Muren tegen levensgevaarlijke vijanden
#ABC-methode
De stadsmuren van Jeruzalem zijn verwoest en de poorten verbrand. Er is gevaar, want nu kan de vijand erin! De stad én de tempel in de stad zijn niet veilig. De Israëlieten bouwen onder leiding van Nehemia de muren weer op. Maar de vijand doet er alles aan om de bouw te stoppen…
A
• Wat is volgens jou de kern van dit Bijbelgedeelte?
• Welke tekst spreekt jou aan?
• Welke tekst vind je moeilijk? Schrijf de vragen die je hebt op en ga op zoek naar de antwoorden.
B
• Wat zijn de twee reacties van de bouwlieden op de aanval van de vijand? Wat voegt Nehemia hier later nog aan toe?
• Lees de kanttekening bij vers 17. Wat betekent deze tekst?
C
• Doe jij een opleiding of werk jij in de bouw? Wat heb je nodig om een stevige muur te maken?
• Jouw leven heeft ook een muur nodig om het te beschermen tegen vijanden. Staat deze muur er al? Door wie is deze muur gebouwd? Voor wie of wat moet deze muur jou beschermen?
• Hoe kan jij vers 9 en 14 concreet toepassen op de vijandelijke aanvallen in jouw leven?
Nehemia 4:6-9 en 14-17
6 Doch wij bouwden den muur, zodat de ganse muur samengevoegd werd tot zijn helft toe; want het hart des volks was om te werken.
7 En het geschiedde, als Sanballat, en Tobia, en de Arabieren, en de Ammonieten, en de Asdodieten hoorden, dat de verbetering aan de muren van Jeruzalem toenam, dat de scheuren begonnen gestopt te worden, zo ontstaken zij zeer;
8 En zij maakten allen te zamen een verbintenis, dat zij zouden komen om tegen Jeruzalem te strijden, en een verbijstering daarin te maken.
9 Maar wij baden tot onzen God, en zetten wacht tegen hen, dag en nacht, hunnenthalve.
14 En ik zag toe, en maakte mij op, en zeide tot de edelen, en tot de overheden, en tot het overige des volks: Vreest niet voor hun aangezicht; denkt aan dien groten en vreselijken HEERE, en strijdt voor uw broederen, uw zonen en uw dochteren, uw vrouwen en uw huizen.
15 Daarna geschiedde het, als onze vijanden hoorden, dat het ons bekend was geworden, en God hun raad te niet gemaakt had, zo keerden wij allen weder tot den muur, een iegelijk tot zijn werk.
16 En het geschiedde van dien dag af, dat de helft mijner jongens doende waren aan het werk, en de helft van hen hielden de spiesen, en de schilden, en de bogen, en de pantsiers; en de oversten waren achter het ganse huis van Juda.
17 Die aan den muur bouwden, en die den last droegen, en die oplaadden, waren een ieder met zijn ene hand doende aan het werk, en de andere hield het geweer.
Staat er een muur tussen jou en de Heere in? Bid dan of Hij deze muur wil afbreken en een stadsmuur ter bescherming om jouw leven heen wil bouwen. Hij kan en wil dat uit genade doen!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 april 2021
Daniel | 36 Pagina's