AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK
4e jaargang 2003/2004, nummer 4
Verschijnt 8 keer per jaar
ISSN: 1568-8852
Verschijnt 8 keer per jaar ISSN: 1568-8852
In dit blad treft u aan:
- Aanwijzingen voor het gebruik van de Treffer 'John Bunyan'
- Programmasuggesties
- Toelichtingen op de vragen
AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK
John Bunyan is in de geschiedenis van de kerk een belangrijk persoon geweest. Met name zijn geschriften, zijn na zijn dood wereldwijd veel gelezen. Deze vierde Treffer van het seizoen 2003-2004 is daarom aan hem gewijd. Ook nu nog worden de boeken van Bunyan door christenen gelezen. Het is bijzonder dat een man die weinig studie genoten heeft, toch zoveel wist over de weg waarlangs de Heere Zijn volk leidt. Zijn leven laat zien dat hij ver van de Heere vandaan geleefd heeft, toch heeft Hij hem opgezocht. De Heere had Bunyan nodig in Zijn wijngaard. Onze jongeren leven soms ook midden in de zonde. Ze geloven dan niet meer dat de Heere ook hen nog op wil zoeken. Het leven van Bunyan laat zien, dat de Zoon des mensen is gekomen, om te zoeken en zalig te maken, dat verloren was. (Lukas 19:10)
Bruikbare thema's zijn:
- John Bunyan een jongere
- De reis van het leven een jongere of een leidinggevende
- De christenreis een jongere
De verschillende werkvormen tref je op de volgende pagina's:
- Vragen voor beide groepen blz. 5
- Vragen voor +14 groepen blz. 6 en 7
- Vragen voor beide groepen blz. 8 t/m 12
Zingen: Psalm 1 vers 1, 3 en 4, Psalm 6 vers 1, 2 en 3, Psalm 25 vers 2 en 7, Psalm 32 vers 1, Psalm 35 vers 1 en 4, Psalm 42 vers 5 en 6, Psalm 43 vers 4, Psalm 68 vers 2, Psalm 73 vers 12 en 14, Psalm 87 vers 5, Psalm 119 vers 1 en 3, Psalm 141 vers 1, 2 en 9 en Psalm 143 vers 10.
PROGRAMMASUGGESTIES
Doel van de schets
'We zijn nog nooit zo slim geweest al nu en we hebben nog nooit zoveel kennis gehad als in deze tijd.' Deze gedachte leeft breed binnen onze samenleving. Ook onze jongeren hebben daar wel eens een handje van. Terwijl de schatten van vroeger daarbij vergeten zouden worden. Dat we daar op moeten letten laat de Bijbel ons zien. Zie Jeremia 6:16: "Zo zegt de HEERE: Staat op de wegen, en ziet toe, en vraagt naar de oude paden, waar toch de goede weg zij, en wandelt daarin; zo zult gij rust vinden voor uw ziel;..." De Heere, heeft in de persoon van Bunyan, ons vele geschriften nagelaten die het lezen waard zijn. Ze gaan niet boven de Bijbel, maar ondersteunen Deze. Probeer op de club de jongeren te stimuleren de boeken van Bunyan te lezen. Er is veel van hem voor jongeren herschreven, dus er is aanbod genoeg. Bunyan sluit zijn biografie, getiteld 'Genade in overvloed' af met de woorden: gedankt zij God Die mij begenadigd heeft!
Vertelschets
- Christen vlucht uit stad Verderf. Vertelling van het begin van de Christenreis.
- Vertelling over het leven van Bunyan.
- Waar loopt deze weg naartoe? - J. de Jager. Pagina 8 t/m 12 zijn overgenomen uit dit boekje met toestemming van de schrijver. Als u andere stukken van de Christenreis aan de orde wilt stellen is dit boekje een prima uitgangspunt voor een vertelling.
Idee voor de + 12 groepen
- Opening
- Vertelling over het leven van Bunyan. Je kunt daarvoor de vertelschets gebruiken
- Pauze
- Hierop aansluitend kun je de vragen van de bladzijde 4 t/m 7 doen.
- Als er nog vragen zijn plenair afronden.
- Sluiting
Idee voor + 14 groepen.
- Inleiding door de leidinggevende over het boek de Christenreis. U kunt daarvoor de vertelschets gebruiken over de Christenreis.
- Pauze
- Hierop aansluitend kunt u de vragen van bladzijde 8, 9, 10, 11 of 12 doen.
- Als er nog vragen zijn plenair afronden.
