Wraak nemen... of vergeven?

Pag. 1

In vraag en antwoord 126 staat dat wij niet alleen zonde doen maar zondig zijn. En alleen de Heere Jezus kan en wil die zonden vergeven (Psalm 86: 5; Jesaja 30: 8). Wanneer we mogen leven vanuit die vergeving, willen we ook anderen vergeven. Hoe moeilijk dat ook is. Daarom bidden we: ...gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren. Het eerste kan niet zonder het tweede: 'Indien gij de mensen niet vergeeft, zal ook uw Vader uw overtredingen niet vergeven' (Mattheüs 6: 15; Exodus 21: 24 en 25).

Pag. 2

* Moet je de ander ook vergeven, als hij je moedwillig kwaad doet? Vergeven kun je slechts wanneer de ander schuld belijdt en daarover berouw toont. In dat geval moeten we de ander vergeven.
* Moet je eerst wachten tot de ander berouw toont en dan pas vergeven? Ja, alleen dan pas kan er sprake zijn van vergeving. Petrus wijst in zijn brief op Christus; 'Die als Hij gescholden werd niet terugschold en als Hij leed niet dreigde, maar het overgaf aan Hem die rechtvaardig oordeelt (1 Petrus 2: 23). Maar ook als iemand geen vergeving vraagt, mogen we geen haat koesteren, hoe moeilijk dat ook is. Onze houding moet die van vergevingsgezindheid zijn. Dat is uiterst moeilijk. Alleen door genade kan dat echt.
* En als je nu niet vergeven kunt... wat dan? Vergeven is niet altijd even gemakkelijk, soms voor mensen bijna onmogelijk. Maar als we iets hebben mogen ervaren van de vergeving van onze zonden, dan willen en kunnen we ook de ander vergeven (Mattheüs 6: 15). Onrecht, waarover geen berouw getoond wordt, mag je toevertrouwen aan Hem, de rechtvaardige Rechter. God Zelf.
* Romeinen 12: 17 t/m 19: Vergeldt niemand kwaad met kwaad. Dit is geen nieuwe wet, maar 't gaat hier om onze gezindheid. Die gezindheid, beschreven in vers 17 tot en met 19 kan alleen Gods Geest in ons werken. Als Hij in ons werkt, dan kunnen we zelfs onrecht ons aangedaan, in vrede incasseren. Wetende dat Hij de zonden nooit door de vingers zal zien en ze eenmaal zal wreken, maar wel naar Zijn rechtvaardig oordeel.
* In de discussie kan de vraag komen of iemand die een misdaad doet dan geen straf moet krijgen.

In deze schets gaat het over onze persoonlijke verhouding tot onze naaste. Dan moet onze houding zijn: zeventig maal zevenmaal vergeven. Straffen is de plicht van de overheid (als dienares van God) en allen die over je gesteld zijn. Dan is straf geen wraak van mensen, maar vergelding van de misdaad die God eist.

Pag. 4

De bedoeling van deze vragen is dat je er eerlijk over kunt spreken dat haat- en wraakgevoelens van nature in ons aller hart leven. We zijn niet zo vergevingsgezind als het er echt op aankomt. Toch blijft de opdracht van de Heere Jezus staan: zeventig maal zevenmaal vergeven. Nooit komen wij in eigen kracht ertoe om vergeving te vragen en te geven. In alles, maar juist ook hierin hebben we de Heere nodig. Wat dan? 'Opent uwe mond. Eis van Mij vrijmoedig!', om vergeving te vragen en om vergeving te geven. Een gebed bovenal om vergeving te krijgen van al onze zonden bedreven tegen een goeddoend God.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen