JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

EVANGELISATIE ONDER ROOMS- KATHOLIEKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

EVANGELISATIE ONDER ROOMS- KATHOLIEKEN

EEN VRAAGGESPREK MET DS. H. J. HEGGER

11 minuten leestijd

Ds. Hegger is predikant-direkteur van de „Stichting in De Rechte Straat" te Velp. In dit nummer van Daniël dat in het teken van de herdenking van de Reformatie staat, willen we ook aandacht schenken aan het werk van deze stichting.

Ds. Hegger, u bent uitgetreden uit de Roomskaiholieke Kerk, kunt u daarover iets vertellen?

Eens leidde de Heere mij naar Zijn wonderbaar licht. Het was een weg door diepe dalen van angsten en eenzaamheid, langs afgronden van wanhoop en vertwijfeling; een verhaal van het liefdevolle roepen van de Heere en van mijn herhaalde weigering om mijzelf voor Zijn stem te ontsluiten; een verhaal met de ontknoping dat Hij tóch doorzette en mij niet liet liggen in mijn door mijzelf verkozen ellende, in mijn zondige zelfhandhaving, waarin ik voor eeuwig zou zijn verschrompeld. Hij trok mij naar Christus toe in de overwinnende kracht van Zijn Woord en Zijn Heilige Geest. Zo bracht Hij mij ertoe om met de Geest en de bruid te zeggen: Kom!", om het met mijn door Hem vrijgemaakte wil diep-persconlijk telkens weer te herhalen: Amen, Heere Jezus, kom!" (Openb. 22). In al mijn zoeken was Hij aanwezig. Hij liet Zich door mijn zonden niet afbrengen van Zijn wil om rnij te redden; integendeel, Hij gebruikte die zonden om mij te laten zien dat er in mijzelf slechts duisternis en kilte was, zodat ik daardoor op den duur onweerstaanbaar getrokken werd naar Zijn Zoon, het vlees-geworden Woord, in Wie het leven is en het licht. (Joh. 1 : 3).

Het is nu dertig jaar geleden dat ik in Tietê (Brazilië) de kloosterpoort achter mij dicht trok. Het was kwart voor vier in de morgen. Een slag in deze stille nacht. De klank galmde binnen nog wat na in de gangen. Een illusie brak stuk in mij. (...) De trein zette zich in beweging. Ik ging mijn nieuwe toekomst tegemoet.

En als ik deze voorbije dertig jaar sinds mijn uittreden uit d.e Roomskatholieke Kerk overzie, dan komt opnieuw een gevoel van onuitsprekelijke dankbaarheid in mij naar boven. Wat heeft de Heere mij op allerlei gebied rijk gezegend! Het is te veel om op te noemen.

HOE HET BEGON

Het eerste doel van de Stichting is: de verbreiding van het evangelie onder de roomskatholieken. Daartoe wordt het blad „In De Rechte Straat" uitgegeven. Hoe is dat begonnen?

In 1958 publiceerde ik mijn boek „Mijn weg naar het Licht". Veel belangstellende roomskatholieken reageerden daarop, zowel priesters en kloosterlingen als leken. Om het kontakt met hen te onderhouden

begon ik met een driemaandelijks gestencild blaadje. Dat is uitgegroeid tot een geïllustreerd maandblad in twee kleuren met een omvang van 32 bladzijden. Daarnaast is er een spaanse en engelse editie, terwijl besloten is tot een uitgave in het portugees. Verder zijn er evangelisatiebladen, die door IRS gefinancierd worden, in het italiaans, onder de naam „Fede Viva" (= Levend Geloof) en in het Malayalam, de taal van Kerala in India, onder de naam „Hosanna".

Het tioeede doel van de Stichting is opvang van ex-priesters, hoe gaat dat?

Het ex-priesterfonds begon raat de steun aan een belgisehe priester, die een boek had geschreven: „Vermoorden leven onder ons", waarin hij een felle aanklacht richtte tot de Roomskatholieke Kerk van België in die tijd, (nü is dat in elk geval niet meer zo) omdat die volgens hem ervoor zorgde dat priesters die het niet met de kerkleiding eens waren, in roomskatholieke psychiatrische inrichtingen werden opgesloten om daar als levende „vermoorden" hun trieste en uitzichtloze bestaan verder te slijten. Intussen heeft de Stichting „In De Rechte Straat" reeds 170 priesters en kloosterlingen, ook nonnen, geestelijk en financieel gesteund bij hun weg naar het licht van de vrijheid en vrede in Christus. Zo werd het werk door de Heere gezegend en groeide uit tot wereldwijde omvang.

Van beide facetten, het binnenlands en het buitenlands werk, kunt u wellicht voorbeeld geven van de wijze wo, arop gewerkt wordt.

IN NEDERLAND

Veel roomskatholieken in Nederland zijn ontgoocheld vanwege de uitermate snelle ommekeer, die in het verleden onder leiding van de bisschoppen zich heeft voltrokken. Ze zijn het vertrouwen in de kerkleiding voor een groot gedeelte kwijt geraakt. Hoe kunnen wij hen nu wijzen op dat éne Boek dat nooit verandert, op het unieke en onfeilbare gezag van de Bijbel, een veilige gids voor dit leven, die nooit teleurstelt? Dat blijkt heel moeilijk te zijn. We hebben al van alles geprobeerd. Twee jaar geleden zijn we begonnen met de publikatie van korte bijbelse boodschappen bij wijze van advertenties in de Limburger, de editie van Maastricht e.o. met een oplage van 88.000. Ongeveer 45 lezers reageerden daarop. We nodigden hen uit om over deze boodschappen door te praten in een restaurant van Maastricht. Ongeveer 15 roomskatholieken bezoeken nu min of meer regelmatig deze samenkomsten, die om de twee maanden gehouden worden.

IN HET BUITENLAND

In Córdoba werkt ds. E. Brown. Daar wonen 600.000 Spanjaarden, allen rooms-katholiek, met uitzondering van 98 „protestanten". Ds. Brown begon, gesteund door ons evangelisatiefonds, met een „Bibliobus" d.i. een busje, waarin allerlei evangelische lektuur, met name ook bijbels, die gekocht of gratis geleend kunnen worden. Aldus kreeg ds. Brown alleen reeds in Cabra, 70 km. ten zuiden van Córdoba, 250 kontaktadressen. Hij huurde met onze steun de derde verdieping van een 'flatgebouw in het centrum om deze mensen bij elkaar te roepen.

Houdt de funktie van predikant-direkteur ook in dat u 's zondags voorgaat in de gemeente?

U weet wellicht dat ik de Gereformeerde Kerken heb verlaten. En nu zijn er „noodgemeenten" waar ik voorga en verder zijn er gemeenten in de Gereformeerde Kerken, die zich daaraan niet storen. Ik ben immers nog dezelfde gebleven?

Maar kan dat kerkrechtelijk eigenlijk wel?

Officieel behoor ik tot de Gereformeerde Kerk van Denderleeuw in België. Maar deze kerk heeft zichzelf vanaf januari opgeheven en samen met de Hervormde Kerk en de Methodisten hebben ze een nieuw kerkverband aangegaan. Toen ben ik automatisch predikant geworden van die „nieuwe" kerk, hetgeen ik overigens in de krant heb moeten lezen. En tot dat kerkgenootschap behoor ik nu, maar ik voel me daar uiteraard helemaal niet thuis.

Bent u voornemens aansluiting te zoeken bij een bepaald kerkverband, waar u zich wel thuis voelt?

Nou, Ik heb een boek geschreven waarin ik uiteengezet heb welke m'n motieven van uittreding zijn geweest en ook welke problemen ik heb, maar zolang dit boek nog niet gepubliceerd is, heb ik met de uitgever een afspraak gemaakt daarover geen uitlatingen te doen.

En dit boek kunnen we gauw tegemoet zien?

Als alles naar wens verloopt D.V. januari, februari 1980.

Ds. Hegger, u sprak zoeven van een snelle ommekeer, die zich in het verleden onder leiding van de bisschoppen heeft voltrokken in de roomskatholieke kerk. In hoeverre is Rome veranderd?

In „In De Rechte Straat" kunt u binnenkort lezen aan de hand van een statistiek dat een enorm aantal priesters uittreedt. Dat geeft duidelijk een beeld van de uiterlijke veranderingen. Voor de 100 uitgetreden of aan de kerk ontvallen priesters komen er maar 7 terug. Als dat zo doorgaat, wordt dat een debacle van de Roomse Kerk. Wat sfeer betreft is er ook veel veranderd: De roomskatholiek is opener geworden, opener t.o.v. de protestant. De anti-houding van vroeger is verdwenen. Het 2e Vaticaans Concilie sprak niet meer van ketters., maar van afgescheiden broeders en zusters. Maar dit is tevens ook een andere strategie. Rome hoopt op deze manier de protestanten te winnen want dat is altijd het doel van Rome geweest. Toegeven betekent voor hen altijd: hoe kunnen we de kerk uitbreiden. Maar officieel is er wat de leerstellingen niets veranderd. Het 2e Vaticaans Concilie heeft dat duidelijk uitgesproken. Met name d, e onfeilbaarheid van de paus is door alle bisschoppen daar aanwezig ondertekend. Dit wil zeggen, dat de ex cathedra (officiële) uitspraken van de paus voor alle christenen geldend en onfeilbaar zijn. Daartoe behoren ook de uitspraken van de concilies. Op het laatste concilie is nog uitgesproken dat de uitspraken van het concilie van Trente, dat zich heel duidelijk heeft afgezet tegen de Reformatie, in geen enkel opzicht veranderd mogen worden. Maar er wordt een dusdanige taktiek gevoerd alsof het lijkt dat er wezenlijke veranderingen hebben plaatsgevonden. De pausen spelen hierin natuurlijk een grote rol. Johannes de 23e was een schijnbaar open paus. Maar —• weinigen weten dat — tussen de eerste en tweede zitting van het concilie schreef hij een brief, waarin hij de puntjes op de i zette en duidelijk maakte: ik bepaal de agendum en alleen als ik als paus iets bekrachtig, dan pas heeft het rechtsgeldigheid en nog één zitting mag gehouden worden — hij was duidelijk geschrokken van zijn eigen concilie — en dan moet het afgelopen zijn..

