JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK

19 minuten leestijd

3e jaargang 2002/2003, nummer 1
Verschijnt 8 keer per jaar
ISSN: 1568-8852

Treffer is bestemd voor leidinggevenden aan +12 en +14 groepen. Het geeft informatie voor het werken met het ledenblad Treffer.

In dit blad treft u aan:
- Aanwijzingen voor het gebruik van de Treffer "Shalom"
- Programmasuggesties
- Toelichtingen op de vragen

AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK

Hierbij ontvangen jullie de eerste Treffer van dit seizoen. Dit nummer gaat over "Shalom" en verschijnt in de serie werkschetsen voor-16. Zowel de +12 groepen als de +14 groepen kunnen met de schets aan de slag. Voor de +12 groepen kan de Bijbelse vertelschets die in het ledenblad staat gebruikt worden. Achter de titel schuilt het land en het volk Israël, zowel in het verleden als in het heden. Een thema wat elke keer weer actueel is. De discussie over wel of geen Palestijnse staat, de zelfmoordaanslagen, de daarop volgende Israëlische vergeldingen en de landbelofte. Genoeg punten dus om een aantrekkelijke avond te maken.

Bruikbare thema's zijn:
- Israël een land van beloften Een jongere
- Terrorisme Een jongere
- Jong zijn in Israël Een leidinggevende of een jongere
- Islam en Israël Een leidinggevende

De verschillende werkvormen treft u aan op de volgende pagina's:
- Bijbelstudie voor +14 groepen Pagina 8
- Vragen voor +14 groepen Pagina 9
- Verwerkingsvragen voor beide groepen Pagina 10 
- Verwerkingsvragen voor beide groepen Pagina 11
- Puzzel voor beide groepen Pagina 12

Zingen: Psalm 53, Psalm 68, Psalm 78, Psalm 81, Psalm 130 en het Israëlische volkslied (Hatikva)

PROGRAMMASUGGESTIES

Doel van de schets
Het doel van de schets is om samen met de jongeren te kijken naar het land Israël. Ze horen of ze lezen er misschien veel over, maar zeker in een gevoelige situatie als deze is het belangrijk om naar de achtergrond van het probleem te kijken. Vaak wordt er in onze kerken gezegd dat de Israëlieten recht hebben op het land Israël. Maar hoe komen we daar eigenlijk bij en welke argumenten zijn daarvoor? En is er wel een oplossing voor dit al jaren durende conflict? Door deze Treffer op een verenigingsavond te bespreken kun je met elkaar op zoek gaan naar een antwoord op deze vragen. Een belangrijk onderdeel hiervan is de landbelofte. De Heere zelf heeft het land aan Abraham, Izak en Jakob beloofd. En deze belofte staat vast. Probeer het probleem dicht bij de jongeren te brengen door ze in te laten leven hoe moeilijk het is om te leven in een land dat eigenlijk altijd in oorlog is. Het gebed van de jongeren om de vrede van Jeruzalem kan niet gemist worden.

Idee voor de +12 groepen
- Opening
- Maak een groot vel met daarop de stelling: "Palestijnen mogen bommen gebruiken tegen Israël." Laat de jongeren, door middel van een geel papiertje met plakrand, hun mening geven en deze plakken op het grote vel.
- Inleiding door jongere of leidinggevende over de huidige situatie in Israël. Als je als leidinggevende de inleiding doet kijk dan of je de mening van de jongeren op het vel kunt verwerken in je inleiding.
Pauze
- Neem de stellingen van pagina 10 en zet elke stelling los op een A4-tje. Vorm net zoveel groepen als dat je stellingen hebt. Geef elke groep een stelling en laat ze hier met elkaar over discussiëren en hun reactie op het A4-tje zetten. Na ± 5 minuten laat je de groepen doordraaien en over de volgende stelling discussiëren. Hierin kan de mening van de volgende groep meegenomen worden.
- Inventariseer of alles duidelijk is voor de jongeren en sluit af.

