Heere, leer ons bidden
Lezen: Mattheus 6: 5-13Lukas 11:1-4Zingen: Het Gebed des Heeren, vers 1-10,Psalm 145: 6Psalm 51: 1,5Psalm 141: 1,2Psalm 57: 1Psalm 40: 2Kerntekst:"Heere, leer ons bidden..." (Lukas 11: 1)
Rondom het meer van Galilea zijn heuvels. Onderaan één van die heuvels zien we een heleboel mensen bij elkaar. Zij kijken allemaal naar die ene Man die daar iets hoger op de heuvel op een grote steen is gaan zitten. De mensen begrijpen: de Heere Jezus gaat nu geen wonderen doen maar wil iets vertellen. Hij gaat zitten zoals een rabbi gaat zitten als hij gaat onderwijzen. Omdat Hij op een heuvel zit noemen we deze preek van de Heere Jezus 'De bergrede'. Helder klinkt Zijn stem langs de oevers van het meer. Zijn discipelen staan dicht bij Hem. Ze zijn nu elke dag bij de Heere Jezus. Hun dagelijks werk laten ze liggen. Ze vinden de woorden die de Heere spreekt zó belangrijk!
De I leere Jezus gaat preken over hoe de mensen weer gelukkig kunnen worden. Zijn de mensen die hier staan dan niet gelukkig? De Heere Jezus laat Zijn ogen eens gaan over de mensen om Hem heen. Hij ziet niet alleen hun gezichten, ook hun hart. Hij ziet al die honderden mensen die hier zijn gekomen om naar Hem te luisteren. Er zijn er velen die wel de wonderen willen zien, maar de Heere niet nodig hebben voor hun eigen leven. Ze zijn gekomen uit nieuwsgierigheid. Dan zegt de Heere: "Zalig zijn alle mensen die weten dat ze heel zwak zijn, die voelen dat ze maar weinig kracht hebben om te strijden tegen de zonde. Voor u heb Ik een goede Boodschap: u mag in het Koninkrijk der hemelen komen omdat Ik uw Zaligmaker wil zijn. Vertrouw op de genade die Ik u wil geven. Hebt u verdriet over uw zonden? Ik zal u troosten in uw verdriet, want Ik verlos u van uw zonden. Doordat Ik de zaligheid ga verdienen zal er eens een eeuwige vrede zijn. Wat zult u dan gelukkig zijn, als u voor eeuwig in dat Koninkrijk van vrede zult wonen! Vertrouw dan niet langer op uw eigen kracht of wijsheid! Kom tot Mij en Ik zal u redden van de eeuwige dood. Ik zal u, uit genade, een plaats geven in het Koninkrijk der hemelen!"
Stil staan de mensen te luisteren. Hoeveel mensen zijn er bij die de Heere Jezus écht nodig hebben? Wie belijdt er zijn zonde voor de Heere? Wie mag er bij Zijn Koninkrijk gaan horen? De Heere Jezus kent hun harten. Gelukkig zijn er velen bij die van Hem een nieuw hart gekregen hebben. Eerst leefden zij in de duisternis van de zonde. Maar door het nieuwe leven dat de Heere hen gaf zijn ze nu niet meer kinderen van de duisternis maar kinderen van het Licht. Tegen hen zegt Hij: 'Als u een kaars aansteekt, zet u er dan iets overheen? Nee, want dan ziet u het licht van de kaars niet meer. Zo moet u een licht zijn in deze wereld. Aan uw leven moet te zien zijn dat u wilt leven tot eer van Gód! Het gaat er toch niet om dat de mensen ü zullen prijzen om wat u doet? God, uw Vader in de hemel moet de eer krijgen, zodat steeds méér mensen zullen gaan vragen en zoeken naar de Heere en het geloof in Hem zullen krijgen. Het Koninkrijk van God zal komen!'
Dan gaat de Heere Jezus ook onderwijs geven over het bidden. Als je geleerd hebt datje zelf zo weinig kracht hebt om tegen de zonde te strijden, heb je de Heere heel veel nodig. Dan ga je bidden, vragen om Zijn hulp. De mensen in Israël hadden vaste tijden voor het gebed. Stel je voor dat je om 9 uur 's morgens door de stad loopt. Opeens stopt iedereen met zijn werk. Het is tijd om te gaan bidden. Maar, wat zie je daar, op dat kruispunt? Daar staat een vrome Jood. Zomaar langs de straat doet hij zijn gebedsmantel om. Hij heft zijn handen omhoog en hardop begint hij te bidden. Hij bidt heel lang. Veel langer dan de andere mensen. Veel mensen lopen al weer verder. Ze kijken vol eerbied en ontzag: wat bidt deze man ernstig! Het zal wel een heel goede man zijn. Dat was precies de bedoeling van deze "vrome" man. Daarom staat hij daar heel lang te bidden, zodat hij door veel mensen gezien en geëerd wordt!