Paulus VI was een wat wankele figuur, niet zozeer een bestuurder, meer een intellektueel, onder wiens bestuur vele uiterlijke veranderingen hebben plaatsgevonden, zoals het celebreren van de mis in de eigen taal. De priester is door het gebruik van de hedendaagse taal heel wat dichter bij de mens komen te staan, zo dicht zelfs dat velen niet meer ter biecht gaan.

Verder werd m.b.t. het celibaat een ander standpunt ingenomen: de priester mocht huwen, onder voorwaarde dat hij z'n ambt neerlegde. Z'n huwelijk was dan in ieder ge-

val geldig. Maar nu hebben we dan Johannes Paulus VI, een Pool die, toen hij zijn eerste toespraak hield, zei: ik aanvaard dit ambt in gehoorzaamheid aan Christus en in absoluut vertrouwen aan Maria. Ook in zijn toespraken, gepubliceerd in de Observatore Romane, de romeinse krant, komt tot uiting dat hij sterk de nadruk legt op d: e Maria-verering. Iiij is als Pool zeer konservatief. Hij wil dan ook geen dispensatie verlenen aan priesters die willen trouwen, onder voorwaarde dat ze hun ambt neerleggen. Hij is veel roomser dan Paulus VI.

DE ROOMS-KATHOLIEKE KERK IN NEDERLAND

Toegespitst op Nederland, is er sprake van drie stromingen: de humanistisch-'vrij zinnige stroming, ontstaan onder kardinaal Alfrink en de bisschoppen Bluyssens e, a„ die zelfs het plaatsbekledend lijden en sterven van Christus ontkennen. De konservatieve stroming die de ontluistering van de kerk tegen wil gaan, is erg blij met deze paus en met Simones, Gijssen en Willebrands, die volledig achter het concilie van Trente staan. Een stroming daartussen is de charismatische stroming, die misschien het minst veraf van ons staan. Laten we echter dit vasthouden, ook bij hen wordt de verkondiging, van het Evangelie der rechtvaardigmaking voor de goddeloze, door de toerekening van de gerechtigheid van Christus alleen, niet gevonden.

Jongeren vragen nog wel eens: wordt er nog altijd gebiecht, wordt de mis nog gecelebreerd, wordt nog waarde gehecht aan de zeven sacramenten enz. Is het typisch roomse er niet uit?

De mis wordt overal nog opgedragen echter in de meeste gevallen in de moedertaal. In de nieuwe Catechismus stond.: brood blijft brood en wijn blijft wijn. Dat hebben de opstellers van Rome moeten veranderen. De leer is dus niet veranderd. Het is en blijft in wezen afgoderij.

De catechismus in vraag en antwoord 80 zegt: de mis is een verloochening van de enige offerande van Christus en een vervloekte afgoderij. Wilt u dat voor de jongeren nog eens duidelijk maken?

De leer van de transsubstantiatie: het brood verandert in het lichaam en de wijn verandert tijdens de zegen van de priester in het bloed van Christus, is reeds in 1553 tijdens het concilie van Trente aangenomen. Toen de Heiclelbergse Catechismus voor het eerst uitkwam, stond vraag 80 er nog niet in. Daarna heeft Rome de mis geproklameerd als een echt en waar verzoeningsoffer en toen is deze vraag, er in gevoegd. De vraag richt zich daartegen, want hiermee wordt de enige troost, waaarvan de catechismus spreekt, aangevallen. De mis zou een verzoeningsoffer zijn, m.a.w. zo vaak je daaraan deelneemt, ontvang je vergeving van zonden. Afgoderij is je vertrouwen stellen op iets naast of in plaats van God. Je vertrouwen stellen op de priester of op datgene wat de priester doet. Dat is pure afgoderij.

Na een hartelijk woord van dank bracht ds. I-legger me naar de auto. Nadat hij me de kortste weg naar de hoofdweg gewezen had, zwaaide hij me nog vriendelijk na en liet ik de „Wartburg" achter me.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 oktober 1979

Daniel | 24 Pagina's

EVANGELISATIE ONDER ROOMS- KATHOLIEKEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 oktober 1979

Daniel | 24 Pagina's