Idee voor de +14 groepen
- Opening
- Bespreek een aantal vragen/stellingen uit de Treffer in groepjes door middel van een stille groepsdiscussie.
- Inleiding over Israël
Pauze
- Verwerking door middel van een forum. In dit forum zitten zowel leidinggevenden als jongeren. Kijk of het mogelijk is om een aantal mensen vertegenwoordigers te laten spelen van zowel Israëlische zijde als Palestijnse zijde.
- Sluiting

Idee voor de +12 en +14 groepen die gezamenlijk vergaderen
- Opening
- Inleiding over Israël door een leidinggevende of een genodigde (bijvoorbeeld dhr. J.J. de Jong van het deputaatschap voor Israël).
Pauze
- Verdeel de jongeren in groepjes met een leidinggevende en doe met elkaar de bijbelstudie over Romeinen 11 die in de Treffer staat.
- Als er na de groepsbespreking nog vragen zijn kunnen die kort plenair besproken worden.
- Sluiting

Het is leuk om op een verenigingsavond die over Israël gaat het Joodse volkslied te zingen. Hieronder vindt u de tekst met de vertaling.

Het volkslied van de staat Israel

HaTikvah

"Kol od baLewaw p'nimah,
Nefeshjehudi homi'ah.
UTfa'atej Misrach kadimah
Ajin le'Zion zofi'ah.
Od lo avdah Tikvatejnu,
HaTikvah bat Shnot alpajim,
"L'hijot Am chofshi be'Arzejnu
Erez Zion v'Jirushalajim".

De Hoop
"Zolang als diep in het hart
Nog steeds leeft de ziel van een Jood
En vooruit, gericht naar het Oosten
Het oog nog steeds naar Zion schouwt,
Is onze hoop nog niet verloren
De hoop van duizenden jaren
Te zijn een vrij volk in ons land,
Het land van Zion en Jeruzalem"

TOELICHTINGEN OP DE VRAGEN

Aanwijzingen bij pagina 3
Twee verhalen. De eerste laat de moeilijke politieke situatie in Israël zien. Voorbede voor 'vrede in Jeruzalem' is dan ook nodig. Het gebed is een sterker wapen, dan geweld. Dit verhaal laat duidelijk zien hoe de jongeren door de media geconfronteerd worden met het geweld in het Midden-Oosten. Het tweede verhaal is de verhoring van het gebed om 'vrede in Jeruzalem'. Niet door kracht, noch door geweld, maar door de Heilige Geest (Zacharia 4:6) zal er vrede komen. Waar twee verschillende volken in het geloof bij elkaar komen, vallen de verschillen weg. En is er de samenbindende liefde van God.

Aanwijzingen bij pagina 4
Jakob en de landbelofte. In dit verhaal zien we dat het land Israël beloofd is aan Abraham en zijn nageslacht. Daarnaast is ook waar dat de Heere vanwege de zonde en ongerechtigheid Zijn volk de ballingschap in stuurt. Als voorbeeld hebben we Jakob genomen, de Heere heeft hem Israël genoemd. Hij is hierin een type van het hele volk Israël dat is afgedwaald. Toch, en dat is het wonder, verlaat God Zijn volk niet, maar zoekt hen op. En dat niet alleen hij geeft ze ook nog zijn beloften zoals we bij Jakob zien in zijn droom. Ze zijn teruggekomen uit de ballingschap te Babel. Ze zijn teruggekomen uit de diaspora en in 1948 hebben ze een eigen staat mogen stichten.

Aanwijzingen bij pagina 5
Deze pagina laat duidelijk zien dat de Heere werkt onder de Joden. Hij is Zijn volk niet vergeten. U kunt met de jongeren bespreken of Joden 'anders' zalig worden. Dat is niet het geval. De Heere werd haar te sterk. Schuld werd schuld en ze kreeg de vergeving van Christus nodig. In haar leven werden de vruchten van geloof en bekering zichtbaar. Deze jonge vrouw heeft de Heere vroeg leren kennen, dit is ook voor onze jongeren van groot belang.