Nee, zegt de Heere, zo mag het niet. Als je bidt kun je maar beter een stille plaats opzoeken. Het gaat toch niet om jouw eer? Het is ook niet nodig om heel lang te bidden, alsof God dan beter naar je zou luisteren. Hij weet watje nodig hebt. Zeg het maar eenvoudig tegen Hem. Laat jè bidden zijn tot eer van Hem! Belijd al je zonden aan Hem en vraag om vergeving.
De Heere Jezus heeft Zelf ook veel gebeden tot Zijn hemelse Vader. De evangelist Lukas vertelt hoe de Heere op een keer aan het bidden is. Zijn discipelen zijn bij Hem. Als de Heere Jezus stopt met bidden, kijken de discipelen vol eerbied naar Hem. Ze zijn verwonderd en voelen in hun hart: zó bidden kunnen wij niet. Welke woorden zullen we moeten gebruiken om te bidden zoals Hij? Wat willen ze graag écht leren bidden, al hun noden de Heere in de hemel voorleggen. Daarom vragen ze: "Heere, léér ons bidden...!"
De Heere Jezus ziet Zijn discipelen aan. Ze zijn door genade kinderen geworden van Zijn hemelse Vader. Nu mag Hij hen leren bidden, als een kind dat met zijn vader spreekt! Niet op de hoeken van de straten. Maar vol vertrouwen en stil. De Heere Jezus zegt: als jullie bidden, doe het dan op deze manier. Ik zal jullie een voorbeeld geven. Zeg dan: Onze Vader, die in de hemelen zijt. Uw Naam worde geheiligd; Uw Koninkrijk kome; Uw wil geschiede gelijk in de hemel alzo ook op de aarde. Geef ons elke dag ons dagelijks brood; En vergeef ons onze zonden; want ook wij vergeven een iegelijk, die ons schuldig is; En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze." Daarna belooft de Heere dat als ze zó bidden, in het geloof tot hun Vader in de hemel, dan zal hun gebed verhoord worden.
De Heere Jezus kijkt naar al die mensen die daar bij de berg om Hem heen staan. Hij ziet Zijn discipelen ,die nog zo weinig begrijpen van het Koninkrijk dat komt. Zij volgen Hem, omdat er in hun hart een verlangen is naar de zaligheid. Zij mogen hun gebed beginnen met 'Onze Vader...'. Wat een wonder! Mensen, geboren met een zondig hart, die geleefd hebben als slaven van de satan, die op reis waren naar de eeuwige dood... Hij heeft ze aangenomen als kinderen van God. Door het lijden en sterven van de Heere Jezus wordt hun schuld weggenomen. God in de hemel, wil hun Vader zijn! Hij is de Heilige, de almachtige God! Hij kan hen alles geven wat ze nodig hebben. Daarom leert Hij hen bidden: 'Uw Naam worde geheiligd'. Bij alles wat zij doen, moeten ze Gods Naam eren. Het gaat niet om het werk van de dicipelen, maar om Gods werk. Hij moet verheerlijkt worden. Geef dat ze U zó goed zullen kennen dat ze U om Uw liefde voor zondaren mogen prijzen. 'Uw koninkrijk kome'. Wilt U Koning zijn in hun hart! Dan zullen ze steeds meer gaan doen wat U wilt. Zo wordt de macht van de duivel steeds kleiner en zal Uw Rijk steeds groter worden.'Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, alzo ook op aarde '.Geef dat wij en alle mensen gehoorzaam zullen doen wat U wilt. Want Gods wil is altijd het beste.
De Heere kijkt Zijn discipelen eens aan. Begrijpen ze waar het om gaat, als ze bidden?
Het is nodig dat de Heilige Geest ook in ons werkt, zodat we God echt leren kennen én onszelf. In de Bijbel lees je datje zondaar bent, datje een schuld hebt bij God. Maar als de Heilige Geest in je werkt, laat Hij je dat ook zien en ervaren dat je tegen God gezondigd hebt. En omdat nu de Zaligmaker gekomen is en voor Zijn volk de straf op de zonde heeft gedragen, ,kan en wil God uit genade hun Vader zijn. Hij leert al Zijn kinderen vragen: 'Heere, leer ons bidden.'
