JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

5. Zending van de Netherlands Reformed Conoremtions

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

5. Zending van de Netherlands Reformed Conoremtions

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Al enige jaren waren de zendingsdeputaten van de Netherlands Reformed Congregations (Gereformeerde Gemeenten in Noord-Amerika) op zoek naar een zendingsveld. In 1987 onderzocht het deputaatschap of er mogelijkheden waren om zending te bedrijven in Zuid-Amerika. Men dacht toen aan de landen Brazilië, Haïti, Colombia, Mexico, Venezuela en Ecuador. Men heeft de omstandigheden in deze landen besproken, wat betreft de bestaande godsdienst, taal, economie, regering, visa-mogelijkheden, enzovoorts. Al snel bleek dat de meeste gebieden alleen financiële steun vroegen.

Beperkingen van de regering, guerilla-activiteiten, drugsplantages en vervolging (in een aantal landen) maakten het erg moeilijk om hier een nieuw zendingsterrein te openen. Uiteindelijk bleven Ecuador en Bolivia over om verder onderzoek te doen. Van verschillende zijden werd gevraagd Bolivia serieus te overwegen, omdat daar gebieden zijn waar mensen wonen die nog nooit in aanraking zijn geweest met het Evangelie. Het zendingsdeputaatschap besloot toen dat er een persoonlijk bezoek aan deze landen gebracht moest worden. Dat gebeurde in januari 1988. Er is toen een team, bestaande uit ds J. Spaans, ds P.L. Bazen (toen nog student) en de heer J. van Brugge, naar beide landen gegaan om de mogelijkheden tot zending te onderzoeken. Bolivia bleek het geschiktste land te zijn, ook al omdat het Amerikaanse deputaatschap daar geheel zelfstandig zendingswerk kon doen.
In april 1990 is een team bestaande uit ds. Bazen, Connie Stam (vroedvrouw/docente) en de heer J. Nijsse (technicus) naar Costa Rica vertrokken voor een studie van een jaar in de Spaanse taal. Na deze studie werden ze in april 1991 uitgezonden naar Bolivia. De eerste vier maanden bestonden uit kennismaken met het land en de bevolking. Veel plaatsen hebben ze bezocht en telkens werd het team geconfronteerd met de grote nood van deze mensen. Tijdens al deze bezoeken maakten twee dorpen in de buurt van de hoofdstad Santa Cruz grote indruk op het team: Lorna Alta en Saavedra. In de weken die daarop volgden werd duidelijk dat de Heere hun weg leidde naar Lorna Alta.

Nederlands bezoek aan het team

In augustus 1992 werd het zendingsveld in Bolivia bezocht door G. Nieuwenhuis van de Zending van de Gereformeerde Gemeenten (ZGG) en J.H. Mauritz, directeur van de JBGG. De laatstgenoemde vroegen we om een impressie te geven van hun bezoek aan het zendingsterrein in Lorna Alta.

Meneer Mauritz, kunt u een beschrijving geven van het zendingsterrein in Lorna Alta?

Wij zijn na onze aankomst in Santa Cruz door ds. Bazen opgehaald en naar Portachuello gereden. Deze stad ligt ongeveer 80 kilometer naar het noorden. Hier wonen de leden van het zendingsteam voorlopig. Vandaaruit zijn we nog 30 kilometer over stoffige zandwegen verder gereden naar het dorpje Lorna Alta. Hier staat het pasgebouwde kerkje van de zending. In deze streek is het in de winter 's morgens vrij koel, maar 's middags is het er warm. Zomers kan het er erg heet zijn. We hebben gezien hoe de mensen er leven en dat is erg armoedig. In Lorna Alta worden nu huizen gebouwd voor de zendingsmensen. Het huis van Connie Stam is bijna klaar en die zal er dus als eerste gaan wonen. Vanuit Lorna Alta bezoekt ds. Bazen de omliggende dorpen.

Hoe zagen de zondagse kerkdiensten eruit? 