- Sluiting
Idee voor de + 12 en de + 14 groepen die gezamenlijk vergaderen
- Opening
- Van te voren hebben jongeren alleen of in een groepje een gedeelte uit de Christenreis voorbereid. Ze kunnen daarvoor de bladzijden uit de Treffer gebruiken.
- Dit kan ook aan de hand van een dia of een plaat uit het grote platenboek van Albert Wessels.
- Pauze
- U verdeelt de groep in kleine groepjes en ieder groepje doet een andere bladzijde uit de Treffer over de Christenreis.
- Sluiting
Tip: Bij de Buyanstichting zijn er ook diaseries over de Christen- en Christinnereis. Verder kunnen zij ook benaderd worden voor een inleiding over een thema rondom Bunyan.
Adres: Bunyanstichting
Postbus 78
3770 AB Barneveld
Tel 0342 - 461552
TOELICHTING OP DE VRAGEN
Aanwijzingen bij pagina 3
Op deze intropagina is een aangrijpende illustratie te zien. Het laat zien dat een mens zijn hele leven bezig kan zijn, maar daarmee zonder God sterft. Je kunt over deze illustratie met de jongeren in gesprek gaan.
Aanwijzingen bij pagina 5
1. Deze uitdrukking is in Engeland in de tijd dat Bunyan leeft ontstaan. Ketellappers vallen op door hun ruw taalgebruik. Ze vloeken veel. Bunyan is daar een voorbeeld van. 2. Het is de bedoeling dat jongeren met elkaar praten over de slagzinnen. Ze kunnen ook in groepjes een poster ontwerpen voor de Bond tegen het vloeken.
3. Stelling 1
Het moet eigenlijk wel. Het is wel moeilijk om er iets van te zeggen. Vaak durven we het niet. Soms is het beter dat we niets zeggen. Als we voelen dat er gevloekt wordt om ons uit te dagen. "Geeft het heilige den honden niet, noch werpt uw paarlen voor de zwijnen; opdat zij niet te eniger tijd dezelve met hun voeten vertreden, en zich omkerende, u verscheuren." (Mattheüs 7:6)
Stelling 2
Dat hoeft niet zo te zijn. Veel mensen geloven niet in het bestaan van God en vloeken toch. De vloek is een stopwoord of een krachtterm, in Nederland is dat het grootste probleem.
Stelling 3
Dat is waar. Als een schrijver personen laat vloeken, zegt dit al iets over de schrijver zelf. Daarnaast sticht het niet, er zijn nog genoeg andere boeken te lezen.
Stelling 4
Dat is waar. Gelukkig komt niet alles wat er in ons hart leeft naar buiten. Het gebed moet elke dag zijn: "Zet. HEER', een wacht voor mijne lippen."
4. Antwoorden bij de vragen over Johannes 3.
- Nicodemus is een farizeeër. Het leven van een farizeeër is een leven van doen en laten. Door het stipt onderhouden van de wet proberen ze de hemel te verdienen. De Heere heeft Bunyan stilgezet tijdens het spelen op zondag. Bunyan gaat van die dag af trouw naar de kerk, leest in de Bijbel, vloekt niet meer. Hij denkt net als Nicodémus, dat hij op weg is naar de hemel. Totdat hij de vrouwen hoort praten over de wedergeboorte, die nodig is.
- De poort die toegang geeft tot het Koninkrijk van God, is de wedergeboorte. De Heere Jezus gebruikt hier het woord' Van bovenaf geboren worden.' God is Zelf de Auteur van deze wedergeboorte.
- Niet iedereen weet het tijdstip van zijn wedergeboorte. Bij de wedergeboorte ontvangen we geloof, hoop en liefde van de Heere. Je gaat alles wat in de Bijbel staat geloven met je hart. De Heilige Geest schenkt geloof dat ik diegene ben die het aangedurfd heeft om tegen een heilig, goeddoend God te zondigen.De Heilige Geest doet je hartelijk belijden: Vergeef mij al mijn zonden. Een groot wonder als de Heere op Zijn tijd ook het geloof schenkt om te zien op Hem als de Weg, de Waarheid en het Leven. Gods kinderen ontvangen ook het geloof dat hun zonden vergeven zijn. De hoop klemt zich vast aan Gods goedertierenheid. Naast geloof, hoop wordt ook liefde in het hart uitgestort.Liefde tot God, Zijn Woord, Zijn Dag, Zijn volk en Zijn inzettingen.