Aanwijzingen bij pagina 8
De bijbelstudie op deze pagina is niet makkelijk voor de leeftijdscategorie twaalf tot zestienjarigen. Dit bijbelgedeelte laat zien welke beloften er liggen voor het volk Israël. Wanneer u er voor kiest om een avond te beleggen waar de toekomst van het volk Israël aan de orde komt is het goed te bedenken dat er in onze gemeenten tot voor kort weinig aandacht is besteedt aan de Bijbelse visie op Israël. De kerk was toch in de plaats van Israël gekomen? Zorgvuldig schriftonderzoek wijst intussen op de bijzondere positie van het volk Israël te midden van de volkeren. "God heeft zijn volk niet verstoten,..." (Romeinen 11:2a). Hieronder een aantal handvatten die u kunt gebruiken wanneer u een inleiding op deze Bijbelstudie wilt doen. Wanneer je een Bijbelstudie doet is het belangrijk om het bijbelgedeelte wat je gaat overdenken in zijn verband te zien. Daarom willen we naar de voorgaande hoofdstukken kijken. In Romeinen 9 zien we dat Paulus de geschiedenis van het volk Israël beschrijft. De rode draad hierin is de trouw van God, dit ligt niet in de Joden, maar dat is het vrijmachtige werk van God. Zo is de conclusie van dit hoofdstuk dat de Joden Gods gerechtigheid gezocht hebben door hun werken, maar ze hebben ze niet gevonden. De heidenen die Gods rechtvaardigheid niet gezocht hebben, hebben ze wel ontvangen. Ook dit is Gods wil, maar hebben de Joden dan geen schuld. Jawel, zegt Paulus, "want ze hebben zich gestoten aan de Steen des aanstoots. In hoofdstuk 10 zien we dat Paulus doorgaat op wat hij in hoofdstuk 9 is begonnen te zeggen, namelijk dat de joden door het strikt onderhouden van de wet hun zaligheid hebben geprobeerd te bewerkstelligen, terwijl Christus het eind van de wet is. De heidenen echter zijn door de prediking geroepen tot het geloof in Jezus Christus. Maar hier mogen ze zichzelf niet in beroemen, want zegt Paulus: "er is geen onderscheid noch Jood nog Griek..." En een aantal verzen verderop: "Want een iegelijk die de naam des Heeren zal aanroepen zal zalig worden." En dan begint Paulus met het elfde hoofdstuk. "Heeft God zijn volk verstoten? Dat zij verre..." Want Paulus is zelf ook een Israëliet, een nakomeling van Abraham! Nee, God zal Zijn volk niet verstoten hetwelk Hij tevoren gekend heeft. Maar hoe kan het dan dat de Joden in ongeloof gevallen zijn? En de heidenen de zaligheid ontvangen hebben? We lezen in vers 14 dat de Heere dit doet om de Joden tot jaloersheid te verwekken. Daarna lezen we dat Paulus het mooie voorbeeld van de olijfboom gebruikt om Gods weg duidelijk te maken. Als er een tak van een olijfboom afbreekt dan is het mogelijk dat de eigenaar van de boom een tak van een wilde olijfboom neemt en deze in de plaats van de afgebroken tak te enten. Stel dat dit gebeurt dan is er toch geen enkele reden voor de ingeente takken om zich te verheffen boven de afgehouwen takken? De wortels zorgen er toch voor dat de takken kunnen groeien, daar zorgen de takken niet zelf voor. Met dit voorbeeld wil Paulus de heidenen laten zien dat ze zich niet boven de Joden moeten verheffen. De heidenen moeten zich er van bewust zijn dat het Gods goedertierenheid is dat ze ingeënt zijn. En de Heere heeft de natuurlijke takken (Joden) niet gespaard zou hij de ingeente takken dan wel sparen? In vers 25 en verder laat Paulus beloften voor het volk Israël zien. "En alzo zal geheel Israël zalig worden;" Deze regel heeft in de Gereformeerde kerken al veel verschillende uitleggingen gehad. Toch willen we aansluiten bij hetgeen ds. Sonnevelt schrijft in zijn boek "Gods weg met Israël": "Nu zijn er slechts weinig Joden die Jezus als de Messias belijden, zó weinig dat Paulus over Israël kan spreken alsof heel het volk verhardt is (Romeinen 11:7). Dan zullen het er velen zijn, zóvelen dat hij over Israël mag spreken alsof heel het volk zal zalig worden (Romeinen 11:26).