Wat leren de discipelen veel van de Heere Jezus. Wat kunnen wij er ook veel van leren. Door het gebed dat de Heere ons vóórzegt, vertelt Hij ons hoe we Hem kunnen dienen.
Maar, zegt de Heere, je mag ook bidden om alle dingen die je voor je eigen leven nodig hebt. Voor het brood voor elke dag. Dan bid je:'Geef ons heden ons dagelijks brood.' Daarmee zegje eigenlijk datje Zijn zegen nodig hebt bij alle dingen die je doet. God heeft alles in Zijn handen en door het geloof mag je erop vertrouwen dat Hij je elke dag weer wil geven wat je nodig hebt. Ook met al je schuld en zonden mag je naar Hem toegaan. Hij wil niets liever dan dat je bidt: 'Vergeef ons onze schulden.' Want als wij zo, als een zondaar aan Zijn voeten komen, wil Hij uit genade, om het offer van Christus, onze zonden vergeven. Dan hoort daar ook bij dat'gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren'. Wie de vergevende liefde van God ontvangen heeft, wil zelf ook een ander zijn fouten vergeven. Dan vind je jezelf niet beter dan een ander. Allemaal doen we elke dag verkeerde dingen. We hebben allemaal vergeving nodig. Alleen uit genade kunnen we zalig worden. Niemand kan dat zelf verdienen door goed z'n best te doen. Daarom is het nodig te bidden of God ons de weg wil wijzen. Of Hij ons vasthoudt. Wij zijn zo zwak. Heel gemakkelijk en snel luisteren we naar de stem van de duivel. Bid daarom ook deze woorden:'En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze.' Vraag of Hij je leiden wil zodat je niet in de verzoeking komt om toch weer naar de boze, naar de satan te luisteren. Je mag erop vertrouwen dat Hij je bij alle dingen helpen kan. Want Hij is toch de almachtige Koning, Hij heeft alle kracht om te doen wat nodig is. Zijn majesteit is tot in eeuwigheid! Daarom eindigt dit gebed met: 'Want Uw is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in der eeuwigheid.' Zo wordt Gods heilige Naam geprezen!
Het gebed dat de Heere Jezus de mensen leert eindigt met het woordje 'Amen'. Dat betekent: het zal waar en zeker zijn. Met dat woord zegje: 'Heere, ik weet dat U mij hoort. Ook al geloof ik het soms niet in mijn hart, toch luistert U altijd!'
Om zó te kunnen bidden is het nodig dat de Heilige Geest in je hart werkt. Zou je graag zo willen bidden? De Heere wil het je leren! Twijfel je daaraan? Denk je: 'Dat gebeurt wel bij andere mensen, maar niet bij mij?' Dan moet je maar eens goed luisteren naar wat de Heere Jezus nog meer zegt!
Daar, ergens op een berg bij het meer van Galilea zit de Heere Jezus. Hij is bijna aan het einde van Zijn preek gekomen. Hij heeft de mensen heel veel verteld over het Koninkrijk der Hemelen. De mensen hebben gehoord hoe ze moeten leven als ze burgers van dat Koninkrijk zijn. Nu gaan ze weer bijna naar huis. Moeten ze nu zelf hard aan het werk om te doen wat God van hen vraagt? Zouden ze dat kunnen, in eigen kracht? Nee, de Heere wijst hen de weg, waardoor ze tot Zijn eer kunnen leven. Alles wat ze missen wil Hij hen geven! Echt waar? Ja, echt waar, want Hij zegt: 'Bidt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en u zal opengedaan worden.' Hoor je wel wal Hij belooft? Ga dan maar door met bidden of de Heilige Geest in je hart wil komen. Ga dan maar verder met het zoeken van de Heere, door te lezen in Zijn Woord. Ga dan maar door met kloppen en vraag of de Heere de deur van je hart wil openen. Door onze zonden hebben we dat niet meer verdiend. Daarom zal het een eeuwig wonder voor je zijn of worden als de Heere door Zijn Geest in je hart wil wonen en je verlost van al je schuld en je het nieuwe en eeuwige leven geeft. Dan ben je een kind van Hem en heb je een Vader in de hemel Die altijd voor je zorgt!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 september 1998
Mivo -12 | 28 Pagina's