- In de Dordtse leerregels wordt gesproken over de wedergeboorte als een opwekking uit de doden, nieuwe schepping en levendmaking. Deze wedergeboorte is het werk van God en ze is in haar kracht niet minder dan de Schepping. Het is een totale vernieuwing van de mens. Het gesloten hart wordt geopend. De wil wordt vernieuwd, het verstand verlicht.
- Toch moet je het blijven doen want het zijn de middelen die de Heere Zelf gegeven heeft om Hem te leren kennen. Hij zegt in Zijn Woord: "Onderzoekt de Schriften want die zijn het die van Mij getuigen." (Johannes 5:39) "Bidt en u zal gegeven worden, zoekt en gij zult vinden. "(Mattheüs 7:7)
Aanwijzingen bij pagina 6
1. De duivel is de grote tegenstander van God en Zijn werk. Als er een mens bekeerd wordt, raakt de duivel een onderdaan kwijt. Hij laat zijn prooi niet zomaar los.Hij benauwt Gods kinderen en probeert ze tot zonden te verleiden. Hij probeert de band tussen de Heere en Zijn volk kapot te maken. In het leven van David lezen we in 1 Kronieken 21:1: 'Toen stond satan op en hij porde David aan om Israël te gaan tellen." De satan neemt van Job alles af met het doel ddat Job nu ook de Heere vaarwel zal zeggen. De Heere Jezus zegt tegen Petrus: "De satan heeft u zeer begeerd te ziften als de tarwe." (Lukas 22:31) Toch kan de satan niet meer doen dan de Heere toelaat. We zien dit duidelijk in de geschiedenis van Job. Hij vraagt de Heere toestemming om Job arm en ziek te maken. De Heere Jezus laat zien dat Hij de satan in Zijn macht heeft: "ik heb voor U gebeden opdat uw geloof niet ophoude." (Lukas 22:31)
2. Niet alle kinderen van de Heere worden op dezelfde manier geleid. Obadja mocht van jongs af de Heere vrezen. De bekering van Paulus gaat plotseling en snel. Binnen 3 dagen mag hij de Heere Jezus leren kennen. Bij Lydia ging het rustiger. De Heere opent haar hart onder de prediking van Paulus. Ook in de Christenreis zien we verschil tussen de bekering van Christen en Getrouwe. De weg waarlangs de Heere Zijn kinderen leidt, kan verschillend zijn. Ze leren echter allemaal de drie stukken kennen: ellende, verlossing en dankbaarheid.
Aanwijzingen bij pagina 7
1. Alles wat de kinderen van de Heere meemaken komt uit Gods Vaderhand. Hij is een getrouw God en Vader en niemand kan hen scheiden van Zijn liefde. Hij bestuurt alle dingen en weet wat goed voor Zijn kinderen is. Bunyan mocht door het geloof vertrouwen op Zijn Vader. Zijn Vader zal voor hem in de gevangenis zorgen maar ook voor zijn vrouw en kinderen.
2. Je mag spreken van God als Vader omdat Hij je Schepper is. "Ben Ik een Vader, waar is Mijn ere?" (Maleachi 1:6) Alleen voor Gods kinderen is God Vader in Christus.
3. In Titus 3:1 gaat het erom dat we de overheid moeten gehoorzamen omdat zij van God gezag en macht gekregen heeft. In Handelingen 5:29 wordt gezegd dat we God meer gehoorzaam moeten zijn dan de mensen. De overheid verbood Bunyan te gaan preken. Hij moest toen de Heere gehoorzamen en doorgaan met preken.
4. Als de overheid iets van ons vraagt, wat tegen de wil van de Heere is dan mogen we haar niet gehoorzamen
Aanwijzingen bij pagina 8
1. In Jesaja 64:6 wordt er gesproken over gescheurde kleren. Met die gescheurde kleren worden onze zonden bedoeld. In deze tekst wordt er niet alleen gesproken van ongerechtigheden (zonden), maar ook over gerechtigheden.Alles wat we doen is met zonde bevlekt. Bunyan dacht dat hij op de weg naar de hemel was toen hij netjes ging leven. De Heere liet hem zien dat hij gescheurde kleren droeg.
2. De Heere laat Christen zien hoe zijn leven eigenlijk is. Hij leeft zonder God. Tegelijk voelt hij liefde in zijn hart. Hij kan God niet missen. Hij ziet dat het zijn zonden zijn, die er voor zorgen dat er een onoverbrugbare kloof is tussen God en zijn ziel. Dit geeft droefheid in zijn hart.