1. Hun ongeloof en ongehoorzaamheid. De verwerping van de Messias. (Romeinen 10:21, 11:19) Ze hebben niet gewild dat Jezus koning over hun leven werd. We mogen echter niet vergeten dat de Heere zich gaarne ontfermd over degenen die Hem vrezen en die Hem zoeken, ook onder de Joden. Er is geen onderscheid tussen Jood en heiden in de weg van zalig worden.
2. Woorden wekken, voorbeelden trekken. Onze levenswandel dient versierd te zijn met goede werken. Niet om daar iets mee te verdienen (zoals de Joden), maar uit dankbaarheid voor wat God ons in Christus gegeven heeft. Spreek altijd goed van de Heere, ook als je onbekeerd bent. Zending bedrijven is niet verkeerd. Er is namelijk maar één Weg ten leven: Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Zending bedrijven onder de Joden is noodzaak. Mogen we een blinde naar de afgrond laten gaan, zonder hem te waarschuwen? Dan zijn wij mede schuldig aan zijn dood. Zo ook moeten we de Joden waarschuwen.
3. a. Eerstelingen: aartsvaders (Abraham, Izak en Jacob) Deeg: nakomelingen van de aartsvaders via de lijn Izak, Jakob.
b. Wortel: aartsvaders/patriarchen Tamme takken: nakomelingen van de aartsvaders Wilde takken: de heidenen die ingelijfd worden in de gemeente
4. - De takken staan op een wortel. Daar halen de takken hun sappen vandaan. (Denk ook aan het beeld van de wijnstok, Johannes 15:4, Blijft in Mij, en Ik in u. Gelijkerwijs de rank geen vrucht kan dragen van zichzelve, zo zij niet in den wijnstok blijft; alzo ook gij niet, zo gij in Mij niet blijft.) De 'takken' ontvangen dus genade. Daar mogen ze zich dan niet op beroemen. Een ieder die meent te staan, zie toe dat hij niet valle. Ook hierin. Wat onderscheidt ons van de ongelovige Joden. Zijn wij beter? Kan ons niet hetzelfde overkomen wanneer we ons verharden in ons ongeloof? Het is Gods genadige hand dat wij nog niet gevallen zijn en nog onder de bediening der verzoening mogen komen. Zondag aan zondag.
5. a. Ja, vers 23. God is machtig om dat te doen en zal dat ook doen (vers 26).
b. Als de volheid van de heidenen zal zijn ingegaan (vers 25). Als de menigte der heidenen zal zijn ingegaan door belijdenis van het christelijke geloof in de gemeente Gods. Er zullen ook na de volheid nog heidenen zalig zijn/worden. (Deuteronomium 32:43)
c. Komt er dan nog een nationale bekering van de Joden? Dat heeft de Heere niet beloofd. Wel dat Israël een christelijke natie zal worden, weer opgericht zal worden. Zie onder andere Deuteronomium 30:4 en 5, Psalm 105:8-11, Jeremia 31:23 en 24 en 38 t/m 40, Ezechiël 36 en 37, Amos 9:14 en 15.
6. Daar mogen we ons niet in verheugen. Het is niet goed om blij te zijn met de eeuwige ondergang van een ander. Beter past ons het gebed: Heere bekeer... (die ten dode toe wankelen).
7. Omdat Paulus de verkiezing bewondert. (O diepten des rijkdoms e.v.) De verkiezing is een poort in een muur tussen de mensen in God. Er is een mogelijkheid van zalig worden voor zondaren. Gods wegen kunnen in de weg van zalig worden ondoorgrondelijk lijken, maar Hij heeft ons ondergang niet op het oog. Denk maar aan de woorden: "Gij hebt niet gewild dat ik koning over u zijn zou." Het is onze onwil, niet Gods onwil waardoor we verloren gaan. God wil, dat alle mensen zalig worden, en tot kennis der waarheid komen. (1 Timothëus 2:4) Dit geldt ook de Joden. Zie ook Dordtse Leerregels Hoofdstuk 1, artikel 6.

Aanwijzingen bij pagina 9
De SGP neemt een pro-lsraël standpunt in. Dat kan een gevaar zijn. Het lijkt dan alsof de SGP zich altijd 100% achter Israël opstelt. Ook wanneer de regering in Israël verkeerde beslissingen neemt. Toch kunnen we op grond van de Bijbel het volk Israël niet laten vallen. De Heere gebiedt ons om te bidden voor de vrede van Jeruzalem.

