Samuël
1 Sam. 1: 3
"om te offeren...." Elkana bracht een dankoffer, dit tot erkenning van Gods goedheid.
1 Sam. 1: 6
Peninna stelt de kinderloosheid van Hanna voor als een oordeel van God.
1 Sam. 1: 11
De gelofte die Hanna hier doet, is een gelofte om haar zoon het nazireeërschap op te leggen. Er zou geen scheermes op zijn hoofd komen.
1 Sam. 1: 16
Dochter Belials betekent: een nietswaardige, een nutteloze.
1 Sam. 1: 22
Het spenen (voeden) in Israël deed men tot het kind ongeveer drie jaar was. Zie verder: achtergrondinformatie.
1 Sam. 2: 1-10
Het lied van Hanna is in de oorspronkelijke taal: een hooggestemd gebedslied. Het heeft veel overeenkomsten met de lofzang die Maria maakte.
1 Sam. 2: 17
Er was geen eerbied meer voor de dienst van God. Ieder ging zijn eigen gang.
1 Sam. 3: 7
"...Samuël kende de Heere nog niet.." Hij had nog geen bijzondere openbaring gehad, omdat God in die tijd Zich heel schaars openbaarde.
1 Sam. 3: 12
"....Zal ik verwekken...." God zegt hier tegen Samuël dat Hij Zijn oordeel gaat vervullen dat de man Gods profeteerde in 1 Sam. 2: 27.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 augustus 1989
Mivo +12 | 20 Pagina's