3. De mensen om hem heen hebben het prima naar hun zin in stad Verderf. Ze zien de kloof niet die er is tussen God en hun ziel. Ze begrijpen daarom de droefheid van Christen niet en denken dat hij overspannen is.
4. In Psalm 38:5 wordt er gesproken over ongerechtigheden. Ze zijn een zware last. Met het pak op de rug van Christen worden de zonden bedoeld.
5. Met Evangelist bedoelt Bunyan in de eerste plaats zijn eigen predikant dominee Gifford. Van hem heeft hij veel onderwijs gekregen. Er worden natuurlijk alle predikanten mee bedoeld. Zij wijzen ons de weg naar de poort. Het kan ook iemand zijn, die de Heere op je weg plaatst.
6. Met het licht wordt het Woord van de Heere mee bedoeld. In 2 Petrusl :19 lezen we dat we het Woord hebben. Het Woord van de Heere wordt vergeleken met een licht schijnende in een duistere plaats.
Aanwijzingen bij pagina 9
1. We moeten de mensen die dicht bij ons leven vertellen dat ze verloren gaan als ze de Heere niet kennen. Dit is vaak heel moeilijk. Vraag de Heere of Hij je de juiste woorden op de juiste tijd wil geven. Het gaat niet alleen om onze woorden, onze daden zijn ook erg belangrijk!
2. Het lijkt alsof Gezeggelijk, net als Christen de Heere lief gekregen heeft, in het gesprek merken we gelijk dat dit niet waar is. Het gaat Gezeggelijk niet om de Heere, maar om de hemel. Hij wil daar graag over praten met Christen.
3. Hier zien we het verschil tussen een echt kind van God en een meeloper, in het hart van Christen was de zondekennis gewerkt. Daarom heeft Christen last van het pak op zijn schouders. Gezeggelijk kent het werk van de Heere niet en voelt geen zondepak. Hij kan veel vlugger lopen dan Christen.
4. Orpa, de rijke jongeling en Demas.
5. David riep: Heere wilt U mij niet straffen! Hizkia riep: Heere, wees Gij Mijn Borg! Gods kinderen kennen een moedeloosheid als ze letten op hun zondige hart, hun onverbetelijkheid, hun weglopen van de Heere. Het is de Heere, Die de moedelozen gedenkt. Ze kunnen ook moedeloos zijn als ze het niet eens zijn met de weg die de Heere in hun leven met hen houdt bijvoorbeeld Asaf in Psalm 73 en de profeet Elia onder de jeneverboom. Er zijn stenen in de poel van moedeloosheid. Als de pelgrims daarop stappen, dan zakken ze niet weg. Met die stenen worden de beloften van de Heere bedoeld. Als de Heere in hun hart spreekt, dan zijn ze niet moedeloos meer. Ze mogen op Hem zien.
6. De Heere Jezus zegt hier dat we moeten blijven bidden en kloppen. Op het gebed zal de Heere opendoen. Hij laat geen bidder staan! We moeten aanhoudend kloppen en bidden. Dat heeft Christen bij de poort ook gedaan. Vraag maar of de Heere je wil leren kloppen als een onwaardige. We verdienen het niet dat de poort wordt opengedaan.
Aanwijzingen bij pagina 10
1. Ik leef voor het hier en nu. -> Hartstocht
Abram verwachtte een beter vaderland. -> Geduld
De rijke man uit de gelijkenis wilde grotere schuren bouwen. -> Hartstocht
In het licht van de eeuwigheid zijn aardse schatten prullen. -> Geduld
De dingen die men ziet zijn tijdelijk, de dingen die men niet ziet zijn eeuwig. -> Geduld
Met Hartstocht worden de mensen bedoeld die vol zijn van de wereld. Ze zoeken geld, goed, eer. Ze denken niet over het toekomende leven. Ze willen het goede nu hebben in dit leven.Het goed dat ze in dit leven krijgen, hebben ze spoedig verkwist. Ze houden niets dan prullen over. Als ze sterven hebben ze niets. Bij Geduld is het anders. Daarmee worden bedoeld de mensen waarbij de eeuwige dingen veel meer waarde hebben dan de tijdelijke. Zij wachten op het ware goed na dit leven. Dit goed bewaart de Heere voor Zijn kinderen in de hemel. Bij Ezau en Jakob zien we dit grote verschil ook.