Antwoorden bij de vragen:
1. De Palestijnen leggen de schuld bij de Joden. Ze vinden dat de Joden krijgen waar ze om gevraagd hebben. De Israëlieten doden Palestijnen en de Palestijnen doden Joden. Er zijn ook Palestijnen die zien dat op deze manier vrede heel moeilijk is, zij roepen op tot overleg met Israël om tot een oplossing proberen te komen.
2. Land voor vrede is een oplossing. Het lastige is dat voor Israël de garantie pas achteraf komt. Ze moeten eerst land geven. Dan pas krijgen ze vrede terug. Maar wie zegt dat de Arabische landen/de Palestijnen dan ook vrede geven? Misschien blijven ze oorlog voeren. Dan zijn de Joden hun gebied kwijt en staan met lege handen. En bepaalde stuk(jes) land wil Israël nooit opgeven. Denk aan Oost-Jeruzalem en de Golanhoogte (bij Syrië). Deze gebieden zijn godsdienstig, historisch en strategisch te belangrijk om terug te geven. Toch hebben ze weinig keus, zoals het nu gaat kost het veel slachtoffers en beide partijen voeden eikaars haat. Of er een tijd zal komen waarin beide volken naast elkaar wonen? De toekomst zal het leren.

Aanwijzingen bij pagina 10
1. Een lastige keuze. Er zullen dan goeden onder de kwaden leiden en dat is niet rechtvaardig. Anderzijds is het zo dat de misdadigers wel opgepakt dienen te worden en als de Palestijnse bevolking niet meewerkt omdat de terroristen in hun ogen verzetshelden zijn, moeten ze de consequenties ook dragen.
2. Echte vrede, echt shalom, is alleen mogelijk wanneer Jood en Palestijn zich broeders mogen weten in Christus Jezus. Bij een eigen staat - als die er al komt - zal de Jodenhaat blijven. De vrede is in elk geval niet te vinden in bomaanslagen en vergeldingen.
3. Er wordt in het Oude Testament ook gebied afgestaan. Salomo gaf twintig steden uit Galilea aan koning Hiram van Tyrus omdat deze hem 120 talenten goud geschonken had voor de bouw van de tempel (1 Koningen 9). Voor de meeste Joodse rabbijnen zijn de grenzen van Israël heel bewegelijk. Een minimum-lsraël van Dan tot Berseba. En een maximum-lsraël van Egypte tot de rivier de Eufraat (Genesis 15:18). Het is dus heel lastig om aan te geven welk gebied de Joden in bezit mogen houden. Maar we zien dat er speelruimte is en hierdoor dus ook onderhandelingsruimte. Toch kunnen we zeggen dat de Heere in ieder geval het gebied van Dan tot Berseba gegeven heeft. En dat moet bewoond worden door de Israëlieten.
4. Wanneer God Abram roept, geeft Hij de opdracht naar het land te gaan dat Hij hem wijzen zal (Genesis 12:1). Abram moet naar het land Kanaan gaan. Wanneer hij daar is, klinkt tot hem de goddelijke belofte: Aan uw nageslacht zal ik dit land geven (vers. 7). In de volgende hoofdstukken van Genesis wordt deze belofte telkens herhaald. Niet alle nakomelingen zijn in deze belofte ingesloten! In Genesis 26:3-4 lezen we dat Ismaël er niet bij hoort. De landbelofte is gegeven aan de nakomelingen van Abraham via de lijn van Izak en Jakob.
5. Ja, enerzijds wordt hier de vrede bedoeld die te vinden is in de Heere Jezus. Die vrede ontvang je alleen door wedergeboorte en geloof. Juist in Jeruzalem/Israël hebben ze die vrede (shalom) nodig. Maar ook wij, de Heere Jezus zegt in Johannes 17:21: "Opdat zij allen een zijn, gelijkerwijs Gij, Vader, in Mij, en Ik in U, dat ook zij in Ons een zijn; opdat de wereld gelove, dat Gij Mij gezonden hebt." In een tijd van kerkelijke verdeeldheid is het gebed om vrede zo noodzakelijk. Anderzijds betekent het dat we concreet mogen bidden voor de vrede tussen de Israëlieten en de Palestijnen. Jeruzalem wordt de stad van de vrede genoemd, terwijl er geen stad is waar zoveel strijd en oorlog geweest is.
6. In Genesis 15 krijgt Abram de opdracht enige dieren te delen en ze in rijen van twee neer te leggen. Daarna valt hij in slaap. Vervolgens gaat God in de gedaante van een fakkel tussen de gedeelde dieren door. Normaal gaan beide partijen tussen de stukken door en betuigen ze daarmee dat ze mogen worden als deze dieren wanneer ze zich niet aan de afspraken houden. Abram gaat niet mee! De HEERE gaat alleen. Hiermee wordt duidelijk dat God eenzijdig belooft Zijn woord waar te maken. Alle nadruk valt zo op de stellige toezegging van God (vers18). Gods verbond is dus eeuwig. Hij zal niet laten varen het werk dat Zijn hand begon.
7. Dat wordt door Paulus ontkend. Hij doet dit met 't beeld van de olijfboom (Romeinen 11). Met een vruchtbare olijfboom tekent hij de kerk in Israël. Van die boom zijn echter veel takken afgebroken. Alleen de stam met enkele takken is nog over. Heeft God die boom uitgeroeid? Nee, Hij heeft takken van een wilde olijfboom (heidenen) genomen en in die stam ingeënt. Onder het Oude Testament zijn weinig heidenen zalig geworden. De eeuwen na de verwoesting van Jeruzalem zijn weinig Joden zalig geworden.

