Brave jongens?
In het dagblad Trouw verscheen onlangs een paginagroot artikel onder de veelzeggende titel "Met en kater naar de kerk". De journalisten bezochten Oostkapelle, Gorinchem, Opheusden, Wezep en Urk. Ze kwamen tot de conclusie dat de reformatorische jongeren de braafheid voorbij zijn. Je kunt gerust op zaterdagavond naar een refo-café gaan. Je bent er met jongeren uit eigen kring. De meisjes zien er netjes uit. En als je maar voor twaalf uur thuis bent is er geen vuiltje aan de lucht. Er zijn ook jongeren die vertelden dat het refo-café er is om 'in te drinken', daarna gaan ze naar het gewone café.
Peter vertelde dat hij de zondagse kerkdienst nooit over slaat, hoe laat het ook wordt. Dat lukt ook wel met een kater. Een verhaal om verdrietig van te worden. Wat een triest beeld van de jongeren uit onze kring. De lezers van Trouw zullen hun ogen uitwrijven. Dit ook al in de rechterflank van de gereformeerde gezindte? Waarom zoeken jongeren deze vorm van vrijetijdsbesteding? De Trouw-joumalisten denken dat het komt omdat jongeren het gevoel hebben dat ze in de buitenwereld niet voor vol worden aangezien. Men zoekt elkaar in de eigen kring. En verdere moetje niet te moeilijk doen.
Jammer dat Trouw niet een kijkje kwam nemen op de winterconferenties waar 650 jongeren aan deelnamen. Of op de jeugdverenigingen die op zaterdagavond bijeen komen. Alleen zou het een vergissing zijn te denken dat het daar om brave jongeren gaat. 't Gaat om gewone jongeren. Jongeren die rond het Woord bijeen zijn en daar horen dat braafheid niet mee telt.
Maar één ding is zeker: daar hoor je wel op zaterdagavond!
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 maart 1999
Daniel | 32 Pagina's