2. In Hooglied 8:6 en 7 lezen we ook dat vele wateren de liefde niet kunnen uitblussen. In Lukas 24 :23 wordt de liefde ook met een brandend vuur vergeleken. Een teken bij de uitstorting van de Heilige Geest is verdeelde tongen als van vuur. De satan probeert altijd dit vuur te blussen door de kinderen van de Heere te verleiden tot zonde, door hen af te trekken van de Heere. Gods kinderen kunnen helemaal opgeslokt worden door de dingen van de wereld. Ze leven dan ver af van de Heere. Toch houdt Christus ze vast. Ze zullen nooit in de handen van satan vallen. De Heere doet dit vaak op een verborgen manier. Gods kinderen zien soms niet dat de Heere ze vasthoudt, (verloochening van Petrus ) De Man Die er olie opgiet staat achter de muur.
3. Bij het kruis rolt het pak van Christen af het graf in. Bij het kruis mag Christen de vergeving van zijn zonden ervaren. Alleen door het offer van Christen aan het kruis kunnen onze zonden vergeven worden. Drie blinkende gestalten begroeten hem en zeggen: "Vrede zij u". Sommige uitleggers zeggen: Christen mag vrede ervaren met een Drieënig God. Anderen zien in de drie gestalten drie boodschappers uit de hemel, (verkondigers van het Evangelie) Hij krijgt een nieuw kleed (zie gelijkenis van de verloren zoon) en een rol. Deze rol mag hij niet verliezen. Hij moet de rol aan de hemelpoort laten zien. Het is een toegangsbewijs.
Aanwijzingen bij pagina 11
1. De engel des afgronds, de satan.
2. Petrus vergelijkt de duivel hier met een briesende leeuw. Hij zoekt zijn prooi. Gods volk krijgt met hem te maken. Hij probeert ze te verleiden om hem weer te gaan dienen, maakt hen bang. Hij wil het werk van de Heere stuk maken.
3. Met het zwaard wordt Gods Woord bedoeld. De pijlen worden opgevangen door het schild. De vijand wordt verjaagd door het zwaard.
4. De Heere Jezus (Mattheüs 4:4, 7 en 10)
Aanwijzingen bij pagina 12
1. Met die rivier wordt de dood bedoeld.
2. Het water van de rivier is niet overal even diep. Er wordt tegen de twee pelgrims gezegd: "U zult het dieper of ondieper vinden naarmate u gelooft in de Koning." Sommige van Gods kinderen hebben veel geloof bijvoorbeeld Stefanus, anderen hebben veel aanvechtingen van de duivel en zijn bang. De duivel brengt Christen zonden van vroeger in gedachten. Christen voelt de angsten van de dood, terwijl Hopende hem bemoedigt. Bunyan laat hier zien dat ook Gods kinderen bang kunnen zijn als ze moeten sterven. De Heere neemt die angst weg. Christen roept: "Ik zie Hem ". Hij voelt grond onder zijn voeten, de rivier is ondiep.
3. De dood van de kinderen van de Heere is een toegang tot het eeuwige leven. Als ze sterven worden ze verlost van de zonde en mogen ze zonder zonde eeuwig bij de Heere zijn.
Literatuur over John Bunyan en de Christenreis:
- De Christenreis - naverteld door M.J. Ruissen;
- Bunyans Christenreis - naverteld door T. Mateboer;
- Ds. A .Vergunst - De geestelijke pelgrim;
- Ds. C. Harinck - Personen uit de Christenreis;
- Ds. C. den Boer - Een vreemd'ling hier beneên;
- L. J. van Valen - Bunyan in beeld.
Eén ding is nodig
Ik bied u deze reeg'len aan,
opdat gij daaruit leert
waarom de heer'zo dringend roept,
dat g'u tot Hem bekeert.
Geen mens die hier geboren werd
voor 't leven hier beneên;
neen, men gaat in de jongste dag
naar hel of hemel heen.
Gij dan, die mijne woorden leest;
keer tot u zelven in.
Worde het door Gods zegen u
voor eeuwig tot gewin.
Geef acht dus op hetgeen ik schrijf,
en overdenk het wel,
als 'k u van dood en oordeel meld,
van hemel en van hel.
Mijn lezer, wie g'ook zijt,
die deze woorden leest,
veracht niet mijne taal,
al is zij arm geweest.
Ik smeek u, hoor mij aan:
't is tot uw hart gericht.
Indien gij u ook bekeert,
verheugt g'u in Gods licht
en erft een eeuwig goed,
daarboven weggelegd.
De fouten zijn van mij,
de rest heeft God gezegd.
John Bunyan
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 2003
Treffer | 19 Pagina's