Aanwijzingen bij pagina 11:
1. De Heere Jezus Christus, want bij het Jodendom wordt je zalig door doen: houden van de Thora/wet. Bij de Islam wordt je zalig door doen: het houden van de 5 plichten. Dat is: de bedevaart naar Mekka, het houden van de vastenmaand Ramadan, het opzeggen van de geloofsbelijdenis, aalmoezen geven aan de armen en vijf maal per dag bidden met het gezicht naar Mekka. Bij het christendom wordt je zalig door genade. Niet door werken/plichten wordt je zalig, maar door het werk van Christus. Als het werk van Christus door het (geschonken) geloof omhelst wordt, ben je zalig.
2. Allereerst is de tekst bij de Moslims niet zo bekend. Daarnaast wordt deze tekst ondergeschikt gemaakt aan de plicht tot de heilige oorlog. En, de Joden hebben - volgens hen - hun land afgepakt. Dat weegt zwaarder dan de tekst uit de Koran. Daarnaast zijn er genoeg teksten die oproepen tot geweld tegen alles wat niet Moslim is (Israël).
3. Nee, in het nieuws lijkt het alleen om land voor de Palestijnen te gaan. Toch is er ook al jaren lang een conflict tussen de twee godsdiensten. Ismaël en Izak waren (half)broers en ze hangen nu allebei een andere godsdienst aan. Laat ons gebed zijn met Psalm 133: Ai, ziet, hoe goed, hoe lieflijk is 't dat zonen. Van 't zelfde huis, als broeders samenwonen.
4. We kunnen niet zeggen dat de Islam geheel vredig is. Als we bijvoorbeeld kijken naar 11 september de aanslag van fundamentalisten op Amerika en de jihad dan zien we dat het moslims zijn die dit doen. Toch is het te kort door de bocht om dan te zeggen dat de Moslims agressieve, gewelddadige mensen zijn, want de meerderheid van de moslims tolerant is en er zijn moslimlanden genoeg waar christenen gewoon naar de kerk kunnen.
5. Het is te begrijpen, maar niet terecht. De kern ligt natuurlijk in het feit of je de Bijbel als norm neemt zoals wij. Doe je dit niet dan valt er moeilijk te discussiëren. De Palestijnen zeggen dan dat zij er het eerste woonden. Toch zijn er wel argumenten die genoemd kunnen worden zie de bijdrage van ds. Boogaard onderaan bladzijde 6/7 van de Treffer.

De antwoorden van pagina 12:

De volgende literatuur kunt u voor dit thema gebruiken:
• Frederik van Houten, De Messias voor Israël en de volken (Reveil-serie nr. 359)
• Theodorus van der Groe, De toekomst van Israël (Reveil-serie nr. 172)
• dr. M.J. Paul e.a., Land voor vrede?, Kampen 1993
• ds. C. Den Boer e.a., Zicht op Israël, Den Haag 1987
• W. a Brakel, Redelijke Godsdienst, Utrecht 1985
• JBGG, E. van Hell e.a., Israël, Woerden 1992
• Ds. C. Sonneveld, Gods weg met Israël.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 2002

Treffer | 20 Pagina's

AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 2002

Treffer | 20 Pagina's