ptolemeën, de Griekse koningen van Egypte. Op bevel van een van deze vorsten werd de Griekse vertaling van het Oude Testament begonnen, de Vertaling der Zeventigen genoemd (Septuagint). Het verblijf in Egypte was voorspeld. In Hosea 11: 1 staat: Als Israël een kind was, toen heb Ik hem liefgehad, en Ik heb Mijn zoon uit Egypte geroepen. Dit is niet alleen van toepassing op de verlossing uit Egypte, genoemd in Exodus, maar het is ook van toepassing op de Heere Jezus. Door Israëls verblijf in Egypte werd afgeschaduwd, dat eenmaal ook Christus, het ware zaad van Abraham, in dat land wonen zou. Hosea's woord sloeg op het verleden, maar werd ook vervuld in Christus. Het dienen van Israël in Egypte kon niemand vrijmaken van de dienstbaarheid. Maar als Christus, Gods Zoon, uit Egypte geroepen wordt, dan is Hij de Vrijmaker van Egyptes slavernij. Hij heeft Egyptes macht gebroken, al heeft Egypte het niet geweten. En alleen in Zijn uitgang uit Egypte wordt de uitgang van Zijn volk mogelijk. Zo komt er een heerlijk licht over Mattheüs' aanhaling van de profetie van Hosea.
Het verblijf in Egypte heeft naar alle waarschijnlijkheid niet zo heel erg lang geduurd. Verklaarders en geschiedschrijvers hebben berekend in welke jaren deze gebeurtenissen hebben plaatsgevonden. Het is zeer waarschijnlijk dat koning Herodes al ziek was, toen de Wijzen hem bezochten. Deze ziekte maakte niet lang daarna een einde aan zijn leven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 oktober 1996

Mivo +12 | 27 Pagina's

Jozef, de zoon van David

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 oktober 1996

Mivo +12 | 27 Pagina's