Bijbelstudie 1: Alles verlaten om Jezus te volgen
Lezen: Markus 1: 12-28
Goddelijk gezag en Goddelijke kracht. Dat is wat er naar boven komt als je Markus leest. Het is het meest compacte evangelie en alles is met een zekere haast geschreven; ‘terstond’ is een kenmerkend woord, maar ook ‘weg’. Het Markus-evangelie beschrijf Jezus, de Zoon van God, op weg naar het kruis! De boodschap weerklinkt helder. In Markus 1: 1 wordt meteen duidelijk dat dit de kern is: het gaat over Jezus Christus, de Zoon van God, Die Zijn leven heeft gegeven voor velen en Die in Zijn dienend leven ook een voorbeeld voor ons is.
Er is natuurlijk maar één Evangelieboodschap. Maar in de Bijbel vinden we wel vier Evangeliën, vier beschrijvingen van die ene goede boodschap. Het Evangelie van Markus is er daar één van. Markus schrijft aan heiden-christenen in Rome, die daar zwaar vervolgd werden. Hij baseert zijn evangelie op het ooggetuigenverslag van de apostel Petrus.
De schrijver van het Bijbelboek Markus wordt ook wel aangeduid als ‘Johannes, die toegenaamd was Markus’. Markus’ moeder Maria heeft een groot huis in Jeruzalem, dat door de gelovigen in Jeruzalem als ontmoetingsruimte wordt gebruikt. Het evangelie zelf noemt geen auteur, toch wordt dit evangelie door de Vroege Kerk al aan Markus toegeschreven.
Bijbelstudievragen
1. Volgens een oude overlevering heeft Markus opgeschreven wat hij van Petrus gehoord had.
a. Hoe noemt Petrus Markus in 1 Petrus 5: 13 en hoe noemt Paulus hem in 2 Timotheüs 4: 11? Wat zegt dit over hun relatie tot elkaar?
b. Vergelijk in twee Evangeliën (Markus 16: 7 en Mattheüs 28: 7) de boodschap van Christus’ opstanding. Wat valt je op?
c. Waarom staat dit er, denk je?
d. Markus geeft Petrus geen glansrol of heldenstatus in zijn Evangelie, ook Petrus’ twijfel en ongeloof komen aan het licht. Lees Markus 14 door. Wat lees je daar over Petrus?
e. Waarom zou Markus dit zo hebben opgeschreven?
f. Wat leer jij hieruit?
2. “Volgt Mij na”.
a. Wat zijn de eerste discipelen aan het doen als Jezus hen roept?
b. Was Jezus onbekend voor hen? Lees Johannes 1: 35-43.
c. Wat bedoelt Jezus met Zijn oproep aan de vier discipelen?
d. Wat vind je van hun reactie? Hoe komt het dat ze meteen doen wat Hij zegt?
e. Wat zou jij achter moeten laten of op moeten geven als Jezus ‘Volgt Mij na’ tegen jou zegt?
f. Hoe kun jij een volgeling van de Heere Jezus zijn?
3. Terstond!
a. Terstond is een belangrijk woord in het Markus-evangelie. Wat betekent dit woord? Bedenk een aantal synoniemen.
b. Hoeveel keer komt het woordje ‘terstond’ in dit Bijbelgedeelte voor?
c. Wat zegt dit woord over de prediking van de Heere Jezus?
d. Wat is de reactie van het volk nadat ze de woorden van Jezus hoorden en Zijn wonderen zagen?
e. Levert zo’n reactie automatisch bekering en geloof op?
f. Hoe horen wij nog van Jezus’ woorden en wonderen?
g. Wat is jouw reactie hierop?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2017
AanZet | 10 Pagina's