Het zendingsteam haalde zondags in alle vroegte mensen op uit de omliggende dorpen, vooral de ouderen die anders niet naar de kerk kunnen komen. Om tien uur begon de kerkdienst. Die verliep vrijwel net zo als bij ons. De psalmen die gezongen werden, zijn hetzelfde als bij ons (ook de melodie) en ook de prediking was hetzelfde. Alleen het slot van de dienst was anders: dan zingen alle aanwezigen met elkaar de zegenbede (de doxologie). 's Middags was er een dienst in het dorpje Palometas, 17 kilometer van Lorna Alta. De dienst werd gehouden in een klein schooltje. Deze dienst heeft op mij veel indruk gemaakt. Je zag daar de mensen die nog in primitieve omstandigheden leven en die voor het eerst van het evangelie hoorden. Dominee Bazen preekte over Handelingen 3: 6 waar Petrus zegt tot de kreupele in de poort: "Zilver of goud heb ik niet, maar hetgeen ik heb, dat geve ik u; in de Naam van Jezus Christus, den Nazaréner, sta op en wandel!" Indrukwekkend dat de Naam van Christus daar gepredikt werd als de enige Naam gegeven onder de hemel tot zaligheid. En dat er nu geen enkele voorwaarde in de mens is om tot God te komen, maar dat de Heere Zijn Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft niet verderve maar het eeuwige leven hebbe.
's Avonds werd in Lorna Alta de derde dienst gehouden. Het was toen al donker. Er waren opvallend veel kinderen aanwezig en ook meer mannen dan 's morgens. Dat komt omdat de mannen dan werken op het land. Het was zo vol dat de mensen zelfs buiten moesten staan.

Er is dus belangstelling voor Gods Woord?

Ja, dat is zo. De mensen weten ook dat er een Schepper is en ze weten ook vanuit het Rooms-Katholisme dat die Schepper de Drieënige God is. Maar veel meer weten ze niet. Er is in Lorna Alta ook een Roomse kerk. Een aantal mensen gaat daar naar toe. In de zendingskerk komen mensen die ook nog niet naar de Rooms Katholieke kerk gingen of mensen die eigenlijk de Rooms Katholieke kerk verlaten hebben. Zoals bijvoorbeeld Carlos (zie leesstuk). Een moeilijk punt is wel dat mensen vaak naar de kerk komen om een beter van te worden in uiterlijke zin. Zo werkte de Roomse kerk immers altijd. Er is veel armoede en het is een Bijbelse plicht om daar wat aan te doen. Maar het gevaar is dat mensen alleen daarvoor naar de kerk te komen. De tijd zal moeten leren hoever hun belangstelling gaat. Nodig is dat de Heere door Zijn Geest mensen innerlijk verandert.
De Roomse kerk heeft direct actie ondernomen toen onze zending zich daar vestigde. De pastoor is vervangen door een ander die zich veel fanatieker afzet tegen de zending en de mensen er ook tegen waarschuwt.

Wat wordt er gedaan om de leefomstandigheden van de mensen te verbeteren?

Daar wordt veel aan gedaan. Jack Nijsse heeft met geld van Bijzondere Noden een waterleidingnet in het dorp aangelegd. Connie Stam verleent geneeskundige hulp en geeft ook onderwijs aan de plaatselijke verpleegkundigen die maar weinig verstand van zaken hebben. Bij die werkzaamheden proberen zij uiteraard ook Gods Woord door te geven. In de toekomst hoopt de heer Greendyk, die nu nog een taalstudie volgt, het onderwijs ter hand te nemen. Het onderwijs in de dorpen is heel primitief. Belangrijk is het dat de mensen goed leren lezen en schrijven, zodat ze zelf Gods Woord kunnen onderzoeken. Hopelijk zijn er straks dan ook mensen die verder gaan leren, en als evangelist onder hun eigen volk kunnen gaan werken.

Is steun vanuit Nederland nodig?

Ja, zeker. De Noord-Amerikaanse gemeenten kunnen het zendingswerk financieel maar nauwelijks dragen. De gemeenteleden moeten al veel geld bij elkaar brengen voor de eigen scholen die niet door de overheid betaald worden. De Noord-Amerikaanse gemeenten kunnen op het moment niet eens de gewone kosten dragen, laat staan dat ze extra dingen kunnen doen, zoals in het onderwijs. Juist op dat terrein kunnen wij steun geven. Denk aan schoolmateriaal, lesmateriaal voor op school en voor de catechisatie, kinderbijbels, bijbelstudiemateriaal, enzovoort. Verder kun je denken aan steun op landbouwgebied. Laten we op deze manier onze zustergemeenten tot een hand en een voet zijn.

Opdracht:

1. Waarom is het voor de zending zo belangrijk dat mensen leren lezen en schrijven?
2. De eerste protestantse zendelingen verspreidden alleen de Bijbel. Onze zending wil niet alleen de Bijbel verspreiden maar vooral ook gemeenten stichten. Waarom is het zo belangrijk dat er gemeenten gesticht worden?
3. Onze zending in Bolivia heeft te maken met de gapende kloof tussen arm en rijk, een Rooms-Katholieke kerk die al drie eeuwen aanwezig is (zij het vaak oppervlakkig) en een heidendom dat vermengd is met het Rooms-Katholieke geloof. Welke consequenties heeft dit voor de manier van zending bedrijven in Bolivia?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

Mivo +12 | 72 Pagina's

5. Zending van de Netherlands Reformed Conoremtions

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

Mivo +12 | 72 Pagina's