Schriftelijke overhoring

Om kwart over tien zijn docenten en studenten in de woonkamer van de voormalige pastorie. Na de koffie volgt de dagopening. Met student A.T. Huijser als organist zingen de mannen een psalmvers. Na het gebed beginnen de lessen.

Bijbelkunde
Vandaag wordt in alle vier leerjaren tegelijk les gegeven. Ds. D de Wit geeft op de zolderkamer les in het vak exegese, Bijbelverklaring.
Op de eerste verdieping zijn ds. A. Moerkerken en student Huijser samen verdiept in Bijbelkunde. We schuiven aan. Het gaat over jaartallen, koningen en profeten. Huijser is de enige student in het vierde jaar en krijgt alleen les. Soms is dat lastig. Toen hij bijvoorbeeld in het derde jaar voor het eerst mocht voorgaan in de gemeenten, kon hij daarover geen ervaringen uitwisselen met medestudenten.

Tentamen
In de naastgelegen kamer neemt ds. L. Blok met vier derdejaarsstudenten tentamenstof door. Binnenkort wordt het vak dogmatiek getentamineerd. Dat gebeurt mondeling, in de aanwezigheid van twee curatoren. De stof wordt door ds. Blok rijk geïllustreerd. Bijvoorbeeld bij de behandeling van het supraen infralapsarisme, dat gaat over de orde van Gods raadsbesluiten.
Het supralapsarisme gaat uit van de volgorde predestinatie - schepping - val. “Onthoud maar PSV, niet de voetbalclub”. Infralapsarisme gaat uit van schepping - val - predestinatie. “SGP, maar dan met een V in het midden.” En vervolgens: “De predestinatie doet me denken aan…” “O, de poesjes zeker”, reageert student S. Janse. En ds. Blok legt uit dat er mensen zijn die de uitverkiezing zien als een willekeur van God, zoals kinderen uit drie even lieve poesjes er maar één mogen kiezen van hun vader. En dus kiezen ze maar met de handen voor de ogen, omdat ze niet kunnen kiezen.

Verschil
Een kamerdeur verder zit ds. G.J. van Aalst met de studenten H.A. van Zetten en P.D. den Haan gebogen over een geopende Bijbel.
Een zoemtoon kondigt de leswissel aan. Terwijl de studenten van docent wisselen, licht ds. Van Aalst de uitdagingen van het lesgeven toe. “Soms zit er tussen studenten 20 jaar leeftijdsverschil. De ene student diende bij de luchtmobiele brigade, een ander was rector van een middelbare school of is juridisch goed onderlegd. Sommigen hebben al veel ambtelijke ervaring opgedaan als ouderling of diaken, anderen juist niet.”

Homiletiek
De eerstejaars studenten H. Brons, H. van der Heiden en W.A. Zondag komen binnen. Het vak homiletiek, preekkunde staat op het rooster.
“Hoe is het met je gelijkenis?” Eén van de studenten werkt aan een preekschets, maar die ligt thuis en is nog niet helemaal klaar. “Kom op, dan gaan we even oefenen.”
“Nu? Zonder schets?” Maar ds. Van Aalst is onverbiddelijk: “Ja hoor, aan de Bijbel heb je genoeg.”
We lopen naar de kerk achter de school. De student beklimt de kansel en vier toehoorders verspreiden zich door de kerk.
“Zit je microfoon goed? Iets hoger op je das.” Na een minuut of tien laat de docent afronden en gaan we terug naar school. Daar worden de plus- en minpunten besproken.
De student: “Dit is altijd spannend. Vooral omdat je medestudenten je kritisch beoordelen. Maar daardoor wel leerzaam.”
Ook wordt nog even het gebruik van de stem besproken. Ds. Van Aalst: “Wees er zuinig op. Niet roepen als je iets wil benadrukken, maar juist extra rustig en zacht spreken. Ik heb ook altijd zo’n bewondering voor kleuterjuffen, die fluisteren om de klas stil te krijgen.”
Er is ook aandacht voor jongeren.
Er wordt benadrukt dat dogmatische begrippen en moeilijke woorden in de preek uitgelegd moeten worden. Daarom geven de eerstejaars ook allemaal catechisatie in een gemeente. Brons: “Het is eigenlijk je enige lijntje naar de maatschappij. Verder heb je vroegere werk achter je gelaten en richt je je volledig op de studie.”
Maar er is ook onder de studenten veel aandacht voor elkaars persoonlijk geloofsleven. Brons: “Tijdens de lessen is er veel ruimte voor elkaar. We zijn hier met heel wezenlijke zaken bezig, waarbij we elkaar in het hart kijken.”

Logopedie
Na de lunch strekken de studenten even de benen en gaan dan weer naar de lessen. Vanmiddag komt ook de logopediste langs. Huijser had in het begin na drie diensten echt last van zijn stem. En dat is voor een predikant een onmisbaar gereedschap. Maar niet het belangrijkste. Ds. Moerkerken: “Al had je alle gereedschappen om een preek te bouwen, maar de Heere komt er niet in mee, dan sta je toch met lege handen onderaan de kansel. Predikers worden geboren, niet gemaakt. Op school geven we gereedschappen om een preek te maken, waarbij iedere prediker zijn eigenheid behoudt. Wie kan leraar zijn zonder zelf van God geleerd te zijn? Spreek HEERE, want Uw knecht hoort.”

ds. A . Moerkerken, e.a., Ontboezemingen, 75 jaar Theologische School Gereformeerde Gemeenten (Houten: Den Hertog 2002), ISBN 903311626.

---
Theologische School

De Theologische School werd geopend in 1927. Sinds de opening is de school gevestigd in de voormalige pastorie van Rotterdam Centrum. Schuin achter het statige pand aan de Boezemsingel, staat ook het kerkgebouw. Studenten worden toegelaten via het curatorium, een commissie van negen ambtsdragers die toezicht houdt op de school.
Op dit moment zijn er tien studenten, verdeeld over vier leerjaren. De studenten krijgen les van de hoofddocenten ds. G.J. van Aalst, ds. L. Blok en ds. A. Moerkerken en van enkele vakdocenten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen